Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Overleg:In: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(Nieuwe pagina aangemaakt met '==Lijst== Als ik die lijst zie, ben ik wat verbaasd dat '''inderdaad''' ontbreekt. En '''innig''', en '''Indiana Jones'''. ~~~~')
 
Geen bewerkingssamenvatting
 
Regel 1: Regel 1:
==Lijst==
==Lijst==
Als ik die lijst zie, ben ik wat verbaasd dat '''inderdaad''' ontbreekt. En '''innig''', en '''Indiana Jones'''. [[User:Mendelo|Mendelo]] 29 mei 2016 17:24 (CEST)
Als ik die lijst zie, ben ik wat verbaasd dat '''inderdaad''' ontbreekt. En '''innig''', en '''Indiana Jones'''. [[User:Mendelo|Mendelo]] 29 mei 2016 17:24 (CEST)
<div class="UitklapFrame">
<div class="UitklapHead">Klik op uitklappen om de hele lijst te zien</div>
<div class="UitklapContent">
* [[Indium]], een [[chemisch element]].
* [[Inch]], een [[lengtemaat]].
* [[In (woningbouwcorporatie)]], een [[woningbouwcorporatie]] in de Nederlandse stad [[Groningen (stad)|Groningen]].
* [[.in]], de [[internet]]-[[landcode]] van [[India]].
* ''In'' of ''in-en-in'': de [[betekenis]] van een bepaalde [[graad]], in hoge mate, door-en-door (bijvoorbeeld: ''een 'in-en-in'nette jongen'' (familiair).)
* ''In'' (als [[voorvoegsel]]), met de betekenis als: ''on-'' (bijvoorbeeld: ''inacceptabel, inactief'').
* ''Binnen de ruimte van'', bijvoorbeeld een [[woonhuis|huis]], [[staat|land]], [[auto]], [[discotheek]] enz.
* Als (onder)deel van of zichzelf bevindend ''in'' een [[stof (scheikunde)|stof]] of [[massa (natuurkunde)|massa]] (bijvoorbeeld: ''[[room]] in de [[koffie]]'').
* In de [[toestand]] van (bijvoorbeeld: ''in [[vriendschap]] / in zijn blote [[kont]]'': naakt).
* In de [[tijd]] van, gedurende (bijvoorbeeld: ''in de [[zomer]]'').
* Door (bijvoorbeeld: ''iets zeggen in welgekozen [[woorden|termen]] / gekleed in een [[jurk]]'').
* In de [[hoeveelheid]] van (bijvoorbeeld: ''iets in drieën breken'').
* In de [[vorm]] van (bijvoorbeeld: ''in grote [[vlucht]]en'').
* In de [[richting]] van (bijvoorbeeld: ''in huis komen'').
* Tot (bijvoorbeeld: ''in stukken vallen'').
* Als [[bepaling]] van richting aanduiding dat die/een [[beweging]] gericht is naar en eindigt in een bepaalde richting (bijvoorbeeld: ''de [[deur]] in'').
* Ter aanduiding van de herhaling van iets wat gedurende een zekere tijd of een zekere [[ruimte]] plaatsvindt (bijvoorbeeld: ''dag-in-dag-uit'').
* In verbinding met een [[voorzetsel]] tot nadere bepaling of versterking (bijvoorbeeld: ''tegen zijn [[gewoonte]] in / tussen de [[mensen]] in'').
* ''Er helemaal in zijn'': er geheel in opgaan (bijvoorbeeld: ''ik kan erin komen'': ik kan me dat [[voorstellingsvermogen|voorstellen]]'').
* ''In'' zijn: in de [[mode]], in trek, in [[zwang]], en [[vogue]] zijn (ook: ''inne'', bijvoorbeeld: ''een inne drank'').
* In zijn voor (bijvoorbeeld een [[voorstander]] zijn van, te vinden zijn voor).
* ''-in'' (soms ook: ''-inn''), als [[achtervoegsel]] (bijvoorbeeld: ''[[drive-in]], [[sit-in]], [[sleep-in]], [[step-in]], [[teach-in]]).
Uitdrukkingen:
:''(genoemde [[Latijn]]se woorden zijn vernederlandste [[woorden]])''
* "''In abstracto''" (Latijns): In het afgetrokkene, op zich zelf beschouwd.
* "''Inaccuraat''": Niet nauwkeurig.
* "''Inactief''": Werkeloos, buiten dienst.
* "''Inadequaat''": Ontoereikend, onevenwichtig.
* "''In aeternum''" (Latijns): Eeuwig, voor altijd.
* "''Inaliënabel''": Onvervreemdbaar.
* "''Inalterabel''": Onveranderlijk, onverstoorbaar.
* "''Inas''": Afkorting van ''in''richtings''as''sistente (ook: ''inasser'').
* "''Inbakeren''": In luiers inwikkelen, warm instoppen.
* "''Inblazen''": Influisteren, ingeving (ook: ''inblazing'' en ''inblazer'': ophitser).
* "''Inboeren''": In bezit achteruit gaan door zijn bedrijf.
* "''Inboeten''": Iets in plaats van iets anders zetten. / Verliezen.
* "''Inboezemen''": Ingeven, vervullen met, inprenten.
* "''Incapabel''": Onbekwaam, ongeschikt (ook: ''incapaciteit'').
* "''In casu''" (Latijns): In (dit) geval.
* "''In caudavenenum''" (Latijns): Het vergif zit in de staart, het minder aangename zit in de laatste woorden.
* "''Inchoatief''" (Latijns: ''inchoativum'', van: ''inchoare'': beginnen): een [[werkwoord|ww.]] dat een aanvangend gebeuren uitdrukt (bijvoorbeeld: ''ontvlammen'').
* "''Incommensurabel''": (Onderling) onmeetbaar.
* "''Incommoderen''": Hinderen, ongelegenkomen.
* "''In concreto''" (Latijns): In werkelijkheid, in een bepaald geval. / Niet vaag, niet in het algemeen, met duidelijke voorbeelden.
* "''In confesso''" (Latijns): Geen verder bewijs of bespreking behoevend. / Door de verdachte erkend, volledig bewezen.
* "''Incongruent''" (Latijns): Niet gelijkvormig, niet overeenstemmend, ongelijk (ook: ''incongruentie'').
* "''Inconstant''": Onstandvastig.
* "''Inconstitutioneel''": Ongrondwettig.
* "''Incontestabel''": Onbetwistbaar.
* "''Inconveniënt''": Ongelegenheid, ongerief, ongemak. / Bezwaar (ook: ''inconveniëren'').
