Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Hugo Van Kuyck

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

Hugo Van Kuyck (Antwerpen, 1 december 1902 - Antwerpen, 29 september 1975) was een Belgisch ingenieur-architect, landmeter, elektrieker, piloot en zeiler.

Tijdens Operatie Overlord in de Tweede Wereldoorlog heeft hij mee aan de wieg gestaan van de Normandische landing op Omaha Beach. Hij was betrokken in de jaren vijftig en zestig bij heel wat grote kantorencomplexen en industriële gebouwen in het Antwerpse en het Brusselse en hanteerde daarbij een bouwstijl van doorgedreven functionalisme, gefundeerd op technisch onderzoek en economische bouwtechnieken.[1]

Privéleven

De grootvader van Hugo Van Kuyck was de Antwerpse schepen Frans Van Kuyck, tevens kunstschilder. Zijn overgrootvader was Lodewijk Van Kuyck, een kunstschilder. Hugo Van Kuyck's overgrootoom was kunstschilder Frans Lamorinière.

Voor de oorlog

Van Kuyck studeerde architectuur aan het Antwerpse Nationaal Hoger Instituut voor Schone Kunsten. Daar doceerde ook zijn vader Walter Van Kuyck, ook een ingenieur-architect, vastheidsleer en bouwkunde. Vervolgens behaalde hij de graad van burgerlijk ingenieur aan de toenmalige Rijksuniversiteit Gent. Aansluitend liep hij stage in het architectenbureau van zijn vader.

In het begin van zijn carrière werkte Van Kuyck vier jaar als assistent voor Victor Horta waarbij hij onder meer de studie van de akoestiek van de Henry Le Boeufzaal van het Paleis voor Schone Kunsten in Brussel aanleverde.

In 1935, was hij gastdocent aan Yale University en het Massachusetts Institute of Technology. In 1938-1939 bouwt hij als architect sociale woningbouw in de wijk Luchtbal in Merksem met name het "Canadablok" met 5 bouwlagen, evenals een complex met 160 appartementen in het Antwerpse stadscentrum aan de Halenstraat, aan de zuidtip van het huidige Park Spoor Noord.

Tijdens de oorlog

Toen de Duiters binnenvielen vluchtte hij samen met de Belgische regering naar Frankrijk. Hij werd omwille van zijn Amerikaanse contacten voor de oorlog in opdracht van toenmalig minister van buitenlandse zaken Paul-Henri Spaak met de laatste diplomatieke missie naar Amerika gestuurd.

Na de aanval op Pearl Harbor in 1941 treedt hij in dienst van het Amerikaanse leger en schopt het tot luitenant-kolonel. In 1943 beslist het Amerikaanse leger om hem naar Groot-Brittannië te sturen om de invasie voor Nazi-Duitsland voor te bereiden. Van Kuyck was naast architect ook landmeter en piloot. Hij voert in deze opdracht per vliegtuig verschillende verkenningsmissies uit. Als fervent zeiler had hij daarenboven kennis van zeestromingen. Hij komt tot het advies om bij laagwater te landen op de kusten van Normandië, zodat landingsschepen die vast zouden komen te zitten door vloed terug vrij zouden komen. Dit advies had een belangrijke impact op de uiteindelijke beslissing te landen op 6 juni 1944.

Hij ontwikkelde gedetailleerde getijdenkaarten voor de schippers die gebruikt werden bij de landing op Omaha Beach. Ook gaf hij advies om schepen met lage diepgang te gebruiken, zodat ze dicht mogelijk bij de kust zouden kunnen landen.

Hugo Van Kuyck is ook een van de weinige Belgen die op 6 juni op Omaha Beach arriveerde, op het stuk dat Red Beach genoemd werd. Hij moest met zijn team de zandlagen onderzoeken: de geallieerden hadden nog geen havens op Franse bodem in handen en Van Kuyck onderzocht met zijn team onder meer of zware landingsvoertuigen en tanks niet zouden wegzakken in het zan.[2]

Van Kuyck was nadien betrokken bij de landing op Walcheren, en bij de campagne in de Stille Oceaan, onder meer de landing in Okinawa.

