Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Samuel Hahnemann

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

Christian Friedrich Samuel Hahnemann (Meißen, Saksen, 10 april 1755Parijs, 2 juli 1843) was een Duitse arts die vooral bekend is geworden als grondlegger van de homeopathie.

Leven

Hahnemann werd geboren in Triebischvorstadt, een oude voorstad van Meißen. Hij was het derde kind van Christian Gottfried Hahnemann en diens tweede echtgenote Johanna Christiane Spieß. Zijn vader was porseleinschilder bij de producenten van het beroemde Meißener porselein.

Na zijn schooljaren aan de Meißener stadsschool kreeg hij een studiebeurs aan de vorstenschool St. Afra te Meißen. Vanaf 1775 studeerde hij geneeskunde in Leipzig. Hij verdiende in die periode de kost met het geven van taallessen en met het vertalen van fysiologische en medische werken naar het Duits. Hij wisselde drie kwart jaar naar de Universiteit van Wenen. In oktober 1777 bood Freiherr Samuel von Brukenthal, die pas door keizerin Maria Theresia benoemd was als stadhouder te Zevenburgen, hem aan om als zijn bibliothecaris en lijfarts te werken. Hahnemann ging met hem naar Hermannstadt, en bleef daar een tweetal jaren. Hij kwam er in contact met talrijke gevallen van malaria, en er zijn aanwijzingen dat hij ook zelf met malaria besmet werd. In die periode werd hij opgenomen in de vrijmetselaarsloge Zu den drei Seeblättern.[1] In augustus 1779 gradueerde hij aan de Friedrichs-Universiteit te Erlangen.

De volgende jaren had hij een praktijk als arts en chemicus, en werkte hij als vertaler en schrijver in vele steden in het Noorden en midden van Duitsland. Hij gaf zijn dokterspraktijk een tijdlang op „omdat deze mij meer moeite heeft gekost dan inkomsten gebracht, en deze gewoonlijk met ondankbaarheid beloond werd.”[2] Hij ging zich volledig inzetten voor scheikundige proefnemingen, vertaalwerk en publicaties. Op andere momenten had hij dan weer zoveel patiënten, dat hij ze nauwelijks allemaal kon behandelen: „Bijna kon ik niet schrijven, omdat ik in de weinige weken die ik in Eilenburg woon, zo zeer met klanten gezegend ben, dat ik dikwijls niet kan eten”.[3] Ook zijn psychotherapeutische, scheikundige en literaire bezigheden hadden wisselend succes.

Homeopathie

Hahnemann ontwikkelde zijn theorie in een tijd waarin de geneeskunde nog nauwelijks een wetenschap was, en op de meeste ziekten geen antwoord was.

De werking van kinine als medicijn tegen malaria fascineerde hem. Toediening van kinine wekte bij gezonde mensen vergelijkbare symptomen op als bij een malariabesmetting. Zijn veronderstelling was daarom dat met het gelijkende het gelijke zou kunnen worden genezen: similia similibus curentur. Hij begon te experimenteren met dit principe en testte allerlei stoffen uit op zichzelf, op familie en vrienden, om erachter te komen welke vergiftigingsverschijnselen zij veroorzaakten. Vervolgens vergeleek hij deze vergiftigingsverschijnselen met bekende ziekteverschijnselen, waardoor hij steeds nieuwe medicijnen ontdekte.

