Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Sjoerd Kuyper

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

Sjoerd Kuyper (Amsterdam, 6 maart 1952) is een Nederlandse schrijver. Hij schrijft voor volwassenen, maar is vooral bekend geworden door zijn werk voor kinderen. Hij schrijft niet alleen boeken, maar ook scenario’s, musicals, gedichten, brieven en liedjes. In 2012 werd hem voor zijn hele oeuvre de Theo Thijssenprijs voor kinder- en jeugdliteratuur toegekend. Volgens de jury verzoent Kuyper in zijn boeken leesbaarheid met diepgang. “Hij kan moeilijke dingen, grootse dingen zelfs, vertellen in een eenvoudige taal, die zich nestelt in je hoofd en blijft rondzingen als een liedje. Een erg mooi liedje”.[1] Zeer succesvol was de serie boeken over Robin. Voor Robin en God (1996) ontving hij in 1996 een Gouden Griffel. Daarnaast kreeg hij zesmaal een Zilveren Griffel, onder meer voor Robin en Suze (1993) en Robin is verliefd (2006). Van Het zakmes (1981) werd een succesvolle film en televisieserie gemaakt, voor beide schreef Kuyper ook het scenario. Van zijn werk zijn vele vertalingen verschenen, onder meer in het Duits, Engels, Koreaans en Papiamentu.[2] Voor de Italiaanse vertaling van Hotel De Grote L (2014) kreeg Kuyper in Italië een Premio Orbil 2018.[3] Eerder was ook dit boek in Nederland bekroond met een Zilveren Griffel. Wegens zijn verdiensten voor de Nederlandse literatuur in binnen- en buitenland werd hij in 2014 benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau.

Jeugd

Sjoerd Kuyper werd op 6 maart 1952 geboren in Amsterdam-Oost. Op tweejarige leeftijd verhuisde hij met zijn ouders naar het dorp Berkhout, bij Hoorn, waar zijn vader onderwijzer werd. De zeven jaren die Sjoerd daar doorbracht, heeft hij beschreven in zijn serie boeken over de kleuter Robin. In 1956 kreeg hij een zusje: Trudy.

In 1961 verhuisde het gezin naar Oostvoorne, op de Zuid-Hollandse eilanden, alwaar een jaar later, op de tiende verjaardag van Kuyper, broer Hans werd geboren. In Oostvoorne begon Kuyper, hij was dertien, te schrijven: verhalen, geïnspireerd door Jules Verne, maar vooral poëzie. Hij bezocht de HBS te Brielle en publiceerde in de schoolkrant, waar hij ook redacteur van was.

In 1967 verhuisden ze naar Winkel NH en Kuyper bezocht de HBS in Schagen. In Winkel begon hij met vrienden een uitgeverijtje, Walpurgisnacht, dat gestencilde boekjes met eigen werk op de markt bracht. In die periode publiceerde Sjoerd een verhaal in het Noordhollands Dagblad en een gedicht in De Groene Amsterdammer. Een gedicht dat hij in de schoolkrant had gepubliceerd werd opgenomen in de landelijke bloemlezing ‘een 10 voor de tieners’ en hij schreef een lied, De NAVO Blues, dat hij met vrienden zong in het tv-programma 'Dit is het begin'. In 1969 slaagde hij voor het examen HBS-A en vertrok naar Amsterdam om filosofie te studeren.          

Daar ontmoette hij de jonge dichters Hans Clavin, Robert Paul Flipse, Peter Nijmeijer en Hans van Weely, en samen met Leo Bankersen als de vormgever begonnen ze de Fizz-Subvers Press. Aanvankelijk werd alleen eigen werk uitgegeven, maar later verschenen er ook bundels van Bert Schierbeek, Sybren Polet, Guus Luijters en Ben Borgart en vertalingen van dadaïstische en surrealistische dichters. Op 11 juli 1970 ontmoette Sjoerd Margje Burger in de Alkmaarder Hout, waar hij in de pauze van een popconcert poëzie voorlas. Sindsdien zijn ze samen.

