Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Voeding in het boeddhisme
Twee boeddhistische leefregels zijn:
- Niet doden
- Geen drugs en/of alcohol
Veel boeddhisten hebben een vegetarisch voedingspatroon om aan deze regels te voldoen.
Vegetarisme
Er bestaat een contrast tussen de boeddhistische leer en de persoonlijke keuze of toepassing van vele boeddhisten.[1]
Twee richtingen zijn herkenbaar in de boeddhistische canon. Volgens de Pali-canon verbood Boeddha zelf de consumptie van vlees niet,[2] terwijl diverse mahayana-soetra’s zich expliciet uitspreken tegen het eten van vlees.[1] Er wordt vaak gesteld dat Boeddha, hoewel hij vlees eten niet verbood, wel sterke aanbevelingen gaf in die richting. Hij adviseerde om enkel vlees te eten als het dier niet voor consumptie gedood was.
Het boeddhistisch vegetarisme is veganistisch: het maakt geen gebruik van dierlijke producten. Bewuste wezens te doden, inclusief dieren slachten als voedsel, behoort tot de zwaarste overtredingen in het boeddhisme. Dit is anders dan in het hindoeïsme, waarin ceremonieën voorkomen die draaien rond het offeren van melk, boter, honing of van dieren.[3]
Boeddhisten geloven in een vorm van ’reïncarnatie’ ofte ’wedergeboorte’. Dieren kunnen in een vorig leven mensen geweest zijn. Het is daarom de bedoeling om andere levende wezens geen of zo min mogelijk kwaad te doen en hen zo veel mogelijk tot nut te zijn.[2] Een vegetarisch voedingspatroon kan hierin een essentiële rol spelen.[2]
Boeddha zelf was blijkbaar niet volledig vegetarisch, aangezien hij en de sangha (de gemeenschap) van boeddhistische bedelmonniken alles aten wat hen als aalmoes gegeven werd, zelfs al was het vlees of bedorven. Zolang men niet ziet, niet hoort of niet twijfelt dat het dier opzettelijk gedood zou zijn om de monnik te eten te geven, maar weet dat het dier op natuurlijke wijze is gestorven of door de roofvogels werd achtergelaten, mag de monnik het met een goed geweten eten. Maar als hij of zij weet dat vlees afkomstig is van een dier dat voor consumptie is geslacht om de bedelaars te eten te geven, mogen zij het weigeren. Boeddha vroeg nooit om specifiek voedsel te krijgen, maar was ertegen dat mensen opzettelijk vlees zouden kopen om dit als voedsel aan de monniken te schenken.[2]
Later in zijn leven stelde Boeddha dat het vlees dat hij had gegeten zich manifesteerde door zijn groot mededogen en psychische kracht – met andere woorden: het was geen echt vlees.[2]
Boeddhisten in het algemeen gaan ervan uit dat iemand ook een goede boeddhist kan zijn zonder vegetariër te zijn, maar wie het boddhisattva-pad volgt, zal vroeg of laat het eten van vlees achter zich laten omdat hij de pijn van andere bewuste wezens niet kan verdragen.[2]
In sommige landen, zoals Tibet, was het niet zo gemakkelijk om een grote variëteit aan groenten te kweken, waardoor vele boeddhisten zich niet vegetarisch voeden.
Wat men eet maakt een boeddhist niet ’onrein’, maar de keuze wat men eet heeft steeds gevolgen.
Toen Boeddha een gesprek had met iemand die vlees kocht, antwoordde de koper, dat hij het kocht omdat de slager het verkocht. Daarop ging de Boeddha naar de slager. Die legde uit dat hij vlees bleef verkopen omdat anderen het bleven kopen. De economische wet van vraag en aanbod maakt het eten van vlees niet ’rein’.[2]
Zie ook boeddhisme en vegetarisme.
Vijf prikkelende kruiden
Vijf groenten, de zogenaamde ’vijf prikkelende kruiden’, mag men volgens bepaalde tradities niet eten. Dit zijn planten in de Allium-familie: knoflook, ui, sjalotten, prei en bieslook.[4][5]
Deze groenten van de uienfamilie mogen niet gegeten worden omdat deze verondersteld worden lust te creëren en een slechte geur veroorzaken wanneer ze rauw worden gegeten.
Men eet vooral sojabonen, tarwe, champignons, noten en veel groenten.
Bronnen, noten en/of referenties
|