* "''Incrementeel''": Geleidelijk oplopend, geleidelijk stijgend.
* "''Incrementum''" (Latijns): Groei, uitbreiding, een filiaal.
* "''Incrimineren''": Ten laste leggen, als strafbaar beschouwen.
** "''Inculpatie''": beschuldiging, het aanklagen (ook: ''inculperen'').
** "''Incuria''": Voor het gerecht, op het raadhuis.
** "''Indagen / indaging''": Dagvaarden, schriftelijke dagvaarding.
** "''In foro''" (Latijns: ''in het forum''): In of voor het gerecht.
* "''Indecent''": Oneerbaar, onwelvoeglijk.
* "''Indeclinabel''": Onverbuigbaar (grammatica).
* "''Indelicaat''": Onkies.
* "''In deposito''" (Latijns: ''in bewaring''): Geld in bewaring geven bij een bank tegen rente.
* "''Indommelen''": Insluimeren / Niet meer waakzaam zijn (ook: ''indutten'': zoetjes aan in slaap vallen. / ''insluimeren'': inslapen).
** "''Insussen''": Sussend doen inslapen.
* "''Indonderen''": Ruw taalgebruik: in elkaar storten / Met geweld en lawaai binnenkomen / Ruw iets ergens in smijten.
* "''In dorso''" (Latijns): Op de rug (bijvoorbeeld van een wissel).
* "''Indroppelen''": Drup-voor-drup brengen / komen in (ook: ''indruppelen'').
* "''In dubio''" (Latijns): In twijfel, in een twijfelachtig geval.
** "''In suspenso''": In twijfel, onbeslist.
* "''In effigie''" (Latijns): In beeltenis.
* "''In- en uitpraten''": Vaag, onduidelijk iets betogen, verward uiteenzetten (ook: ''in- en uitpraterij'').
* "''Inept / ineptie''": Ongerijmd(heid), dwaas.
* "''In extremis / in extremis momentis''": In de laatste ogenblikken, op zijn uiterste liggend, op sterven liggen. / In de hoogste nood.
* "''Infaam''": Eerloos, snood, schandelijk.
* "''In facto''": Inderdaad, werkelijk.
* "''Infamerend''": Eerrovend, lasterlijk, onterend.
** "''Injurie / injuriëren''": Krenking van eer, belediging, beledigen, uitschelden. / Mishandeling, schade.
* "''In favorem''": Ten gunste van.
* "''Infideles''" (Latijns: ''infidelis''): Ongelovigen, heidenen (ook: ''in partibus infidelium'').
** "''In partibus infidelium''" (Latijns): In het land van de ongelovigen (inzake niet-katholiek)
* "''In flagranti / in flagranti delicto''" (Latijns): Op heterdaad.
* "''In forma''" (Latijns): In de (behoorlijke) vorm.
* "''In futurum''": Voortaan, in het gevolg.
* "''Ingebakken''": Aangeboren, krachtig levend (bijvoorbeeld een ''ingebakken wantrouwen''). / Van nature aanwezig.
* "''Ingenieus''": Scherpzinnig, vindingrijk, vernuftig.
* "''Ingénu''": Naïef, ongekunsteld, argeloos. niet wereldwijs (ook: ''ingénue'': een argeloos of naïef meisje, al-of-niet op toneel).
* "''Ingeroest''": Onuitroeibaar.
* "''Ingewijde''": Persoon die op de hoogte gebracht is van wat aan anderen onbekend is.
* "''In globo''" (Latijns: ''globus'': bol, massa): Als geheel, een massa, alles bijeengenomen.
* "''Ingoed''": Door-en-door goed van inborst.
* "''Ingriffelen / ingriffen''": Met een stift insnijden.
* "''In hoc casu''" (Latijns): In dit geval.
* "''In honorem''" (Latijns): Ter ere.
* "''In ipso termino''" (Latijns): Op de vastgestelde dag.
* "''Initia''" (Latijns: ''initium''): Eerste beginselen.
* "''Initiator''" (Latijns): Initiatiefnemer.
* "''Inkalven''": Stuksgewijs inzakken.
* "''Inlikken''": Door likken een bepaalde positie bereiken (ook: ''hielelikker'').
* "''In loco''" (Latijns): Op de plaats zelf.
* "''In margine''" (Latijns): Op de rand (van een brief / blad), als kanttekening.
* "''In medio''" (Latijns): In het midden.
** "''In medias res''" (Latijns): Midden in de zaak, ineens midden in de discussie
* "''In memoriam''" (Latijns): Ter gedachtenis / een plaat, een rede ter gedachtenis.
* "''In mora''" (Latijns): Achterstallig, in gebreke (ook: ''periculum, in morastelling'': ingebreke-stelling).
* "''In pace''" (Latijns): In vrede, in goede rust.
* "''In parenthesi''": Tussen haakjes.
* "''In patria''": In het vaderland.
* "''In perpeetuum''" (Latijns): Voor altijd, altijddurend.
* "''In petto''" of ''"petto''": In petto houden (tot gelegener tijd bewaren, voor zich houden).
* "''In plano''" (Latijns): In hele, ongevouwen vellen.
* "''In pleno''" (Latijns): In volle verdadering, terwijl al de leden aanwezig zijn (ook: ''plenair, plenum'').
* "''In politicis''" (Latijns): In politieke zaken, in politiek opzicht.
* "''Inprenten''": Door herhaalde lering diep in het gemoed indrukken (ook: ''inscherpen'').
** "''Inboezemen''": Ingeven, vervullen met, inprenten.
* "''Inregelen''": Een of het regelingsschema (opnieuw) in werking stellen.
* "''In saldo blijven''" (van Latijns): Nog schuldig blijven.
* "''Ins en outs''" (van Engels: ''ins and outs''): Hoeken en gaten, (kleinste) bijzonderheden, finesses.
* "''Inseparabel''": Onafscheidelijk.
* "''Inseraat / insereren / insertie''" (Latijns: ''inserere''): Het ingelaste, inlassen, invoeging, invoegen, opneming in een krant.
* "''In situ''" (Latijns): Ter plaatse, in de oorspronkelijke toestand.
* "''Inslapertje''": (Dikwijls stereotiepe) fantasie vóór het slapen / Glas drank, pil, poeder om het inslapen te bespoedigen.
* "''Insloffen''": Zijn activiteit verliezen.
* "''Insociabel''": Onverdraagzaam / Weinig geschikt voor, weinig doend aan het gezellig verkeer / Onverenigbaar met.
