Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Ludwig van Beethoven

Uit Wikisage
(Doorverwezen vanaf Ludwig von Beethoven)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Dit artikel valt onder beheer van Dorp:Luisterrijk.
rel=nofollow

Ludwig van Beethoven (Bonn, 16 december 1770Wenen, 26 maart 1827) was een Duits componist en pianist.

Leven

Bonn (1770–1792)

Ludwig van Beethoven was de zoon van de Rijnlandse zanger Johann van Beethoven en zijn echtgenote Magdelena Keverich. Zijn grootvader, Lodewijk van Beethoven, kwam uit Mechelen en vestigde zich later in Bonn. Deze afkomst verklaart het Nederlandse voorvoegsel van in zijn naam. Het dorp Beethoven of Bettehoven heet thans Bettincourt en is een deelgemeente van Borgworm (Waremme) in de Belgische provincie Luik.

Zijn oudst bekende voorvader in (juridische) mannelijke lijn is Jan van Bettehoven (1485 – ) uit Kampenhout, Vlaams-Brabant,[1] waarvan een afstamming aangenomen wordt van de in de 14e eeuw teloor gegane kleine landadel van het graafschap Loon.[2]

Beethovens vader Johan(n) trachtte van zijn zoon Ludwig, in navolging van Mozart, een wonderkind te maken, nadat hij had gemerkt dat de jongen een grote muzikaliteit aan de dag legde. Een moeilijke jeugd waarin armoede een rol speelde, en met een vader die geregeld dronk en ’s nachts bij thuiskomst – indien hij gezelschap bij zich had, zijn zoon dwong uit bed te komen om voor hen piano te spelen, maakte van Ludwig een somber en wantrouwend mens, hoewel hij met zijn extraverte karakter ook luidruchtig vrolijk kon zijn.

In 1777 ging Beethoven naar het zogenaamde Tirocinium, een lagere school waar Latijn werd onderwezen. Een schoolkameraadje vond dat Beethoven zich onderscheidde van de anderen doordat hij er zo smerig en slordig uitzag. De schoolgang duurde tot 1781. Hij ging niet naar het gymnasium, en genoot verder ook geen algemeen vormend onderwijs meer. Alle tijd werd nu aan de muziek besteed.

De vroege en wat latere jeugd van Beethoven wordt redelijk gedetailleerd beschreven in een manuscript dat nagelaten is door het gezin Fischer dat vanaf 1776 huisgenoot was van de Beethovens. Een paar voorbeelden:

Ook toen Ludwig iets ouder was zag hij er vaak onverzorgd uit. De dochter van de Fischers, Caecilia, zei tegen hem: „Wat zie je er onverzorgd en vies uit. Je moet beter voor jezelf zorgen.” Waarop Beethoven antwoordde: „Wat maakt het uit, of ik wel of geen heer word, niemand ziet het.”

Beethoven zat eens op de vensterbank van het raam in zijn slaapkamer, met het hoofd in de handen en de blik naar binnen gekeerd. Caecilia stak de binnenplaats over en riep: „Waar kijk je naar, Ludwig?”, en kreeg daarop geen antwoord. Later vroeg ze aan hem waarom hij niet op haar vraag had gereageerd, want, zei ze: „Geen antwoord is ook een antwoord.” Beethoven repliceerde: „O nee, zo is het niet, neem het me niet kwalijk. Ik werd zo door diepe en schone gedachten in beslag genomen dat ik daarin niet gestoord wenste te worden.”

Als volwassen man kreeg hij makkelijk ruzie en kon onredelijk zijn, zelfs tegenover zijn beste vrienden. Maar hij putte zich ook uit om een vriendschap te herstellen als deze door zijn toedoen op de klippen was gelopen. In zijn latere jaren werden de somberheid en het wantrouwen meer uitgesproken door de slechthorendheid die begon in 1801 en die uiteindelijk tot volledige doofheid zou leiden. Hij klaagde ook vaak over zijn spijsvertering. Later heeft men wel eens gesuggereerd dat Beethoven met zijn conflictueuze zielenleven aan een spastische darm heeft geleden, welke door psychische spanningen werd verergerd. Een leverkwaal (levercirrose), waarschijnlijk door overmatig drankgebruik, is tijdens de lijkschouwing, die door Beethoven nog voor zijn sterven bevolen werd, in ieder geval klinisch vastgesteld. Een voor de hand liggende oorzaak voor zijn doofheid kan otosclerose zijn geweest, een kwaal waarbij de gehoorbeentjes in het oor aan elkaar groeien en onbeweeglijk worden. Zekerheid zal waarschijnlijk nooit worden verkregen, want de gehoorbeentjes die tijdens de autopsie werden verwijderd, zijn sindsdien spoorloos.[3]

Zijn lichamelijke ongemakken verhinderden hem echter niet om tot enkele dagen voor zijn dood te blijven componeren.

