Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Alkmaarse groenteveiling
De Alkmaarse exportveiling van land- en tuinbouwproducten is ontstaan uit de georganiseerde verkoop door de tuinders uit de omgeving van de Nederlandse stad Alkmaar. De veiling vond eerst in het stadscentrum plaats en later in een veilinggebouw aan het afgesneden kanaalvlak. Uiteindelijk werd dit de Coöperatieve Veilingvereniging Alkmaar en omstreken g.a. met een veilinggebouw aan de Bestevaerstraat in Overdie.
Situatie rond 1900
De tuinders uit de omgeving van Alkmaar waren voor de afzet van hun producten grotendeels op de stad aangewezen. Niet alleen van vlakbij de stad, zoals de Omval en de Zeswielen, maar ook uit Sint Pancras, Bergen, de Egmonden en zelfs Schoorl.
Rond 1900 was de Stenen Brug de door het stadsbestuur aangewezen plek om de producten zelf uit te venten of te markten of te veilen. In 1903 werd er een tuindersvereniging opgericht onder de naam “De tuinders- en handelsvereniging Algemeen Belang”. Deze vereniging regelde de juiste gang van zaken voor de verkoop. De markt begon om 5 uur ’s morgens in het zomerseizoen. De aanvoer was bijna uitsluitend met handwagens, al of niet met trekhond. Afslager Roelof van der Pol toonde het product en sloeg met de mond af. Omdat de eerst komende het eerst geveild werd kwamen de tuinders zo vroeg mogelijk om hun kar neer te zetten. In 1913 werd de groentemarkt verplaatst naar de Korenbeurs, de aanvoer was dusdanig gegroeid dat de Stenen Brug te klein werd.[1]
In de laatste jaren van de Eerste Wereldoorlog nam de behoefte aan landbouwproducten voor de export toe. De overheid bepaalde welke producten geëxporteerd mochten worden (nv Nederlandse Uitvoer Maatschappij). Ook werden veehouders verplicht een deel van het grasland te scheuren ten behoeve van de akkerbouw (scheurplicht). Doordat ook uit de Schermer de aanvoer van producten aanzienlijk steeg, zagen een aantal ondernemers een kans voor een grotere opzet van het veilen van de landbouwproducten voor onder andere de export.
De exportveiling
Op 8 juni 1917 werd de N.V. Alkmaarse exportveiling van land- en tuinbouwproducten opgericht.[2] Deze vennootschap had tot doel de handel in land- en tuinbouwproducten te bevorderen, door het exploiteren van een veilingterrein met een daarop te stichten gebouw waar gelegenheid zal bestaan tot het veilen van land- en tuinbouwproducten voor zowel binnen- als buitenland. Het kapitaal werd gevormd door 20.000 gulden waarvoor aandelen van 50 gulden werden uitgegeven. Met medewerking van de gemeente Alkmaar werd een stuk terrein aan het afgesneden kanaalvlak verkregen (tussen de Helderseweg en het Noordhollandsch Kanaal). Er werd een gebouw neergezet, een zogenoemde doorrijveiling met in de afmijnzaal 70 zitplaatsen voor de kopers en met een afmijntoestel van de firma Hoorn en Wouda.
In januari 1918 kwam het bericht van de Provinciale Commissie van veilingen in Noord-Holland dat de NV niet als lid van de veilingorganisatie kon worden toegelaten, omdat het geen coöperatieve instelling was. Dit betekende dat er geen erkende exporteur met de organisatie kon werken. Daarom werd de Veilingkring Alkmaar, een vereniging met een coöperatieve opzet, meteen opgericht.[3] De vereniging huurden alles wat de NV ter beschikking kon stellen voor het doen veilen van de producten. J. Hoogland werd als erkend exporteur aangewezen. De Nationale Bank ging de administratie voeren.
In 1919 werd een omzet van 567.000 gulden bereikt. In de jaren daarna zou die zakken tot 191.000 in 1922, deels door het wegvallen van de grove producten die naar de grote veilingen elders gingen en in mindere mate door lagere prijzen. Met kredieten van Provinciale Staten tegen gunstige voorwaarden en een verhoging van de veilingprovisie werd gepoogd de crisis het hoofd te bieden. In 1927 werd gesproken over het reduceren van de waarde van de aandelen met 50%. Uiteindelijk werd er een commissie benoemd om een reorganisatie voor te bereiden.