* "''Insolent(ie)''": Onbeschoft, onbeschaamd(heid).
* "''In spe''" (Latijns): In hope, toekomstig.
* "''Instantané''": Momentopname (verouderd).
* "''Instomen''": Stomend binnenkomen.
* "''Instoppen''": Warm inpakken.
* "''In summa''" (Latijns): Alles samengenomen.
* "''Interludium''" (Latijns, inzake muziek): Tussenspel ([[letterlijk]] en [[figuurlijk]]).
* "''In termino''" (Latijns): Op de bepaalde dag.
* "''Internos''" (Latijns): Onder ons.
* "''In terrorem''" (Latijns): Tot afschrik(ken).
* "''Intervisie''": Gezamenlijk overleg.
* "''(Ergens) intippelen''": Zich beet laten nemen, tegen de lamp lopen.
* "''Intitulé''": Citeertitel (van een wet, ook: ''intituleren'': betitelen).
* "''In totum''" (Latijns): In het geheel.
* "''Intuimelen''": Draaiend, buitelend neervallen in.
* "''In usu''" (Latijn): Gewoonlijk, in gebruik (ook: ''in usum'': ten gebruike, ten nutte).
* "''Invariabel''": Onveranderlijk.
* "''Invenit''" (Latijns): Hij, zij heeft het (uit)gevonden.
* "''Invectief''" (Latijns: ''invectivum''): Scheldwoord.
* "''In vino veritas''" (Latijns): In de wijn (is) de waarheid (dronken mensen spreken de waarheid en tonen hun werkelijke aard).
* "''In vivo''" (Latijns: ''vivus'': levend, ''vivum'': het levende): In het levende organisme.
* "''In voce''" (Latijns): Op, bij dat woord.
* "''Inzwelgen''": Naar binnen slaan, inslokken, gulzig opeten, versleten.
==Zie ook==
* [[Uit]] (doorverwijzing).
* [[Inauguratie]], inweiding, plechtige bevestiging in een bepaalde waardigheid (ook: ''inauguraal, inaugurator, inauguratrice, inauguratrix, inaugureel, inaugureren'').
* [[Inbeelding]] (zich inbeelden), zich iets onwaars voorstellen, teveel van zichzelf denken, hersenschim, [[verwaandheid]].
* [[beslaglegging|Inbeslagneming]], beslaglegging (ook: ''inbetalinggeving, inbewaringgeving, inbewaringhouding, inbezitneming, inbezitstelling, inbezittreding'').
* [[Inbinden]] (doorverwijzing).
* [[Inblikken]], inmaken in [[blik]], klaarmaken voor gebruik op later datum.
* [[Inboedel]], de roerende goederen van een [[woonhuis|huis]], de huisraad van een [[gezin]].
* [[Inboorling|Inboorling(e)]], iemand die [[geboren]] is in een [[staat|land]], een [[stad]] of een [[dorp]] waar hij woont ([[inlander]], geborene in een land van [[kolonist]]en).
* [[Inborst]], het karakter, aard van iemand.
* [[Inbraak]], het inbreken, een geval van inbreking, het zich [[onrechtmatig]] toegang verschaffen (ook: [[inbreker]], [[inbrekerspad]]).
** Ook: [[insluiper]], binnensluipende [[dief]] (ook: ''insluipen, insluiping'').
* [[Inbranden]], met een [[gloeien (natuurkunde)|gloeiend]] [[ijzer]] een [[merkteken|merk]] of letter(s) indrukken.
** Ook: het ongelijkmatig (scheef) branden van een [[sigaar]] of [[pijp (rookgerei)|pijp]].
* [[Inbrengen]] (doorverwijzing).
* [[Inbreuk]], schending of [[overtreding]] van een [[recht]] of [[wet]].
* [[Inburgeren]] (inburgering), tot [[burger]] maken of worden / opgenomen worden in een [[gemeenschap]] of taalgemeenschap (ook: ''ingeburgerd'').
* [[Inbussleutel]] een sleutel ([[gereedschap]]) die niet óm de kop van een [[bout]] past, maar ín een zeshoekige opening in die kop (om volledig te kunnen verzinken).
* [[Incardinatie]] (incardineren), opnemen onder de geestelijken van een [[bisdom]].
* [[Incarnatie]], inzake [[geloven]]: vleeswording, het [[mens]] worden (ook: ''incarneren, incarnaat'').
* [[Incasso]] (doorverwijzing).
* [[Incest]], bloedschande, [[geslachtsgemeenschap]] tussen [[bloedverwant]]en in nabije graad (ook ''incestueus'').
* [[Inch]], Engelse duim (= 1/12 Engelse [[voet (lengtemaat)|voet]], 1/36 [[yard]], ca. 2,54 [[centimeter|cm]]).
* [[Incident]] (doorverwijzing).
* [[Incisie]], een insnijding, snede.
* [[Inclinatie]] (doorverwijzing).
* [[Inclinometer]], clinometer.
* [[Incompatibiliteit]] (incompatibel), onverenigbaar(heid), niet kunnen samengaan.
* ''Incompetentie'' (incompetent), [[onbevoegd|onbevoegd(heid)]], [[onbekwaam|onbekwaam(heid)]], [[ongeldigheid]].
* [[Inconsequentie|Inconsequent(ie)]], het afwijken van eigen [[beginsel]], het niet gelijk blijven.
* [[incontinentie|Incontinent(ie)]], het onvermogen [[urine]] of [[ontlasting]] op te houden.
* [[Incourant]], niet gewild, niet (of moeilijk) [[verkoop]]baar.
* [[Incrementalisme]], beleid, [[politiek]] waarbij telkens onderdelen of kleine delen worden geweizigd.
* [[In-crowd]], min-of-meer gesloten groep (al-of-niet benijde) kern / kliek.
* [[Incroyable]], een [[mode]]gek onder het [[Directoire]] in [[Frankrijk]] ([[1795]]-[[1799]]).
* [[Incrustatie]] (doorverwijzing).
* [[Incubatie]], het uitbroeden.
** [[Incubatietijd]], de tijd tussen het [[besmetten]] en het uitbreken van de [[ziekte]] / de [[tijd]] dat men een ziekte onder de leden heeft.
* [[Incunabel]] (Latijns: ''incunabula'': kinderwindsels, wieg), wiegedruk, boek dat vóór [[1501]] gedrukt is (ook: ''incunabelist(e)''.)
* [[Indammen]], omringen met een [[dam (waterkering)|dam]], door een dam insluiten, inperken, beperken.
