Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Nieuwjaar

Uit Wikisage
(Doorverwezen vanaf Oud en nieuw)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Nieuwjaar is de dag waarop het begin van het nieuwe jaar wordt gevierd. De dag waarop een nieuw jaar begint is helemaal willekeurig gekozen. Er is in de baan die de aarde om de zon beschrijft geen enkel specifiek punt waaraan men kan vastleggen dat net dan een jaar zou beginnen en eindigen. In de Westerse Wereld viert men dit tegenwoordig op 1 januari, in andere culturen vaak op andere data. Bij deze viering zijn wederzijdse gelukwensen en goede voornemens gebruikelijk. Men spreekt dikwijls over oud en nieuw, wat de twee periodes betreft, maar dus ook allerlei andere tegenovergestelden, waarbij er een verbetering of vooruitgang in het verschiet ligt.

Geschiedenis

De Babyloniërs brachten rond 2600 v.Chr. een koningsoffer. Ze meenden dat op nieuwjaarsdag de koning het mikpunt van de goden zou zijn, dus vervingen ze de koning tijdelijk door een slaaf of een ter dood veroordeelde, reden hem als koning rond en offerden hem ten slotte. Zo werd het kwaad een jaar afgewend.

De gallische druïden lieten in voorchristelijke tijd het nieuwe jaar in de zesde nacht na de winterzonnewende beginnen.

Het nieuwe jaar begon vroeger bij het begin van de lente, wanneer de natuur weer tot leven kwam, of begin januari, wanneer de dagen beginnen te lengen.

De oude Germaanse oud-en-nieuwviering werd in de winter gevierd, duurde 12 dagen en nachten en heette ’joelfeest’. Het joelfeest begon op 25 december, als de dagen gingen lengen, en duurde tot 6 januari, het huidige Driekoningen. Rond de 8e dag, ofwel 1 januari, was het hoogtepunt met grote vuren, dierenoffers en veel eten en drinken. In hedendaagse paganistische religies (o.a. wicca) wordt het joelfeest (of ’Yule’) rond 21 december gevierd.

Bij de Romeinen begon het nieuwe jaar op 1 maart, totdat Julius Caesar in 44 v.Chr. de Juliaanse kalender invoerde, vanaf die tijd was Nieuwjaar op 1 januari. De Romeinen offerden sindsdien op die dag aan de god Janus (waarnaar januari is genoemd) om hem mild te stemmen voor het aankomende jaar. Dit begin van het jaar in maart komt nog tot uiting in de namen van onze maanden september (’zevende maand’), oktober (’achtste maand’), november (’negende maand’) en december (’tiende maand’), en in de schrikkeldag, die voorkomt aan het eind van de laatste maand van het jaar: februari.

Bij de invoering van het christendom wilde de Kerk een eind maken aan de heidense gewoonten rond deze nieuwjaarsviering, en riep 1 januari uit tot bid- en boetedag om de besnijdenis van Jezus (8 dagen na de geboorte) te vieren. Maar ook daarna vierde men het nieuwe jaar nog rond de oude heidense data, maar ook op Sint Maarten (11 november); de eerste adventsdag; de zonnewende (rond 21 december); of Maria Boodschap (25 maart). 1 maart gold in Europa lang als begin van het nieuwe jaar, tot Karel de Grote het begin van het jaar in zijn rijk op Kerstmis legde. Bij de capetingers begon het nieuwe jaar met Pasen, maar aangezien dat een beweeglijk feest is, leidde dit tot allerlei organisatorische complicaties. Het jaar 1347 begon bij hen op 1 april, en eindigde een jaar later op 20 april, wat als zonnejaar veel te lang was.

In Frankrijk begon het jaar eeuwenlang op 1 april, tot het naar 1 januari werd verzet. Op 1 april plachtte men de spot te drijven met hen die deze nieuwe regeling vergaten, vandaar de aprilgrappen.

In de 16e eeuw werd 1 januari als begin van het jaar in wijde kringen gebruikelijk. In Duitsland werd dit exact in het jaar 1500 ingevoerd. Ook de Spaanse landvoogd Requesens besloot in 1575 dat het nieuwe jaar officieel op 1 januari begon.

In Engeland hield men tot en met 1751 vast aan 25 maart als nieuwjaarsdatum.

