Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Vertalingen van de Bijbel in het Nederlands
De Bijbel is in verschillende talen geschreven: het Oude Testament in het Hebreeuws (en een klein stukje in het Aramees) en het Nieuwe Testament in Koinè (een soort Oudgrieks). Dit betekent dat er voor een goed begrip door de niet-klassiek geschoolde lezer bijbelvertalingen nodig zijn waarbij, afhankelijk van de uitgangspunten, verschillende soorten vertalingen mogelijk zijn:
- Vertalingen die zo dicht mogelijk bij de oorspronkelijke tekst blijven
- Vertalingen die zo goed mogelijk leesbaar zijn in de taal waarnaar is vertaald
- Vertalingen die pogen bovenstaande twee uitgangspunten met elkaar te verenigen
Vertalen
Het hieronder aangegeven grote aantal vertalingen kan verbazing wekken: er is immers maar één Bijbel. Tijdens de middeleeuwen is echter de relatie tussen de in het westen beschikbare bronnen en de oorspronkelijke teksten verloren gegaan. Er werd gewerkt met (handgeschreven!) kopieën van kopieën van kopieën. Zeker voor de vroege vertalingen geldt dat ze gebaseerd zijn op een beperkt aantal, soms toevallig voor de vertaler beschikbare, bronnen. In de loop van de nieuwe en nieuwste geschiedenis komen steeds meer oude handschriften algemeen beschikbaar waardoor vergelijking, en daarmee herziening, van eerdere vertalingen mogelijk of noodzakelijk wordt.
Een tweede punt dat leidt tot een continue stroom vertalingen wordt gevormd door het feit dat Nederlands een levende taal is. De taal vergaart continue nieuwe woorden en manieren om uitdrukking aan ideeën te geven, oude woorden raken in vergetelheid of krijgen in het algemeen spraakgebruik een andere betekenis.[1] Om de Bijbel begrijpbaar te laten blijven voor nieuwe generaties is een hertaling / nieuwe vertaling dan nodig.
Overzicht van bestaande vertalingen
Klassieke Bijbelvertalingen
De volgende klassieke Bijbelvertalingen van buitenlandse origine hebben een grote invloed (gehad):
- Septuagint (Grieks)
- Vulgaat (Latijn)
- King James Version (Engels)
- Luthervertaling (Duits)
- Wycliffe New Testament (Engels)
Vertalingen in het Nederlands
Voor het Nederlandse taalgebied zijn vrij veel verschillende vertalingen gemaakt, waarvan hieronder een overzicht staat.
Vóór de Statenvertaling
Rijmbijbel (1271)
De Rijmbijbel van Jacob van Maerlant kan nog geen echte Bijbel worden genoemd, maar verdient zeker vermelding. Als basis voor de Rijmbijbel diende de Historia Scholastica van Petrus Comestor.
Hernse Bijbel (1361)
De Hernse Bijbel, door sommigen toegeschreven aan de monnik Petrus Naghel, was de eerste vertaling van de Vulgaat naar de volkstaal, het Middelnederlands. Deze vertaling kwam tot stand in het kartuizerklooster van Herne en zou de basis vormen voor de Delftse Bijbel.
Delftse Bijbel (1477)
De Delftse Bijbel is de eerste Bijbel die in het Nederlands werd gedrukt. De vertaling is van omstreeks 1360 en is ontstaan in het kartuizerklooster van Herne (nabij Brussel). Het Nieuwe Testament en de psalmen ontbreken. De Bijbel werd gedrukt in 1477.
Van Liesveltvertaling (1526-1542)
De Van Liesveltvertaling is de eerste volledige Nederlandstalige Bijbel. Jacob van Liesvelt verzorgde de eerste uitgave van 1526 op basis van de Lutherse vertaling van het Nieuwe Testament; het Oude Testament baseerde hij nog geheel op de Vulgaat. De uitgave van 1535 bevatte de complete vertaling van Maarten Luther. De uitgave van 1542 bevatte ook Luthers kanttekeningen.
Deux-Aesbijbel (1561-1568)
Het Oude Testament van de Deux-Aesbijbel is vertaald uit de bijbel van Maarten Luther door Godfried van Wingen en het Nieuwe Testament door Gillis van der Erven. De Liesveldtbijbel heeft ook als bron gediend.