** Ook: [[Indijking]] (inpoldering, indijken), door een [[dijk]] of dijken omgeven. / het ingedijkte land.
* [[Indampen]], een oplossing van een groter gehalte maken door het [[oplosmiddel]] te doen [[verdampen]].
* [[Indantreen]], groep van [[kleurstof]]fen voor het [[verven]] van o.a. [[katoen]] (de naam komt van ''[[indigo]]'' en ''[[antraceen]]'' (steenkool).)
* [[Indemniteit]] (doorverwijzing).
* [[Independenten]], kerkelijke partij van de [[17e eeuw]] in [[Engeland]], die onafhankelijk wilden zijn van de [[Anglicaanse Kerk]].
* [[Independentie]], onafhankelijkheid.
* [[vroeger|Indertijd]], vroeger.
* [[Index]] (doorverwijzing).
* [[India]], [[republiek]] in [[Voor-Indië]] met een [[bevolking]] van voornamelijk [[Hindoe]]s.
* [[Indiaan]], een [[persoon]] van het [[mensenras|ras]] van de oorspronkelijke bewoners van [[Amerika]] (o.a.: [[Inca|Inca's]], [[Azteken]], [[Irokezen]] en [[Patagoniërs]]).
* [[Indicatie]] (doorverwijzing).
* [[Indictie]] (doorverwijzing).
* [[Indië]] (doorverwijzing).
* [[Indifferentisme]], onverschilligheid, lauwheid, inzake [[geloven]] (ook ''indifferent'': ook: ''onschadelijk, werkeloos'').
* [[Indigestie]], een storing van de [[spijsvertering]] als [[gevolg]] van overlading van de [[maag]].
* [[Indigo]] (doorverwijzing).
* [[indiscretie|Indiscre(e)t(ie)]], onbescheiden(heid), onkies(heid), loslippig(heid), uit de school klappend.
* [[Indium]], [[zeldzaam]] wit [[metaal]], zachter dan [[lood]], in [[1863]] ontdekt.
* [[Individu]] (doorverwijzing).
* [[Indo]] (doorverwijzing).
* [[Indoctrinatie]] (indoctrineren), een [[systematisch]] [[onderwijs|onderricht]] in een (politieke) leer ([[doctrine]]) met het doel deze leer [[kritiek]]loos te [[aanvaarden]].
* [[Indol]] (indool), kleurloze [[chemische verbinding]] die voorkomt in [[plant]]en, met een [[geur|lucht]] van [[faecaliën]]
: (ook voorkomend in de darmen en o.a. gebruikt voor de vervaardiging van [[parfum|parfumerieën]]).
* [[Indonesië]], Insulinde, de [[Oost-Indië]]-[[archipel]]. / Het uit het voormalige Nederlands Oost-Indië ontstane [[staat|rijk]].
* [[Indoor]] (doorverwijzing).
* [[Indra]], godheid van de Indiërs.
* [[Indringen]] (doorverwijzing).
* [[Indruk]] (doorverwijzing).
* [[Inductie]] (doorverwijzing).
* [[Indult]] (doorverwijzing).
* [[Industrie]] (doorverwijzing).
* [[-ine]]n, [[achtervoegsel]], veelvuldig bebruikt in de benamingen van [[natuurlijke stof]]fen en van [[chemische]] [[produkt]]en.
* [[vaccinatie|Inenten]] (faccineren), [[immuun]] maken door op kunstmatige wijze een ziekte op te wekken (door verzwakte smetstof in het [[bloed]] te brengen).
** [[vaccinatiebewijs|Inentingsbewijs]] (vaccinatiebewijs, pokkenbriefje), officiëel [[bewijs]]stuk van een inenting.
* [[inertie|Inert(ie)]] (doorverwijzing).
* [[Infanterie|Infanterie/infanterist]], voetvolk, [[soldaat|soldaten]] te voet.
* [[Infanticide]], kindermoord.
* [[Infantiliteit]] (doorverwijzing).
* [[Infarct]] (Latijns: ''infarcire'': instoppen), door opheffing van de [[bloedsomloop]] [[sterven|afgestorven]] gedeelte van een [[orgaan]]
: (bijvoorbeeld: een ''[[hartinfarct]] en [[herseninfarct]]).
* [[Infectie]], besmetting (ook: ''infecteren, infectiegevaar, infectiehaard, [[infectieziekte]], infectieus'').
* [[Inferioriteit]] (doorverwijzing).
* [[Inferno]], de hel (ook: ''infernaal'': hels, [[duivel]]s, [[boosaardig]]).
* [[Infibulatie]], [[operatie]] om de geslachtsgemeenschap te verhinderen (bij [[man (geslacht)|mannen]]: ''het vastnaaien van de [[voorhuid]]'', bij [[vrouw]]en: ''gedeelten van het [[geslachtsorgaan]] wegsnijden en de daar onstane ruwe, bloedige plekken aan elkaar te naaien'').
* [[Infighting]], [[boksen]] op minder dan een armlengte (ook: ''onderlinge [[strijd]] of [[machtsstrijd]]'').
* [[Infiltratie]] (doorverwijzing).
* ''Infinitesimaalrekening'': verzamelnaam voor [[differentiaalrekening|differentiaal]]- en [[integraalrekening]].
* [[Infinitief]] ([[grammatica]]): onbepaalde wijs (ook: ''infinitivus, infinitivi'' (Latijns).)
* [[Infirmarius]], ziekenvader in een [[klooster]] (ook: ''infirmerie'': ziekenzaal, [[hospitaal]]).
* [[Infix]] ([[taalkunde]]), element dat in een [[woord]] gevoegd is (bijvoorbeeld: ''bij 'dopen' en 'dompelen' of 'stappen' en 'stampen' is de 'm' een infix'').
* [[ontsteking (geneeskunde)|Inflammatie]] ([[medisch]]), ontsteking, brand.
* [[Inflatie]], waardevermindering.
* [[Inflexie]] (doorverwijzing).
* [[bloeiwijze|Inflorescentie]] (Latijns), bloeiwijze, bloemstand.
* [[Influentie]] (doorverwijzing).
* [[Influenza]] (medisch): Griep, aandoening van de [[ademhalingsorgaan|ademhalingsorganen]], vergezeld van [[koorts]], [[hoofdpijn]] enz.
* [[informatie|Info]], afkorting voor informatie (meestal op een bepaald gebied, onderwerp, ook: ''informeren'': inlichtingen inwinnen / verstrekken).
* [[Informeel]] (doorverwijzing).