Beethoven nam in Bonn in 1779 lessen bij Christian Gottlob Neefe, een hoforganist, die hem in contact bracht met de werken van Bach, Haydn en Mozart. Op elfjarige leeftijd kon Beethoven bijna het gehele Das wohltemperierte Klavier van Bach uit zijn hoofd spelen en schreef hij zijn eerste composities. Op twaalfjarige leeftijd kon Beethoven al invallen voor Neefe als organist en theaterkapelmeester. In 1781 bezocht Beethoven met zijn moeder Rotterdam.

In 1787 ondernam hij een reis naar Wenen om bij Wolfgang Amadeus Mozart les te nemen, maar waarschijnlijk hebben de twee elkaar nooit ontmoet. Beethoven moest namelijk hals over kop terug naar Bonn, omdat zijn moeder op sterven lag.

Op 2 november 1792 maakte Beethoven zich gereed om naar de Oostenrijkse hoofdstad Wenen te verhuizen. Hij kwam op 10 november in Wenen aan. Mozart was elf maanden tevoren gestorven. Op 18 december 1792 overleed Beethovens vader.

Wenen (1792-1827)

Tussen 1792 en 1794, terwijl hij zich inmiddels definitief in Wenen gevestigd had, nam hij lessen bij Joseph Haydn. Maar tussen de twee boterde het niet erg. Haydn was verbaasd over de ’woede’ in Beethovens muziek en deed zelfs een poging om de publicatie van een van diens eerste pianotrio’s tegen te houden. Beethoven vond dat hij te weinig leerde bij Haydn, en nam in het geheim les bij de componist Johann Schenk, die een betere leraar bleek, omdat deze fouten uit het werk van Beethoven haalde die Haydn – mogelijk uit gebrek aan interesse – over het hoofd had gezien. Dit zou kunnen suggereren dat Haydn toentertijd de grootte van Beethovens talent niet juist heeft ingeschat. Er bestaat echter een verslag van een gesprek tussen Haydn en Beethoven dat hierop een enigszins ander licht laat schijnen, geschreven door de Frans-Nederlandse fluitist Louis Drouet (1792 - 1873) toen hij het op een concertreis in 1816 uit Beethovens mond vernam en het later in een Hamburgse krant publiceerde:

„U hebt zeer veel talent en u zult nog meer, ja, zelfs verbazend veel meer talent verwerven. Uw fantasie is een onuitputtelijke bron van gedachten, maar … wilt u dat ik eerlijk tegen u ben? Beethoven: Zeker, want ik ben hier om uw mening te horen. Haydn: Goed, u zult meer tot stand brengen dan men tot nu toe deed, gedachten hebben die nog niemand heeft gehad, u zult nooit een mooie gedachte aan een voorschrift opofferen, maar uw grilligheid zal voorschriften terzijde schuiven. U maakt op mij de indruk van een man met verschillende hoofden en harten, van een man die verschillende zielen bezit en … maar ik hoop u niet boos te maken? Beethoven: U zult mij boos maken wanneer u niet doorgaat. Haydn: Omdat u het wilt ga ik door en stel dat er steeds iets ongewoons, ja, zelfs iets verwrongends in uw werken zal zijn. Men zal daarin veel schoons vinden, doch hier en daar ook iets zonderlings en sombers, omdat u zelf nogal somber en zonderling bent. Want de stijl van de musicus is als de mens zelf.”
Joseph Haydn

In 1802 schreef hij zijn Heiligenstädter Testament, een testament voor zijn twee broers, Carl en Johann, waarin hij zijn wanhoop uitsprak over zijn toenemende doofheid. Hij schreef onder andere dat hij als doof musicus eigenlijk niet meer wilde leven, maar zich verplicht voelde toch in leven te blijven, om zodoende de wereld van zijn composities te laten genieten. Rond 1819 was Beethoven totaal doof.

Op muzikaal gebied was Beethoven, samen met Carl Maria von Weber en Franz Schubert, een belangrijke schakel tussen enerzijds Barok en Classicisme, en Romantiek anderzijds. Met zijn syncopen (accenten op zwakke maatdelen), zijn aan de Mannheimer Schule ontleende (subito) piano’s en fortes, en plotselinge harmoniewisselingen heeft hij een heel eigen stijl gecreëerd. Hij heeft zich meer artistieke vrijheden in de muziek gepermitteerd, wat de uitdrukkingskracht van de muziek vergrootte.