In Rusland begon het jaar tot Peter de Grote op 1 september. Later (tot 1918) viel het op 12 of 13 januari.

Tradities en gebruiken

Men ziet de periode van Kerst tot Driekoningen (de heidense twaalf nachten) tegenwoordig nog steeds als feestelijke periode. In deze periode vallen (verplichte) snipperdagen en schoolvakanties, en veel bedrijven zijn gesloten. Veel mensen laten de kerstboom tot na Driekoningen staan. De tradities van onze heidense voorouders hebben dus nog steeds invloed.

De nieuwjaarsvuren zijn terug te vinden in de traditionele kerstboomverbrandingen die in sommige plaatsen nog steeds worden georganiseerd. De oude vuren werden destijds gedoofd, en nieuwe vuren werden ontstoken om het oude jaar te vernietigen en de komst van het licht en het nieuwe te onderstrepen.

Ook moesten de geesten van de overledenen en de demonen worden verjaagd, die juist rond deze tijd konden opspelen. Dit verjagen gebeurde met veel lawaai, wat we nog terugvinden in het gebruik om rond de jaarwisseling vuurwerk en klokgelui te gebruiken.

Deze geesten moesten echter ook gunstig gestemd worden. Zij konden namelijk de mensen en het vee vruchtbaar maken en het gewas doen groeien. Men bracht ze daarom ook offers, die men na het ritueel zelf opat en -dronk. Dit vinden we terug in onze eigentijdse kerst en oud-en-nieuwgerechten terug, zoals kerststollen, duivekaters, wafels, knieperties, spekdikken, oliebollen en de traditie om uitgebreide maaltijden aan te richten met veel alcoholische drank.

Het geven van cadeautjes en nieuwjaarsgiften aan familie en personeel was al onder de Romeinen gebruikelijk. Het vindt in Frankrijk plaats op nieuwjaarsdag, in Italië op Driekoningen, in het Verenigd Koninkrijk op Eerste kerstdag, in Duitsland op Kerstavond en in Nederland op Sinterklaas (5-6 december) en met kerst. In 1535 schafte Maarten Luther Sinterklaas af; het Kerstkind werd de brenger van geschenken.

Op 1 januari wensen we iedereen het beste, zodat we die wensen ook terug ontvangen. Vroeger werd vooral geld gegeven. In de 19e eeuw liep dat uit de hand, toen men wildvreemde voorbijgangers geld probeerde af te bedelen met berijmde nieuwjaarswensen en -prenten. Schoorsteenvegers, vuilnisophalers, straatvegers, nachtwakers en lantaarnaanstekers verkochten hun beste wensen; tegenwoordig zijn het de tijdschrift- en krantenbezorgers die ons zo hun beste wensen overbrengen, en zien we dit gebruik nog terug in het sturen van kerst- en nieuwjaarskaarten, het geven en bezoeken van nieuwjaarsrecepties, en de gewoonte iedereen die men ontmoet het beste te wensen voor het nieuwe jaar.

In de laatste jaren is het gebruikelijk geworden zich massaal in het open en dus koude water te storten, meestal in, soms zonder zwemkleding, maar ook in allerlei fantasie uitmonsteringen, dit gebruik staat bekend als de nieuwjaarsduik.

Ook op 1 januari vindt het traditionele Nieuwjaarsconcert van de Wiener Philharmoniker plaats, een jaarlijks concert op nieuwjaarsdag in de Wiener Musikverein, het concertgebouw van Wenen. Dit concert wordt internationaal live uitgezonden op televisie.

Tevens is er een wedstrijd van het schansspringen, het Vierschansentoernooi, dat begint in Oberstdorf, Garmisch-Partenkirchen, Innsbruck en Bischofshofen. Dit wordt ook live uitgezonden op televisie.

Later in de maand vinden er vele nieuwjaarsrecepties in bedrijven, verenigingen en gemeenten in Nederland plaats.

Het gebruik dat sommige kinderen met „Driekoningen” in de buurt verkleed rondgaan om „Driekoningenliedjes” te zingen en snoep of wat geld te krijgen, begint rond de tijd van Oudejaarsavond en Nieuwjaar.

Een voorbeeld van een oud Nieuwjaarsliedje:

Nieuwjaarke zoeten
Mijn verken heeft vier voeten
Vier voeten en ene steirt
Is da’ nog geen centje weird?

