Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Romeinse kalender: verschil tussen versies
(+) |
|||
Regel 9: | Regel 9: | ||
Volgens de Romeinse legenden werd hun kalender uitgedacht door [[Romulus]], de [[mythe|mythische]] stichter en eerste koning van de stad in het jaar 753 v. Chr. Anders dan de gebruikelijke maankalenders, had de kalender 10 maanden, en had hierdoor een jaar van slechts 304 dagen. [[Ovidius]] schreef dat koning Romulus beter overweg kon met zwaarden dan met sterren, en raadt dat de bedoeling misschien was dat het jaar zo lang als een zwangerschap zou duren, of dat het te maken had met Romulus’ eerbied voor het getal tien, „omdat dit het aantal vingers is waarop we kunnen rekenen”.<ref>{{Aut|David Ewing Duncan}}, ''The Calendar'', Londen, 1998, ISBN 1-85702-979-8, blz. 40-41</ref> | Volgens de Romeinse legenden werd hun kalender uitgedacht door [[Romulus]], de [[mythe|mythische]] stichter en eerste koning van de stad in het jaar 753 v. Chr. Anders dan de gebruikelijke maankalenders, had de kalender 10 maanden, en had hierdoor een jaar van slechts 304 dagen. [[Ovidius]] schreef dat koning Romulus beter overweg kon met zwaarden dan met sterren, en raadt dat de bedoeling misschien was dat het jaar zo lang als een zwangerschap zou duren, of dat het te maken had met Romulus’ eerbied voor het getal tien, „omdat dit het aantal vingers is waarop we kunnen rekenen”.<ref>{{Aut|David Ewing Duncan}}, ''The Calendar'', Londen, 1998, ISBN 1-85702-979-8, blz. 40-41</ref> | ||
Romulus’ opvolger, koning [[Numa Pompilius]], | Volgens [[Livius]] zou Romulus’ opvolger, koning [[Numa Pompilius]], rond 700 v.Chr. twee maanden toegevoegd hebben aan de kalender: januarius en februarius.<ref>Livius I. 19</ref><ref>{{Aut|David Ewing Duncan}}, ''The Calendar'', Londen, 1998, ISBN 1-85702-979-8, blz. 43</ref> Censorinus beschreef dat er vijftig dagen werden toegevoegd en dat van de dagen van dertig dagen een dag werd afgenomen om de wintermaanden te vormen.<ref>Censorinus, XX</ref> | ||
|} | |} | ||
{| class="toccolours" style="float:right" width=200px | {| class="toccolours" style="float:right" width=200px | ||
Regel 27: | Regel 27: | ||
|- | |- | ||
| align="center" | V | | align="center" | V | ||
|[[Quintilis]] | |[[Quinctilis]] ([[Quintilis]]) | ||
|- | |- | ||
| align="center" | VI | | align="center" | VI | ||
Regel 59: | Regel 59: | ||
==Indeling== | ==Indeling== | ||
===Maanden=== | ===Maanden=== | ||
Het oude Romeinse jaar begon met de aan [[Mars (god)|Mars]] gewijde maand [[maart]]. Dit hoort men nog steeds aan de namen van de maanden „[[september]]” (zevende maand), „oktober” (achtste maand), „november” (negende maand) en „[[december]]” (tiende maand) voortbestaat. ''Juli'' en ''[[augustus (maand)|augustus]]'' heetten vroeger ''Quintilis'' (vijfde maand) en ''Sextilis'' (zesde maand), maar werden later naar [[Julius Caesar]] en [[Gaius Julius Caesar Octavianus (Augustus)|Augustus]] genoemd. | Het oude Romeinse jaar begon met de aan [[Mars (god)|Mars]] gewijde maand [[maart]]. Dit hoort men nog steeds aan de namen van de maanden „[[september]]” (zevende maand), „oktober” (achtste maand), „november” (negende maand) en „[[december]]” (tiende maand) voortbestaat. ''Juli'' en ''[[augustus (maand)|augustus]]'' heetten vroeger ''Quinctilis'' (''Quintilis'') (vijfde maand) en ''Sextilis'' (zesde maand), maar werden later naar [[Julius Caesar]] en [[Gaius Julius Caesar Octavianus (Augustus)|Augustus]] genoemd. | ||
