Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Nationalisme
Nationalisme is een politieke ideologie, waar geen vaste en onbetwistbare definitie voor bestaat. Verschillende uitleggen kunnen zijn: vaderlandsliefde, het streven naar congruentie van natie en staat (natiestaat) of het ophemelen of verdedigen van het eigene, meestal gepaard gaand met een afkeer van het vreemde.
Politieke ideologieën |
---|
Dit artikel is een deel van de reeks over politiek |
Ideologie
|
Anarchisme |
Christendemocratie |
Communisme |
Communitarisme |
Conservatisme |
Fascisme |
Feminisme |
Geoisme |
Islamisme |
Liberalisme |
Libertarisme |
Nationalisme |
Pan-nationalisme |
Nationaalsocialisme |
Sociaaldemocratie |
Sociaalliberalisme |
Socialisme |
Dorp:...... |
Het verschijnsel nationalisme kwam op met de opkomst van het begrip natie (afgeleid van het Latijn: nasci, natum = geboren worden). Nationalisme geldt als een streven naar eenheid en staat daarmee tegenover de wil van een kleinere groep om zelfstandigheid te vragen en zich af te scheiden van een grotere natie (separatisme). Er zijn verschillende vormen van nationalisme te onderscheiden, waaronder staatsnationalisme, volksnationalisme, politiek nationalisme, burgerlijk nationalisme en economisch nationalisme.
In het politiek spectrum is nationalisme moeilijk in te delen bij links of rechts; nationalisme bestaat in extreemlinkse vorm (Anarcho-nationalisme), in extreemrechtse vorm (Fascisme en Nationaalsocialisme), maar ook in 'gewoon' linkse en 'gewoon' rechtse vorm (respectievelijk Linksnationalisme en Liberalisme/Conservatisme).
Als politieke stroming ontstond het nationalisme aan het einde van de 18e eeuw. Het was gedurende de 19e eeuw en de eerste helft van de 20e eeuw één van de grootste politieke bewegingen. Buiten Europa begon het nationalisme vooral vanaf de tweede helft van de 20e terrein te winnen.
Oorsprong
Volgens verschillende historici, waaronder Eric Hobsbawm, heeft het nationalisme Jacobijnse wortels.[1] Het nationalisme wordt daarbij beschouwd als een uitvloeisel van de idee van volkssoevereiniteit. Als een volk soeverein is, dan hebben de mensen die tot dat volk behoren een reden tot fierheid en daarom moet dat volk verdedigd worden tegen buitenlandse vijanden. Dit impliceert uiteraard ook een grotere betrokkenheid van de bevolking bij de politiek.
Dit zorgt er voor dat het des te belangrijker wordt te bepalen wie tot het volk behoort en wie niet.
Het nationalisme kan zich enten op een parlementaire democratie, maar het kan er zich ook tegen verzetten (in dat geval wordt de parlementaire democratie meestal gezien als een onvolledige vertaling van de volkssoevereiniteit).
Staatsnationalisme
Dit is een vorm van nationalisme waarbij de staat centraal staat (of dikwijls ook de etnische groep die daarin de meerderheid vormt en een macht wil uitoefenen zonder rekening te moeten houden met minderheidsgroepen; ook wel etnisch nationalisme genoemd). Het wordt gelegitimeerd door de actieve deelname aan de macht (of rekening houdend met de wensen ervan) van de inwoners van de staat (of van de dominante groep), zonder rekening te houden met de etnische achtergrond van die inwoners. Het Europees nationalisme ontstond tijdens het Congres van Wenen (1815) in reactie op het internationale stelsel van Napoleon Bonaparte. Inwoners van landen als Engeland, Frankrijk en Spanje waren zich al eeuwenlang bewust van hun cultuur, met name wanneer deze bedreigd werd; nieuwe staten als Italië, Duitsland, Polen, Oostenrijk en Turkije maakten het nationalisme tot basis van hun politiek: onderwijs, propaganda naar binnen en agressieve assertiviteit naar buiten. Deze tendens begon vaak cultureel (Volksgeist, sprookjes van Grimm), maar eindigde militair, missionair en imperialistisch.