Eerste schrijversjaren

Ze betrokken een zomerhuisje in de tuin van Peter Nijmeijer, die in Nieuwe Niedorp was gaan wonen. Kuyper reisde af en toe nog naar Amsterdam, vanwege zijn studie, en publiceerde in obscure Vlaamse tijdschriften en heel af en toe iets in Propria Cures. De doorbraak kwam toen Hans Verhagen zich over zijn gedichten ontfermde en ze aanbood bij De Bezige Bij. De bundel Ik herinner mij Klaas Kristiaan verscheen in 1974. Kuyper voelde zich thuis bij De Bezige Bij en al gauw was hij bestuurslid, redacteur en namens de uitgeverij organisator van poëzielezingen: 'Ontmoet de dichters’. In het jaar van zijn debuut las hij voor op Poetry International.

Hij gaf zijn studie op en werd fulltime schrijver: cursiefjes en poëzierecensies voor De Nieuwe Linie, artikelen in de VPRO Gids, recensies over poppenspel in De Volkskrant. Hij vertaalde boeken van onder anderen J.M. Synge en Jamake Highwater en schreef zijn eerste kinderverhalen voor het radioprogramma De Ko de Boswachtershow. Margje en hij verhuisden in 1975 naar een woonboot in Neck, Wijdewormer.

In 1978 schreef Sjoerd zijn eerste tv-serie, De Grote Klok, met Jacques Vriens, en samen met Margje als fotografe, maakte hij reportages, over de Aran Islands, Bretagne en New York – voor het tijdschrift Bzzlletin. In 1980 nam Sjoerd deel aan het International Writing Program van de universiteit van Iowa City. Ze verbleven er vier maanden en ontmoetten collega-schrijvers als John Banville, Earl Lovelace en Leonard Nolens. In datzelfde jaar begonnen Sjoerd en zijn zus Trudy, die met haar Poppentheater Dibbes bekend zou worden als 'de koningin van het handpoppenspel', uitgeverij Bobbelie, om de poppenspelen van Poppentheater Dibbes ook in boekvorm uit te brengen. Het eerste deeltje was De Boommannetjes. Het stuk was geschreven door Trudy, de tekst in proza door Sjoerd. Ondertussen bleef hij publiceren bij De Bezige Bij: twee poëziebundels en twee prozaboeken.

En hij maakte interviews, samen met zijn vriend Johan Diepstraten, eerst met jonge prozaschrijvers als Maarten 't Hart, Doeschka Meijsing en Jan Siebelink, later met jonge dichters als H.H. ter Balkt, Frank Koenegracht, Gerrit Komrij, Hans Tentije en Willem Wilmink. Ze werden gepubliceerd in De Nieuwe Linie en De Tijd, en later gebundeld in Het Nieuwe Proza (1978) en Dichters (1980). De vriendschap met Johan zou later leiden tot een samen geschreven jeugdroman, De verborgen steeg (1986), die bekroond werd door vele kinderjury’s. In 1999 overleed Johan, achtenveertig jaar oud.         

Margje en Sjoerd trouwden in 1976, in 1984 werd hun zoon Joost geboren en in 1986 hun dochter Marianne. Margje hield op met fotograferen en begon te tekenen en te schilderen, ze maakte van haar donkere kamer een babykamer. Sjoerd richtte zich steeds meer op het poppenspel – hij schreef stukken voor diverse theaters – en op jeugdboeken, die hij aanvankelijk publiceerde bij In de Knipscheer, later bij Bert Bakker, en vanaf 1988 bij Leopold. Zijn eerste boek daar was Majesteit, uw ontbijt (1988) naar de gelijknamige tv-serie die hij voor de VPRO geschreven had. Hij schreef veel voor tv in die tijd: Max Laadvermogen (1986), De freules (1990) en in 1991 de tv-serie en de film Het zakmes, naar het boek dat hij in 1981 bij In de Knipscheer had uitgegeven. De film en de serie wonnen veertien prijzen, in Nederland en daarbuiten, waaronder een Emmy Award, een Cinekid Award en een Gouden Kalf voor de regie van Ben Sombogaart, en de film werd opgenomen in de Canon van de Nederlandse film. Het boek – naar het scenario herschreven – beleefde herdruk op herdruk. Het eerste succes. De Bezige Bij had inmiddels een nieuwe redactie die geen affiniteit had met het werk dat Sjoerd voor volwassenen schreef, dus dat bracht hij onder bij L.J. Veen.