Om giftige stoffen hun schadelijkheid te ontnemen verdunde hij ze. Daarbij stelde hij vast dat de verdunning niet alleen de bijwerkingen verzwakten, maar ook de werking. Hij kwam op het idee om behalve het verdunnen ook de oplossing te schudden door ritmische schudslagen op een veerkrachtige ondergrond: het potentiëren. Deze schudslagen verhoogden volgens Hahnemann de werking van het middel zonder de bijwerkingen. Hij ontwierp daarop een standaardverdunnings- en schudschema. Met name deze gebruikte methode om een middel te ’potentiëren’ (de werking te versterken door verdunnen en schudden) maakt de geneeswijze echter omstreden: volgens de meeste wetenschappers werken de gepotentieerde middelen niet en is er ook geen wetenschappelijke verklaring waarom zij wel zouden werken. Hij werd door sommige collega-artsen als kwakzalver beschouwd.[4]

Literatuur

Hahnemanns werken (selectie)

Vrijwel alle manuscripten die Hahnemann naliet en alle eerste uitgaven worden bewaard in het Institut für Geschichte der Medizin der Robert Bosch Stiftung]] in Stuttgart.

  • Conspectus adfectuum spasmodicorum aetiologicus et therapeuticus (Dissertation). Erlangen 1779. (Ook heruitgegeven in Duitse vertaling: Übersicht über die Krampfzustände nach Ursache und Heilung. Bad Langensalza, Reprint 1779/2007, Verlag Rockstuhl, ISBN 978-3-938997-98-7.)
  • Anleitung, alte Schäden und faule Geschwüre gründlich zu heilen. Leipzig 1784, Crusius.
  • Ueber die Arsenikvergiftung, ihre Hülfe und gerichtliche Ausmittelung. Leipzig 1786, Crusius.
  • Abhandlung über die Vorurteile gegen die Steinkohlenfeuerung. Dresden 1787, Waltherische Hofbuchhaltung.
  • Unterricht für Wundärzte über die venerischen Krankheiten, nebst einem neuen Quecksilberpräparate. Leipzig 1787. Crusius. (op google books)
  • Ueber die Weinprobe auf Eisen und Blei. Leipzig 1788.
  • Freund der Gesundheit. Frankfurt 1792.
  • Apothekerlexikon. 4 Theile in 2 Bänden, Leipzig 1793–1798. (Online op zeno.org deel 1, deel 2)
  • Striche zur Schilderung Klockenbrings während seines Trübsinns, in: Deutsche Monatsschrift, jaargang 1 (1796), p. 147–159.
  • Versuch über ein neues Princip zur Auffindung der Heilkräfte der Arzneisubstanzen, nebst einigen Blicken auf die bisherigen, in: Hufelands Journal der practischen Arzneykunde, jaargang 2 (1796), 3e stuk, p. 391–439 (op google books) deel 4, p. 465–561 (google books)
  • Heilung und Verhütung des Scharlach-Fiebers. Gotha 1801.
  • Ueber die Kraft kleiner Gaben der Arzneien und der Belladonna insbesondere, in: Hufelands Journal der practischen Arzneykunde, jaargang 13 (1801), 2. Stück, S. 152–159.
  • Der Kaffee in seinen Wirkungen, Leipzig 1803.
  • Fragmenta de viribus medicamentorum positivis sive in sano corpore humano observatis. Leipzig 1805, Barthius.
  • Heilkunde der Erfahrung, in: Hufelands Journal der practischen Arzneykunde, boekdeel 22 (1805), 3e stuk, p. 5–99 (op google books)
  • Fingerzeige auf den homöopathischen Gebrauch der Arzneien in der bisherigen Praxis, in: Hufelands Journal der practischen Arzneykunde, deel 26 (1807), 2e stuk, p. 5–43. Online op google books
  • Ueber den Werth der speculativen Arzneisysteme, besonders im Gegenhalt der mit ihnen gepaarten, gewöhnlichen Praxis, in: Allgemeiner Anzeiger der Deutschen (1808).