De bijbel is genoemd naar een kanttekening bij Nehemia 3:5, waarin staat Deux aes en heeft niet. Six cinque en geeft niet. Maar quater drij, die helpen vrij. De cijfers verwijzen naar de ogen op een dobbelsteen. De armen (2 en 1) hebben niets om te geven, de rijken (6 en 5) zijn gierig, en de middenmoot (4 en 3) is vrijgevig.
Statenvertaling (1637)
De Statenvertaling is een van de oudste Nederlandse vertalingen (1637), die nog steeds gebruikt wordt in sommige kerken van conservatief-protestantse signatuur. Hij heet zo omdat de opdracht ertoe indertijd door de Staten-Generaal werd gegeven. De Statenvertaling is rechtstreeks uit het Hebreeuws en Grieks gemaakt. Kenmerkend voor deze vertaling is het archaïsche woordgebruik. Deze vertaling valt te vergelijken met de Engelse Authorised Version (King James Version). Het taalgebruik in deze vertaling heeft grote invloed gehad op de ontwikkeling van het Nederlands. Zo zijn zijn veel spreekwoorden en gezegden die vandaag nog gebruikt worden terug te vinden in de Statenvertaling.
Op deze plaats dient ook vermeld te worden de uitgave van de Statenvertaling door de Gereformeerde Bijbelstichting (GBS-Bijbel, 2004). Deze uitgave streeft ernaar zo dicht mogelijk bij de oorspronkelijke uitgave te komen, waarbij regelmatig gerefereerd wordt aan de zogenoemde Ravesteynbijbel uit 1657. Overigens wil dit niet zeggen dat de archaïsche 17e-eeuwse orthografie gehandhaafd is. De spelling is geheel gemoderniseerd en ook zijn te sterk verouderde woorden en woorden die vandaag de dag een andere betekenis hebben, vervangen.
De GBS-Bijbel staat wat dat betreft in tegenstelling tot de zgn. Jongbloed-editie (waarschijnlijk uit 1888) die in de loop van de eeuwen ook de nodige taalkundige aanpassingen heeft gezien, maar geen kritische revisie aan de hand van de Ravesteynbijbel ondergaan heeft. De Jongbloed-editie is van alle Statenvertaling-varianten het meest gebruikt. Jongbloed verwijst in dit kader naar de drukkerij Jongbloed BV in Heerenveen.
De Statenvertaling wordt alleen nog in de zeer behoudende reformatorische kerken gebruikt, waaronder de Gereformeerde Bond binnen de Protestantse Kerk in Nederland, de diverse (Oud-)Gereformeerde Gemeenten, de Hersteld Hervormde Kerk, een deel van de Christelijke Gereformeerde Kerken en genootschappen van andere signatuur zoals de Vergadering der Gelovigen en fundamentele onafhankelijke Baptistengemeenten.
Herziene Statenvertaling (1977)
Een recentere modernisering is de zgn. Tukker-uitgave, welke in 1977 uitgegeven is door het Nederlands Bijbelgenootschap en een revisie bevat van ds. W.L. Tukker.
Nieuwe herziene Statenvertaling (2010)
Een groep van twintig theologen uit behoudende kring hield zich bezig met een nieuwe uitgave van de tekst die in december 2010 op de markt kwam.[2] Hun uitgangspunt was dat de tekst van de oorspronkelijke Statenvertaling door meer dan 50% van de jongeren niet begrepen wordt en daarom gemoderniseerd moest worden. Naar hun oordeel was de tekst van de Nieuwe Bijbelvertaling te progressief.
Een ander argument voor deze nieuwe Herziene Statenvertaling (en tevens een niet gering punt van kritiek), is dat de Statenvertaling afstamt van de groep manuscripten die bekend staat als de „textus receptus” voor het Nieuwe Testament.[3] De nieuwere vertalingen maken gebruik van de „kritische tekst” zoals die te vinden is in het Novum Testamentum Graece van Nestle-Aland. De textus receptus is een in de 16e eeuw door Erasmus geproduceerde variant van de Byzantijnse tekst. Deze tekst bevat nogal wat tekst die in de oudere Bijbelse handschriften die ons nu ter beschikking staan niet voorkomt en waarschijnlijk in de vroege Middeleeuwen tussen de tekst is geraakt. Veel van de meer behoudende Christenen vinden het belangrijk dat Gods woord compleet is en houden daarom vast aan de vanouds gebruikte manuscriptgroepen.