Laatste jaren en begrafenis

De laatste jaren van zijn leven kwakkelde Beethoven serieus met zijn gezondheid. In de herfst van 1826 kreeg hij daar nog een zware longontsteking bovenop na doorweekt thuis te zijn gekomen, omdat hij na onenigheid met zijn broer Johann, die buiten de stad woonde en aan wie hij een bezoek had gebracht, met een open koets naar huis was gereden. Beethoven overleed op 26 maart 1827 in Wenen. Op 29 maart vond onder grote publieke belangstelling de uitvaartdienst plaats in de Alser Kirche. Beethoven werd begraven op het Währinger Friedhof. In 1888 werd zijn stoffelijk overschot opgegraven en overgebracht naar het Zentralfriedhof in Wenen.

Werken

    Zie ook: Composities van Ludwig van Beethoven     Zie ook: Oeuvre van Ludwig van Beethoven voor het totaaloverzicht van alle tot nu toe bekende werken'     Zie ook: Strijkkwartetten (Van Beethoven) voor het overzichtsartikel van de strijkkwartetten Zijn bekendste werken zijn:

Muzikale stijl en nalatenschap

Typerend voor Beethoven is zijn indertijd vernieuwende toepassing van een monothematische vorm, vooral vanaf de vijfde symfonie.

Beethovens hoogste ideaal was een synthese te bereiken van de klassieke sonatevorm en de barokke variatievorm, hetgeen hij uiteindelijk pas in zijn relatief onbekende late werken, ondanks zijn doofheid, wist te realiseren.

Beethoven heeft de hele negentiende eeuw overheerst met zijn muziek. Geen componist heeft zich aan zijn invloed kunnen onttrekken, geen componist heeft iets kunnen schrijven zonder zich rekenschap te geven van de dominantie van Beethoven. Dat geldt voor Mendelssohn, Berlioz, Schumann, Wagner en talloze anderen. Zelfs Brahms heeft het bijna niet aangedurfd symfonieën te schrijven omdat hij werd geïntimideerd door de persoonlijkheid van Beethoven. In dat opzicht is Beethoven een der invloedrijkste personen uit de westerse muziekgeschiedenis geweest.

Luisteren

Laatste woorden

Er is, zoals bij vele beroemdheden, uitgebreid gespeculeerd over Beethovens laatste woorden. Op zijn sterfbed gelegen, had Beethoven erin toegestemd het sacrament der stervenden te ontvangen. Na vertrek van de priester zei Beethoven: ’Plaudite, amici, comedia finita est („applaudisseert, mijn vrienden, de voorstelling is voorbij” (het gebruikelijke einde bij een stuk in de Commedia dell'arte). Heb ik niet altijd gezegd dat het op deze wijze zou aflopen?’

Kort daarna werd een kistje wijn bezorgd afkomstig van muziekuitgever Schott. Schindler, Beethovens Geheimsekretär ohne Gehalt, plaatste hiervan twee flessen Rüdesheimer en twee andere flessen op een tafel naast het bed. Beethoven keek ernaar en stamelde: ’jammer, jammer, te laat!’

