Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed
Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Patrick Janssens startte een vernieuwing en generatiewissel. De partijnaam werd in 2001 herdoopt tot socialistische partij.anders (sp.a) met als ondertitel Sociaal Progressief Alternatief. Sociaal Progressief Alternatief is slechts de ondertitel van de partij, maar die wordt vaak verward met de betekenis van de afkorting. Het puntje in sp.a moet het onderscheid maken met de Belgische gemeente Spa en met bronwaterfabrikant Spa Monopole. Onder Janssens werd ook de samenwerking gestart met Spirit. Dit was de start van de periode 2002-2007 toen verschillende nationale kartels gemaakt werden. Uit vrees voor de pas ingevoerde kiesdrempel (2002) sloten de kleinere partijen Spirit, Vivant en N-VA zich aan bij een grote klassieke partij.
In 2003 werd Janssens burgemeester van Antwerpen en werd als voorzitter opgevolgd door de LimburgerSteve Stevaert. Onder Steve Stevaert werkte de partij verder aan de vernieuwing en verbreding die door diens voorganger was ingezet, onder meer met een ideologische herbronning (Het Groot Onderhoud) en de samenwerking met het links-liberale Spirit. Het voorzitterschap van Stevaert was kenmerkend door de zeer sterke electorale scores bij de federale verkiezingen van 2003 en de Vlaamse verkiezingen van 2004 met het kartel sp.a-Spirit. Eind mei 2005 werd Steve Stevaert gouverneur van Limburg, waardoor Caroline Gennez tijdelijk het sp.a-roer over nam tot de voorzittersverkiezingen van oktober 2005. Deze werden gewonnen door Johan Vande Lanotte, Gennez wordt ondervoorzitter.
Verruiming van de sp.a onder Gennez
De partij trok onder leiding van Johan Vande Lanotte naar de verkiezingen met de projectlijst. Deze moest ervoor zorgen dat er meer arbeiders in het parlement zouden komen. Uiteindelijk verliest de partij 9 zetels in de kamer. De partij kiest daarop voor de oppositiebanken. Als gevolg van de verkiezingsnederlaag in juni 2007 trekt Johan Vande Lanotte zich terug als partijvoorzitter. Caroline Gennez stelt zich samen met Dirk Van der Maelen kandidaat voor het voorzitterschap. Tegenkandidaat was Erik De Bruyn, die tijdens de campagne door Gennez een 'communist' genoemd werd - een incident dat breed uitgesmeerd werd in de pers. Op het partijcongres van 21 oktober worden Gennez en Van Der Maelen overtuigend verkozen. Tegen alle verwachtingen in kreeg echter ook De Bruyn de steun van heel wat partijafdelingen, waaronder de grootste sp.a-afdeling: Antwerpen. Erik De Bruyn en zijn running mateElke Heirman behaalden 33,6 procent van de stemmen.[4] Aan deze nederlaag is een fors prijskaartje van 1,3 miljoen euro per jaar verbonden en ontslag van ongeveer 300 medewerkers. De wegvallende ministeriële afdrachten aan de partijkas moeten ook in mindering gebracht worden.[5]
Eind november 2008 werd het kartel met de VlaamsProgressieven (Vl.Pro.) opgezegd. Dit gebeurde na het ontslag van Bettina Geysen als voorzitter van Vl.Pro. en na het voorstel van Geert Lambert om met zijn partij een zelfstandige koers te varen. Vl.Pro.