De jaren negentig

In 1988 verhuisden Sjoerd en Margje en de kinderen naar Bakkum. Het was een gouden tijd voor de jeugdcultuur in Nederland. Film, theater, tv, muziek, literatuur, vrijwel alles wat voor kinderen gemaakt werd was van hoog niveau en kreeg ruim aandacht in de media. Sjoerd besloot om zich vooral bezig te houden met het schrijven van boeken en het geven van lezingen op scholen, in boekhandels en bibliotheken – daar was veel vraag naar.

In 1990 publiceerde hij Robins zomer, het eerste deel van een serie autobiografische boeken over zijn kleuterjaren in Berkhout, waarin hij ook avonturen en uitspraken van zijn kinderen verwerkte. Er zouden nog acht delen volgen, waarvan er drie bekroond werden met een Zilveren Griffel en één met de Gouden Griffel: Robin en God (1996). In 1996 publiceerde hij ook de filosofische jeugdroman De rode zwaan, geïnspireerd door de magische bossen van Bakkum waar hij vanuit zijn schrijfhuis achterin de tuin op uitkeek. Het boek werd verfilmd, Sjoerd schreef zelf het scenario, de film kwam drie jaar later in de bioscoop. In 1989 verscheen het sprookje Josje, in 1992 het vervolg Josje’s droom.

In 1994 werd Sjoerd door de Stichting NANA uitgenodigd om deel te nemen aan de kinderboekenweken op Curaçao en Bonaire. Later volgden reizen naar Aruba en de bovenwindse eilanden en Suriname. De ervaringen daar opgedaan hebben grote invloed gehad op het leven en het werk van Sjoerd. ‘Als ik daar ben,’ zei hij in een interview, ‘ben ik een ander mens, een beter mens – mijn moeder zou mij niet herkennen.’ De kinderen op de scholen die hij bezocht vroegen hem een boek over hun leven te schrijven, anders moesten ze de hele poos lezen over ‘kinderen die met koude voeten in een trein zitten en naar de sneeuw en het ijs op de slootjes buiten zitten te kijken’, ze wilden ook lezen over kinderen met warme voeten. Pas later kon Sjoerd over de jeugd van de eilanden schrijven, maar in 1998 maakte hij met Annemarie van Haeringen het met een Gouden Penseel bekroonde prentenboek Malmok. Over een pelikaan. Stichting NANA bracht het als kinderboekenweekgeschenk voor de Antillen in het Engels, het Papiamentu en het Papiamento.

In 1997 kochten ze een huis in hun geliefde Bergen. Over de verhuizing en alles wat eraan vooraf ging, schreef Sjoerd brieven die hij in 2004 verzamelde in het boekje De weg naar Bergen, later opgenomen in Kwaaie verhalen van liefde (2014). Na een Vlag en Wimpel, twee Zilveren Griffels en één Gouden, werd Sjoerd door de CPNB gevraagd om het kinderboekenweekgeschenk 2000 te schrijven: Eiber!, een prozabewerking van het poppenspel De Eiber dat hij in 1994 voor het theater van Trudy had geschreven. Er werden driehonderdduizend exemplaren van gedrukt en verspreid.