Na de oorlog

Na de oorlog heeft hij uit handen van toenmalig president Harry S. Truman de Bronze Star en de Legion of Merit ontvangen. Het Belgische leger spande daarentegen een proces aan wegens desertie omdat hij voor een vreemde mogendheid had gevochten. Pas na tussenkomst van Generaal Thompson is hij gerehabiliteerd. Hij werd nog korvetkapitein in het Belgische leger.

Na de oorlog krijgt hij, opnieuw van de sociale huisvestingsmaatschappij S.V. Onze Woning, de opdracht voor bijkomende ontwerpen die bijna de volledige zuidkant van Luchtbal vullen. De vier "Lange Blokken" met acht bouwlagen worden gebouwd tussen 1954 en 1956 en de zes "Torengebouwen" met 18 bouwlagen gebouwd tussen 1960 en 1962, werden door Van Kuyck ontworpen. In 1955 krijgt het Canadablok nog dakappartementen. Op die manier bepaalt Van Kuyck het typerend uitzicht van de hele wijk Luchtbal.

In 1953 mocht Van Kuyck het administratief gebouw van de Bell Telephone Manufacturing Company aan Het Zuid in Antwerpen ontwerpen. Het modernistisch torengebouw is door zijn hoogte en ligging een herkenningspunt in de Antwerpse skyline. Den Bell op het Francis Wellesplein werd in 2009 een administratief gebouw voor de Stad Antwerpen, nadat Alcatel in 2006 het gebouw in de wijk Brederode verliet.

In de jaren vijftig maakte hij deel uit van de associatie van architecten die de plannen voor het Rijksadministratief Centrum ontwikkelden, dat van 1958 tot 1968 werd gebouwd in het centrum van Brussel, boven op de kokers van de Noord-Zuidverbinding. In Antwerpen ontwierp hij de plannen voor de kantoortoren van E.B.E.S. aan de Mechelsesteenweg samen met Léon Stynen. Deze bouw liep van 1956 tot 1959. Daarna volgden in Brussel de zeventien verdiepingen van de Prévoyance Sociale, en enkele paviljoenen voor de Expo 58.

Van Kuyck ontwierp in 1962 de Ford-Genk fabrieken in Genk, het bedrijfsgebouw van General Motors Antwerpen in de Antwerpse haven, een Research Center voor Esso. Eind jaren zestig en begin jaren zeventig bouwde hij, als vervolg van de werken aan het Rijksadministratief Centrum, aan de Financietoren en werkte hij samen met Pierre Guillissen en André en Jean Polak aan de renovatie van het hoofdgebouw van de Generale Maatschappij van België in de Koningsstraat in Brussel, vlak tegenover het Warandepark.[3]

Hij gaf les van 1957 tot 1959 aan het Hoger Architectuurinstituut Henry van de Velde, doceerde ook enige tijd aan de Université Libre de Bruxelles, schreef voor het magazine Bouwen en Wonen, zette zich in voor het Instituut voor Kunstambachten en was lid van de Société Centrale d'Architecture de Belgique.

Zeilen

Van Kuyck was fervent zeiler en werd onder meer voorzitter van de Royal Yacht Club van België op Antwerpen-Linkeroever.

Van Kuyck ontwierp zelf twee zeilboten. De Askøy I (genoemd naar het Noorse eiland Askøy) liet hij bouwen in 1938.

Met de Askøy II (gebouwd 1958-1960) voer hij onder meer naar Noorwegen en Schotland. In 1974, een jaar voor zijn overlijden, verkocht Van Kuyck het schip aan Jacques Brel. Brel vaarde met het schip naar Hiva Oa op de Marquesaseilanden. Na de dood van Brel kreeg het schip verschillende functies tot het uiteindelijk in 1994 verging in Nieuw Zeeland. De romp werd in 2008 geborgen en naar België overgebracht voor restauratie.[4][5]

Externe links

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
rel=nofollow
rel=nofollow