Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Henri Houben (militair)

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Henri Houben (30 april 1920 - 11 april 2004) was een Nederlands beroepsmilitair. Houben was op 15 december 1938 in dienst getreden bij het Korps Mariniers in Rotterdam.

Oorlogsjaren

Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, raakte Houben betrokken bij de gevechten op Boompjes en maakte hij het bombardement op Rotterdam mee. Houben werd als krijgsgevangene eerst naar de Hr Ms Balderan gebracht en later naar het Unilever-gebouw. De mariniers werden op verzoek van burgemeester en politie ingezet om plundering in Rotterdam te voorkomen. Op 14 juli tekende hij de Duitse erewoordverklaring waarna hij op 29 juli naar huis mocht.

Verzet

Hij weigerde regelmatig in Duitsland te gaan werken. Hij werkte in de keuken van Maastricht, waar hij ook eten kon regelen voor onderduikers. Op 20 mei 1942 werd hij aangenomen bij de Nederlandse Spoorwegen. Hij werd assistent-ladingmeester. Hij hielp de NS met sabotageplannen en in zijn vrije tijd distribueerde hij het Vrij Nederland.

Engelandvaart

Toen hij opdracht kreeg zich op 10 mei 1943 te melden bij kamp Amersfoort, besloot hij het land te verlaten met Willy Cuppens, een collega bij de NS. Ze kwamen braaf op 10 mei naar het station in Maastricht met een koffertje kleren en proviand en stapten in de trein naar Amersfoort. Vlak bij Amersfoort zetten ze hun NS-pet op en stapten aan de andere kant van de trein uit. Na enig lopen ontmoetten zij Willy Simons, leider van het verzet, die hen vroeg Hubertus Houben en Fons Claessens mee te nemen naar Engeland. De volgende dag gingen de vier jongens naar België. Met verschillende trams gingen ze via Lanaken, Tongeren en Luik naar Brussel, waar ze een contactadres opzochten. Na vier dagen namen ze de trein naar Frankrijk. Tijdens een razzia raakten de Houbens hun reisgezellen uit het oog, zodat ze hun reis samen voortzetten. Pas in Madrid zouden ze elkaar weer treffen.

In Erquelinnes verlieten ze de trein. Na een kort verhoor op hun contactadres aldaar werd besloten via Zwitserland te reizen. Op een Franse transporttrein konden ze als treingeleider en reservemachinist, voorzien van Franse spoorweg-pet, mee tot Dijon, waar ze op 19 mei aankwamen. Vandaar vervolgden ze hun reis naar Pontarlier. Ze gingen bij een schaapskooi door het prikkeldraad de grens over maar werden door de Zwitserse grenspatrouille na 100 meter aangehouden. Bij de commandant werd geprobeerd generaal Van Tricht in Genève te bereiken, maar toen dat na drie uren nog niet gelukt was, werden ze terug naar de schaapskooi in Frankrijk gestuurd. Ze gingen terug naar een boer, die hen op hun heenweg te eten had gegeven, kregen daar weer te eten, en liepen door naar het station, waar ze de trein namen terug naar Besançon. In het remhokje van een goederentrein gingen ze terug naar Parijs en vandaar weer naar Dijon. Ze dachten de demarcatielijn over te moeten zwemmen maar vonden een onbewaakte brug. Op 27 mei kwamen ze in Lourdes aan en zonder gids maakten zij op 29 mei de zware tocht over de Pyreneeën.
Bij twee meren aan de Spaanse kant van de bergen vonden ze Georg Stakowitsy, een uitgehongerde Poolse vlieger die uit Colditz ontsnapt was. Ze vonden ook een schaapsherder die hulp ging halen want zelf waren ze te zwak om de Pool te dragen. De hulp kwam, maar bestond uit twee mannen van de Guardia Civil en een politie-officier. Ze werden gearresteerd, en na verschillende verhoren en gevangenissen kwamen ze op 27 juli in concentratiekamp Miranda de Ebro. Daar was het eten zo slecht dat de hond van de commandant ook in de pan verdween. Toen Houben op 15 augustus door de Nederlandse gezant uit Madrid opgehaald werd, woog hij nog maar 45 kg. In Madrid kregen de Houbens kleding, zakgeld en onderdak in hotel International, waar veel andere Nederlanders zaten te wachten op een uitreisvisum.

Onderwijl maakten ze een vluchtplan om naar Portugal te gaan. Hun plan heette Flitsgroep en de groep bestond uit 31 man. Door verraad werd de groep op 13 september door 100 man van de Guardia Civil beschoten en aangehouden net voor de Portugese grens. Ze werden in de gevangenis van Badajoz drie weken vastgehouden en daarna geboeid per trein naar Madrid, waar ze acht weken vast zaten en ondervraagd werden. Als galeislaven werden ze geboeid weer naar Miranda gestuurd. Henri Houben en zes lotgenoten werden, omdat ze te jong waren, de volgende dag teruggebracht naar Madrid, waar hij op 27 november 1943 werd vrijgelaten. Toen ze eindelijk een visum kregen, konden ze naar Portugal reizen.

Kerstmis 1943 werd in een café in de Calle Santa Maria gevierd met Fons Claessens, Willy Cuppens en de heer Veugeleers. Onderweg naar huis werden ze door straatrovers overvallen Houben werd neergeslagen en viel met zijn hoofd op de rand van de stoep. Toen hij de volgende dag in hotel International wakker werd, hoorde hij dat Veugeleers hem naar huis had gedragen. In het ziekenhuis werd de wond met zes krammen gehecht.

Engeland

Op 14 januari 1944 kwamen ze in Estoril aan. Op 23 januari vloog Henry naar Engeland. Hij werd tot 7 februari verhoord. Hij kwam bij de Prinses Irene Brigade, die toen uit bijna 1200 man bestond. Op 5 augustus werd de brigade ingescheept in Gravesend om naar Normandië te gaan.

Na de oorlog

Henri Houben werkte voor de KPN. Op 14 januari 1977 werd zijn zilveren jubileum gevierd. Hij vierde tegelijk dat hij 25 jaar lid van het Korps Mariniers was, bij welk korps hij op 15 december 1938 als vrijwilliger in Rotterdam in dienst was getreden.

Onderscheidingen

Zie ook

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties

Zoek op Wikidata

rel=nofollow
rel=nofollow