Vóór de kalenderhervorming onder [[Julius Caesar]] hadden de maanden de namen en de volgorde die in de tabel hiernaast staan aangegeven. | Vóór de kalenderhervorming onder [[Julius Caesar]] hadden de maanden de namen en de volgorde die in de tabel hiernaast staan aangegeven. | ||
Regel 70: | Regel 70: | ||
Vanaf deze punten telde men de dagen terug. Ook de begin- en einddagen van de maand werden meegeteld. Zo werd bijvoorbeeld [[13 oktober]] „ante diem III Id. Oct.” en [[30 oktober]] „a.d. III Kal. Nov.” Maar de dag net voor een Kalendae, een Nonae of een Idus werd niet a.d. II genoemd: hiervoor gebruikte men het woord „pridie” (''voordag''). [[31 oktober]] werd bijvoorbeeld „pridie Kal. Nov.” (i.e. de dag voor de Kalendae van [[november]]). | Vanaf deze punten telde men de dagen terug. Ook de begin- en einddagen van de maand werden meegeteld. Zo werd bijvoorbeeld [[13 oktober]] „ante diem III Id. Oct.” en [[30 oktober]] „a.d. III Kal. Nov.” Maar de dag net voor een Kalendae, een Nonae of een Idus werd niet a.d. II genoemd: hiervoor gebruikte men het woord „pridie” (''voordag''). [[31 oktober]] werd bijvoorbeeld „pridie Kal. Nov.” (i.e. de dag voor de Kalendae van [[november]]). | ||
==Schrikkelmaand== | |||
De [[Pontifex Maximus]], de hogepriester van de Romeinse godsdienst, moest in februari aanwezig zijn in Rome om te beslissen of er dat jaar een schrikkelmaand zou worden toegevoegd. | |||
Tot de Juliaanse kalenderhervorming in 46/45 v. Chr. was de Romeinse kalender als volgt opgebouwd: | Tot de Juliaanse kalenderhervorming in 46/45 v. Chr. was de Romeinse kalender als volgt opgebouwd: | ||
Regel 81: | Regel 84: | ||
! <small>Jan., Apr., Jun.,<br />Sext., Sept., Nov., Dec.</small> || <small>Feb.</small> || <small>Mar., Mai.,<br />Quint., Oct.</small> || korte vorm || Latijnse lange vorm<br />([[Ablatief|ablativus temporalis]]) | ! <small>Jan., Apr., Jun.,<br />Sext., Sept., Nov., Dec.</small> || <small>Feb.</small> || <small>Mar., Mai.,<br />Quint., Oct.</small> || korte vorm || Latijnse lange vorm<br />([[Ablatief|ablativus temporalis]]) | ||
|- | |- | ||
| align="right" | | | align="right" | 1 || colspan="3" | kalendae || Kal. Mai.|| Kalendis Maiis | ||
|- | |- | ||
| align="right" | | | align="right" | 2 || colspan="2" | IV || VI || a. d. VI Non. Mai. || ante diem VI (sextum) Nonas Maias | ||
|- | |- | ||
| align="right" | | | align="right" | 3 || colspan="2" | III || V || a. d. V Non. Mai. || ante diem V (quintum) Nonas Maias | ||
|- | |- | ||
| align="right" | | | align="right" | 4 || colspan="2" | pridie || IV || a. d. IV Non. Mai. || ante diem IV (quartum) Nonas Maias | ||
|- | |- | ||
| align="right" | | | align="right" | 5 || colspan="2" | nonae || III || a. d. III Non. Mai. || ante diem III (tertium) Nonas Maias | ||
|- | |- | ||
| align="right" | | | align="right" | 6 || colspan="2" | VIII || pridie || prid. Non. Mai. || pridie Nonas Maias | ||
|- | |- | ||
| align="right" | 7 || colspan="2" | VII || nonae || Non. Mai. || Nonis Maiis | | align="right" | 7 || colspan="2" | VII || nonae || Non. Mai. || Nonis Maiis | ||
Regel 167: | Regel 170: | ||
{{Navigatie kalendersystemen}} | {{Navigatie kalendersystemen}} | ||
{{ | ==Weblinks== | ||
* http://penelope.uchicago.edu/~grout/encyclopaedia_romana/calendar/romancalendar.html | |||
{{reflist}} | |||
[[Categorie:Romeinse oudheid]] | [[Categorie:Romeinse oudheid]] | ||
[[Categorie:kalender]] | [[Categorie:kalender]] |
Versie van 26 nov 2014 19:15
De oude Romeinse of Latijnse kalender bestond uit meerdere plaatselijke maankalenders, die onder het Romeinse rijk steeds weer gewijzigd werden en aangepast werden aan het principe van een lunisolaire kalender.
