Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Pampus (eiland)

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Pampus
Eiland van Nederland
Pampus (eiland)
Pampus (eiland)
Locatie
Land Nederland
Locatie IJmeer
Coördinaten 52°021′N 5°04′E
Algemeen
Oppervlakte ca. 0,03 km²
Lengte 205 meter
Breedte 164 meter
Hoogste punt 13,3 m boven NAP (lichtbaken)
rel=nofollow
rel=nofollow
rel=nofollow

Pampus (officieel Fort aan het Pampus) is een forteiland in het deel van het IJmeer dat behoort tot de gemeente Gooise Meren. Het kunstmatig eiland werd in 1887 aangelegd als onderdeel van de Stelling van Amsterdam om de vaargeul Pampus te verdedigen tegen aanvallen vanuit de Zuiderzee.

Plannen

Na de Frans-Duitse Oorlog van 1870 was het Nederlands bestuur bevreesd voor een aanval op Amsterdam. Men bouwde rondom Amsterdam een vesting, de Stelling van Amsterdam. In 1879 deed Tweede Kamerlid jhr.mr. Jan Willem Rutgers van Rozenburg bij de behandeling van de Vestingsbegroting het eerste voorstel om op het Muiderzand, ten zuiden van Pampus een permanent fort aan te leggen. Met de batterijen ten noorden van het IJ op het Vuurtoreneiland en ten zuiden met Fort Diemerdam zou de gehele toegang tot Amsterdam worden bewaakt.

Bouw

In 1884 ging de Minister van Oorlog akkoord met de bouw in de begroting 1885. De aanleg van het fort startte in 1887 met de aanleg van een werkplateau op de plek waar het middelpunt van het fort ging komen. De firma Kalis baggerde de modder weg tot aan de zandplaat en stortte schoon zand in de plaats.[1] Zinkstukken, stortsteen en basaltblokken gaven het kunstmatige eiland een stevige basis.

Na enige discussie tussen Amsterdam en Muiden werd het fort op 7 april 1891 bij Koninklijk Besluit ingedeeld bij de gemeente Muiden,[1] die later opging in de gemeente Gooise Meren. In 1893 was reeds de voor het fort bestemde 4e compagnie opgericht die behoorde tot het korps Pantserfort-Artillerie. Op 1 mei van dat jaar komt deze voor het eerst bij het garnizoen van Muiden bijeen met kapitein L.C. Dyxhoorn als commandant.[1] Het fort werd in 1895 voltooid en op 20 augustus droeg de Minister van Oorlog het over aan de artillerie.

Bebouwing

Het fort staat op 4.000 heipalen van 11 meter lang en de bebouwing is een combinatie van beton en gemetselde bakstenen. Het fort heeft een ovale vorm en het hoofdgebouw telt twee verdiepingen. Op de benedenverdieping bevonden zich de manschappenverblijven, keuken, wasplaatsen, twee met steenkool gestookte stoomketels en twee stoommachines van elk 20 pk, twee dynamo's, telegraaf, verpleegruimte en de magazijnen voor kardoezen, granaten en buskruit. De meeste lokalen bevonden zich aan de zuidzijde van het fort; dit was de meest veilige kant bij een eventuele vijandige aanval.

Rond het hoofdgebouw ligt een 8 meter brede droge gracht. Vanuit de benedenverdieping was het hoofdgebouw verbonden met de contrescarp door middel van holle beren aan de zuid- en noordkant.[2] De contrescarp was van beton en bevatte de arrestantenkamer, de smederij en diverse opslagplaatsen. In de gehele contrescarp was een sleutelgang; op bepaalde plaatsen kon men van hieruit de droge gracht onder vuur nemen. Boven op de contrescarp was een borstwering die dekking gaf bij de nabijverdediging van het fort. Het geheel werd door een ruim glacis beschermd.

Bewapening

Op de bovenste verdieping bevonden zich twee draaibare pantserkoepels, uitgerust met twee Krupp-Gruson kanonnen met kaliber 24 cm lang 35, een waarnemingskoepel en twee posities elk voor drie snelvuurkanonnen van 5,7 cm lang 25.[2] Vier Gardner M'90 mitrailleurs op kazemataffuit voor de verdediging van de droge gracht waren in de contrescarp opgenomen. Bij een volledige bezetting zouden circa 200 militairen op het fort gelegerd zijn.