Latere vertalingen
Willem Antony van Vloten
Willem Antony van Vloten gaf een nieuwe Bijbelvertaling uit onder de naam De Bijbel vertaald, omschreven en door aanmerkingen opgehelderd. Het eerste deel van zijn vertaling verscheen in 1789 en het laatste deel, Hebreeën tot en met Openbaring, in 1796.
Palmbijbel (1818-1830)
Er zijn verschillende pogingen geweest de tekst van de Statenvertaling te moderniseren. De zogenaamde Palmbijbel bevat een modernisering gemaakt door de Utrechtse hoogleraar Johannes van der Palm. Naast een modernisering van de tekst bevat deze Bijbeluitgave ook uitgebreide herziene kanttekeningen. Van der Palm is bekender geworden met zijn „Bijbel voor de jeugd”, die gezien wordt als de eerste kinderbijbel.
Nieuwe Testament van Visschering (1854 en 1859)
De onvrede over de leesbaarheid van de Statenvertaling leidde in de 19e eeuw ertoe dat er meerdere pogingen ondernomen zijn om tot een nieuwe Bijbelvertaling te komen. De vertaling van Visschering kwam hoofdzakelijk in gebruik bij de doopsgezinden. Deze vertaling van het Nieuwe Testament is hoofdzakelijk gebaseerd op de Griekse tekst van Konstantin von Tischendorf. Het gebruik van dit Nieuwe Testament is geheel verdwenen met de komst van de NBG-vertaling 1951.
Voorhoevevertaling (1877) / Telosvertaling (1985)
In de loop van de 19e eeuw vertaalde de Rotterdamse uitgeversfamilie Voorhoeve het Nieuwe Testament op basis van de Griekse uitgave van John Nelson Darby. De traditie waarin deze zogenoemde Voorhoevevertaling staat is in lijn met de vertaling van Darby's werk in het Engels, Frans en Duits. De Voorhoevevertaling is inmiddels vier keer herzien. De laatste herziening vond plaats in 1985, waarbij de teksteditie van Nestle-Aland het uitgangspunt werd. Deze editie, die bekend staat onder de naam Telosvertaling, is een vertaling in hedendaags Nederlands en wordt nog steeds gebruikt binnen de Vergadering van gelovigen.
Professorenbijbel (eind 19e eeuw)
Het woord Professorenbijbel is geen echte naam, maar meer een bijnaam voor een vertaling van de Vulgaat (Latijnse tekst), die aan het einde van de 19e eeuw tot stand kwam. Binnen de rooms-katholieke traditie was tot op dat moment geen Bijbelvertaling naar het Nederlands gemaakt. De Professorenbijbel is een vertaling van het Oude Testament, inclusief de deuterocanonieke boeken. De vertaling is voorzien van aantekeningen, waarin regelmatig ook de verschillende lezingen van de Septuaginta en Hebreeuwse tekst ten opzichte van de Vulgaat worden besproken.
Leidsche Vertaling (1914)
De Leidsche Vertaling betreft een Bijbelvertaling die grotendeels tot stand is gekomen door professoren van de Universiteit Leiden.
Theodorus van Tichelen (1926)
In Vlaanderen verzorgde kanunnik Theodorus Van Tichelen (1877-1945) een katholieke vertaling van het Nieuwe Testament vanuit het Grieks. In de eerste en tweede druk werd een totale oplage van 50.000 exemplaren bereikt.
Petrus Canisiusvertaling (1939)
In 1939 volgde de katholieke Apologetische Vereniging 'Petrus Canisius' met een vertaling uit de Hebreeuwse en Griekse tekst, welke meestal Canisiusvertaling wordt genoemd. De vereniging heette naar de Nijmeegse heilige en kerkleraar Petrus Canisius. De vertaling is voorzien van aantekeningen. In 1978 is deze grotendeels vervangen door de Willibrordvertaling.