Sommigen geven met het nieuwe jaar een fooi aan de postbode, de krantenman, de vuilnisophaler, . . .

Tijdens de overgang tussen het oude- en nieuwe jaar worden netwerkdiensten van mobiele telefoons geblokkeerd om te voorkomen dat telefoonlijnen overbelast raken.

Nieuwjaarsbrief

In België is het voor kinderen de gewoonte om op 1 januari een nieuwjaarsbrief met nieuwjaarswensen voor te lezen aan de ouders en aan de doopmeter en dooppeter. Meestal zijn doopmeter en dooppeter nabije familie en is dit gebeuren een echt familiefeest, in aanwezigheid van grootouders en ooms en tantes.

Een nieuwjaarsbrief is traditioneel een eenvoudig dubbel gevouwen en versierd kaftje, binnenin kan dan de tekst geschreven worden. De tekst opent traditioneel met: „Liefste ouders”, „Liefste meter” of „Liefste peter”. In nieuw samengestelde gezinnen en bij overlijdens, kan hiervan afgeweken worden. De nieuwjaarswensen zelf worden meestal in rijm of versvorm geschreven. De brief eindigt met: „Uw doopkind, (Plaats), 1 januari, (jaartal)”. De blanco brieven zijn te koop in de boekhandel.

Zolang het kind nog niet naar school gaat, schrijven de ouders de nieuwjaarsbrief dikwijls zelf en oefenen deze met het kind. Nadien gebeurt de voorbereiding en het schrijven van de nieuwjaarsbrieven op school, als onderdeel van het lespakket. Vanaf de kleuterschool tot de basisschool worden dikwijls voorgedrukte brieven gebruikt, die op school gezamenlijk ingeoefend worden. Dikwijls wordt dan vanaf het eerste jaar tot het laatste jaar basisschool, de nieuwjaarsbrief door het kind op school eigenhandig geschreven en later thuis en bij de grootouders voorgelezen.

Na het voorlezen van de nieuwjaarsbrief krijgt het kind speelgoed of een nuttig geschenk, dat soms in overleg met het kind en de ouders gekozen is. Het krijgen van geschenken met Nieuwjaar is in België even belangrijk of zelfs belangrijker dan met Sinterklaas.

Op zijn 12e-13e jaar, wanneer het kind de overstap maakt van de basisschool naar secundair onderwijs, houdt deze traditie op. Soms krijgt de tiener met Nieuwjaar nog wat geld toegestopt door de doopmeter of dooppeter tot hij of zij meerderjarig is of huwt. Ook het geschonken geld wordt in België een „nieuwjaar” genoemd.

Hoewel een doopmeter en dooppeter een katholiek gebruik is, werd deze traditie ook door vrijzinnigen overgenomen, maar niet door de andere geloofsovertuigingen.

Weerspreuken

Nieuwjaarsdag is ook een merkeldag waarop de volgende weerspreuken van toepassing zijn:

  • Nieuwjaarsnacht rein en klaar, beduidt een vruchtbaar jaar.[1]
  • Met Nieuwjaar lengt de dag zolang het haantje kraaien mag.
  • Nieuwjaarsnacht schoon/rein en klaar beduidt een vruchtbaar jaar.
  • Schijnt de zon op dag van Nieuwjaar, dan wordt het een goed appeljaar.

Oostenwind op 1 januari betekent veeziekten, westenwind de dood van een koning, zuidenwind besmettelijke ziekten en noordenwind een vruchtbaar jaar.

Trivia

  • Voorheen ging Samoa als laatste het nieuwe jaar in, op 1 januari 11 uur UTC. In 2011 sloeg het land de datum 30 december over en ligt daarmee ten oosten van de dagzone. Per 2012 is Samoa het eerste land dat het nieuwe jaar inluidt.

Andere nieuwjaarsfeesten

Bronvermelding

Bronnen, noten en/of referenties:
The Catholic Encyclopedia (1917)  (en) New Year’s Day, in: Catholic Encyclopedia, New York, Robert Appleton Company, 1907-1912. (vertaal via: Vertaal via Google translate)

  (en) New Year festival, in: Encyclopædia Britannica, 2024. (vertaal via: Vertaal via Google translate)

Verwijzingen:

rel=nofollow
rel=nofollow

Wikimedia Commons  Vrije mediabestanden over Category:New year celebrations op Wikimedia Commons

rel=nofollow