De oorsprong van de talrijke kalenderhervormingen is niet helemaal duidelijk, maar de vorm, stijl en lengte van de schrikkelmaanden tonen duidelijk Etruskisch-Latijnse kenmerken, waarbij de Etruskische invloed in de vroege tijd domineert.[1]
OorsprongVolgens de Romeinse legenden werd hun kalender uitgedacht door Romulus, de mythische stichter en eerste koning van de stad in het jaar 753 v. Chr. Anders dan de gebruikelijke maankalenders, had de kalender 10 maanden, en had hierdoor een jaar van slechts 304 dagen. Ovidius schreef dat koning Romulus beter overweg kon met zwaarden dan met sterren, en raadt dat de bedoeling misschien was dat het jaar zo lang als een zwangerschap zou duren, of dat het te maken had met Romulus’ eerbied voor het getal tien, „omdat dit het aantal vingers is waarop we kunnen rekenen”.[2] Volgens Livius zou Romulus’ opvolger, koning Numa Pompilius, rond 700 v.Chr. twee maanden toegevoegd hebben aan de kalender: januarius en februarius.[3][4] Censorinus beschreef dat er vijftig dagen werden toegevoegd en dat van de dagen van dertig dagen een dag werd afgenomen om de wintermaanden te vormen.[5] |
| ||||||||||||||||||||||||||
Namen van de maanden vóór Julius Caesars hervorming. Vanaf 153 v.Chr. begon men het jaar met januari. |
Indeling
Maanden
Het oude Romeinse jaar begon met de aan Mars gewijde maand maart. Dit hoort men nog steeds aan de namen van de maanden „september” (zevende maand), „oktober” (achtste maand), „november” (negende maand) en „december” (tiende maand) voortbestaat. Juli en augustus heetten vroeger Quinctilis (Quintilis) (vijfde maand) en Sextilis (zesde maand), maar werden later naar Julius Caesar en Augustus genoemd.
Vóór de kalenderhervorming onder Julius Caesar hadden de maanden de namen en de volgorde die in de tabel hiernaast staan aangegeven.
Dagen van de maand
In de Romeinse tijd werd een datum aangegeven door het aantal dagen te noemen dat nog restte voor de Kalendae, de Nonae of de Idus.
- de Kalendae was de eerste dag van de maand
- de Nonae was de vijfde dag van de maand of de zevende in de maanden maart, mei, juli en oktober)
- de Idus was de 13e dag van de maand of de 15e in de maanden maart, mei, juli en oktober
Vanaf deze punten telde men de dagen terug. Ook de begin- en einddagen van de maand werden meegeteld. Zo werd bijvoorbeeld 13 oktober „ante diem III Id. Oct.” en 30 oktober „a.d. III Kal. Nov.” Maar de dag net voor een Kalendae, een Nonae of een Idus werd niet a.d. II genoemd: hiervoor gebruikte men het woord „pridie” (voordag). 31 oktober werd bijvoorbeeld „pridie Kal. Nov.” (i.e. de dag voor de Kalendae van november).
Schrikkelmaand
De Pontifex Maximus, de hogepriester van de Romeinse godsdienst, moest in februari aanwezig zijn in Rome om te beslissen of er dat jaar een schrikkelmaand zou worden toegevoegd.
