Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Syntaxis (taalkunde)

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Syntaxis (van het Oudgriekse συν- syn-, "samen", en τάξις táxis, "regeling") is binnen de theoretische taalkunde een studie die in ruime zin alles omvat wat met de opbouw en structuur van zinnen te maken heeft.

Syntaxis als afzonderlijke discipline

Syntaxis vormt samen met fonologie en morfologie een subdiscipline van de grammatica. Terwijl het in de fonologie en de fonetiek louter gaat om de bestudering van spraak en klankwetten, en in de morfologie om de manier waarop afzonderlijke woorden zijn opgebouwd uit morfemen, houdt de syntaxis zich bezig met de manier waarop zinnen en zinsdelen (frasen) zijn opgebouwd uit kleinere eenheden tot op het woordniveau. De morfologische structuur van woorden en zinsdelen staat centraal in de morfosyntaxis, een deelgebied van de syntaxis.

De syntaxis neemt hiermee als het ware een tussenpositie in tussen de grammatica op zinsniveau enerzijds en de morfologie op sub-lexeemniveau anderzijds. Ook speelt de syntaxis een zeer belangrijke rol in andere deelgebieden van de taalkunde, zoals de taaltypologie. Centraal in de syntaxis staan bijvoorbeeld de verschillende mogelijke volgordes van woorden en/of zinsdelen (SVO, SOV, VSO, VOS, OSV en OVS), iets dat doorgaans min of meer vastligt, in het bijzonder bij analytische talen. Zie verder woordvolgorde.

De syntaxis onderscheidt zich verder van de fraseologie doordat deze laatste discipline zich specifiek richt op de betekenis van constituenten in een bepaalde context. Bij syntaxis gaat het in de eerste plaats om de onderlinge verhouding van de zinsdelen en hun grammaticale functie binnen de zin als geheel, waarbij betekenis hooguit een secundaire rol speelt.

Syntaxis op taaloverstijgend niveau

Elke taal heeft haar eigen specifieke grammatica en daarmee ook haar eigen syntaxis. Dit geldt in nog sterkere mate wanneer talen die tot verschillende taalfamilies behoren met elkaar worden vergeleken. In de vergelijkende taalwetenschap valt op dat de woorden en zinsdelen dan vaak zeer sterk uiteenlopende grammaticale functies hebben.

Opvallend is bijvoorbeeld dat synthetische talen vaak veel verbuigingen kennen, waardoor door middel van één of enkele woorden iets kan worden uitgedrukt waar analytische talen vaak veel woorden of een hele zin voor nodig hebben. De hiërarchische verhouding tussen woorden, zinsdelen en hele zinnen is dus bij synthetische talen heel anders dan bij analytische. Bij de laatste groep talen - waar bijvoorbeeld het Nederlands, Frans en Engels bij horen - spelen "kleine" woorden als clitica en/of lidwoorden (in tegenstelling tot morfemen) evenals vaste woord- en zinsdeelvolgorde een veel belangrijkere rol.

Methoden

De opbouw van een zin of zinsdeel kan op verschillende manieren worden weergegeven. Bijvoorbeeld door middel van een boomstructuur, die de hiërarchie van de verschillende constituenten binnen de zin toont. De "moederknoop" staat dan voor de te analyseren zin of fraseologische eenheid als geheel, de "bladeren" staan voor de afzonderlijke woorden en zinsdelen waaruit de zin of frase is samengesteld.

Een andere veel gebruikte methode voor het op deze manier "in stukken hakken" van zinnen is door middel van een formule met de vorm A = B + C + ..., etc, waarbij "A" voor de zin als geheel staat, en "B,C, ...etc." voor de afzonderlijke constituenten.

Geschiedenis

Ofschoon de syntaxis in haar huidige vorm nog niet erg oud is, werden analyses op het gebied van grammatica al in de Oudheid geschreven. De Aṣṭādhyāyī van Pāṇini wordt over het algemeen beschouwd als het pre-moderne voorbeeld van een diepgaande syntactische analyse. In de Westerse landen laat men de "traditionele grammatica" over het algemeen beginnen met Dionysius Thrax.

De in 1660 door Antoine Arnauld geschreven grammaire générale en de hierop gebaseerde logica van Port-Royal dienden eeuwenlang als enige leidraad voor de syntaxis. Het basisidee was dat taal een rechtstreekse weergave is van de gedachtenspinsels en daarom de enige natuurlijke manier om deze uit te drukken. Syntactische categorieën werden op één lijn gesteld met logische categorieën en alle zinnen werden ontleed volgens het patroon "OnderwerpKoppelwerkwoordGezegde".

Met de ontwikkeling van de historische taalkunde in de 19e eeuw werd men zich bewust van de vele mogelijkheden van taal en begon men deze traditionele axioma's over het verband tussen taal en logica in twijfel te trekken. De centrale plaats die de syntaxis inneemt binnen de theoretische taalkunde werd pas echt duidelijk in de 20e eeuw.

Nieuwe theorieën

Veel taalkundigen zoals Noam Chomsky beschouwen syntaxis als studie als een vertakking van de biologie, omdat het gaat om de manier waarop taalkennis in het brein verankerd zit. Anderen zoals Gerald Gazdar plaatsen syntaxis op een lijn met de filosofie van de wiskunde en zien het als een formeel systeem. Weer anderen zoals Joseph Greenberg zien het als een manier om tot generalisaties op taaloverstijgend niveau te komen. De algemene benaderingen zijn de volgende:

Generatieve grammatica

Zie Generatieve grammatica voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Volgens de generatieve grammatica is taal een structuur in de menselijke geest. Door middel van transformatie wordt in de generatieve grammatica van deze structuur een model gemaakt dat kan worden gebruikt om alle talen te beschrijven en van tevoren de grammaticaliteit van een taaluiting te voorspellen. Bij generatieve grammatica ligt de nadruk eerder op de vorm van een zin dan op de semantische inhoud. De generatieve taalkunde kent drie "Chomskyaanse" hoofdvarianten:

Daarnaast zijn er de volgende andere varianten, die zich min of meer afzetten tegen de grammaticamodellen van Chomsky:

Categoriale grammatica

Zie Categoriale grammatica voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

In de categoriale grammatica wordt de basis voor syntactische structuur niet toegeschreven aan grammaticale regels maar aan de syntactische categorieën zelf, met name de nominale en verbale constituenten. Doordat deze categorieën een hoofd hebben dat de kerninformatie bevat, kunnen ze op zinvolle wijze worden gecombineerd.

De tree-adjoining grammar is de belangrijkste subdiscipline binnen de categoriale grammatica.

Dependentiegrammatica

Zie Dependentiegrammatica voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

De dependentiegrammatica maakt geen gebruik van boomstructuren en constituenten, maar stelt de grammaticale relaties tussen het hoofd van een zin en zijn dependenten centraal. Hierop zijn onder andere de volgende subdisciplines gebaseerd:

Stochastische grammatica

Zie Stochastische grammatica voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Stochastische grammaticamodellen zijn gebaseerd op kansrekening. Er wordt onder andere gebruikgemaakt van neurale netwerken en connectionisme. Belangrijke subtheorieën binnen deze benadering zijn:

Functionele grammatica

Zie Functionalistische taalkunde voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

In functionele grammatica's staat de communicatieve functie van de zin centraal. Functionalistische theorieën zijn onder andere:

Terminologie

Begrippen die verder centraal staan in de syntaxis zijn onder andere:

Externe links

Zie ook


rel=nofollow