* [[Infractie]], onvolkomen [[beenbreuk]], indeuking in een [[bot (anatomie)|bot]] (ook: ''inbreuk'').
* [[Infrarood]], met een [[frequentie]] lager dan rood (bijvoorbeeld: ''[[infrarood licht]]'': met groter golflente dan het zichtbare rood).
* [[Infrasoon]] ([[tegengestelde]] van ultrageluid, [[ultrasound]]), infrasone trillingen ([[natuurkunde]]), met frequenties lager dan het hoorbare [[geluid]].
* [[Infrastructuur]], de onderbouw van het [[economisch]] leven (het geheel van [[autoweg|auto]]-, [[spoorweg|spoor]]-, [[straatweg|straat]]-, [[waterweg]]en, [[haven]]s, [[vliegveld]]en, [[elektrische installatie]]s enz.)
* [[Infusie]] (doorverwijzing).
* [[Ingang]] (doorverwijzing).
* [[Ingebrekestelling]], kennisgeving aan een [[schuldenaar]] dat het tijdstip waarop hij betalen moet verstreken is.
* [[Ingehoudenheid]], matiging, zelfbeperking, zelfbeheersing.
* [[Ingenieur]], bezitter van de hoogste [[academisch]]e graad van een [[technische hogeschool]] en de [[landbouwhogeschool]] enz.
* [[Ingenieus]], scherpzinnig, vindingrijk, vernuftig.
* [[Ingenomen|Ingenomen(heid)]], een [[goed]] [[denkbeeld]] hebben van iets of iemand / in zijn schik zijn.
* ''Ingeving'': [[intuïtie]] of [[inspiratie]].
* [[Ingewanden]], de gezamenlijke inwendige organen van de romp van een [[mens]] of [[dier]] (ook: ''ingewandsziekte'').
* [[inwoner|Ingezetene]], inwoner (ook: ''ingezetenschap'').
* [[Ingrossatie]] (ingrosseren), inschrijven bij een [[hypotheekkantoor]].
* [[Ingvaeonisme]], eigenaardigheid in het [[Nederduits]], [[Nederlands]] en [[Engels]], die wordt beschouwd als afkomstig uit de [[taal]] van de [[Ingvaeonen]] ([[Germaans]]e stammen langs de [[kust]] van [[Gallië]] tot [[Denemarken]] in de eerste eeuwen na C.).
* [[inhaligheid|Inhalig(heid)]], schraapzucht (ook: ''inhalerig(heid)''.)
* [[Inhechtenisneming]], inverzekeringstelling.
** Ook: [[Invrijheidstelling]], het teruggeven van de [[vrijheid]].
* [[Inheems]], in het land zelf voorkomend.
* [[remming|Inhibitie]], remming.
* [[Inhoud]] (doorverwijzing).
* [[onmenselijk|Inhumaan]], gevoelloos wreed, onmenselijk.
* [[Initiaal]], (grote versierde) aanvangsletter.
* [[Initiatief]], het op touw zetten, de eerste stap of stoot.
* [[Injectie]] (doorverwijzing).
* [[Injunctie]] (doorverwijzing).
* [[Inka]] (Inca, doorverwijzing).
* [[Inkarnaat]], vleeskleurig, hoogrozerood.
* [[Inkomen]] (doorverwijzing).
* [[Inkoop]] (doorverwijzing).
* [[Inkt]], vloeistof waarmee men [[schrijven|schrijft]], [[tekenen|tekent]], [[drukken|drukt]] enz.
* [[Inkuilen]], in een pershoop [[conservatie|conserveren]] of in een kuil doen en afdekken met stro, aarde enz.
* [[Inlichting]], mededeling waardoor iemand op de hoogte van iets komt.
** ''Inside-information'' (van [[Engels]]): inlichtingen van ingewijden (insider).
* [[Inloophuis]], een tehuis, ontmoetingscentrum voor mensen die na ontslag uit een [[ziekenhuis]], [[crisiscentrum]] of [[psychiatrische inrichting]] [[hulp]], steun, [[medeleven]] zoeken voordat de geregelde hulpverlening of [[nazorg]] is begonnen.
* [[Inmaken]] (doorverwijzing).
* [[Innemen]] (doorverwijzing).
* [[Innerlijk]], inwendig, in het [[gemoed]], in het [[brein]], binnenste.
* [[Innovatie]], (invoeren van) nieuwigheid.
* [[Inpakken]] (doorverwijzing).
* [[Inpalmen]] (doorverwijzing).
* [[onderpand|Inpandgeving]], geven als onderpand.
* [[Inplanten]] (doorverwijzing).
* [[Input]] (doorverwijzing).
* [[Inquisitie]], geloofsgericht, kerkelijke [[rechtbank]] ([[Rooms-Katholieke Kerk]], in de [[middeleeuwen]] en [[1233]]).
* [[Inrichting]] (doorverwijzing).
* [[Inruilen]] (inruil), door ruiling verkrijgen.
* ''Inschatten'': [[taxatie|taxeren]], [[waarderen]], aanslaan.
* [[Inschrijving]] (doorverwijzing).
* [[Inscriptie]], inschrift, [[beitel|gebeiteld]] of [[graveren|gegraveerd]] opschrift.
* [[Insekt]] (insect), klein [[geleedpotige|geleedpotig]] [[dier]]tje.
** [[Insectarium]] ([[Latijn]]s: ''paludarium''), bewaarplaats voor insecten, insektenhuis.
* [[bevruchting|Inseminatie]], bevruchting ([[kunstmatige inseminatie]], ook: ''inseminator, insemineren'')
* [[Inservice-opleiding]], [[opleiding]] gepaard met / gelijktijdig met (elementaire) [[beroep]]suitoefening.
** [[Inservice-training]], aanvullende scholing, bijscholing tijdens de beroepsuitoefening.
* [[Insigne]], officiëel ere- of rangteken.
* [[Insinuatie]], bedekte aantijging, [[beledigen]]de toespeling, verdachtmaking / [[gerechtelijk]]e aanzegging (ook: ''insinueren'').
* [[Inslag]] (doorverwijzing).
* [[Inslapen]] (doorverwijzing).
* [[Insolatie]], bestraling door de [[zon]] / zonnesteek.
* [[Insolventie]], het insolvent (onvermogend) zijn, onmacht om te betalen (ook: ''insolvabel, insolvent'').
* [[Inspannen]] (doorverwijzing).
* [[Inspeciënt]], inzake [[toneel]], [[radio]], [[televisie]], [[opera]], [[orkest]]: degene die voor de rekwisieten, belichting, eventuele geluiden enz. zorgt.