  • Auszug eines Briefes an einen Arzt von hohem Range über die höchst nöthige Wiedergeburt der Heilkunde, in: Allgemeiner Anzeiger der Deutschen (1808).
  • Organon der rationellen Heilkunde. Arnoldische Buchhandlung, Dresden 1810. (Sjabloon:DTAW); gedigitaliseerde uitgave van de Universitäts- und Landesbibliothek Düsseldorf
    • Latere, aangevulde en aangepaste uitgaven onder de titel: Organon der Heilkunst. 2e uitgave: Dresden 1819. 3e uitgave: Dresden 1824. 4e uitgave: Dresden en Leipzig 1829. 5e uitgave: Dresden en Leipzig 1833 (http://books.google.com/books?id=eSM4AAAAMAAJ&printsec=titlepage op google books]). 6e uitgave (postuum): Leipzig 1921 (volgens Hahnemanns nieuwe bewerking in manuscriptvorm, uitgegeven door en met voorwoord van Richard Haehl); (op zeno.org). Tekstkritische uitgave van de 6e uitgave, door Josef M. Schmidt, Heidelberg 1991
  • Reine Arzneimittellehre. Theil 1–6. Leipzig, 1811–1821. Zweite, vermehrte Auflage: Leipzig 1822–1827. (Online op zeno.org)
    • 3. 2. Aufl. 1825
    • 4. 2., verm. Aufl. 1825
    • 5. 2. Aufl. 1826
    • 6. 2. Aufl. 1827
  • De helleborismo veterum. Leipzig 1812.
  • Die chronischen Krankheiten. Ihre eigenthümliche Natur und homöopathische Heilung, Theil 1–5. Erste Auflage: Leipzig 1828–1830. Zweite, veränderte und vermehrte Auflage: Leipzig und Dresden 1835–1839. (Online unter zeno.org [1])
  • Allöopathie. Ein Wort der Warnung an Kranke jeder Art. Leipzig 1831.(Volltext bei Google [2])
  • Heilung der asiatischen Cholera und Schützung vor derselben. Nürnberg 1831. Digitalisat, Uni Tübingen
  • Sicherste Ausrottung und Heilung der asiatischen Cholera. Leipzig 1831, Glück.
  • Sendschreiben über die Heilung der Cholera und die Sicherung vor Ansteckung am Krankenbette. Berlin 1831, Hirschwald. (Volltext bei Google [3])
  • Zur elektronischen Volltextsuche liegt eine CD-ROM-Ausgabe der Directmedia Publishing GmbH aus dem Jahr 2005 vor. Die Ausgabe mit dem Titel: Die Geburt der Homöopathie – Samuel Hahnemanns Werke enthält die Werke: Versuch über ein neues Prinzip zur Auffindung der Arzneisubstanzen. Jena; Academische Buchhandlung 1796, Heilkunde der Erfahrung, Berlin; Wittich, 1805, Organon der Heilkunst, 5. Aufl., Dresden, Leipzig; Arnold 1833, Organon der Heilkunst. 6. Aufl., Ulm; Haug 1958, Reine Arzneimittellehre. 6 Bände, 2. u. 3. Aufl., Dresden, Leipzig; Arnold 1825–1839 und Die chronischen Krankheiten. 5 Bände, 2. Aufl., Dresden, Leipzig; Arnold 1835–1839 (ISBN 3-89853-016-7).
  • Materia Medica Pura, 6 delen, 1820-1827, herziening deel 1 en 2 in 1830 en 1833.

Over Hahnemann

  • Fritsche, Herbert, Samuel Hahnemann – Idee en werkelijkheid van de homeopathie ISBN 978-90-806875-6-1
  • Robert Jütte, Samuel Hahnemann, Begründer der Homöopathie, dtv, München 2005, ISBN 3-423-24447-X.v


Verwijzingen

  1. º Eugen Lennhoff, Oskar Posner, Dieter A. Binder: Internationales Freimaurerlexikon, bewerkte en uitgebreide uitgave van de oplage uit 1932, München 2003. ISBN 3-7766-2161-3
  2. º Brief van 29 augustus 1791, eigen vertaling, uit Jütte, p. 48
  3. º Brief van 18 september 1801, eigen vertaling, uit Jütte, p. 74
  4. º D.J. Masiello D.O.: Homeopathy Illustrated History
rel=nofollow