De jaren nul

The sky leek the limit, maar dat bleek schijn. Alles veranderde en Sjoerd, die was begonnen bij De Bezige Bij, een uitgeverij vol idealisme waar liefde voor boeken en hun makers voorop stond, een coöperatieve vereniging, eigendom van de auteurs, kon dit moeilijk verkroppen. Zijn uitgever Leopold werd opgeslokt door het concern WPG en dat had een zodanige invloed op het uitgeefbeleid, dat hij het daar niet langer volhield. Bovendien leek de jeugdcultuur in een paar jaren tijd te zijn afgeschaft: media hadden geen belangstelling meer, bibliotheken werden gesloten, minder succesvolle titels werden verramsjt en kregen geen tweede kans, de verkoopcijfers daalden dramatisch. Dit alles is terug te vinden in de spraakmakende Annie M.G. Schmidtlezing die Sjoerd op 13 mei 2009 hield: Over het nieuwe uitgeven en mijn oude schrijversneus. Zijn uitspraken daarin gedaan kregen veel aandacht in de pers, maar later constateerde hij zelf: “Daarna is het alleen maar beroerder geworden.” Dit alles had ook consequenties voor zijn eigen inkomsten.

Regisseur Peter de Baan verzocht hem om liedteksten te schrijven voor de musical De scheepsjongens van Bontekoe die in 2003 werd opgevoerd. In de loop van dit decennium zou Sjoerd bijdragen leveren, meestal liedteksten soms ook scenario, aan elf musicals, zes voor kinderen en vier voor volwassenen. De bekendste waren Turks fruit uit 2005, naar de roman van Jan Wolkers, waarvoor hij liedteksten schreef die hem een John Kraaijkamp Musical Award opleverden, geregisseerd door Peter de Baan, De diepvriesdames (2008), naar een verhaal van Annie M.G. Schmidt, en het oorspronkelijke Dromen zijn bedrog (2009), waarvoor hij met Dick van den Heuvel het script schreef – beide geregisseerd door Frank Lammers. Ook het script van die laatste werd met een Musical Award bekroond.

In deze periode begonnen Margje en Sjoerd samen te schrijven. Het begon in 2004 met het prentenboek Jij bent mijn mama niet! Margje leverde idee en synopsis en Sjoerd maakte het af. Zo schreven ze ook veertig verhalen voor een lesmethode Natuur & Techniek van uitgeverij Malmberg (2009). Meer prentenboeken volgden, Sjim en Sjon eten gek (2009), Mama Lief Alsjeblieft (2014), Kom uit die boom (2015), en verhalen bij beroemde schilderijen voor Het grote Rijksmuseum voorleesboek, Het meisje met de parel van het Mauritshuis, Rembrandts voorleesbijbel van het Rembrandthuis en Het grote Rembrandt voorleesboek van het Rijksmuseum. Margje deed de research en bedacht het verhaal en Sjoerd schreef het.

In 2006 overleed de vader van Sjoerd. Over zijn dood heeft hij geschreven in de bundel September (2009) en verteld en gezongen in het muziektheaterstuk Dode vaders, lieve zonen dat hij in 2010 en 2011 met vrienden speelde. Bovendien verliet hij Leopold en kwam bij uitgeverij Nieuw Amsterdam. De waardering voor zijn werk bleef constant, hij won in deze periode naast de twee Musicals Awards ook twee Zilveren Griffels, maar de verkoop bleef dalen, en toen hij in zijn Annie M.G. Schmidtlezing zijn misnoegen over de gang van zaken in de wereld van het kinderboek op scherpe wijze had geuit, was zijn nieuwe uitgever not amused en hij verzocht Sjoerd zijn werk voortaan elders uit te geven. De samenwerking had drie jaar, drie boeken en twee Griffels geduurd.   

De jaren tien

Al tijdens zijn periode bij Nieuw Amsterdam zocht Sjoerd contact met uitgeverij Hoogland & Van Klaveren in Hoorn. Hij wilde dat Het boek van Josje, dat al tien jaar niet meer verkrijgbaar was en waar nog veel vraag naar was, zou worden herdrukt. In 2009 verscheen het daar onder de naam Josje. In 2011 verscheen bij Uitgeverij Lemniscaat Mijn opa de bankrover, het verhaal waarop de gelijknamige film was gebaseerd die in datzelfde jaar in de bioscoop kwam en de eerste door Sjoerd geschreven film werd die een gouden status kreeg: er kwamen 150.000 betalende bezoekers. Ook in 2011 verscheen bij Lemniscaat het laatste deel in de serie over Robin: O rode papaver, boem pats knal! Sjoerd kreeg er zijn vijfde Zilveren Griffel voor.