Trivia

  • Zijn derde symfonie had Beethoven oorspronkelijk opgedragen aan Napoleon Bonaparte. Maar toen deze zichzelf tot keizer had gekroond, kraste Beethoven de naam van Napoleon zo heftig van het titelblad dat daarin een gat achterbleef (zie afbeelding hiernaast) en veranderde de opdracht in Sinfonia Eroica, composta per festeggiare il sovvenire di un grand’ Uomo' (Heroische symfonie, gecomponeerd om de herinnering te vieren aan een groot Man).
  • Zijn vijfde symfonie wordt wel eens de ’noodlotsymfonie’ genoemd. De opening bestaat uit vier noten, waarover de legende zegt dat Beethoven hierover ooit zei: „Het noodlot klopt aan de deur.” De romantische interpretatie van deze symfonie is dat hieruit Beethovens overtuiging spreekt dat het noodlot ooit overwonnen zal kunnen worden
  • Beethoven veranderde kort voor zijn dood de finale van een van de laatste strijkkwartetten. De oude finale kreeg een nieuw opusnummer (opus 133) en vierde triomfen onder de naam ’Grosse Fuge’.
  • Beethoven wilde al direct aan het begin van zijn carrière, een destijds al beroemd gedicht van Schiller, de Ode an die Freude, op muziek zetten. Eerste plannen dateerden uit 1794. De negende symfonie, waarin zijn plan eindelijk uitgewerkt werd, verscheen pas rond 1823!
  • 1808 was financieel geen goed jaar voor Beethoven. In december van dat jaar organiseerde hij een Akademie, een concert, de enige gelegenheid dat jaar waar hij voldoende geld aan overhield. Het concert duurde meer dan vier uur en werd in een ijskoude kerk gehouden. Het is zo bekend geworden omdat Beethoven veel nieuwe werken in première bracht, die tegenwoordig nog erg beroemd zijn. Artistiek gezien viel het concert echter tegen. Musici speelden wisselvallig, zodat enkele composities zelfs onderbroken moesten worden. Het uithoudingsvermogen van de bezoekers werd flink op de proef gesteld. Dit roemruchte concert wordt tegenwoordig soms nog herhaald.
  • Beroemd is ook Beethovens brief aan de Unsterbliche Geliebte. Beethoven stortte in deze brief zijn hart uit bij een vrouw waar hij hevig verliefd op was. Na twee eeuwen is nog steeds niet bekend wie deze mysterieuze vrouw is geweest.
  • Een mogelijke interpretatie van de negende symfonie is dat, het eerste deel staat voor het noodlot, het tweede deel staat voor geestdrift, het derde voor liefde en het vierde voor vreugde. Deze interpretatie is niet afkomstig van Beethoven zelf.
  • Bij de première van zijn negende symfonie in 1824 was Beethoven zo slecht van gehoor, dat, toen het was afgelopen, één van de solisten, de alt Caroline Unger, hem naar het publiek moest draaien opdat hij kon zien dat het publiek voor hem applaudisseerde. Zwaar geëmotioneerd nam hij de eerbetuigingen in ontvangst, wat tot nog geestdriftiger toejuichingen leidde. De recette van het concert viel echter tegen. Na aftrek van alle kosten bleven er slechts 420 gulden over. Beethoven was ontmoedigd en werd vervolgens achterdochtig. Omdat hij zich verplicht voelde tegenover Schindler, Umlauf en Schuppanzigh die zich de moeite hadden getroost de uitvoering mogelijk te maken, nodigde hij hen uit voor een diner in herberg Zum wilden Mann. Toen de componist in gezelschap van zijn neef Karl verscheen, stond zijn gezicht op onweer. Nadat men aan tafel plaats had genomen, begon hij op bijtende toon de financiële resultaten te bespreken van het concert, en beschuldigde Schindler en theaterdirecteur Duport ervan tegen hem te hebben samengespannen en fraude te hebben gepleegd. Umlauf en Schuppanzigh probeerden Beethoven ervan te overtuigen dat dit uitgesloten was, daar elke cent door de handen van de theaterkassiers was gegaan en de afrekeningen precies klopten. Beethoven bleef bij zijn beschuldiging, zeggende dat hij zich baseerde op een zeer betrouwbare bron. Schindler hield de eer aan zichzelf en vertrok met Umlauf, spoedig gevolgd door Schuppanzigh, die eerst nog een paar beledigingen had moeten incasseren i.v.m. zijn omvangrijke gestalte. Zij begaven zich vervolgens naar een andere herberg om in rust de maaltijd te nuttigen. Beethoven bleef achter om zijn gal te spuwen tegen het bedienend personeel en de plafondbalken, onderwijl zijn maaltijd verorberend met zijn neef als enig gezelschap.
  • Een van de beschermheren van Beethoven was prins Lichnowsky. Toen hij Beethoven voor de Franse bezetter wilde laten spelen, werd dat Beethoven teveel: „U bent toevallig als prins geboren, wat ik ben heb ik zelf bereikt. Prinsen zijn er bij duizenden, er is slechts één Beethoven.” Dit ging de prins te ver. Hij trok zijn bescherming in waarop Beethoven een borstbeeld van de prins tegen de grond gesmeten zou hebben.

Bibliografie

  • Herman Baeten, De negen symfonieën van Beethoven, Luistergids voor melomanen, Uitg. Alamire, Peer, België, 1994.
  • Kinsky G., Das Werk Beethovens: Thematisch-bibliografisches Verzeichnis seiner sämtlichen volendeten Kompositionen, uitgegeven door H.Halm, München, Duisburg, 1955.

Films over Beethoven

Bronnen, noten en/of referenties

Weblinks

Wikisource  Ludwig van Beethoven op Wikisource

Wikimedia Commons  Zie ook de categorie met mediabestanden in verband met Ludwig van Beethoven op Wikimedia Commons.

rel=nofollow
Bronverwijzingen
  1. º https://www.campenholt.be/genealogie-beethoven.php
  2. º Door DNA-onderzoek werd in 2023 vastgesteld dat er geen vaderlijke verwantschap is tussen Aert van Beethoven (zevende generatie voor Ludwig) en Ludwig van Beethoven. Er zit minstens één buitenechtelijk kind in de stamboom. Er zijn aanwijzingn dat Ludwigs vader Johan een buitenechtelijk kind zou kunnen zijn van Lodewijk. — VRT nieuws, 21 maart 2023, Is Beethoven toch niet van Vlaamse afkomst? DNA-onderzoek zet afstamming componist op zijn kop
  3. º Xs4all.nl: Beethovens ziektes (Joyce Maier, 21 oktober 2007)

rel=nofollow
rel=nofollow
rel=nofollow