Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Hippiecultuur

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De hippiecultuur is een jeugdcultuur, subcultuur en tegencultuur populair onder tieners en twens en kwam op in het midden van de jaren 60. ’Hippies’ worden gezien als de ’makers’ van de flowerpower-beweging en zijn daarom voor altijd verbonden met de seksuele, muzikale en sociale revolutie(s) van de jaren zestig en begin jaren ’70. De release van Sgt. Pepper's Lonely Hearts Club Band (1967) van The Beatles wordt wel eens als het startpunt of beginpunt van de flowerpower of hippiecultuur beschouwd.

Filosofie

Een van de woordvoerders van het eerste uur vatte het zo samen:

Een hippie is het ’etiket’ voor een vooraanstaand, onzichtbaar, ondergronds, evolutionair proces. Voor elke zichtbare hippie, op blote voeten, vol met bloemen en kralen zijn er duizenden onzichtbare leden van de levendige ondergrondse. Het leven van personen die zijn gericht op de innerlijke visie, die buiten het alledaagse, komieke Amerikaanse leven vallen – (vrij naar Timothy Leary in The Politics of Ecstasy uit 1967)

Hippies verzetten zich tegen de kapitalistische en materialistische maatschappij, die veel gebruik maakt van technologie. Deze leidde volgens de hippies enerzijds tot onnatuurlijkheid, kunstmatigheid en milieuvervuiling. Anderzijds richten de mensen binnen deze maatschappij zich te veel op werk, geld, bezit, status, zekerheid en macht. Daarbij leiden burgerlijkheid en een overmaat aan regels en beperkingen tot onvrijheid, de onderdrukking van allerlei gevoelens en ideeën, en uiteindelijk tot geestelijke leegheid. Hippies verzetten zich ook tegen liefdeloosheid, oorlog, discriminatie en geweld.

Het verlangen van de hippies naar een andere samenleving uitte zich doorgaans niet in een confrontatie met anderen, noch in politieke actie met het doel om de hele maatschappij te veranderen. Vaker verliet men de burgermaatschappij (’drop out’) om zelf anders te gaan leven, een tegencultuur te vestigen en op die wijze het goede voorbeeld te geven. Dat hippies anders waren, werd benadrukt door hun aparte uiterlijk. Het leven buiten de reguliere maatschappij vond soms plaats in een commune. Hierin was men gericht op goede communicatie, zorgzaamheid, en het delen van veel zaken met elkaar. Hierin kon men ook zijn ecologische idealen tot uitdrukking brengen door simpel, natuurlijk en zelfvoorzienend te leven. Liefde stond centraal, men was dus voor pacifisme, vrede en gelijkheid tussen rassen. De leefwijze van de hippie was gericht op vrijheid, spontaniteit, creativiteit en plezier. De vrijheid omvatte ook seksuele vrijheid, waarbij seksuele taboes (bijvoorbeeld op openbare naaktheid) werden doorbroken en de vrije liefde (ook buiten vaste relaties om) werd bedreven. De hippie probeerde zijn geest te verrijken en tot nieuwe inzichten te komen. Enerzijds via geestverruimende middelen (drugs), die werden gezien als een methode om het bewustzijn van mensen te verbeteren. Anderzijds ook met behulp van oosterse religie, mystiek en spiritualiteit.

Perceptie van de ’burgermaatschappij’

Hippies stonden daarom bij de gevestigde maatschappij vooral bekend als losbandige, seksbeluste, blowende jongeren, met lange haren en baarden en gekleed in felgekleurde kleding. Vooral T-shirts, spijkerbroeken en oosters getinte jassen en gewaden als kaftans, kralenkettingen, bloemen en andere versierselen worden met hen geassocieerd. Ze verplaatsten zich veelal in zogenaamde hippiebusjes, ’lelijke eendjes’ of liftend van de ene ’happening’ of muziekfestival naar het andere. Maar dat beeld doet tekort aan deze ’tegen’-cultuur, die ook veel nieuwe muziek, andere vormen van kunst en verfrissende nieuwe denkwijzen heeft voortgebracht.

Muziek

Muziek was in de hippiecultuur een belangrijk element. Behalve dat de hippies constateerden dat protestliederen uitstekend gebruikt konden worden om zich te distantiëren van de rest van de maatschappij, gingen hippies ervan uit dat de sfeer die muziek schept, mensen samen kan brengen. Zo organiseerden zij onder het motto ’3 days of peace and music’ het Woodstock-festival, waar meer dan 400.000 mensen voor drie dagen samen kwamen, zonder dat er vechtpartijen uitbraken.

Hoogtepunten

John Lennon en Yoko Ono organiseerden in maart 1969 een bed-in in Hilton-hotels in Toronto en Amsterdam. Al eerder waren er in het Ashbury Park in San Francisco tijdens de flowerpower-tijd Teach-Ins, Love-Ins en Sit-Ins georganiseerd, bedoeld om onder invloed van geestverruimende middelen als LSD gezamenlijk te trippen. Ook in Amsterdam (zie verder naar onder) gebeurde dat.

Het bekendste hippie muziekfestival is Woodstock (1969). Hiervan is een film (documentaire) gemaakt. Ook het eerdere popfestival in Monterey, gehouden in de zogenaamde Summer of Love (1967) werd later gezien als een beroemde ’Hippiehappening’. In Nederland had het Holland Pop Festival in het Rotterdamse Kralingen in juni 1970 eenzelfde status, in het Verenigd Koninkrijk het Isle of Wight Festival.