NBG-vertaling (1951)
De NBG-vertaling is een uitgave van het Nederlands Bijbelgenootschap. Hij wordt aangeduid met de afkorting NBG 1951. Hij kwam in 1951 volledig klaar, maar er werd al begonnen aan deze vertaling rond 1916. Bepaalde delen zijn zelfs al voor 1912 vertaald. Men is toen begonnen met het Nieuwe Testament. Het Nieuwe Testament was in zijn geheel gereed in 1938 (vandaar dat sommige uitdrukkingen in het Nieuwe Testament wat ouderwetser lijken dan het Oude Testament, dat later vertaald is). De tekst staat nog vrij dicht bij de Statenvertaling en deze Bijbel is momenteel (nog) de standaardvertaling bij de meeste Nederlandse Protestanten. Alleen in de als zeer behoudend bekend staande kerken is de Statenvertaling nog gebruikelijk. Het is de bedoeling dat de Nieuwe Bijbelvertaling de NBG-vertaling 1951 gaat vervangen voor openbare Bijbellezing. Voor Bijbelstudie zal de NBG 1951 een belangrijke bron blijven.
Moderne vertalingen
Willibrordvertaling (1975 en 1995)
De Willibrordvertaling uit 1975, met herzieningen die gaan tot 1978, is de standaardvertaling voor de Vlaamse en Nederlandse katholieken en deze vertaling wordt in het Lectionarium gebruikt. De vertaling werd gemaakt onder auspiciën van de Katholieke Bijbelstichting (KBS) en de Vlaamse Bijbelstichting. Het is de officiële Nederlandse vertaling van de Katholieke Kerk.
De vernieuwde uitgave van 1995 bevat een geheel herziene tekst en is nooit door de Katholieke Kerk geaccepteerd als in de liturgie te gebruiken tekst.
Groot Nieuws Bijbel (1983 en 1996)
De Groot Nieuws Bijbel is een uitgave van het Nederlands Bijbelgenootschap in samenwerking met de Katholieke Bijbelstichting. Kenmerkend voor deze vertaling is dat voor de vertalers de leesbaarheid voorop stond, waardoor soms kleine betekenisverschillen met de oorspronkelijke tekst zijn ontstaan. De tekst van de Groot Nieuws Bijbel is in 1996 geheel herzien.
Het Boek (1992)
Het Boek betreft een vertaling in de moderne omgangstaal. Deze laatste is strikt genomen geen exacte vertaling maar een hervertelling ook wel genoemd parafrase-vertaling waarbij wel een vergelijking is gemaakt met de Griekse en Hebreeuwse tekst maar geen directe vertaling hiervan heeft plaatsgevonden. De parafrase-vertaling van Het Boek wordt vooral gebruikt in evangelische groeperingen en ook onder jongeren binnen de meer orthodox-protestantse kerken. Het Boek is gebaseerd op The Living Bible van Kenneth Taylor.
Nieuwe Bijbelvertaling (NBV, 2004)
De Nieuwe Bijbelvertaling verscheen in het najaar van 2004. Het is een oecumenische vertaling, waaraan de belangrijkste Nederlandse kerkgenootschappen hebben meegewerkt.
Naardense Bijbel (2004)
De Naardense Bijbel betreft een vertaling van de gehele Bijbel door de Nederlandse predikant Pieter Oussoren. Deze is op dezelfde datum uitgebracht als de Nieuwe Bijbelvertaling.
Overige vertalingen
- de Lutherse Vertaling
- de vertaling van Andreas Van der Schuur (1732)
- de vertaling van het Oude Testament door prof. dr. Herman Theodorus Obbink (1924)
- de vertaling van het Nieuwe Testament door prof. dr. Anneus Marinus Brouwer (1921)
- Obbink-Brouwer tezamen wordt wel de Utrechtse Vertaling genoemd. (1927)
- de idiolecte vertaling van het Oude Testament door Albert Koster onder de serietitel De Hebreeuwse Bijbel
- de daarmee vergelijkbare vertaling door de Societas Hebraica Amstelodamensis
- de vertaling van de Pentateuch door Huub Oosterhuis en Alex van Heusden. Deze vijf delen dragen de namen 'In den beginne' (Genesis), 'en dit zijn de namen' (Exodus), 'hij riep' (Leviticus), 'in de woestijn' (Numeri) en 'dit zijn de woorden (Deuteronomium). In deze vertaling is de Hebreeuwse grondtekst met zijn eigen idioom en kenmerkende stijlfiguren zo adequaat mogelijk in het Nederlands vertaald.