* [[Inspectie]] (doorverwijzing).
* [[Inspiratie]], ingeving, inblazing, aanmoediging.
* [[Inspraak]], ingeving, de mogelijkheid om zijn [[stemrecht|stem]] of [[mening]] te laten horen / [[advies|adviserende]] stem.
* [[Installatie]] (doorverwijzing).
* [[Instantie]] (doorverwijzing).
* [[Instelling]] (doorverwijzing).
* [[Instinct]], natuurdrift, ingeschapen aandrift.
* [[Instituut]] (doorverwijzing).
* [[Instructie]] (doorverwijzing).
* [[Instrument]] (doorverwijzing).
* [[Instuif]], onofficiële [[gezellig]]e avond waarop men kan komen en gaan wanneer men wil.
* [[Insubordinatie]], verzet tegen de [[krijgstucht]] of zijn meerdere / dienstweigering.
* [[Insulinde]], door [[Multatuli]] verdichte naam van [[Oost-Indië]].
* [[Insuline]], een [[hormoon]], door de [[alvleesklier]] afgescheiden / [[geneesmiddel]] bij [[zuikerziekte]].
* [[insultatie|Insult(atie)]] ([[medisch]]), een [[aanval]] (bijvoorbeeld bij [[epilepsie]]: ''toeval'') / ook de benaming voor een [[belediging]]).
* [[Intarsi intarsi]], ([[Italië|Italiaans]]) inlegwerk van figuren en voorstellingen in (met name) [[meubilair]].
* [[Inteelt]], [[voortplanting]] binnen een kleine groep.
* [[integriteit|Integer]] (integriteit, doorverwijzing, [[tegengestelde]] van [[corrupt]]).
* [[Integraal]] (doorverwijzing).
* [[Integratie]], het maken, groeien of opnemen in een groter geheel, dat daardoor [[sociaal]], [[economisch]] of [[politiek]] krachtiger wordt.
* [[Intellectueel]] (doorverwijzing).
* [[Intelligentie]], het intelligent (vlug van bevatting) zijn / [[verstand]]elijk [[vermogen (kunnen)|vermogen]].
* [[Intendant]] (doorverwijzing).
* [[Intensief]] (doorverwijzing, ook: ''intensiteit'').
* [[Intensive-care]] (medisch): intensieve [[bewaking]] van [[patiënt]]en, intensieve [[verpleging]], voortdurend [[medisch specialist|specialistisch]] toezicht.
* [[Intentie]], bedoeling, oogmerk, voornemen.
* [[Interactie]], wisselwerking.
* [[Intercity]], exprestrein, rijdend tussen bepaalde grote steden (ook: ''intercitytrein, intercitylijn, intercitynet'').
* [[Intercom]], huistelefoon.
* [[Intercommunie]], inzake [[geloven]] en [[kerk]]en: het deelnemen van leden van verschillende kerken aan elkanders [[sacrament]]en.
* [[Intercontinentaal]], tussen de vastelanden plaatshebbend.
* [[Intercultureel]], beogende en betreffende de onderlinge aanraking, de wederzijdse kennisneming en [[waardering]] van verschillende [[cultuur|culturen]].
* [[Interdisciplinair]], tussen of van verschillende [[discipline]]s ([[wetenschap]]pen, [[studie]]vakken).
* [[Interesse]], belang, belangstelling, voorwerp van belangstelling (ook: ''interessant, intressantie, interesseren, interessent(e).)
* [[Interest]] (intrest, rente), percentsgewijze vergoeding voor het gebruik [[lening|geleend]] [[geld]] of andere [[verbruik]]bare zaken of onafgedane [[schuld]].
* [[Interfaculteit]], samenhangend terrein van wetenschappelijk [[onderzoek]] en [[onderwijs]], ingesteld tussen twee of meer [[faculteit]]en.
* [[Intergouvernementeel]], tussen of namens twee of meer [[regering]]en.
* [[Interieur]] (doorverwijzing).
* [[interlandwedstrijd]] ([[sport]]), wedstrijd tussen twee of meer [[staat|landen]].
* [[Interlinie]] (doorverwijzing).
* [[Intermediair]] (doorverwijzing).
* [[Intermezzo]], tussenspel, tussenbedrijf (ook de benaming voor een [[incident]]).
* [[Internaat]] (doorverwijzing).
* [[Internationaal]] (doorverwijzing).
* [[internist|Internist(e)]], geneesheer voor inwendige [[ziekte]]n.
* [[Internuntius]], gevolmachtigde van de [[paus]], in de rang van [[vertegenwoordiger]] tweede klasse (ook: ''internuntiatuur'').
* [[Interpelleren]], een interpellatie doen, opheldering vragen (ook: ''interpellant(e)'').
* [[Interpol]], Internationale Criminele Politiecommissie met het [[secretariaat]] in [[Parijs]].
* [[Interpretatie]], een vertolking of verklaring (ook: ''interpreet, interpretabel, interpretatief, interpreteren'').
* [[Interruptie]] (doorverwijzing).
* [[Interseksualiteit]], het hebben van de [[uiterlijk]]e [[kenmerk]]en van beide [[geslacht]]en / [[man (geslacht)|mannelijke]] en [[vrouw]]elijke [[orgaan|organen]] en [[eigenschappen]] hebbend.
* [[Interval]] (doorverwijzing).
* [[Interventie]], tussenkomst.
* [[Interview]], vraaggesprek van een [[vertegenwoordiger]] van de [[pers]] met een bekende [[persoonlijkheid]].
* [[Inti]], [[Peru]]viaanse [[munteenheid]].
* [[Intiem]] (doorverwijzing).
* [[Intimidatie]] (intimideren), het aanjagen van [[schrik]], [[angst|bevreesd]] maken.
* [[onverdraagzaamheid|Intolerantie]], onverdraagzaamheid (ook: ''intolerabel, intolerant'').
* [[Intonatie]], het aangeven van de (juiste) [[toon (geluid)|toon]] (ook: ''intoneren'').
** [[Intoneur]], orgelstemmer.
* ''Intoxicatie'': [[vergiftiging]] of [[bedwelming]].
* [[Intrige]], kuiperij, kunstgreep, slinkse streek, gekonkel, [[nieuwsgierig]] maken (ook: ''intrigant(e), intrigeren, intrigestuk'').
* [[Intrinsiek]], het innerlijk of tot het wezen van iets behorend (ook: [[intrinsieke waarde]]).