Tot de Juliaanse kalenderhervorming in 46/45 v. Chr. was de Romeinse kalender als volgt opgebouwd:
Dag | Romeinse maand van | voorbeeld Maius | ||||
---|---|---|---|---|---|---|
29 dagen | 28 dagen | 31 dagen | ||||
Jan., Apr., Jun., Sext., Sept., Nov., Dec. |
Feb. | Mar., Mai., Quint., Oct. |
korte vorm | Latijnse lange vorm (ablativus temporalis) | ||
1 | kalendae | Kal. Mai. | Kalendis Maiis | |||
2 | IV | VI | a. d. VI Non. Mai. | ante diem VI (sextum) Nonas Maias | ||
3 | III | V | a. d. V Non. Mai. | ante diem V (quintum) Nonas Maias | ||
4 | pridie | IV | a. d. IV Non. Mai. | ante diem IV (quartum) Nonas Maias | ||
5 | nonae | III | a. d. III Non. Mai. | ante diem III (tertium) Nonas Maias | ||
6 | VIII | pridie | prid. Non. Mai. | pridie Nonas Maias | ||
7 | VII | nonae | Non. Mai. | Nonis Maiis | ||
8 | VI | VIII | a. d. VIII Id. Mai. | ante diem VIII (octavum) Idus Maias | ||
9 | V | VII | a. d. VII Id. Mai. | ante diem VII (septimum) Idus Maias | ||
10 | IV | VI | a. d. VI Id. Mai. | ante diem VI (sextum) Idus Maias | ||
11 | III | V | a. d. V Id. Mai. | ante diem V (quintum) Idus Maias | ||
12 | pridie | IV | a. d. IV Id. Mai. | ante diem IV (quartum) Idus Maias | ||
13 | idus | III | a. d. III Id. Mai. | ante diem III (tertium) Idus Maias | ||
14 | XVII | X | pridie | prid. Id. Mai. | pridie Idus Maias | |
15 | XVI | IX | idus | Id. Mai. | Idibus Maiis | |
16 | XV | VIII | XVII | a. d. XVII Kal. Iun. | ante diem XVII (septimum decimum) Kalendas Iunias | |
17 | XIV | VII | XVI | a. d. XVI Kal. Iun. | ante diem XVI (sextum decimum) Kalendas Iunias | |
18 | XIII | VI | XV | a. d. XV Kal. Iun. | ante diem XV (quintum decimum) Kalendas Iunias | |
19 | XII | V | XIV | a. d. XIV Kal. Iun. | ante diem XIV (quartum decimum) Kalendas Iunias | |
20 | XI | IV | XIII | a. d. XIII Kal. Iun. | ante diem XIII (tertium decimum) Kalendas Iunias | |
21 | X | III | XII | a. d. XII Kal. Iun. | ante diem XII (duodecimum) Kalendas Iunias | |
22 | IX | pridie | XI | a. d. XI Kal. Iun. | ante diem XI (undecimum) Kalendas Iunias | |
23 | VIII | terminalia | X | a. d. X Kal. Iun. | ante diem X (decimum) Kalendas Iunias | |
24 | VII | VI | IX | a. d. IX Kal. Iun. | ante diem IX (nonum) Kalendas Iunias | |
25 | VI | V | VIII | a. d. VIII Kal. Iun. | ante diem VIII (octavum) Kalendas Iunias | |
26 | V | IV | VII | a. d. VII Kal. Iun. | ante diem VII (septimum) Kalendas Iunias | |
27 | IV | III | VI | a. d. VI Kal. Iun. | ante diem VI (sixtmum) Kalendas Iunias | |
28 | III | pridie | V | a. d. V Kal. Iun. | ante diem V (quintum) Kalendas Iunias | |
29 | pridie | IV | a. d. IV Kal. Iun. | ante diem IV (quartum) Kalendas Iunias | ||
30 | III | a. d. III Kal. Iun. | ante diem III (tertium) Kalendas Iunias | |||
31 | pridie | prid. Kal. Iun. | pridie Kalendas Iunias |
Nundinae
De week van zeven dagen was in de Romeinse tijd niet bekend, maar werd, samen met de namen van de weekdagen pas omstreeks 400 na Christus in Europa ingevoerd.
In de Romeinse republiek was wel een nundinae gebruikelijk. Letterlijk betekent dit negendagig, wat enigszins verwarrend kan lijken, aangezien de Romeinen hiermee een cyclus van acht dagen bedoelden. De cyclus was opgebouwd rond een marktdag. Op deze marktdag kwamen de mensen van het platteland met hun goederen naar de stad, en kochten de stedelingen levensmiddelen voor acht dagen. Deze nundinale cyclus werd uiteindelijk door de oudere zevendaagse cyclus vervangen. De zevendaagse week en de nundinale cyclus bestonden enige tijd naast elkaar.