- de „Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift” (1969, 1984, 1995 en 2004) is een uitgave van het Wachttoren-, Bijbel- en Traktaatgenootschap en wordt vrijwel uitsluitend gebruikt door Jehova's getuigen. De Nederlandse versie is een vertaling van de Engelse uitgave uit 1984. Kenmerkend voor deze uitgaven is het gebruik van „Jehovah” (in zowel het Oude als het Nieuwe Testament) op de plaatsen waar de meeste andere vertalingen HEER of Heere gebruiken. Tekstuele verschillen met andere bijbelvertalingen zitten onder meer in de passages waar (mogelijk) gesproken wordt over Jezus Christus als God in de Drie-eenheid, zoals in het eerste hoofdstuk van het Evangelie volgens Johannes.
Vertaling in andere talen/dialecten van Nederland
De Bijbel in Nederlandse streektalen begint met de emancipatie van het Fries in de negentiende eeuw. Er is toen een aantal evangeliën vertaald. De eerste volledige vertaling van de Bijbel in het Fries is gemaakt door dr. G.A. Wumkes en E.B. Folkertsma. Het Nieuwe Testament verscheen in 1933 en het Oude Testament in 1943. Onder leiding van de stichting Yntertsjerklike Kommisje foar de Nije Fryske bibeloersetting is begonnen aan een nieuwe vertaling. Het werk eraan startte in 1967 en kwam gereed in 1977. De uitgave is uitgevoerd door het Nederlands Bijbelgenootschap en de Katholieke Bijbelstichting samen. In 1978 kwam de eerste druk uit. De meest recente uitgave is de derde, verbeterde druk uit 1995.
Tegen het einde van de twintigste eeuw begon men de Bijbel ook in andere streektalen en dialecten te vertalen. Omdat deze talen het Standaardnederlands als cultuurtaal gebruiken was daar lang geen behoefte aan. Gewoonlijk gaat het slechts om enkele bijbelboeken. Sommige daarvan zijn door het Nederlands Bijbelgenootschap uitgegeven, andere werden elders gepubliceerd. Verscheidene dialecten van het Nedersaksisch hebben hun eigen edities. Zo bestaat er een Groningse vertaling van de Bijbel waarmee in de tweede helft van de twintigste eeuw is aangevangen.[4] De in 1989 opgerichte stichting Liudgerstichten coördineert dit hele gebeuren. Lichtelijk omstreden was het noemen van de naam God waar Nederlandse vertalingen gewoonlijk Heer(e) hebben. De Stichting Twentse Bijbelvertaling heeft de 'Biebel In de Twentse Sproake' uitgebracht, een vertaling van prof. dr. Anne van der Meiden plus nog een aantal andere personen. Dit project is zeer vergevorderd. Op het voormalige Zuiderzee-eiland Urk wordt er een vertaling in het Urkers gemaakt. Hier is nogal wat om te doen geweest omdat het Urkers de aanspreekvorm 'U' niet kent en daardoor God met Jie aangesproken zou worden, iets wat veel Urkers als blasfemisch opvatten. Er wordt ook gewerkt aan een Achterhoekse Bijbelvertaling. Gepubliceerd zijn inmiddels Prediker, het Hooglied en het Evangelie volgens Lucas. Sinds 2004 wordt er door de stichting 'Stellingwerfs Eigen' gewerkt aan een Bijbelvertaling in de streektaal van de Stellingwerven, het Stellingwerfs.
Voor het Limburgs verscheen in 2001 het Evangelie volgens Marcus in het Venloos: 't Gooje Nièts van Marcus. Jo Bronneberg uit Sittard vertaalde in 2004 de vier evangeliën naar zijn eigen Limburgse ideolect, waarvoor hij bovendien zijn eigen spelling gebruikte. De tekst heeft het imprimatur (nog) niet ontvangen en is nog niet op de markt. Ook het Zeeuws kent Bijbelvertalingen, in het bijzonder de Psalmen, die door Wim Joosse vertaald werden vanuit de Statenbijbel.