Nationalisme ging vaak gepaard met het verheerlijken van de oorlog, een middel tot genezing van een gedegenereerde natie. Het onderwijs verheerlijkte de vaderlandse geschiedenis, de staat herdacht heldendaden uit het verleden, volkslied, vlag en uniform vulden een religieusritueel vacuüm op.
Als schoolvoorbeeld wordt het Franse nationalisme aangegeven, dat zo zijn expansiedrift tijdens de Franse Revolutie kon legitimeren, maar dat weinig oog had voor de rechten van onder meer Bretoenen, Basken en Corsicanen. Menige vorm van staatsnationalisme leidde naar grootschalige inbreuken op de fundamentele regels van de democratie doordat discriminatie van etnische minderheden, of andere inbreuken op politieke of burgerlijke rechten met oog op het beschermen en in stand houden 'ten allen kosten' van de bestaande staat.
Het bekendste voorbeeld van staatsnationalisme is het Derde Rijk onder de dictatuur van Hitler en de NSDAP. Het idee van het Duitse 'Rijk' is hier de meest duidelijke allusie op. Een beperkte groep mensen beweert dat Nazi-Duitsland volksnationalistisch was. Dit valt echter makkelijk te ontkrachten door het feit dat Hitler ook andere Germaanse volkeren (Nederlanders, Vlamingen, Engelsen) als Arisch, en dus als zijn staat waardig, beschouwde.
Ook het Italiaanse fascisme onder Benito Mussolini was sterk staatsnationalistisch. Het belang van de staat was hier in zulke mate belangrijk, dat het zelfs primeerde boven de personencultus rond Mussolini. Dankzij dit feit kon Mussolini later ook afgezet worden door de Italianen.
Volksnationalisme
Zie Volksnationalisme voor het hoofdartikel over dit onderwerp. |
Volksnationalisme is een vorm die uitgaat van een volk. Dit volk vormt een natie, en die natie moet de basis vormen van de bestuurlijke eenheid. Volksnationalisme gaat er dus van uit dat het volk belangrijker is dan de staat.
Een volk wordt door volksnationalisten omschreven als een groep mensen met een gemeenschappelijke taal, cultuur en geschiedenis. Hieruit volgt dus niet noodzakelijkerwijs dat ook de etniciteit of de religie, godsdienst of levensbeschouwing dezelfde moet zijn. Ook denkt niet elke volksnationalist aan één en hetzelfde grondgebied voor de staat waarin de natie zich zal vestigen.
Volksnationalisme leidt vaak tot othering, het definiëren van het eigen volk ten koste van een ander volk. Dit wordt bijvoorbeeld gedaan in de geschiedschrijving door het verheerlijken van de eigen geschiedenis of het weglaten van elementen die hieraan afbreuk doen of juist de ander in een positief daglicht stellen. Een voorbeeld uit de Nederlandse geschiedenis is de geschiedschrijving over de Tachtigjarige Oorlog, waarbij de wreedheden van de Spaanse troepen wel aan bod kwamen, maar die van bijvoorbeeld de watergeuzen werden weggelaten of vergoelijkt. Na de emancipatie van de katholieken, konden in het onderwijs echter verschillende manieren van lesgeven ontstaan; Op protestantse scholen werd kinderen bij geschiedenis bijvoorbeeld geleerd dat Den Briel was 'bevrijd' door de 'watergeuzen', terwijl op katholieke scholen deze veroveraars werden aangeduid als 'terroristen', verantwoordelijk voor de 'Martelaren van Gorcum'.
Gottfried Herder[2]
Johann Gottfried von Herder wordt vaak beschouwd als de grondlegger van dit nationalisme.[3] Hij liet zich inspireren door de natuur. De ware samenleving is door verwantschap met elkaar verbonden, net als een levend organisme. Dergelijke gevoelens van saamhorigheid leven onder het (gewone) volk, dat nog niet, zoals de hogere standen, vervreemd is van zijn culturele wortels.
