Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Gijzeling provinciehuis Assen
De gijzeling in het provinciehuis te Assen begon op 13 maart 1978.
In de ochtend van 13 maart 1978 vielen om kwart over tien drie Zuid-Molukkers het provinciehuis van Drenthe in Assen binnen. Enkele aanwezigen, waaronder de Commissaris van de Koningin Tineke Schilthuis, wisten zich te redden door naar buiten te springen. In totaal werden 16 vrouwen en 55 mannen gegijzeld door drie militanten. Iedereen werd verzameld op de eerste verdieping waar een Zuid-Molukse vlag voor de ramen werd opgehangen.
De gijzelnemers stelden de volgende eisen:
- Vrijlating van 21 Zuid-Molukse gevangenen die gearresteerd zijn na eerdere acties in Nederland
- Een bus, vrije aftocht per vliegtuig met een aantal gijzelaars, bestemming onbekend
Als ultimatum werd dinsdag 14 maart, 14:00 uur gesteld
Dat het de militanten ernst was, bleek uit het feit dat de planoloog Ko de Groot een uur na het begin van de gijzeling voor een raam werd gezet en doorzeefd. Bovendien werd een passerende fotograaf in zijn buik geschoten door de gijzelnemers en een ambulance beschoten. Uit alles bleek dat de Molukkers bereid waren meer gijzelaars te doden waardoor ingrijpen noodzakelijk was. Net als bij eerdere acties van Zuid-Molukkers werd de Bijzondere Bijstands Eenheid (BBE; toen ook bekend onder de naam: Close Combat Unit) ingeschakeld om deze taak uit te voeren.
Verloop van de actie door de BBE
Kort na het verstrijken van het ultimatum van 14:00 viel de BBE om 14:34 met enkele pelotons het gebouw binnen. Na een vuurgevecht gaven de gijzelnemers zich over. Het bleek dat de BBE net op tijd was met hun actie; de militanten stonden op het punt om twee leden van de Gedeputeerde Staten (CDA'er Jakob Trip en PvdA'er Daniël Huizinga) te executeren en daarna elke 30 minuten een andere gijzelaar.
Waarschijnlijk had de BBE zich de nacht van tevoren al via de kelder toegang verworven tot het provinciehuis. Die plaats was mogelijk ook een van de startplaatsen voor de bevrijdingsactie van de mariniers.
Tijdens de bevrijdingsactie raakte Trip gewond, hij overleed enkele weken later aan die verwondingen.
Drie maanden later werden de drie gijzelnemers ieder tot een celstraf van 15 jaar veroordeeld.