Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Hylozoïsme
Het hylozoïsme is de filosofische theorie dat een materie (hyle) van zich uit een vorm van leven of ziel heeft en bijgevolg een vorm van bewustzijn, gevoelens of emoties heeft.
Dit kan onder meer de opvatting inhouden dat „onbezielde stof” een latente macht tot abiogenese heeft.
De term dateert oorspronkelijk van de school van Milete, een pre-socratische filosofische stroming. Het begrip hylozoïsme werd in 1678 in de Engelse taal geïntroduceerd door Ralph Cudworth.
Het hylozoïsme onderscheidt zich van het panpsychisme doordat het niet aan àlle materie in het heelal (alle kosmos) een bepaalde vorm van leven toekent. Het onderscheidt zich anderzijds van het animisme doordat het zich niet beperkt tot de natuur.
Immanuel Kant vond dat hylozoïsme „de dood van alle natuurfilosofie” is.
Aanhangers
Enkele hylozoïsten uit de Oudheid waren:
- Thales: hij ging ervan uit dat een magneet bezield is, omdat deze ijzer aantrekt,[1] en concludeert uit de beweging dat de magneet leeft.
- Anaximenes: vond dat de lucht het bezielende levensprincipe is.[2]
- Diogenes van Apollonia geloofde dit eveneens.
- Volgens Heraclitus was het wereldvuur ook het wereldverstand.
- De stoïcijnen beschouwden pneuma (geest, wind,...) als de ’ziel’ van de wereld.
In recentere tijden was de Italiaanse arts, wiskundige en astroloog Girolamo Cardano was een bekende aanhanger van het hylozoïsme.
Ernst Haeckel schreef dat elk atoom een inherente som van kracht bezit en in die zin ’bezield’ is.[3] Hij beschreef dat deze bezielde atoomcomplexen, die hij „plastidulen” noemde, een onbewust herinneringsvermogen hebben.
Zie ook
Bronnen
- (de) Rudolf Eisler, Wörterbuch der philosophischen Begriffe, 1904: Hylozoïsmus