Elk groot kanon had een bemanning van 6 kanonniers en een onderofficier. Na een schot duurde het zes minuten voor het kanon klaar was voor het volgende; met vier kanonnen kon het fort iedere 1,5 minuut een granaat afvuren. De vuursnelheid was ongeveer acht minuten voor een schot. De dracht van de granaten was zo'n 7 kilometer.[3] De granaten wogen tussen de 300 en 450 kilogram en hadden een lengte tussen de 1-1,25 meter, afhankelijk van het type granaat.[3] De granaten en kardoezen werden met liften van de magazijnen op de benedenverdieping naar boven getakeld. De tussenverdieping was klein; onder de grote kanonnen was een groot rad geplaatst om de pantserkoepels handmatig te draaien als stoomkracht ontbrak. Verder was er een kleine commandopost die toegang had tot de waarnemingskoepel met spreekbuizen naar de relevante afdelingen op het fort.

In 1927 werden nog drie betonnen platforms aangelegd voor luchtafweerkanonnen ter verdediging van Amsterdam. In 1934 werden deze kanonnen alweer verwijderd.

Het fort is nooit voor enige oorlogshandeling gebruikt en werd in 1933, één jaar na het gereedkomen van de Afsluitdijk, gesloten.

Tweede Wereldoorlog

Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog heeft het fort geen rol van betekenis gespeeld bij de verdediging van Nederland.

Het Duitse leger heeft het eiland nog gebruikt als oefenobject voor duikbommenwerpers.[1] Betonnen bommen van circa 250 kilogram werden hiervoor gebruikt. Er was een glazen staafje gevuld met chemicaliën in de open sleuven van de bom geplaatst. Het staafje brak bij de inslag met de bodem en zorgde voor een gekleurde rookwolk. De piloot kon zo zien of zijn bom bij het doel terecht was gekomen. Het leger haalde ook al het metaal weg voor de eigen wapenindustrie. De Krupp-Gruson kanonnen werden met explosieven opgeblazen en in stukken afgevoerd.

In de Hongerwinter (de winter van 1944-1945) was het erg koud en vroor het hard, waardoor het eiland over het ijs bereikbaar was. De bevolking in de omgeving haalde het hout eruit om zich warm te stoken. Het fort raakte hierdoor in verval, maar de muren van het hoofdgebouw zijn nu geconserveerd en het dak is lekdicht gemaakt.

Naoorlogse periode

Na de Duitse capitulatie werd het eiland nog gebruikt door de mijnopruimingsdienst. Munitie die niet meer onschadelijk gemaakt kon worden, werd daar tot ontploffing gebracht. Op 9 oktober 1952 werd bij Koninklijk Besluit het fort opgeheven als vestingwerk.[1]

Het hoofdgebouw is in 2007 gerenoveerd en van nieuwe koepels voorzien. De originele koepels waren van staal, de huidige koepels bestaan uit hout met een waterwerende laag. Het binnenfort is eind 2007 gedeeltelijk gerenoveerd en voor museale doeleinden ingericht.

Bezoek

Het forteiland is geopend van april tot en met oktober. Gedurende de winter worden er werkzaamheden verricht en is het eiland gesloten voor publiek. Het eiland is te bereiken met een veerdienst vanuit Muiden en IJburg. Passanten kunnen met eigen boot aan een van de steigers afmeren gedurende de openingstijden. Als men het fort zelf wil betreden, is een toegangsprijs verschuldigd.

Literatuur

  • J. D. van der Tuin, De natuurlijke naamsverklaring van Pampus, Maandblad Amstelodamum 81 (1994).

Wetenswaardigheden

  • Naar het eiland Pampus vernoemd is het VOR-baken PAM VOR/DME dat zich nabij Muiden bevindt. Dit is een belangrijk baken voor het Nederlands vliegverkeer.[4]

Weblinks

Bekijk op YouTube  HOLLAND – van Texel tot Tiengemeten, aflevering 4: ’een onthoudbare stelling’ (2003) op YouTube

Wikimedia Commons  Zie ook de categorie met mediabestanden in verband met Pampus (eiland) op Wikimedia Commons.

rel=nofollow

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  1. 1,0 1,1 1,2 1,3 1,4 Cees Pfeiffer, Pampus: Geschiedenis van een Fort, Uitgeverij Heureka, Weesp, ISBN 90 6262 312 3
  2. 2,0 2,1 J. R. Verbeek Kustversterkingen 1900-1940, Uitgeverij Schuyt & Co, 1998, bijlage 5
  3. 3,0 3,1 J. R. Verbeek, Kustversterkingen 1900-1940, Uitgeverij Schuyt & Co, 1998, p. 317
  4. º Luchtverkeersleider Geschiedenis Pampus radiobaken, geraadpleegd op 31 augustus 2017
rel=nofollow
rel=nofollow
rel=nofollow
rel=nofollow
52°21′53″N, 5°4′8″E