-oprichter Bert Anciaux dacht hier anders over: hij wilde bij de regionale en Europese verkiezingen van juni 2009 nog een laatste keer in kartel met de sp.a opkomen. Daarna moest er volgens hem worden gezocht naar een nieuwe formule. Dat kwam in de praktijk neer op een samensmelting van Vl.Pro met sp.a. Tijdens een partijraad van Vl.Pro. schaarde 68% zich echter achter het voorstel van Lambert. Daarmee had het progressief kartel sp.a/Vl.Pro formeel ophouden te bestaan. Daardoor trok toenmalig Vlaams minister Anciaux volledig de deur dicht met de VlaamsProgressieven. Hij begon daarop te onderhandelen met de sp.a tot een mogelijke aansluiting. Vrij snel werd duidelijk dat de socialisten hem niet zonder slag of stoot zouden aanvaarden. Vooral sp.a Rood vreesde dat de komst van Anciaux de partij enkel nog meer zou vervagen. Uiteindelijk stapte Anciaux midden januari 2009 toch over. Hij deed dat nadat de partij haar baseline wijzigde van Sociaal Progressief Alternatief naar Socialisten en Progressieven Anders. Voorzitter Caroline Gennez stelde voor om de partijnaam te veranderen in Socialisten en Progressieven Anders maar werd teruggefloten door enkele prominente partijleden.[6] Enkele zwaargewichten binnen de partij, waaronder Louis Tobback en Freddy Willockx, stelden dat dit niet kon zonder goedkeuring van een algemeen ledencongres. Het partijbureau kwam tot het compromis om enkel de baseline te veranderen.[7] Anciaux was trouwens niet de enige ex-Vl.Pro'er die de overstap maakte. Onder anderen Brussels parlementslid Fouad Ahidar, Stijn Bex, Joris Vandenbroucke en Jan Roegiers gingen hem vooraf. Het sp.a-partijbureau keurde tezelfdertijd ook een koepeltekst goed die de inleiding moest worden voor het verkiezingsprogramma van de Vlaamse socialisten, dat op 8 maart definitief zou worden vastgelegd op een algemeen ledencongres. In de tekst stond onder andere dat de partij openstond voor nieuwe progressieve kandidaten.
In de aanloop naar de regionale en Europese verkiezingen weigerde Caroline Gennez haar mandatarissen PVDA de nodige handtekeningen te verschaffen om deel te kunnen nemen.[8] sp.a werd in Vlaanderen bij de regionale verkiezingen van 7 juni 2009 de op twee na grootste partij met slechts 712 stemmen verschil met Vlaams Belang. De partij behaalt een resultaat van 15,27% (627.852 stemmen) en haalt 19 zetels binnen.[9] Formateur Kris Peeters vormde een coalitieregering met CD&V, N-VA en sp.a in juli 2009 waarbij de sp.a drie ministers leverde aan de Regering-Peeters II, met name Ingrid Lieten, Freya Van den Bossche en Pascal Smet. Bij de Federale verkiezingen 2010 werd ze de derde partij in Vlaanderen en samen met de PS de grootste politieke familie in het parlement. De partij verloor licht ten opzichte van de federale verkiezingen in 2007. In de kieskringen Antwerpen en Limburg ging elk één zetel verloren voor de Kamer. In West-Vlaanderen boekte ze één zetel winst en in de kieskring Leuven werd ze met lijsttrekker Bruno Tobback de tweede partij. Ze behaalde 14,6% (659.043 stemmen) en haalde daarmee dertien zetels binnen voor de Kamer. In de Senaat behield de partij haar zeven zetels met een resultaat van 15,31% (613.091 stemmen). (Geert Lambert werd onafhankelijke na de breuk van het kartel sp.a-Spirit. Daardoor had de partij slechts zes zetels voor de verkiezingen.) De sp.a kreeg 15.000 euro extra federale overheidstoelagen voor haar verkozenen in Kamer en Senaat wat het totaal op 3,01 miljoen euro bracht. Ze kreeg ook 4,4 meer personeelsleden dan voorheen, wat het totaal op 41,14 bracht.[10] De formatieonderhandelingen liepen moeizaam - ze waren de langstdurende formatie in de geschiedenis van België en duurde 541 dagen. De formatie werd uiteindelijk op 6 december 2011 afgerond met de eedaflegging van de regering-Di Rupo, waarin sp.a twee ministers (Johan Vandelanotte en Monica De Coninck) en één staatssecretaris (John Crombez) had.
