Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

John Nelson Darby

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

John Nelson Darby (Westminster, (Londen), 18 november 1800 – Bournemouth, 29 april 1882) was een leidende figuur in de broederbeweging (’Plymouth Brethren’ of ’Vergadering van gelovigen’). Hij wordt gezien als de vader van het moderne dispensationalisme. Hij werkte mee aan Bijbelvertalingen, waaronder de Engelse The Holy Scriptures: A New Translation from the Original Languages by J. N. Darby.

Leven

Von 1812 tot 1815 bezocht Darby de Westminster School in Londen, waarna hij tot 1819 aan het anglicaanse Trinity College in Dublin rechtswetenschappen studeerde. Hij gradueerde op 10 juli 1819 tot Bachelor of Arts (B.A.) en kreeg de hoogste onderscheiding voor klassieke filologie.

Zijn motivatie om rechtswetenschappen te studeren was dat hij een bijdrage wou leveren in het brengen van orde in de wettelijke chaos die in zijn tijd heerste. Op 21 januari 1822 kreeg hij de toelating als advocaat voor Ierland.

In 1820 of 1821 had Darby een bekeringservaring tot het christelijke geloof.

In 1824 of 1825 besloot Darby geestelijke te worden. Op 7 augustus 1825 werd hij in de kathedraal van Raphoe door bisschop William Bissett tot deacon (diaken) gewijd, de laagste graad van de geordineerde geestelijkheid in de anglicaanse kerk. Van 1825 tot 1827 werkte hij onder de arme bevolking rond Delgany, County Wicklow (Ierland). Hij voelde grote genegenheid voor de katholieke werkmensen en boeren, ging hen bezoeken in hun hutten op de bergen en in moerassige gebieden en beleefde een tijd vol ontberingen. Hij begon steeds meer op een trappistenpater te lijken en de mensen gingen hem bewonderen als een „heilige van de oude school”. Hij kon velen overtuigen de katholieke kerk te verlaten. Een traktaat met de titel „How the Lost Sheep was Saved”[1](Hoe het verloren schaap gered werd) geeft zijn persoonlijk verslag van een bezoek aan een herder die op sterven lag en schilderde ook een levendig beeld van wat zijn werk onder de arme bevolking inhield.

Op februari 1826 werd hij in de Christ Church Cathedral (Dublin) tot priester gewijd.

Een preek van aartsbisschop William Magee in de St. Patrick’s Cathedral (Dublin) op 10 oktober 1826, waarin hij zich tegen het rooms-katholieke systeem uitte, liet Darby niet meer los. Magee wou een sterke verbinding tussen kerk en staat en prees de kerk van Engeland en de kerk van Ierland voor hun loyaliteit tegenover de staat. Velen gingen destijds over tot het protestantisme, wat het kerkpolitieke conflict verscherpte. Magee predikte dat katholieke bekeerlingen tot de Kerk van Ierland een eed van trouw moesten zweren op koning George IV als de rechtmatige koning van Ierland.

Darby ging er daarentegen van uit dat iemand die het evangelie predikt, met vormen van vervolging te maken zou krijgen en dat het niet logisch zou zijn om toevlucht te zoeken bij de wereldse heersers. Het ware hoofd van de christelijke gemeente is God en niet een aardse koning.

Een zware val van zijn paard dwong Darby om gedurende een lange herstelperiode in het huis van zijn zwager Edward Pennefather in Dublin te verblijven. Daar ontmoette hij Francis William Newman (de broer van John Henry Newman), die vond dat een dozijn mensen van Darby’s kaliber meer bijgedragen had tot de bekering van Ierland tot het protestantisme dan het hele staatskerkelijke apparaat. Gedurende deze tijd van intensief nadenken ontwikkelde Darby ideeën die het fundament van zijn latere activiteit zouden vormen, bijvoorbeeld over de autoriteit van de Bijbel, de positie van de gelovigen in Christus, de gemeente als het lichaam van Christus (onafhankelijk van de kerkelijke organisatie waartoe men behoorde), de christelijke dienst, de wederkomst van Christus en de oprichting van Christus’ heerschappij.

In de winter van 1827/28 kwam Darby in contact met onafhankelijke christelijke groepen, de kiemcellen van de broederbeweging. Hij sloot zich aan bij een groep rond Anthony Norris Groves en John Gifford Bellett. Deze groep verenigde zich eind 1829 met een gelijkaardig gezinde groep rond de arts Edward Cronin en begon vanaf mei 1830 in een openbare zaal te vergaderen.

