Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Goo Goo Dolls
Goo Goo Dolls is een Amerikaanse rockband, uit Buffalo, New York, gevormd in 1986. Ze zijn het bekendst van de hit Iris, die op de soundtrack van de film City of Angels (1998) staat.
Bandleden
De band bestaat op dit moment uit drie leden:
- John Rzeznik - Zang, gitaar (oprichter)
- Robby Takac - Zang, bas (oprichter)
- Mike Malinin - Drums (ingehuurd in 1995, officieel lid sinds 1998)
- George Tutuska - Drums (1985 - 1995)
Daarnaast kent de band twee tour muzikanten, die tevens meewerkten aan de albums Something For The Rest Of Us en Magnetic:
- Brad Fernquist - Gitaar
- Korel Tunador - Keyboard, saxofoon, gitaar, achtergrondzang
Achtergrond
Begindagen (1986-1993)
Goo Goo Dolls is in 1986 in Buffalo, New York opgericht door John Rzeznik, Robby Takac en George Tutuska, en heet eerst de Sex Maggots. De band verandert deze naam in Goo Goo Dolls (geïnspireerd door een advertentie in een True Detective magazine) op verzoek van een clubeigenaar, die de band anders niet wil laten spelen. Later krijgt de band een contract bij Metal Blade Records en onder dit label wordt in 1987 een naamloos debuutalbum uitgebracht.
Het succes komt in eerste instantie door de lokale Punk scene. Het commerciële succes begint in 1995, wanneer de single Name (van het album A Boy Named Goo) uitkomt. Na een juridische strijd om royalty's, die door Metal Blade Records achtergehouden zouden zijn, verhuist Goo Goo Dolls naar het moederbedrijf Warner Music.
Bekendheid (1995-2004)
In 1998 wordt Iris (van de City of Angels soundtrack) uitgebracht en vestigen ze hun naam definitief bij het publiek: het nummer staat in Amerika 18 weken op nummer één en behaalt in de zomer van 1999 ook de Nederlandse Top 40 (nummer 8). Daarnaast werd het voor drie Grammy Awards genomineerd.
Na het uitbrengen van het verzamelalbum (What I Learned About) Ego, Opinion, Art & Commerce in 2001, verschijnt een jaar later Gutterflower , maar dit album weet het succes van Dizzy Up the Girl niet te evenaren. Op 4 juli 2004 geeft de band een gratis concert in hun thuisstad Buffalo, New York. Een registratie van dit concert, die plaatsvond tijdens een van de zwaarste regenbuien van de aflopen jaren, wordt later dat jaar uitgebracht op DVD.
Let Love In en Greatest Hits (2006-2008)
Het achtste studioalbum Let Love In verschijnt in april 2006 en wordt gevolgd door een tour door de Verenigde Staten, Canada en het Verenigd Koninkrijk.
Op 13 november 2007 verschijnt het verzamelalbum Greatest Hits, Vol. 1 - The Singles. Het album bevat alle 13 Amerikaanse top-40 hits.[1] Een jaar later op 22 augustus verschijnt het verzamelalbum Volume 2, dat remixen, covers en B-kanten bevat. Het album bevat ook een DVD met zes nummers van een concert in Red Rocks, Colorado uit 2007 en een groot aantal muziek videos.[2]
Something for the Rest of Us (2009-2011)
In de lente van 2009 gaat de band samen met producer Tim Palmer de studio in voor de opnames van het 9e studioalbum, getiteld Something For The Rest Of Us[3]. Via interactieve websites als Twitter, MySpace en Facebook worden korte berichten en filmpjes van het opnameproces verspreid. Het album staat in eerste instantie gepland voor februari 2010[4], maar de band gaat in januari 2010 opnieuw de studio in om het album te verbeteren, ditmaal bijgestaan door onder andere producer Rob Cavallo, die eerder met de band samenwerkte aan het album Dizzy Up The Girl.
Het album wordt uiteindelijk uitgebracht op 31 augustus 2010. Het album bereikte de 7e plaats in The Billboard 200, de Amerikaanse hitlijst voor albums[5]. Het jaar voor en twee jaar na het uitkomen van het album toerde de band intensief door de Verenigde Staten, met uitstapjes naar Canada en het Verenigd Koninkrijk. Van het album verschenen twee singles, Home en Notbroken, maar beide werden niet uitgebracht in de Benelux.
Magnetic (2012-heden)
In de zomer van 2012 werd bekendgemaakt dat de band was gestart met de opnames van hun tiende studioalbum, getiteld Magnetic. De opnames vonden plaats in de herfst in Los Angeles, New York en Londen. Er werden diverse producers aangetrokken, waaronder John Shanks (All That You Are) en Gregg Wattenberg (Let Love In, Real). Rebel Beat, de eerste single van het nieuwe album, werd eind januari uitgebracht op de radio.
Discografie
Albums
- Goo Goo Dolls - 1986
- First Release - 1987
- Jed - 1989
- Hold Me Up - 1990
- Superstar Car Wash - 1993
- A Boy Named Goo - 1995
- Dizzy Up the Girl - 1998
- (What I Learned About) Ego, Opinion, Art & Commerce - 2001
- Gutterflower - 2002
- Live in Buffalo: July 4th 2004 - 2004
- Let Love In - 2006
- Greatest Hits, Vol. 1 - The Singles - 2007
- Vol. 2 - 2008
- Something For The Rest Of Us - 2010
- Magnetic - 2013
- Boxes - 2016
Singles
Single(s) met hitnoteringen in de Nederlandse Top 40 |
Datum van verschijnen |
Datum van binnenkomst |
Hoogste positie |
Aantal weken |
Opmerkingen |
---|---|---|---|---|---|
Iris | 1999 | 29-05-1999 | 8 | 12 |
Single(s) met hitnoteringen in in de Vlaamse Ultratop 50 |
Datum van verschijnen |
Datum van binnenkomst |
Hoogste positie |
Aantal weken |
Opmerkingen |
---|---|---|---|---|---|
Iris | 1999 | 10-07-1999 | 3 | 19 |
- 1991 There you are
- 1991 I'm awake now
- 1993 We are the normal
- 1995 Only one
- 1995 Flat top
- 1995 Name
- 1996 Long way down
- 1996 Naked
- 1996 Lazy Eye
- 1998 Iris
- 1998 Slide
- 1999 Dizzy
- 1999 Black balloon
- 2000 Broadway
- 2002 Here is gone
- 2002 Big machine
- 2003 Sympathy
- 2004 Give a little bit
- 2005 Better days
- 2006 Stay With You
- 2006 Let Love In
- 2007 Before It's Too Late (Sam and Mikaela's Theme)
- 2008 Real
- 2010 Home
- 2010 Notbroken
- 2011 All that you are
- 2013 Rebel Beat
Radio 2 Top 2000
Nummer(s) met noteringen in de NPO Radio 2 Top 2000 | '99 | '00 | '01 | '02 | '03 | '04 | '05 | '06 | '07 | '08 | '09 | '10 | '11 | '12 | '13 | '14 | '15 | '16 | '17 | '18 | '19 | '20 | '21 | '22 | '23 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Iris | - | - | - | - | - | - | - | - | 623 | - | 513 | 575 | 369 | 333 | 278 | 380 | 302 | 334 | 346 |
Externe links
Bronnen, noten en/of referenties
|