In 1929 werd de heer E. Mak benoemd tot directeur. Hij was in 1917 benoemd als afgevaardigde van Algemeen Belang en gaf vanaf 1927 leiding gaf aan het veilen. In de laatste jaren was er nogal wat uitbreiding geweest van het glasareaal. Mede hierdoor was de omzet weer opgelopen tot 1.400.000 gulden.
In 1931 werd op hetzelfde terrein begonnen met de bouw van een grote veilinghal, de oude werd verplaatst en als fustloods gebruikt. De gemeente Alkmaar verstrekte een lening voor de bouw en gaf het terrein in erfpacht. In de grote hal ging men nu over tot het neerzetten van de groenten in de hal. Door de veiling werd personeel ter beschikking gesteld voor het helpen lossen van de wagens.
De omzet groeide gestaag. Tot de Tweede Wereldoorlog was er regelmatig sprake van het doordraaien van producten. Door de groeiende vraag kwam dit, zeker in de laatste jaren van de bezetting niet meer voor. In 1946 werd het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Alkmaar gevraagd, om op kosten van de gemeente, tot verdere demping van het afgesneden kanaalvlak over te gaan. Zodat er uitbreiding en wellicht een modern stenen gebouw als vervanging van de houten gebouwen, zou kunnen worden gerealiseerd.
In 1952 werd een uitbreiding van de gebouwen steeds meer noodzakelijk. De directeur kocht daartoe een stuk grond aan de Helderseweg in de gemeente Bergen. Het dempen van het afgesneden kanaalvak had een oplossing in de gemeente Alkmaar kunnen zijn, als het gemeentebestuur daaraan mee had willen werken.[4]
In 1953 was er nog niets tot stand gekomen, maar de gemeente Alkmaar verklaarde zich bereid tot medewerking en garantstelling voor een lening, mits ook de leden van de veiling mede aansprakelijk wilden zijn. Dit betekende dat de NV omgezet moest worden tot een coöperatieve vereniging.
Coöperatieve Veilingvereniging Alkmaar en omstreken G.A.
In 1954 werd de coöperatieve vereniging vormgegeven en kwam de gemeente Alkmaar met concrete toezeggingen ten behoeve van de bouw van een nieuwe veiling. Het afgesneden kanaalvlak zou worden gedempt en in erfpacht uitgeven worden. Ook werd een lening toegezegd tegen 3,5 % met een looptijd van 40 jaar.
De heer E. Mak, die een groot aandeel heeft gehad in de ontwikkeling van de Alkmaarse veiling, trad in 1955 terug als directeur en heeft dus slechts kort in de coöperatieve veilingorganisatie gewerkt.[5]
In 1955 was het kanaalvlak gedempt en kon met het ontwerp van architect Bos van Ringers Bouwbureau, een modern stenen gebouw, tot aanbesteding worden overgegaan. De laagste inschrijving, 11.600 gulden boven de begroting, was van de firma J. Dekker te Alkmaar.[6]
Om stedenbouwkundige redenen kwam de gemeente Alkmaar echter terug op de vestiging op het kanaalvlak.[7] Er werd een onderzoek gedaan naar de meest gunstige plaats elders door het bureau J. Kwantes uit Haarlem. Voorwaarde voor het dagelijks bestuur van de veiling om deze wijziging en de stagnatie van de nieuwbouw voorlopig te accepteren was echter wel dat de gemeente Alkmaar alle gevolgen van het uitstel, onder andere met de firma J. Dekker voor haar rekening nam.
Eind van het jaar kwam bureau Kwantes met de aanbeveling het veilinggebouw op het geplande industrieterrein in Overdie te plannen.[8] Op een terrein wat toen nog uit slootjes en kaveltjes grasland bestond, vlakbij de N99. In de algemene vergadering van het veilingbestuur werd besloten de verplaatsing te accepteren onder de voorwaarden dat alle faciliteiten en toekomstige mogelijkheden op het kanaalvlak ook op het nieuwe terrein beschikbaar zouden zijn en alle kosten die daaruit voortvloeiden en de meerkosten boven de oorspronkelijke aanneemsom door de gemeente Alkmaar gedragen zouden worden. Uiteindelijk ging de gemeente hiermee akkoord.[9]
In 1957 begon uiteindelijk de nieuwbouw. De verplaatsing van de veiling bleek echter geen eenvoudige zaak. Er moest op dit vlakke terrein ook een tweede laadperron komen, er was parkeergelegenheid nodig en een afrastering om het gehele terrein. Bovendien fungeerde Restaurant Ceres in feite als kantine, dus moest ook nog een kantine toegevoegd worden aan de nieuwbouw. Dit alles op rekening van de gemeente Alkmaar. Op 6 september 1958 werd de officiële opening verricht door burgemeester Wytema van Alkmaar. Inmiddels was met de heer A. v. Lingen, hotelhouder van de Nachtegaal in Alkmaar, een contract afgesloten voor de exploitatie van de kantine.