In november 2011 verscheen De torrie van Mattie, ook wel genoemd de Straatbijbel. Daarin staan delen van het Evangelie volgens Matteüs in Nederlandse straattaal en in een vrije vorm. Zo vertelt Jezus een verhaal over de platenbaas van een raplabel en worden zijn discipelen de gang van Jezus genoemd. Deze vertaling is een initiatief van Daniël de Wolf, leider van Thugz Church in Rotterdam (gericht op jongeren uit achterstandsbuurten) en de uitgave wordt verzorgd door het NBG, Youth for Christ en Ark Mission. Deze uitgave baarde veel opzien en de eerste oplage van 3000 stuks was binnen 2 dagen uitverkocht.[5]
Behalve voor het behoud en de emancipatie van het dialect dienen dergelijke vertalingen vooral ook om de vanouds plechtstatig vertaalde Bijbeltekst dichter bij de gelovige te brengen. Dit leidde vaak tot positieve reacties, maar zorgde bij orthodoxe richtingen ook voor kritiek: velen vonden het dialect niet waardig genoeg voor de Bijbel.
Zie ook
Bijbelvertalingen en hun afkortingen
Bijbelvertalingen worden meestal met een afkorting, zoals bijvoorbeeld Psalm 55:22 (NBV) achter de schriftplaats geplaatst. Onderstaand tabel geeft een overzicht van bekende vertalingen weer:
|
|
|
Literatuur
- Het kompas van het christendom: ontstaan en betekenis van een omstreden bijbel, Jakob van Bruggen, druk 2002, 236 blz., uitgeverij Kok - Kampen, ISBN 9043503606
- Spectrum van bijbelvertalingen: een gids, redactie Harm Wouter Hollander, druk 1994, 140 blz., uitgeverij Boekencentrum - Zoetermeer, ISBN 9023905377
- Wegwijs in bijbelvertalingen, redactie Jakob van Bruggen, druk 1981, 174 blz., uitgeverij Boekencentrum - Den Haag, ISBN 9023917995
Externe links
- De Bijbel in zes verschillende vertalingen: Statenvertaling, Statenvertaling 1977, Nederlands Bijbelgenootschap 1951, Willibrordvertaling 1995, Groot Nieuws Bijbel 1996 en Nieuwe Bijbelvertaling 2004
- Statenvertaling
- Herziene Statenvertaling
- Statenvertaling, Lutherse vertaling en Leidsche vertaling
- Willibrordvertaling en Nieuwe Bijbelvertaling naast elkaar
- Het Boek
- Naardense Bijbel
- Groningse vertaling
- Stellingwerfse vertaling
- Deux-Aesbijbel
- Geschiedenis van Nederlandse bijbelvertalingen (webarchive)
- Koninklijke Bibliotheek - dossier Nieuwe Bijbelvertaling
- Artikel: De Bijbel: originele tekst versus vertalingen
- (en) [translations into Dutch] op de Engelstalige Wikipedia
Bronvermelding
Bronnen, noten en/of referenties:
- º Ter illustratie van de verschuivende betekenis van woorden:
Het woord „vroom” betekent nu „standvastig in het volgen van de bestaande, eventueel oude, religieuze regels en gebruiken”. De toevoeging religieus is hier essentieel, want zonder die toevoeging zou het een synoniem zijn van „conservatief”. In de tijd van de Tachtigjarige Oorlog is het onwaarschijnlijk dat zowel de verwijzing naar het religieuze aspect als de verwijzing naar oude gebruiken in de betekenis meeklonken: Bergen op Zoom houdt u vroom, een geuzenlied uit die tijd, roept de inwoners van Bergen op Zoom op standvastig te zijn tegen de Spaanse Furie. Deze Spaanse Furie stond in dienst van de oude gebruiken en in de kerk zitten terwijl soldaten stormlopen op de muren heeft ook niet veel zin. - º Uitgave vertaling 2010
- º Voor het Oude Testament is, zoals andere vertalingen, gebruik gemaakt van de Masoretische tekst, die waar nodig is gecorrigeerd is naar de oude vertalingen en de Dode-Zeerollen.
- º (De Groningse) Biebel is kloar
- º Omstreden straatbijbel al na twee dagen uitverkocht, Het Parool, 10 november 2011