De band met Curaçao en Aruba werd sterker. Roy Colastica zocht een coach voor het schrijven van zijn eerste Nederlandstalige jeugdroman en vroeg Sjoerd. Samen met Margje hebben ze er maanden aan gewerkt, in Bergen en Willemstad. Sjoerd heeft ervan verslag gedaan in Twee harten op een tafel, opgenomen in Kwaaie verhalen van liefde. Het boek van Ròi, Vuurwerk in mijn hoofd, verscheen in 2012 bij Leopold. Door de lange gesprekken met Ròi en zijn familie en vrienden, leerde Sjoerd de ziel van Curaçao zo goed kennen, dat hij eindelijk een boek over de kinderen van het eiland durfde te schrijven. Dat werd De duik, dat in 2014 door Lemniscaat werd gepubliceerd. Ròi zei later: ‘Het is niet te geloven dat dit boek door een makamba is geschreven.’ In 2017 schreef Sjoerd voor Aruba het kinderboekenweekgeschenk Het spannendste boek van de wereld, dat in een tweetalige editie, Papiamento en Nederlands, onder de schooljeugd werd verspreid, en in 2019 verscheen De duik in het Papiamento en Papiamentu, bij Uitgeverij Charuba.

In 2014 verscheen niet alleen De duik, ook Mama Lief Alsjeblieft, dat hij samen met Margje schreef, en Kwaaie verhalen van liefde en De vrienden van Sinterklaas en Hotel De Grote L zagen het licht. Sjoerd vierde zijn veertigjarig jubileum als schrijver in de Ruïnekerk in Bergen met toespraken en voordrachten van vrienden en een optreden van de Bintangs, en tijdens die gelegenheid werd hij benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Hotel De Grote L zou zijn grootste succes tot nu toe worden: het werd verfilmd, twee keer voor theater bewerkt, er werden meer dan veertigduizend exemplaren verkocht in Nederland, het kwam in de top-10 van de CPNB en verscheen in tien landen. Sjoerd reist nog steeds ieder jaar naar Italië om lezingen over het boek te geven.

In 2018 kwam het tot een breuk met Uitgeverij Lemniscaat. Over de reden zijn door geen van beide partijen in het openbaar mededelingen gedaan. Sjoerd was incidenteel boeken blijven uitgeven bij Hoogland & Van Klaveren – o.a. de dichtbundel Mooi leven (2016), met schilderijen van Margje – en heeft er nu definitief zijn intrek genomen, zowel met zijn werk voor de jeugd als met dat voor volwassenen. In maart 2019 verscheen zijn jeugdroman Bizar.

Op de barricade

Het kon bijna niet anders, met socialistische grootouders en ouders: het werk van Sjoerd Kuyper wordt niet alleen gekenmerkt door poëtische taal, maar ook door sociale betrokkenheid. Het begon met zijn eerste publicatie, een gedicht in de Brielse schoolkrant, het pacifistische Gedachten van een ex-generaal, daarna kwam de NAVO Blues, die hij eind jaren zestig met vrienden in de winkelstraten van Alkmaar en op televisie zong, en in MaGier en de MiddelMan (1984) werden de kwalijke aspecten van het geloof aan de kaak gesteld. De woede is nooit verdwenen. Sterker nog: die werd steeds groter. In zijn werk maar ook daarbuiten, zoals dat ook bij Astrid Lindgren en Miep Diekmann het geval was.

Begin jaren negentig vonden er in het onderwijs enorme fusies tussen scholen plaats. Grotere scholen konden meer kwaliteit bieden, was het motto, maar in werkelijkheid ging het om bezuinigingen. Sjoerd heeft zich middels lokale media en een ingezonden stuk in De Volkskrant tegen deze schaalvergroting verzet, mede omdat de kleine en fijne basisschool van zijn kinderen dreigde te worden opgeheven. De strijd ging verloren. Tot groot verdriet, nog steeds, van allen die in het onderwijs werkzaam waren en zijn. Sjoerd heeft deze ervaringen met de lokale en landelijke politiek verwerkt in zijn boek De schoolstrijd (1997), later opnieuw uitgegeven als De leukste jongen van de school (2002).

