Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Li Ching-Yun

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

Li Ching-Yun (ook Li Ching-Yuen (traditioneel Chinees: 李清雲; pinyin: Lǐ Qīngyún (1677 of 17365 mei 1933) was een Chinese kruidenkundige, een gevechtskunstenaar en strategisch adviseur. Hij woonde in Kaihsien (Kai Xian), in de provincie Szechwan. Volgens eigen zeggen werd hij geboren in 1736, maar anderen beweerden te kunnen documenteren dat hij in 1677/1678 zou zijn geboren.

Indien hij in 1736 was geboren, zou hij de leeftijd van 197 jaar hebben bereikt. Indien 1677 of 1678 zijn geboortejaar was, zou hij 256 jaar oud zijn geworden.

Biografie

In 1930 verscheen een artikel in de The New York Times waarin professor Wu Chung-Chieh van de Universiteit van Chengdu verwees naar documenten van de Chinese overheid, waaruit bleek dat Li Ching-Yun in 1827 op zijn 150e verjaardag officieel door de staat was gefeliciteerd.

Volgens een bericht in de Toronto Globe uit 1933 werd dit bevestigd door een professor van de Minkuo universiteit, die tevens in documenten uit 1877 vond dat Li Ching-Yun in dat jaar voor zijn 200e verjaardag werd gefeliciteerd.

Naar verluidt zou Li Chin-Yun als ongeveer elfjarige jongen thuis zijn weggelopen. Hij ging drie reizende handelaars vergezellen, die hem alles leerden over de planten waarmee ze handelden. Hij voedde zich van kruiden en rijstwijn. Men vertelt dat hij op tienjarige leeftijd het Chinese schrift kon lezen en schrijven. Een van zijn leerlingen, de Tai Chi Chuan-meester Da Liu, schreef dat Li, toen hij 130 jaar was, in de bergen in Tibet een kluizenaar van 500 jaar trof, die hem baguazhang en bepaalde qigong-oefeningen uitlegde, een training gecombineerd met concentratie- en ademhalingsoefeningen, bepaalde geluiden en aanbevelingen voor gezonde voeding. Da Liu vertelde dat zijn meester zou hebben gezegd dat hij zo lang leefde wegens het feit dat hij elke dag – gedurende 120 jaar – zijn oefeningen trouw, correct en met ernst uitvoerde.[1]

In 1748/1749 zou hij naar Kai Xian (Kai Hsien) zijn verhuisd om bij het Chinese leger te gaan werken als leraar in de baguazhang-gevechtskunsten en strategisch adviseur.

In 1927 werd Li Ching-Yun door generaal Yang Sen ( 揚森 ), een Chinees krijgsheer in de jaren 1920, uitgenodigd om hem in Wan Xian, Szechwan, enige tijd te komen bezoeken. De generaal zou onder de indruk zijn geweest van zijn jeugdige uitstraling en kracht. Het van hem bekende portret werd daar gefotografeerd. Generaal Yang Sen schreef een boek over Li Ching-Yun: Een feitenverslag over de 250-jarige gelukkige man.[2]

In 1928 schreef men in de The New York Times dat vele oude mannen in die tijd bevestigden dat hun grootvaders in hun jeugdjaren Li Ching-Yun al als een volwassen man hadden gekend.

Hij zou, toen hij reeds 200 jaar was, nog toespraken aan de universiteit van Sinkiang (Xinjiang) hebben gegeven over lang en gezond leven.

Op 5 mei 1933 bracht een Chinees nieuwsagentschap „rechtstreeks vanuit Peking” de boodschap dat de oudste man ter wereld, professor Li Ching-Yun, zopas overleden was op de leeftijd van 256 jaar.[3] Overlijdensberichten werden opgenomen in de internationale pers zoals The New York Times en het tijdschrift Time.

De vingernagels van zijn rechterhand waren „6 inch”, ongeveer 15 centimeter lang. Lange vingernagels waren in China een teken dat men rijk was en men niet veel handenarbeid moest verrichten.

Hij zou drieëntwintig echtgenotes overleefd hebben en liet zijn vierentwintigste vrouw als weduwe achter. Ook zou hij elf generaties van zijn nakomelingen hebben gekend: zowat 180 afstammelingen.

Zijn raadgevingen

Het geheim van een lang leven bestond volgens hem uit

  • heb een „rustige geest”
  • „zit als een schildpad”
  • „loop zo kwiek als een duif”
  • „slaap als een hond”[4]

Dit advies gaf Li Ching-Yun aan de krijgsheer Wu Pei-Fu (吳佩孚), die hem in zijn huis opnam om het geheim van een lang leven te weten te komen.

Li voedde zich vegetarisch en gebruikte natuurlijke middelen om zich gezond te houden. Hij was een voorstander van wilde lingzhi paddenstoelen, goji bessen, wilde ginseng, fo-ti wortel (he shou wu), gotu kola[5] en andere Chinese kruiden, die hij de laatste honderd jaar van zijn leven dagelijks gebruikte in een tinctuur op basis van rijstwijn. Hij dronk geen sterke alcoholische dranken, rookte niet en at op geregelde tijden.

Hij ging vroeg slapen en stond vroeg op. Wanneer hij tijd had, zat hij, soms wel enkele uren lang, bewegingsloos rechtop met gesloten ogen en met de handen op de schoot.

In zijn vrije tijd speelde Li graag met de kaarten en slaagde er steeds in genoeg geld te verliezen zodat de tegenspeler zich een maaltijd kon kopen. Wegens zijn vrijgevigheid en zijn nuchtere houding was iedereen graag bij hem.[6]

Twijfel

Hoewel Li Ching-Yun waarschijnlijk wel heel oud was, misschien inderdaad ouder dan de officieel bevestigde oudste persoon van 122 jaar, wordt betwijfeld of hij werkelijk zó oud werd als in de verhalen over hem werd verteld. Het is onwaarschijnlijk dat hij nog eens 61 tot 110% langer zou hebben geleefd dan de erkende recordleeftijd van 122 jaar.

Mogelijk was dit een propagandaleeftijd. Er bestond geen mogelijkheid om berichten uit China en Rusland van buitenaf te verifiëren. Het valt op dat met de val van het communistische regime blijkbaar ook de hoge leeftijdsrecords in Rusland en China vielen.[3] Skeptici menen dat hij in documenten waaruit zijn hoge leeftijd zou blijken, verward werd met een veel oudere voorouder of naamgenoot.[7]

Het weinige wat over zijn gewoonten bekend is, lijkt in overeenstemming met de moderne wetenschappelijke kennis over hoe men lang kan leven.

Bronnen, noten en/of referenties

Bronvermelding
Verwijzingen
  1. º Da Liu, Taoist Health Exercise Book, Putnam Publishing Group, New York, 1983.
  2. º Yang Sen, A Factual Account of the 250 Year-Old Good-Luck Man. ( 一个250岁长寿老人的真实记载 ) Chinese and Foreign Literature Storehouse, Taipei, Taiwan.
  3. 3,0 3,1 Dr. L. De Cock, Kan ik 120 jaar worden. Van elixir tot celtherapie, Leuven, Davidsfonds, 1997. ISBN 90-6152-979-4 p. 33
  4. º Time, 15 mei 1933: Tortoise-Pigeon-Dog. Inhoud van artikel in Time (onderaan) op xenophilius.wordpress.com
  5. º http://www.secrets-of-longevity-in-humans.com/fo-ti-root.html
  6. º Lessons About Longevity From a 256-Year-Old, op namastecentras.lt
  7. º http://www.snopes.com/inboxer/trivia/ching-yuen.asp
rel=nofollow
rel=nofollow