Volgens Herder heeft iedere natie haar eigen karakter en het recht om te bestaan. De eigen taal is de ziel van de natie maar ook de ligging en het klimaat zijn bepalend voor de manier waarop mensen leven. Voor Herder hoefde een natie niet noodzakelijkerwijs een zelfstandige staat te worden met een eigen regering en een eigen krijgsmacht; Staatsvorming was voor hem van ondergeschikt belang. Hiermee onderscheidt hij zich van latere generaties nationalisten, die juist de nadruk legden op staatsvorming.
Volk wordt staat
Later, halverwege de 19e eeuw, kwamen er in Europa steeds meer bewegingen op om natiestaten te creëren. Een schoolvoorbeeld is Italië, dat met het volksnationalisme zijn eenmaking kon legitimeren - die de laatste decennia als beknellend ervaren wordt. Volksnationalisme is dikwijls sterk intern gericht op één natie met een redelijk hoge etnische en politieke homogeniteit, en haar staatkundige ontplooiing (zie ook zelfbeschikkingsrecht). Het latere fascisme was echter staatsnationalistisch.
Een ander voorbeeld was het Frankfurter parlement, dat ijverde voor de oprichting van 'een Duitsland'. Dit mislukte, maar later wist de Pruisische regeringsleider Otto von Bismarck de Duitse eenwording dan toch te bewerkstelligen.
Politiek nationalisme
Politiek nationalisme is het geheel van aansporingen gericht op gemeenschapsvorming en gemeenschapsbeleid dat zich onderscheidt van de aansporingen van universalistische denkrichtingen. Deze laatste beschouwen principieel alle aardbewoners als mogelijke beneficianten en uitdragers van de boodschap. Nationalisten richten zich tot een door uiterlijke kenmerken herkenbare, gelijktalige of geografisch lokaliseerbare mensengroep. De doelstellingen (waarden) die zij voorhouden zijn door hun wezen of door hun voorstellingswijze slechts waardevol voor de betrokken bevolkingsgroep. Deze omschrijving is ruimer dan deze van Ernest Gellner en Ernst B. Haas. Volgens Gellner is nationalisme het streven naar het laten samenvallen van cultuur- en taalgrenzen met staatsgrenzen; volgens Haas is nationalisme het streven naar staatssoevereiniteit.
Een ander woord voor deze vormen van nationalisme is soevereinisme; het Franse Front National is daarvan een treffend voorbeeld.
Debatten rond de term natie
Sommige auteurs nemen de stelling in dat het (modern) nationalisme de natie creëert in plaats van omgekeerd. De natie is in hun ogen een kunstmatige constructie, waarvan het nationalisme gebruik maakt om zichzelf te legitimeren. Voor deze auteurs bestaan er dus iets als een natuurlijke natie niet. Auteurs als Eric Hobsbawm, Ernest Gellner en Eugen Weber verdedigen deze visie.
Er zijn echter ook auteurs die zich tegen deze visie verzetten. Zij geloven namelijk dat naties (of protonaties) wel degelijk vooraf gaan aan het nationalisme. Voor hen heeft natie iets oorspronkelijks, vandaar dat ze vaak primordialisten worden genoemd. Dit wil echter niet zeggen dat zij de natie als een onveranderlijk iets zien. Auteurs als Anthony D. Smith en Adrian Hastings verdedigen deze visie.
De meest recente tendensen in het debat rond 'natie' streven naar een verzoening tussen de twee visies. Maar men gelooft steeds minder dat ook constructies reëel kunnen zijn, de separatistische golf op volksnationalistische eigenschappen gebaseerd die door de wereld blaast is daar een mooi voorbeeld van. Alle kunstmatige landenconstructies vallen langzaam uit mekaar, het uiteenspatten van de Balkan, het aangekondigde einde van het Verenigd Koninkrijk, een toekomstige twee-landen oplossing van het Palestina-Israël conflict, het nog steeds verder uiteenvallen van de ex-communistische staten zoals Georgië en Moldavië, ...
In de geschiedenis
De moderne kaart van de wereld is grondig beïnvloed door het nationalisme.