Toen hem gevraagd werd een tv-serie te schrijven over vluchtelingen en de sprookjes die zij uit hun geboorteland hadden meegenomen: De zevenmijlskoffers (1994). Een aantal verhalen uit deze serie werd opgenomen in de verhalenbundel Alleen mijn verhalen nam ik mee (1998) en de tekst van de titelsong die Sjoerd ervoor geschreven had, Mensen met koffers, die toen nooit gebruikt is, werd twintig jaar later, toen de discussie over de toelating van vluchtelingen in Nederland hoog oplaaide, als gedicht duizenden malen gedeeld op internet. In 2012 schreef hij met Tjeerd Oosterhuis voor Kinderen voor Kinderen een lied over hetzelfde thema, Hallo wereld, dat meer dan twaalf miljoen keer op You Tube is bekeken en beluisterd.  

Sjoerd hield lezingen als Over het nieuwe uitgeven en mijn oude schrijversneus (2009), Machiavelli en de Veertig Rooie Ruggen (2011) en Terug naar het Paradijs (2015), waarin hij aantoonde hoe belangrijk jeugdliteratuur is en hoe kwalijk het is om de makers ervan met een fooi af te schepen. Ze leverden hem bijval en dank van collega’s op maar het is er sindsdien – zie boven – alleen maar beroerder op geworden.

De Zwarte Piet-discussie brandde los in Nederland. Door zijn kinderen en hun vrienden en vriendinnen, die uit alle windrichtingen in zijn huis neerstreken, en hun verhalen, en die van zijn kleinkinderen Kingston en Doortje, die half Surinaams zijn, werd Sjoerd geïnspireerd om een boek te schrijven over hoe het Sinterklaasfeest feestelijk voor iedereen kon worden, met pieten in alle kleuren: De vrienden van Sinterklaas (2014). Hierdoor werd hij in de landelijke discussie betrokken en toen zijn mening werd gevraagd over Het Sinterklaasjournaal en hij in Trouw zei dat het wat hem betreft “zum kotzen” was, zo racistisch, werd hem dat op de social media niet in dank afgenomen. Als reactie schreef hij de boeken Het kleinste Pietje (2015) en, op verzoek van de Stichting Sinterklaasintocht Amsterdam, Het verhaal van Sinterklaas (2018). Met componist Floor Minnaert maakte hij het sinterklaaslied Al die kleuren. Sjoerd zei in een interview: “Ik heb in mijn leven veel gevochten en veel verloren, maar dit is een gewonnen zaak, al heeft nog niet iedereen het door. Wie nu nog voor een Zwarte Piet is, heeft later heel wat uit te leggen aan zijn kleinkinderen.” Daarna trok het engagement van Sjoerd zich terug in zijn boeken – zie zijn meest recente jeugdromans De duik en Bizar.  