* [[Introductie]] (doorverwijzing).
* [[Introspectie]], inwendig onderzoek of waarneming van eigen innerlijk.
* [[Introvert]], naar binnen gericht, op het innerlijk leven gericht (tegengestelde van [[extravert]]).
* [[Intubatie]], inbrenging van een [[buis]] door de mond in de holte van het [[strottehoofd]].
* [[Intuïtie]], als of door een ingeving [[denken|bedacht]] of [[begrijpen|begrepen]] ([[bewustwording]] vanuit het [[onbewuste]]).
* [[Inuit]]s, [[mensen]], [[volk]], Eskimo's.
* [[Invalide]] (doorverwijzing).
* [[Invalshoek]] (doorverwijzing).
* [[Invasie]], (vijandelijke / gewapende) inval of een plotselinge menigte of stroom.
* [[Inventaris]] (doorverwijzing).
* [[Inventiviteit]], vindingrijkheid (ook: ''inventie(f)''.)
* [[Investering]], belegging van gelden of geïnvesteerd geld (ook: ''investeren'').
* [[Invitatie]], uitnodiging of uitnodigingskaart of -email.
* [[In vitro]], (in een [[laboratorium]]) in [[glas]] buiten het (dierlijke of menselijke) lichaam (bijvoorbeeld: [[in-vitro-fertilisatie]]).
* [[Invloed]] (doorverwijzing).
* [[Invoegstrook]], extra rijstrook van een [[autoweg]] van waaruit een rijdende [[auto]] na een op- of toerit zich in de [[verkeer]]sstroom kan voegen.
* ''Invoelbaar'': [[voorstellen|voorstelbaar]], [[begrijpelijk]], [[aanvaarding|aanvaardbaar]] (ook: ''invoelen, aanvoelen'').
* [[Invoer]] (doorverwijzing).
* [[Invordering]], inning (ook: ''invorderaar, invorderbaar, invorderen'').
* [[Inzaaien]], uitzaaien, bezaaien, tussen een ander [[gewas]] zaaien.
* [[Inzakking]] (doorverwijzing).
* [[Inzameling]], collecte (ook: ''inzamelen, inzamelaar'').
* [[Inzegening]] (doorverwijzing).
* [[Inzet]] (doorverwijzing).
* [[Inzicht]] (doorverwijzing).
* [[Inzinking]] (doorverwijzing).
</div></div>

Huidige versie van 29 mei 2016 om 15:36

Lijst

Als ik die lijst zie, ben ik wat verbaasd dat inderdaad ontbreekt. En innig, en Indiana Jones. Mendelo 29 mei 2016 17:24 (CEST)

Klik op uitklappen om de hele lijst te zien

Uitdrukkingen:

(genoemde Latijnse woorden zijn vernederlandste woorden)
  • "In abstracto" (Latijns): In het afgetrokkene, op zich zelf beschouwd.
  • "Inaccuraat": Niet nauwkeurig.
  • "Inactief": Werkeloos, buiten dienst.
  • "Inadequaat": Ontoereikend, onevenwichtig.
  • "In aeternum" (Latijns): Eeuwig, voor altijd.
  • "Inaliënabel": Onvervreemdbaar.
  • "Inalterabel": Onveranderlijk, onverstoorbaar.
  • "Inas": Afkorting van inrichtingsassistente (ook: inasser).
  • "Inbakeren": In luiers inwikkelen, warm instoppen.
  • "Inblazen": Influisteren, ingeving (ook: inblazing en inblazer: ophitser).
  • "Inboeren": In bezit achteruit gaan door zijn bedrijf.
  • "Inboeten": Iets in plaats van iets anders zetten. / Verliezen.
  • "Inboezemen": Ingeven, vervullen met, inprenten.
  • "Incapabel": Onbekwaam, ongeschikt (ook: incapaciteit).
  • "In casu" (Latijns): In (dit) geval.
  • "In caudavenenum" (Latijns): Het vergif zit in de staart, het minder aangename zit in de laatste woorden.
  • "Inchoatief" (Latijns: inchoativum, van: inchoare: beginnen): een ww. dat een aanvangend gebeuren uitdrukt (bijvoorbeeld: ontvlammen).
  • "Incommensurabel": (Onderling) onmeetbaar.
  • "Incommoderen": Hinderen, ongelegenkomen.
  • "In concreto" (Latijns): In werkelijkheid, in een bepaald geval. / Niet vaag, niet in het algemeen, met duidelijke voorbeelden.
  • "In confesso" (Latijns): Geen verder bewijs of bespreking behoevend. / Door de verdachte erkend, volledig bewezen.
  • "Incongruent" (Latijns): Niet gelijkvormig, niet overeenstemmend, ongelijk (ook: incongruentie).
  • "Inconstant": Onstandvastig.
  • "Inconstitutioneel": Ongrondwettig.
  • "Incontestabel": Onbetwistbaar.
  • "Inconveniënt": Ongelegenheid, ongerief, ongemak. / Bezwaar (ook: inconveniëren).
  • "Incrementeel": Geleidelijk oplopend, geleidelijk stijgend.
  • "Incrementum" (Latijns): Groei, uitbreiding, een filiaal.
  • "Incrimineren": Ten laste leggen, als strafbaar beschouwen.
    • "Inculpatie": beschuldiging, het aanklagen (ook: inculperen).
    • "Incuria": Voor het gerecht, op het raadhuis.
    • "Indagen / indaging": Dagvaarden, schriftelijke dagvaarding.
    • "In foro" (Latijns: in het forum): In of voor het gerecht.
  • "Indecent": Oneerbaar, onwelvoeglijk.
  • "Indeclinabel": Onverbuigbaar (grammatica).
  • "Indelicaat": Onkies.
  • "In deposito" (Latijns: in bewaring): Geld in bewaring geven bij een bank tegen rente.
  • "Indommelen": Insluimeren / Niet meer waakzaam zijn (ook: indutten: zoetjes aan in slaap vallen. / insluimeren: inslapen).
    • "Insussen": Sussend doen inslapen.
  • "Indonderen": Ruw taalgebruik: in elkaar storten / Met geweld en lawaai binnenkomen / Ruw iets ergens in smijten.
  • "In dorso" (Latijns): Op de rug (bijvoorbeeld van een wissel).
  • "Indroppelen": Drup-voor-drup brengen / komen in (ook: indruppelen).
  • "In dubio" (Latijns): In twijfel, in een twijfelachtig geval.
    • "In suspenso": In twijfel, onbeslist.