Darby keerde na zijn genezing niet terug in zijn anglicaans kerkelijk ambt, maar nam een leidende positie in de jonge broederbeweging. Zijn eerste predikingsreis voerde hem naar Limerick en daarop naar andere verschillende andere plaatsen in Ierland en Engeland. Soms predikte hij nog in anglicaanse kerken, voor een deel vond hij ook reeds bestaande onafhankelijke groepen. Op heel wat plaatsen ontstonden nieuwe christelijke gemeenten, bijvoorbeeld in Plymouth, waar weldra ongeveer 700 personen samenkwamen.

Wegens een erfenis financieel onafhankelijk geworden, kon Darby zijn activiteiten vanaf 1839 ook op het Europese continent, in Noord-Amerika, Australië en Nieuw-Zeeland uitbreiden. In Duitsland werd zijn ontmoeting met de volksschoolleraar en evangelist Carl Brockhaus uit Elberfeld van betekenis. Darby’s eerste bezoek in Elberfeld vond plaats in september 1854, en tot 1878 ging hij nog zeven keer naar Duitsland. Met Brockhaus publiceerde Darby ook de Elberfelder Bijbelvertaling.

Hij werkte ook mee aan een Franstalig Bijbelvertalingsproject in Pau, Zuid-Frankrijk, en aan een vertaling van het Nieuwe Testament in het Engels (verschenen in 1867).

Vanaf 1845 werd Darby in meerdere theologische disputen verwikkeld, die tot scheuringen in de broederbeweging leidden. In 1845 scheidde hij zich in Plymouth af van Benjamin Wills Newton, die hij beschuldigde van klerikale tendensen, in 1848 nam hij afstand van de gemeente in Bristol onder Georg Müller en Henry Craik, die weigerden, omstreden leerstellingen van B. W. Newton te onderzoeken en te veroordelen. Dit resulteerde in een wereldomvattende scheuring tussen de „open” en de „gesloten broeders” („open brethren” en „closed brethren”). In 1858 publiceerde Darby van zijn kant leerstellingen over het lijden van Christus, die door een aantal van zijn vrienden als dwaalleren werden gezien, zodat ze zich in 1866 van hem afscheidden. In 1879–81 kwam het tot uiteenzettingen over vragen in verband met de gemeentediscipline (kerkelijke tucht) en het erkennen van besluiten van de gemeente. Deze hadden opnieuw tot gevolg dat sommigen zich afscheidden (onder andere William Kelly).

John Nelson Darby werd ruim 81 jaar oud. Hij overleed in 1882 in Sundridge House, Bournemouth en werd begraven in Bournemouth, Dorset, Engeland.[2]

Er kwamen zo vele mensen uit Londen naar zijn begrafenis dat een extra trein werd ingelegd.[3]

Zijn hedendaagse geloofsgenoten zijn in Nederland actief onder de naam ’Vergadering van gelovigen’.

Leer

Darby zag in de Bijbelse heilsgeschiedenis een indeling in verschillende perioden, de zogenaamde „dispensaties” (Engels: „dispensations”). Volgens hem moesten Bijbelteksten in de context van zulke perioden worden gelezen. Als heel belangrijk zag hij het verschil tussen Israël (Gods aardse volk met aardse beloften en een aardse toekomst) en de christelijke gemeente (het hemelse volk met hemelse beloften en een hemelse toekomst). Dit theologisch-hermeneutische model werd als ’dispensationalisme’ vooral in het Amerikaans protestantisme ver buiten de broederbeweging bekend en vormt de basis van onder andere de Scofield-Bijbel.