Belangrijkste werken

  • Ik herinner mij Klaas Kristiaan, poëzie voor volwassenen (1974)
  • Het boek van Ko de Boswachter, jeugdboek, met Burny Bos en G. Brands (1975)
  • Het Nieuwe Proza, interviews, met Johan Diepstraten (1978)
  • De glazen kamer, verhalen voor volwassenen (1979)
  • De Grote Klok, jeugd-tv-serie, met Jacques Vriens (1978-1980)
  • Dichters, interviews, met Johan Diepstraten (1980)
  • De boommannetjes, jeugdboek, met Trudy Kuyper (1980)
  • MaGier en de MiddelMan, jeugdpoppenspel (1981) en jeugdboek (1984)  
  • De verborgen steeg, jeugdboek, met Johan Diepstraten (1986)
  • Max Laadvermogen, jeugd-tv-serie, met Midas Dekkers (1986)
  • Majesteit, Uw ontbijt, jeugd-tv-serie (1987 en jeugdboek (1988)
  • Robins zomer, jeugdboek (1990)
  • De freules, jeugd-tv-serie (1990)
  • Het zakmes, jeugdboek (1991 en jeugd-tv-serie en film (1992)
  • Robin en Suze, jeugdboek (1993)
  • Het eiland Klaasje, jeugdboek (1994)
  • Zeepziederij De Adelaar, poëzie voor volwassenen (1994)
  • De Eiber, jeugdpoppenspel (1994)
  • De zevenmijlskoffers, jeugd-tv-serie (1994)
  • Robin en God, jeugdboek (1996)
  • De rode zwaan, jeugdboek (1996)
  • Alleen mijn verhalen nam ik mee, jeugdboek (1998)
  • Malmok, jeugdboek (1998)
  • De rode zwaan, jeugdfilm (1999)
  • Het boek van Josje, jeugdboek (1999)
  • Eiber!, jeugdboek (2000)
  • Fanfare, liedteksten voor de jeugd (2002)
  • De leukste jongen van de school, jeugdboek (2002)
  • Een muts voor de maan, jeugdboek (2003)
  • De scheepsjongens van Bontekoe, liedteksten jeugdmusical (2003)
  • Het lied dat mijn moeder zong, poëzie voor volwassenen (2003)
  • Jij bent mijn mama niet!, jeugdboek, met Margje Kuyper (2004)
  • Hoofden uit de mist, teksten over jeugdliteratuur, voor volwassenen (2004)
  • Turks fruit, liedteksten musical voor volwassenen (2005)
  • Dank voor je brief, het gaat iets beter, rijmbrieven, met Frank Koenegracht (2007)
  • Robin is verliefd, jeugdboek (2006)
  • Sjaantje doet alsof, jeugdboek (2007)
  • Morrison krijgt een zusje, jeugdfilm en jeugdboek (2008)
  • Ik blijf altijd bij je, jeugdpoëzie (2008)
  • De diepvriesdames, jeugdmusical (2008)
  • September, poëzie voor volwassenen (2009)
  • De Grote Avonturen van Kleine Mol, jeugdmusical en jeugdboek (2009)
  • Dromen zijn bedrog, musical voor volwassenen, met Dick van den Heuvel (2009)
  • Sjim en Sjon eten gek, jeugdboek, met Margje Kuyper (2009)
  • Mijn Opa de Bankrover, jeugdfilm en jeugdboek (2011)
  • O rode papaver, boem pats knal!, jeugdboek (2011)
  • Het heelal van jouw hart, bloemlezing uit de poëzie voor volwassenen (2012)
  • Hotel De Grote L, jeugdboek (2014)
  • Mama Lief Alsjeblieft, jeugdboek, met Margje Kuyper (2014)
  • De duik, jeugdboek (2014)
  • De vrienden van Sinterklaas, jeugdboek (2014)
  • Kwaaie verhalen van liefde, divers proza voor volwassenen (2014)
  • Kom uit die boom!, jeugdboek, met Margje Kuyper (2015)
  • Het kleinste pietje, jeugdboek (2015)
  • Mooi leven, poëzie voor volwassenen, met schilderijen van Margje Kuyper (2016)
  • Het spannendste boek van de wereld, jeugdboek (2017)
  • Het verhaal van Sinterklaas, jeugdboek (2018)
  • Bizar, jeugdboek (2019)

Prijzen

Bronnen, noten en/of referenties

Externe links

Referenties

  1. º Sjoerd Kuyper 2012 TheoThijssen-prijs. Literatuurmuseum Geraadpleegd op 11 november 2020
  2. º 54 vertalingen gevonden van "Sjoerd Kuyper". Nederlands Letterfonds Vertalingendatabase Geraadpleegd op 11 november 2020
  3. º Premio Orbil 2018. Alir - Associazione Librerie Indipendenti Ragazzi (4 mei 2018) Geraadpleegd op 11 november 2020
rel=nofollow
rel=nofollow
rel=nofollow