Fasti en nefasti
De Romeinse kalender bevatte een opsomming van fasti en nefasti, geluksdagen en ongeluksdagen. Ondernemingen werden bij voorkeur op een geluksdag begonnen en het gold als een stommiteit of zelfs een affront om een belangrijke onderneming op een nefastus te beginnen. Zo roept Aulus Vitellius bijvoorbeeld de toorn van Publius Cornelius Tacitus over zich af door zichzelf op de dag van de nederlaag tegen de Galliërs in Allia tot Pontifex Maximus uit te roepen.
Jaartelling
In tijd van de vroege Romeinse republiek werden de jaren niet geteld, maar naar de regerende consul genoemd. Sind de vierde eeuw voor Christus werd een jaartelling gebruikelijk vanaf de inwijding van de Jupitertempel in het jaar 507 v. Chr. Pas later begon men te rekenen „vanaf de stichting van de stad Rome” (Latijn: ab urbe condita, a. u. c.), waarvoor men men 753 v. Chr. als jaar nam. In het Romeinse keizerrijk werden de jaren bijkomend per Anno Diocletiani (A. D.) geteld, dus sinds de regeringsovername door keizer Diocletianus. Deze afkorting mag niet worden verward met de identieke afkorting, die sinds 525 n. Chr. gebruikelijk werd voor Anno Domini (A. D.) („jaar onzes Heren”). Verder stond a. d. in de Romeinse kalender voor ante diem, „dagen voor”.
Hervormingen
Jaarbegin
Oorspronkelijk begon het jaar van de Romeinse kalender op 1 maart. In het jaar 153 v.Chr. werd het begin van het jaar naar 1 januari verschoven. De maanden met de namen van telwoorden (Quintilis lat. „de vijfde”, Sextilis lat. „der zesde”, September, lat. „de zevende”, October, „de achtste”, November, „de negende”, December, „de tiende”) werden hierdoor losgekoppeld van de rangorde waaraan ze hun naam te danken hadden.
Juliaanse kalenderhervorming
In de tijd van Gaius Julius Caesar was de discrepantie tussen de maankalender en de seizoenen zo groot geworden dat Caesar de kalender hervormde en deze op de lengte van een zonnejaar liet baseren. Op enkele correcties na, die door paus Gregorius XIII als de Gregoriaanse kalender werden ingevoerd, is de basis van de Juliaanse kalender tot op heden in gebruik.
Geschiedenis van de Latijnse, Juliaanse en Gregoriaanse kalender |
---|
Romeinse kalender > Juliaanse kalender > Gregoriaanse kalender |
Kalendersystemen |
---|
In gebruik: Armeens • Assyrisch • Bahá'í • Berbers • Chinees • Ethiopisch • Georgisch • Gregoriaans • Hindoe • IJslands • Indiaas • Iraans • Islamitisch • Joods • Juliaans • Koptisch • Liturgisch • Maçonniek • Samaritaans • Thai • Tibetaans Oude kalenders: Attisch • Azteeks • Egyptisch • Georgisch • IJslands • Maya • Macedonisch • Quakers • (Frans) Republikeins • Romeins • Runen • Tabotkalender (rasta) Voorgestelde kalenders of kalenderhervormingen: Darische kalender • Maréchal-kalender • New Earth Calendar • Positivistenkalender • Sovjetisch Kalenderberekening: epacta • cyclus van Meton • gulden getal • indictie • martelaarsboekletter • zondagsletter • zonnecirkel Jaartelling: Ab Urbe Condita • Anno Diocletiani • Anno Mundi (Byzantijns) • Boeddhistisch • Christelijke jaartelling • Olympiade • Seleucidische jaartelling Verwante thema’s: Dionysische Paasperiode • juliaanse dag • oude Nederlandse maandnamen • schrikkeljaar |
Weblinks
- º Jörg Rüpke, Kalender und Öffentlichkeit: Die Geschichte der Repräsentation und religiösen Qualifikation von Zeit in Rom, p. 171-172.
- º David Ewing Duncan, The Calendar, Londen, 1998, ISBN 1-85702-979-8, blz. 40-41
- º Livius I. 19
- º David Ewing Duncan, The Calendar, Londen, 1998, ISBN 1-85702-979-8, blz. 43
- º Censorinus, XX