De inmiddels ingestelde sportraad van Alkmaar was in die tijd op zoek naar ruimte voor zaalsporten. In het veilinggebouw werd ruimte gevonden en voor een bedrag van 22.375 gulden konden de nodige voorzieningen, zoals kleedlokalen, douches en toiletten en verlichting worden gerealiseerd. Er werd een contract voor 110 avonden en 16 dagen per jaar afgesloten.[10]
Ten behoeve van de binnensport was het nodig de hal te verwarmen. Centrale verwarming en heteluchtverwarming bleken te duur. De firma Wardenaar uit Schagen kwam met een voorstel een propaangas verwarmingsinstallatie aan te leggen. Hiermee werd door middel van stralingswarmte plaatselijke verwarming gerealiseerd.
In 1960 werd op verzoek van de Landelijke Organisatie van Piepkuikenfokkers een broedeierenveiling gestart. 60 fokkers met een jaarproductie van 1,5 miljoen eieren gingen 1 dag per week veilen. Binnen een jaar werd een omzet van 600.000 gulden gerealiseerd. [11]
De hal werd inmiddels niet alleen ten behoeve van veiling- en sportactiviteiten gebruikt, ook waren er huishoudbeurzen, muziekuitvoeringen, kerst samenzang en werd er bijvoorbeeld de pasar malam gehouden. In 1965 wordt de eigen behoefte aan ruimte dringender en worden plannen tot uitbreiding van de hal gemaakt.[12] Ook de binnensport had een toenemende ruimtebehoefte. Na overleg werd een plan gemaakt voor een uitbreiding van 50 bij 40 meter zodat de speelvelden optimaal konden worden ingedeeld. De investeringslast werd tussen de veiling en de sportraad op basis van fifty-fifty gedeeld. De firma J. Dekker uit Alkmaar was de laagste inschrijver. De financiering werd het gunstigst door de Zuivelbank in Alkmaar aangeboden waardoor ook alle bankzaken vanaf dat moment via deze bank gingen lopen.
Fusiepogingen
In 1972 werd een stemming gehouden over een fusie met de veiling Langedijk en Omstreken waarmee sinds 1969 reeds gesprekken werden gevoerd. Volgens de statuten van de coöperatie moest 75% van de stemmen voor zo’n voorstel zijn om dit door te kunnen laten gaan. De stemming leverde 62% voorstemmers op waardoor de fusie niet door kon gaan. De grotere leden wilden daarna meer zeggenschap bij het nemen van de besluiten in het algemeen bestuur. De statuten werden in mei 1973 daartoe aangepast.
Sinds 1968 waren er al studies en discussies geweest over een meer geconcentreerd veilingwezen om de kosten laag te houden en beter in te kunnen spelen (zeker in de latere jaren) op de schaalvergroting bij telers en afnemers. Ook de Alkmaarse veiling was hierbij betrokken. Er werden met name vele pogingen tot fusie gedaan tussen Alkmaar, Beverwijk en Langedijk en omstreken. De keuze van de locatie van de veiling was steeds een van de grote struikelblokken. Uiteindelijk gingen de veiling van Beverwijk en die van Alkmaar op 1 januari 1989 fusie aan en gingen verder als "Coöperatieve Tuinbouwveiling Kennemerland B.A” met als veilinglocatie Alkmaar. In augustus 1992 ging de Veiling Kennemerland een fusie aan met de veiling WFO (Westfriesland-Oost), en daarmee kwam een einde aan veilen van groente in Alkmaar.
Bijzonderheden in de periode 1900 - 1972
- Rond 1900 aanvoer van groenten uit de omliggende dorpen naar Alkmaar.
- Het uitventen, markten en veilen vond plaats op de Stenen Brug.
- 1903 oprichting Tuinders- en Handelsvereniging Algemeen Belang
- 1913 verplaatsing van de groentemarkt naar de Korenbeurs.
- 8 juni 1917 oprichting van de N.V. Alkmaarse exportveiling van land- en tuinbouwproducten.