Bekende hippie-films zijn: Blow up, Blow (met Johnny Depp) en Easy Rider. Films naar musicals, vaak later gemaakt, zijn: Godspell, Hair, Oh Calcutta en Taking Woodstock. Een voorbeeld van een hippieplaats (een plaats waar veel hippies bij elkaar komen) was allereerst natuurlijk de bakermat van de flowerpower: San Francisco in de VS. Later kwam daar New York bij. Maar ook in andere delen van de wereld had je zulke plaatsen. Amsterdam was wegens het tolerante klimaat (zie ook coffeeshops) een geliefd verzamelpunt en was zelfs enige tijd de hippie-hoofdstad van Europa, met Damslapers en het Vondelpark als magisch centrum. Maar ook een afgelegen plaats als Dahab in Egypte kreeg eenzelfde status. Dit ligt in het toen door Israël bezette Sinaï. De Magic bus bracht mensen voor een habbekrats naar de opiumvelden van Turkije, Libanon, Afghanistan, Pakistan en India. De reisroute van Europa over land naar India en Nepal staat internationaal bekend als de 'Hippie trail'.

Provo met hun happenings en het dansen rondom het beeldje Het lieverdje op het Amsterdamse Spui, en de Kabouters met hun Oranje Vrijstaat zijn Nederlandse fenomenen, ontleend aan het situationisme. Navolgers zoals autonomen en krakers stichtten hun Tijdelijke Autonome Zones.

Verdere verloop

De beweging verliep aan het eind van de jaren '70 van de 20e eeuw. Veel in het begin onbekende popgroepen die eertijds enthousiast meededen met de flowerpower gingen op de commerciële toer als ze eenmaal de aandacht van de grote platenmaatschappijen hadden. De disco en soul zijn voorbeelden van commerciële muziekrichtingen met de wortels in de flowerpower.

De meeste jongeren die zich er eerst mee verbonden kregen naarmate ze ouder werden andere interesses, pasten zich weer aan aan de ’burgermaatschappij’ om carrière te maken, weer naar school te gaan enzovoort, hoewel er nu nog steeds enkele, inmiddels vergrijsde en overjarige, diehard hippies zijn.

Begin jaren ’90 was er een korte opleving van de hippie-beweging, onder invloed van het vallen van het ijzeren gordijn, de populariteit van Grunge (zie ook Nirvana) en de opkomst van milieubewegingen. Deze neo-hippies waren vooral een modeverschijnsel.

De erfenis van de hippies

De idealen van de flowerpower en de originele hippies hebben hun neerslag gevonden in veel New Age-achtige leringen, sekten en richtingen. Ook is in de drijfveren van de milieubeweging, vooral bij Greenpeace, hun invloed te bespeuren. Verder in anarchistische experimenten als communale woonvormen en zelfvoorzienende gemeenschappen. Van de vele communes en woongemeenschappen gesticht door hippies in de jaren zestig en ’70 zijn er, op enkele succesvolle uitzonderingen na, niet veel levensvatbaar gebleken. Maar ook de ideologie achter vrije software in de informatica en bij experimenten met kleinschalige industrie en werkplaatsen (voorbeeld is De Kleine Aarde) is gedeeltelijk in het flowerpower gedachtegoed te vinden. De leidende figuren in deze activiteiten waren veelal in hun jeugd actieve hippies. In Nederland is veel gedachtegoed bij het linkse politieke spectrum te vinden zoals bij de SP, GroenLinks en in mindere mate de PvdA en aanvankelijk ook bij D66.

Begin jaren ’90 kende de tienermode in enkele Europese landen een korte hippie-opleving. Dit beperkte zich vrijwel volledig tot de mode voor meisjes, en had geen filosofische of muzikale affiniteit met de jaren zeventig. Deze opleving werd zichtbaar in gebleekte jeans met olifantenpijpen, al dan niet gescheurd aan de knieën. Eventueel werd dit aangevuld met een soms wel 9 cm grote bloemvormige gesp (vage verwijzing naar flowerpower) net onder een blote navel. Ook hippie-achtige (oosterse) sieraden doken weer op. Deze opleving duurde twee à drie zomers, en betrof uitsluitend een fenomeen dat betrekking had op uiterlijk, niet op inhoud. Dit in tegenstelling tot de Psychedelic Trance scene, een vorm van elektronische dansmuziek die halverwege de jaren ’90 ontstond te Goa in India, overwaaide naar de rest van de wereld en nu jong en oud samenbrengt op vele festivals en feesten die worden gekenmerkt door het in de scene gebruikte begrip ’PLUR’, oftewel Peace, Love, Unity, Respect. ’Liquid Crystal Vision’ en ’Last Hippie Standing’ zijn twee documentaires die deze beweging goed in beeld brengen. Begin 2000 ontstond er in Amerika de nieuwe stijl Kandi, sommige dingen uit het Kandi zijn afgeleid van de hippies. Waaronder het motto: PLUR dat staat voor Peace Love Unity Respect.

Trivia

  • In de vierde eeuw v.Chr. gedroegen sommige filosofen (de Cynici) zich zo atypisch in de Atheense samenleving, dat oudhistorici ze nu bestempelen als ’hippies van de oudheid’. Een beroemd voorbeeld van zo een cynicus is Diogenes van Sinope, die naar verluidt buiten in een groot vat sliep en door zijn stadsgenoten de bijnaam ’kunikos’ (hond) kreeg.

Zie ook

Bronvermelding

Bronnen, noten en/of referenties:

rel=nofollow