  • "In effigie" (Latijns): In beeltenis.
  • "In- en uitpraten": Vaag, onduidelijk iets betogen, verward uiteenzetten (ook: in- en uitpraterij).
  • "Inept / ineptie": Ongerijmd(heid), dwaas.
  • "In extremis / in extremis momentis": In de laatste ogenblikken, op zijn uiterste liggend, op sterven liggen. / In de hoogste nood.
  • "Infaam": Eerloos, snood, schandelijk.
  • "In facto": Inderdaad, werkelijk.
  • "Infamerend": Eerrovend, lasterlijk, onterend.
    • "Injurie / injuriëren": Krenking van eer, belediging, beledigen, uitschelden. / Mishandeling, schade.
  • "In favorem": Ten gunste van.
  • "Infideles" (Latijns: infidelis): Ongelovigen, heidenen (ook: in partibus infidelium).
    • "In partibus infidelium" (Latijns): In het land van de ongelovigen (inzake niet-katholiek)
  • "In flagranti / in flagranti delicto" (Latijns): Op heterdaad.
  • "In forma" (Latijns): In de (behoorlijke) vorm.
  • "In futurum": Voortaan, in het gevolg.
  • "Ingebakken": Aangeboren, krachtig levend (bijvoorbeeld een ingebakken wantrouwen). / Van nature aanwezig.
  • "Ingenieus": Scherpzinnig, vindingrijk, vernuftig.
  • "Ingénu": Naïef, ongekunsteld, argeloos. niet wereldwijs (ook: ingénue: een argeloos of naïef meisje, al-of-niet op toneel).
  • "Ingeroest": Onuitroeibaar.
  • "Ingewijde": Persoon die op de hoogte gebracht is van wat aan anderen onbekend is.
  • "In globo" (Latijns: globus: bol, massa): Als geheel, een massa, alles bijeengenomen.
  • "Ingoed": Door-en-door goed van inborst.
  • "Ingriffelen / ingriffen": Met een stift insnijden.
  • "In hoc casu" (Latijns): In dit geval.
  • "In honorem" (Latijns): Ter ere.
  • "In ipso termino" (Latijns): Op de vastgestelde dag.
  • "Initia" (Latijns: initium): Eerste beginselen.
  • "Initiator" (Latijns): Initiatiefnemer.
  • "Inkalven": Stuksgewijs inzakken.
  • "Inlikken": Door likken een bepaalde positie bereiken (ook: hielelikker).
  • "In loco" (Latijns): Op de plaats zelf.
  • "In margine" (Latijns): Op de rand (van een brief / blad), als kanttekening.
  • "In medio" (Latijns): In het midden.
    • "In medias res" (Latijns): Midden in de zaak, ineens midden in de discussie
  • "In memoriam" (Latijns): Ter gedachtenis / een plaat, een rede ter gedachtenis.
  • "In mora" (Latijns): Achterstallig, in gebreke (ook: periculum, in morastelling: ingebreke-stelling).
  • "In pace" (Latijns): In vrede, in goede rust.
  • "In parenthesi": Tussen haakjes.
  • "In patria": In het vaderland.
  • "In perpeetuum" (Latijns): Voor altijd, altijddurend.
  • "In petto" of "petto": In petto houden (tot gelegener tijd bewaren, voor zich houden).
  • "In plano" (Latijns): In hele, ongevouwen vellen.
  • "In pleno" (Latijns): In volle verdadering, terwijl al de leden aanwezig zijn (ook: plenair, plenum).
  • "In politicis" (Latijns): In politieke zaken, in politiek opzicht.
  • "Inprenten": Door herhaalde lering diep in het gemoed indrukken (ook: inscherpen).
    • "Inboezemen": Ingeven, vervullen met, inprenten.
  • "Inregelen": Een of het regelingsschema (opnieuw) in werking stellen.
  • "In saldo blijven" (van Latijns): Nog schuldig blijven.
  • "Ins en outs" (van Engels: ins and outs): Hoeken en gaten, (kleinste) bijzonderheden, finesses.
  • "Inseparabel": Onafscheidelijk.
  • "Inseraat / insereren / insertie" (Latijns: inserere): Het ingelaste, inlassen, invoeging, invoegen, opneming in een krant.
  • "In situ" (Latijns): Ter plaatse, in de oorspronkelijke toestand.
  • "Inslapertje": (Dikwijls stereotiepe) fantasie vóór het slapen / Glas drank, pil, poeder om het inslapen te bespoedigen.
  • "Insloffen": Zijn activiteit verliezen.
  • "Insociabel": Onverdraagzaam / Weinig geschikt voor, weinig doend aan het gezellig verkeer / Onverenigbaar met.
  • "Insolent(ie)": Onbeschoft, onbeschaamd(heid).
  • "In spe" (Latijns): In hope, toekomstig.
  • "Instantané": Momentopname (verouderd).
  • "Instomen": Stomend binnenkomen.
  • "Instoppen": Warm inpakken.
  • "In summa" (Latijns): Alles samengenomen.
  • "Interludium" (Latijns, inzake muziek): Tussenspel (letterlijk en figuurlijk).
  • "In termino" (Latijns): Op de bepaalde dag.
  • "Internos" (Latijns): Onder ons.
  • "In terrorem" (Latijns): Tot afschrik(ken).
  • "Intervisie": Gezamenlijk overleg.
  • "(Ergens) intippelen": Zich beet laten nemen, tegen de lamp lopen.
  • "Intitulé": Citeertitel (van een wet, ook: intituleren: betitelen).
  • "In totum" (Latijns): In het geheel.
  • "Intuimelen": Draaiend, buitelend neervallen in.
  • "In usu" (Latijn): Gewoonlijk, in gebruik (ook: in usum: ten gebruike, ten nutte).
  • "Invariabel": Onveranderlijk.
  • "Invenit" (Latijns): Hij, zij heeft het (uit)gevonden.
  • "Invectief" (Latijns: invectivum): Scheldwoord.
  • "In vino veritas" (Latijns): In de wijn (is) de waarheid (dronken mensen spreken de waarheid en tonen hun werkelijke aard).
  • "In vivo" (Latijns: vivus: levend, vivum: het levende): In het levende organisme.
  • "In voce" (Latijns): Op, bij dat woord.
  • "Inzwelgen": Naar binnen slaan, inslokken, gulzig opeten, versleten.

Zie ook

(ook voorkomend in de darmen en o.a. gebruikt voor de vervaardiging van parfumerieën).
(bijvoorbeeld: een hartinfarct en herseninfarct).