Ruk naar links
In 2011 stelde Bruno Tobback zich kandidaat om ontslagnemend partijvoorzitster Gennez op te volgen als voorzitter van de sp.a. Hij was de enige kandidaat, en op 18 september 2011 hield zijn partij een congres in Nieuwpoort waarbij hij officieel verkozen werd met 96,6% van de stemmen. Joke Quintens werd hierbij verkozen tot ondervoorzitster van de partij.[11] De partij kondigt een ruk naar links aan[12] en richt in de schoot van de socialistische beweging de coöperatieSamen Sterker op. Deze coöperatieve heeft als doel door samenaankopen de prijzen te drukken. De bekendste producten zijn de samenaankopen van gas en elektriciteit, maar er is ook de mogelijkheid om de krachten te bundelen bij de aankoop van autoverzekeringen, isolatiemateriaal, elektrische fietsen, brandhout etc.[13]
In de aanloop naar de moeder aller verkiezingen van 2014 was er een hevige linkse broederstrijd tussen sp.a, PVDA en Groen enerzijds[14][15][16][17] en een links-rechts-strijd tegen N-VA anderzijds waar te nemen.[18][19] Lijsttrekkers voor de Vlaamse verkiezingen waren John Crombez (West-Vlaanderen), Freya Van den Bossche (Oost-Vlaanderen), Caroline Gennez (Antwerpen), Ingrid Lieten (Limburg), Bruno Tobback (Vlaams-Brabant) en Yamila Idrissi (Brussel). Voor de federaal verkiezingen waren dit respectievelijk Johan Vande Lanotte (West-Vlaanderen), Karin Temmerman (Oost-Vlaanderen), Monica De Coninck (Antwerpen), Peter Vanvelthoven (Limburg) en Hans Bonte (Vlaams-Brabant), voor de Europese verkiezingen ten slotte was Kathleen Van Brempt lijsttrekster en voormalig federaal secretaris van het ABVVEddy Van Lancker lijstduwer. De partij haalde voor de Kamerverkiezingen 14,2% (-0,8%) in Vlaanderen. Gezien over heel het land, haalde de partij 8,8%. De partij bleef hierdoor stabiel op 14 zetels. Bij de Vlaamse verkiezingen, die op dezelfde dag werden gehouden, strandde sp.a op 13,96% (-1,3%). Hierdoor verloor de sp.a in het Vlaams Parlement een zetel, waardoor ze er 18 overhielden, een laagterecord. Op beide niveaus was de partij daardoor de vierde Vlaamse partij, na N-VA, CD&V en Open Vld. Door de uitslag op Vlaams niveau kreeg de sp.a vier gemeenschapssenatoren en door de uitslag voor de Kamer één gecoöpteerd senator. Opvallend waren evenwel de regionale verschillen in de uitslagen, zo boekte de partij 2,5% winst (federale verkiezingen) in kieskring West-Vlaanderen, maar verloor ze 2,7% voor diezelfde verkiezingen in kieskring Antwerpen. Dezelfde tendens viel eveneens op bij de Vlaamse verkiezingen waar de partij 3,6% in kieskring Antwerpen en 2,6% in Vlaams-Brabant moest prijsgeven, maar in Brussel (+ 1,4%) en West-Vlaanderen (+2,2%) groeide. Kort nadat de verkiezingsuitslagen bekend werden, werden er door verschillende partijkopstukken vragen gesteld bij een langer verblijf van Tobback op de Grasmarkt. Zo werd onder andere Combrez genoemd als mogelijke opvolger. Tobback zelf probeerde de kritiek te blussen door te vergelijken met de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen 2012, toen sp.a strandde op 12,5 procent.[20]
Overzicht kamerzetels
socialisten in de Kamer (1919-2014) - uitgedrukt in zetels [21]
Kinderen zijn onze toekomst: Onderwijs voor de kleinsten, Strijden tegen kinderarmoede, Kinderen beschermen, Veilig verkeer voor kinderen, Een progressief gezinsbeleid.
Onderwijs is welvaart voor iedereen: Beter onderwijs voor iedereen, Jongeren naar werk begeleiden, begeleiden begint op school, Met het openbaar vervoer naar school.
Iedereen aan het werk en zekerheid van werk: de overheid neemt het voor u op, Combineer werk en gezin, Vlot naar het werk, Een woning voor elk loon, Een ontspannen loopbaan.
Een mooie oude dag: Zorg voor senioren, Een woning voor senioren, Mobiliteit voor senioren garanderen.
Zorgen voor kwetsbare mensen: Zorgen voor kansarmen, minderheden en mensen met een achterstand, Zorgen voor wie het nodig heeft, Mensen gezond houden.
We steken energie in de toekomst, Groene jobs zijn slimme jobs, Groene energie duurt het langst, Een Europees energiebeleid en een plaatselijke oplossing.
Patrick Vander Weyden & Koen Abts (2010), De basis spreekt - onderzoek naar de leden, mandatarissen en kiezers van sp.a (ledenonderzoek door Ugent), Acco (Leuven/Den Haag), 239 p., ISBN 9789033475719.