- 19 november 1918 oprichting Veilingkring Alkmaar
- 1918 neerzetten van een veilinggebouw met 70 zitplaatsen voor de kopers en installatie van een afmijntoestel aan het afgezette kanaalvlak
- 1931 bouw van een grote veilinghal en ingebruikname van het oude gebouw als fustloods.
- 1954 omzetting van de NV in een coöperatieve vereniging.
- 1954 De gemeente Alkmaar zegt een lening toe t.b.v. de bouw van een nieuw veilinggebouw en het dempen van het afgesneden kanaal en het verlenen van erfpacht op het terrein.
- 1955 Het kanaalvlak is gedempt, en het ontwerp van Bos en Ringers Bouwbureau werd aanbesteed.
- 1955 de gemeente Alkmaar wenst toch een andere vestigingsplaats van het nieuwe veilinggebouw.
- 1957 de bouw kan een aanvang nemen.
- 1958 de Sportraad van Alkmaar meldt zich als huurder van de hal voor binnensport activiteiten, aanpassing van het bouwplan met kleedkamers en douches. Uiteindelijk is er besloten het gebouw op het geplande industrieterrein Overdie te realiseren.
- 6 september 1958 officiële opening door burgemeester Wytema
- 1959 installatie van propaangasverwarmers ten behoeve van gebruik door de binnensporters.
- 1960 vind er een jazzfestival plaats in de hal
- 1960 jaarvergadering van de Christelijke Vrouwenbond in de hal
- 1960 huisvesting van een broedeierenveiling
- 1962 de Rijksweg 9 geopend en wordt daarmee ook de ontsluiting van de veiling sterk verbeterd.
- 1962 Alkmaar onderscheiden door de Raad van Europa: de hal wordt omgebouwd tot raadzaal ten behoeve van de uitreiking van de Europa wimpel aan de stad.
- 1966 aanbesteding van de uitbreiding van de hal met 200m2
- 1966 De bankzaken gaan over van de Rabobank naar de Zuivelbank
- 1967 de HBS viert haar 100-jarig bestaan in de hal.
- 1967 De vereniging Tropenvrienden organiseert een pasar malam.
- 1968 de omzet haalt de grens van 6 miljoen gulden
- 1969 huishoudbeurs in de hal
- 1969 10e kerstzang in de hal
- 1972 Wordt de fusie met de veiling Langedijk en omstreken afgestemd.
Informatie over het bestuur
Oprichting
De N.V. Alkmaarse exportveiling van land- en tuinbouwproducten is opgericht 8 juni 1917 door:
- Fredrik Johannes Jonker – particulier te Alkmaar
- Adrianus Johannes van Benthem - directeur brandverzekering te Alkmaar
- Cornelis Wagenaar - koopman te Alkmaar
- Reijer Wognum - tuinder te Schoorl
- Adolf van Renen - tuinder te Bergen
- Otto Akkerman - hotelhouder te Egmond
Veilingkring Alkmaar - het eerste bestuur in 1918
- 2 leden van Algemeen Belang te Alkmaar, de heren M. Versteeg en C. Kluft
- 2 leden van de tuindersvereniging Schoorl, de heren T. Schermer en R. Wognum
- 2 leden van de tuindersvereniging Bergen, de heren A. V. Renen en C. Blokker
- 2 leden van de tuindersvereniging Egmond, de heren O. Akkerman en P. Rozing
- 2 leden van de LTB te Alkmaar, de heren S.P. Wokke en H. Klaver
Coöperatieve Veilingvereniging Alkmaar en Omstreken G.A.
Het dagelijks bestuur in 1955:
- Joh. Langereis, voorzitter
- P. Groot, dagelijks bestuurslid
- C. Bierman, dagelijks bestuurslid
- J. Noort, veilingleider
- P. Kluft, plaatsvervangend veilingleider en secretaris
1958
Het dagelijks bestuur ten tijde van de opening van de nieuwe hal in 1958:
- Joh. Langereis, voorzitter
- P. Groot, dagelijks bestuurslid
- C. Bierman, dagelijks bestuurslid
- P. Kluft, veilingleider en secretaris
In 1975 volgt de heer A.J. Botman de inmiddels 65-jarige Joh. Langereis op als voorzitter
1989
Het bestuur ten tijde van de fusie tot veiling Kennemerland in 1989 bestond uit:
- Dhr. A.J. Botman, voorzitter
- Dhr. P. Hoogland,
- Dhr. M. Sombroek
- toegevoegd secretaris was dhr. N. Hoedjes
Bronnen, noten en/of referenties
|