- Het Amerikaanse staatsnationalisme leidde tot de opstand tegen de Britten en het uitroepen van de Verenigde Staten van Amerika in 1776-1781.
- Het Franse staatsnationalisme legitimeerde de annexatie van onder andere de Zuidelijke Nederlanden tijdens de Franse Revolutie
- Het Griekse volksnationalisme leidde tot de onafhankelijkheidsstrijd van Griekenland in 1821-1828.
- Het Belgische staatsnationalisme (Belgicisme) leidde tot haar onafhankelijkheid van Nederland in 1830.
- Het Vlaamse volksnationalisme, gedragen door een brede Vlaamse beweging, leidde via de Vlaamse ontvoogding in de 20e en begin 21ste eeuw naar eigen, autonome Vlaamse instellingen en tot de defederalisering van België.
- De Vlaamse nationalistische partijen Vlaams Belang en Nieuw-Vlaamse Alliantie streven naar de onafhankelijkheid van Vlaanderen.
- Het Italië volksnationalisme leidde tot haar unificatiestrijd van 1860 tot 1870.
- De Fryske Nasjonale Partij en Spirit streven als EVA-leden naar een zo autonoom mogelijke status als regio binnen de Europese Unie; de laatste partij wil daarom dat België een confederatie wordt van drie autonome taalgemeenschappen.
- Het Duitse volksnationalisme verenigde de Duitsers uit de verschillende Duitse staatjes in 1870, maar ontaardde in een combinatie van agressief expansionistisch staatsnationalisme én volksnationalisme onder Adolf Hitler ten tijde van het Derde Rijk.
- Volksnationalisme leidde tot het uiteenvallen van de Sovjet-Unie en Joegoslavië.
- Eerder staatsnationalistisch gemotiveerde ideologieën leidden in ex-Joegoslavië dan weer tot zware etnische zuiveringen en grootschalige terreur tegen diverse etnische minderheden.
- De extreme takken van het Baskische volksnationalisme proberen door middel van gewapend verzet en terreur en victimistische propaganda afscheiding van Spanje en heraansluiting bij Frans Baskenland te bewerkstelligen, terwijl Spaans staatsnationalisme zich in het Baskenland, maar ook in andere autonome regio's als Catalonië en Galicië versterkt.
- Nationalistisch gemotiveerde partijen in Nederland zijn er niet, in het verleden waren er nationalistisch, democratisch-nationalistisch en neonazistische partijen zoals de Centrumpartij, Centrumdemocraten, CP'86, Nederlands Blok en de Nationale Alliantie. Lokaal is er enige activiteit van de Nederlandse Volksunie.
- Een interessante en verhelderende visie op de impact op Afrika van het uit Europa ingevoerde idee van nationalisme is te vinden in het derde hoofdstuk van Basil Davidsons The Black Man's Burden - Africa and the Curse of the Nation-State (1992; Nederlandse vertaling door Stan Verschuuren; uitgave Jan Mets, Amsterdam, en Novib, 's-Gravenhage 1994: Afrika en de vloek van de natiestaat. Daar pp 74-96: 'Schaduwen van verwaarloosde voorouders').
- Aangezien de Israëlische staat zelf op etno-religieuze basis is georganiseerd, kan er in Israël sprake zijn van zowel staatsnationalisme als etnisch nationalisme of volksnationalisme.
Zie ook
- autonomisme
- internationalisme
- jingoïsme
- regionalisme
- separatisme
- linksnationalisme
- supranationalisme
- vaderlandsliefde
- chauvinisme
referenties
Bronvermelding :
- º Nations and Nationalism since 1780: programme, myth, reality, Cambridge, 1990.
- º MeMo; Handboek VWO. Malmberg 's-Hertogenbosch, 2003.
- º Ten onrechte volgens sommigen: Wegen naar vrijheid. Autonomie, emancipatie en cultuur in de westerse wereld, Amsterdam, 1995, p.34.
- Benedict Anderson, Imagined Communities. Londen/New York 1983, 1991.
Politieke stromingen |
---|