Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Natuurfilosofie

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Natuurfilosofie (Latijn: Philosophia naturalis) is de studie van de natuur en het universum in de periode voorafgaand aan de opkomst van de moderne natuurwetenschappen. Het omvatte de studie van de kosmos, de aarde en levende organismen (onder meer natuurkunde, astronomie, kosmologie, biologie en mechanica). Newton was hoogleraar natuurfilosofie. Tegenwoordig zouden we hem hoogleraar natuurkunde noemen. Natuurfilosofie was de dominante vorm van natuurstudie totdat de moderne wetenschap ontstond, en wordt beschouwd als een voorloper van de huidige term 'natuurwetenschap', vooral in relatie tot de natuurkunde. De natuurfilosofie hield zich ook bezig met fundamentele vragen over de aard van de werkelijkheid, causaliteit en de wetten die de fysieke wereld beheersen. Het betrof metafysische speculatie over de principes die ten grondslag liggen aan natuurverschijnselen.

Overzicht natuurfilosofen

De eerste groep die deze benaming krijgt, zijn de Ionische natuurfilosofen die in het oude Griekse Ionië in het huidige Turkije werkten. In de oudheid was de filosofie de hoogste van de wetenschappen, en hiertoe behoorden ook de natuurwetenschappen. Met andere woorden: een natuuronderzoeker werd als filosoof beschouwd; de wetenschappelijke methode was nog niet ontwikkeld. Onder de vroege natuurfilosofen bevonden zich Diogenes van Apollonia en Theophrastus. Filosofen uit de Oudheid, zoals Aristoteles, schreven reeds uitgebreid over natuurkunde, biologie en kosmologie, en beschouwden hun werk als onderdeel van de natuurfilosofie. In de Renaissance leverden figuren als Galileo Galilei, Isaac Newton en Johannes Kepler belangrijke bijdragen die de basis legden voor moderne wetenschappelijke methoden.

Tegen de 17e eeuw markeerde de wetenschappelijke revolutie een verschuiving van de natuurfilosofie naar wat we nu als wetenschap erkennen, gekenmerkt door empirische methoden en experimentele validatie. De term 'wetenschap' werd steeds vaker gebruikt om deze methoden en disciplines te beschrijven.

Immanuel Kant accepteerde de mechanistische natuurwetenschappen van Newton en beschouwde de natuurfilosofie als het denken dat zich a priori met de principes van de natuurwetenschappen bezighoudt. Friedrich von Schelling en Georg Wilhelm Friedrich Hegel ontwikkelden de speculatieve natuurfilosofie die de natuur uit de geest zou afleiden, en zij zetten een compleet systeem op zonder rekening te houden met de ervaring zoals die werd geleverd door de zintuigen.