Darby kwam ook tot de conclusie dat de kerk na de tijd van de apostelen onherstelbaar verviel. Het verval begon reeds in de tijd van het Nieuwe Testament. In vele punten kwam zijn zienswijze overeen met die van de vrije kerkgemeenschappen, maar hij bekritiseerde hun voornemen om de „christelijke gemeente volgens het Nieuwe Testament” opnieuw te kunnen herstellen. Een restauratie of herstelling van de oorspronkelijke christelijke gemeente zou volgens hem niet meer mogelijk zijn, aangezien God niets herstelt wat door de mens verdorven wordt, en aangezien bovendien het ambt van apostel niet meer bestaat. Voor de christelijke gemeente is het vandaag alleen nog mogelijk om zich in Jezus’ naam te vergaderen. (Matteüs 18:20). Onder dit vergaderen in Jezus’ naam verstond Darby vooral het „breken van het brood” op zondag (het avondmaal). Het was zijn hoop dat alle gelovigen zich overal ter wereld aan de „tafel des Heren” zouden verzamelen en in hun vergadering door de heilige Geest worden geleid. Aan het „breken van het brood” mogen alleszins alleen diegenen deelnemen, die zich door gezonde leer, reine levenswandel en afgescheidenheid van het kwaad (waartoe ook de kerkelijke structuren behoren) van de anderen onderscheiden.

Net als verschillende anderen vóór hem, zag hij de zeven gemeenten in Klein-Azië die in de Openbaring (hoofdstuk 2 en 3) worden beschreven en de aan hen gerichte brieven als afbeeldingen van tijdperken in de kerkgeschiedenis. De broedergemeenten zag hij als de gemeente in Filadelfia: klein en zonder kracht, maar zonder blaam en met een grote belofte (Openbaring 3:7).

Kritiek

Charles Haddon Spurgeon, de predikant van de Metropolitan Tabernacle, een tijdgenoot van Darby, publiceerde een kritische mening over Darby en de beweging van het ’Brethrenism’.[4] Zijn voornaamste kritiek was dat Darby en de Plymouth Brethren het plaatsvervangende doel van Christus’ gehoorzaamheid, evenals de ’toegerekende rechtvaardigheid’ afwezen. Hij vond dat dit centrale punten waren in het evangelie, die zo belangrijk waren dat hij daarom een uiteenzetting over hun leer publiceerde in het blad The Sword and the Trowel.

Werken

Darby schreef een Bijbelcommentaar over alle 66 Bijbelboeken, genaamd ’Synopsis’.

Darby’s werken zijn gebundeld in de volgende uitgaven:

  • The Collected Writings of J. N. Darby. Ed. by William Kelly. 34 delen. Morrish, London 1867–1900. Nieuw gezette herdruk: Stow Hill Bible and Tract Depot, Kingston-on-Thames (zonder jaar), (ca. 1960). Meerdere heruitgaven.
  • Synopsis of the Books of the Bible. 5 delen. Morrish, London (zonder jaar); herdruk: Stow Hill Bible and Tract Depot, Kingston-on-Thames 1943. Meerdere heruitgaven.
  • Notes and Comments on Scripture from the Note Books of J.N. Darby. 7 delen. Carter/Humphery, London 1883–1913. – Heruitgave: Stow Hill Bible and Tract Depot, Kingston-on-Thames 1959–1961. Meerdere heruitgaven.
  • Notes and Jottings from Various Meetings with J. N. Darby. 5 delen. Foreign Gospel Tract and Book Depot, (zonder jaar), (ca. 1930); herdruk in één deel: Stow Hill Bible and Tract Depot, Kingston-on-Thames 1962. Meerdere heruitgaven.
  • Spiritual Songs. Ed. by H. A. Hammond. Tract Depot, Dublin 1883. — Meerdere heruitgaven.
  • Letters of J. N. D. 3 delen. Morrish, London (zonder jaar); herdruk: Stow Hill Bible and Tract Depot, Kingston-on-Thames (zonder jaar); meerdere heruitgaven.

Een index van Darby’s geschriften is ook te vinden in de catalogus van het Christian Brethren Archive (Manchester).

Zie ook

Externe links

Bronnen

  • Maksym S. Weremchuk, John Nelson Darby en het begin van de beweging van de ’broeders’
  1. º John Nelson Darby, How the Lost Sheep was Saved
  2. º (en) Winston Terrance Sutherland, B.S., Th.M, John Nelson Darby: His Contributions to Contemporary Theological Higher Education (Dissertation Prepared for the Degree of Doctor of Philosophy), University of North Texas, mei 2007, p. 20-21.
  3. º W. G. Turner, John Nelson Darby, june 1944, tweede druk: februari 1951, C. A. Hammond, 11 Little Britain, London EC1. Online op STEM publishing
  4. º Charles H. Spurgeon, Darby Brethrenism (Plymouth), online op nicenecouncil.com
rel=nofollow