Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Eeltsje Boates Folkertsma

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Eeltsje Boates Folkertsma

Eeltsje Boates Folkertsma (Ferwert, 13 november 1893Franeker (Frjetsjer), 1 januari 1968) was een Fries onderwijzer, schrijver en vertaler. Samen met Geart Aeilco Wumkes werkte hij aan de eerste volledige bijbelvertaling in het Fries, uitgegeven in 1943.

Jongfriezen

Eeltsje Boates Folkertsma groeide op in Ferwert in een gereformeerd middenstandsgezin, waar Abraham Kuyper hoog in eer werd gehouden. Hij werd opgeleid als onderwijzer aan de kweekschool te Dokkum en onderwees te Drachten en op De Gaastmar. Weldra ontkiemde zijn belangstelling voor de Friese taal. Hij werd hierin vooral beïnvloed door Douwe Kalma. Toen Kalma in 1915 de Jongfriezen-beweging oprichtte (Jongfryske Mienskip), sloot zich daarbij aan en werd schrijver. Toch waren Kalma en Folkertsma erg verschillend van karakter. Kalma was vrijzinnig en Folkertsma streng calvinistisch. In 1920 scheidden hun wegen. Folkertsma stopte met het werk als onderwijzer, en ging in Leeuwarden wonen, waar hij als publicist werkte. Hoewel hij er niet rijk van werd, kon Folkertsma er als vrijgezel mee rondkomen.

Opvatting over het Fries

Folkertsma werd sterk beïnvloed door de beweging die men in de Nederlandse literatuur de Tachtigers ging noemen. Daardoor is het werk van Folkertsma voor de hedendaagse lezer niet gemakkelijk te gelezen. Hij wilde vooral het Fries verheffen cultuurtaal. Dit deed hij als romanticus, realist en door zijn geloof. Folkertsma was ervan overtuigd, dat het Fries, indien het geen literaire vorm had, als taal zou verdwijnen.

Tijdschriften

In 1920 begon Folkertsma in z’n eentje met het tijdschrift Tsjûgenis (Getuigenis). Toen vond hij aansluiting bij het Kristlik Frysk Selskip. Hij werkte mee aan Yn ús eigen tael en werd in 1928 redacteur van De Stim van Fryslân. In 1945 werd hij lid het redactiecomité van het Frysk Deiblêd (Fries Dagblad). In 1949 werd hij ook redacteur van het literaire blad De Tsjerne. Hij schreef daarnaast nog in andere bladen. Folkertsma’s werk werd daardoor erg verspreid.

De Friese beweging

In 1924 werd Folkertsma de leider van het Kristlik Frysk Selskip (Christelijk Fries Genootschap), en speelde zo een grote rol in de Friese beweging. Bij vrijwel alles wat tussen de beide Wereldoorlogen in dit verband in Friesland werd opgericht, stond Folkertsma mee aan de wieg.

In 1940 bleek dat de Duitsers, onder wie de Oost-Friezen, belangstelling hadden voor de Friese beweging. Om te voorkomen dat de beweging door het nazisme zou worden opgeslokt, werd op 31 juli 1940 een driemanschap in het leven geroepen van ds. Jacob Jetses Kalma voor het Selskip foar Fryske Taal en Skriftekennisse (Genootschap voor Friese Taal en Schriftkennis), Folkertsma voor het Christelijk Fries Genootschap en Rintsje Pieters Sybesma uit de nationaalsocialistische stroming. Deze vorm van collaboratie werd opgezet met het doel hierdoor ergere nationaalsocialistische invloed te voorkomen.

In januari 1941 werden Kalma en Folkertsma het niet meer eens met Sybesma, en besloten ze als tweemanschap verder te gegaan. Ze konden zo evenwel de groeiende invloed van de Duitsers niet stoppen. In 1942 kregen de niet-Duitsgezinde Friese tijdschriften en dagbladen geen papier en andere faciliteiten meer. Het tweemanschap werkte nog een jaar verder aan het maken van plannen voor na de oorlog. Eind 1943 werd het tweemanschap door hen beiden ontheven.

Strijdverbond Friesland Vrij

In 1948 richtte Folkertsma samen met Albertus Martein Sustring het Striidboun Fryslân Frij (Strijdverbond Friesland Vrij) op. Het verbond bleef ongeveer dertig jaar bestaan.

Bijbelvertaling

Rond 1920 besloten het Christelijk Fries Genootschap en het Nederlands Bijbelgenootschap dat er een Friese vertaling van de Bijbel zou komen. De opdracht daarvoor kreeg dr. Gaert Aeilco Wumkes. Sommige vonden het Fries van Wumkes aan de slechte kant en daarom werd Folkertsma benoemd om toezicht te houden op het goede Friese taalgebruik. Dit leidde ertoe dat Folkertsma in feite de eindredacteur werd. In 1933 was het ’Nije Testamint’ klaar en in 1943 volgde het ’Alde Testamint’. Folkertsma maakte ook een vertaling van de Heidelbergse Catechismus. Op 29 oktober 1943 werd de volledige nieuwe vertaling aan het Friese volk aangeboden.

Voor het uitgeven van de Bijbelertaling werd toestemming gevraagd aan de Duitsers. Andere uitgevers die na 1942 nog boeken hadden uitgegeven, werden na de oorlog veroordeeld wegens collaboratie.

Onderwijscommissie

In 1925 werd de Algemene Friese Onderwijs-Commissie (Afûk) opgericht. Eén van de taken van de Afûk is verzorgen van het onderwijs in het Fries. Weldra werd Folkertsma aangenomen als begeleider van de commissie. Heel wat Friezen werden zo via Folkertsma in de fijnheden van de Friese taal onderricht.

De commissie bereikte in 1945 dat de Friese akte ingevoerd, een kwalificatie voor basisschoolonderwijzers om in het Fries te onderwijzen.

Gysbert Japicxprijs

In 1959 werd Folkertsma voor zijn boek Eachweiding, verschenen in 1950, de Gysbert Japicxprijs toegekend door de Gedeputeerde Staten. Folkertsma weigerde de prijs, en gaf als reden dat het boek te weinig publiciteit had gekregen.

Folkertsma’s laatste jaren verliepen niet rooskleurig. Hij werd geestelijk verward en werd geïnterneerd in het psychiatrische ziekenhuis te Franeker, waar hij in 1968 ook overleed.

Werken

  • Selsbistjûr for Fryslân (zelfbestuur voor Friesland) (1930)
  • Toer en Tsjerke (verzameling essays, 1933)
  • Swier lok (verzameling essays, 1939)
  • De Christen Gysbert Japiks (Frisia serie, nr. 38-39, 1946)
  • Eachweiding (1950), hier online te lezen op dbnl.org
  • Wite en reade roazen (witte en rode rozen) (verzameling Friese volksverhalen, 1967)
  • Hûs op wyn en brânwacht (Huis op wijn en brandwacht) (verzameling essays, 1983)

Meer lezen

  • Fryslan historisch tijdschrift, mei juni 2011.