Christelijke jaartelling
De jaartelling die bekend staat als de ’christelijke jaartelling’ of Anno Domini-jaartelling is de jaartelling die door de monnik Dionysius Exiguus werd opgesteld bij het berekenen van paasdatums, en die in de achtste eeuw werd bewerkt door Beda Venerabilis, door wiens toedoen deze jaartelling werd verspreid.
’Gewone jaartelling’
In vele landen, in het bijzonder in de westerse wereld, is de christelijke jaartelling de gebruikelijke jaartelling. Ze wordt daarom ook de ’gewone’, ’gebruikelijke’ of ook ’westerse’ ’jaartelling’ of ’tijdrekening’ genoemd.
Soms wordt de verwijzing naar Jezus Christus vervangen door een andere term. Dit kan om verschillende redenen gebeuren:
- Joden bijvoorbeeld geven de voorkeur aan een term die niet naar Jezus Christus verwijst.
- Sommige instanties, zoals de BBC, geven er de voorkeur aan om de alternatieve uitdrukking BCE (’Before Common Era’) en CE (’Common Era’) te gebruiken in plaats van BC (’Before Christ’) en AD (’Anno Domini’) omdat dit als onpartijdig wordt aangevoeld.[1]
- In de Oostbloklanden (bijvoorbeeld de Duitse Democratische Republiek) was een datum zoals voor onze tijdrekening (in de plaats van voor Christus) standaard,[2] en dit is vaak na de val van het IJzeren Gordijn zo gebleven.
- Ook sommige christenen gebruiken wel alternatieve uitdrukkingen voor voor en na Christus, bijvoorbeeld om een paradox te vermijden die kan ontstaan omdat het beginpunt van de jaartelling niet samenvalt met de geboorte van Jezus Christus. Een verwarrende zin als „Jezus werd geboren in het jaar 4 voor Christus” (deze veelgebruikte datering dient hier slechts als voorbeeld) kan worden vermeden door een andere term te gebruiken.
- In de Europese ISO 8601-datumnorm wordt gebruik gemaakt van een jaar nul en wordt een jaartal voor Christus weergegeven met een minteken. Het jaar 44 v.Chr. wordt dus -43.
Geschiedenis
Dionysius Exiguus
In het jaar 525 gaf paus Johannes I de opdracht aan de Scythische monnik Dionysius Exiguus om een tijdrekenkundig systeem te ontwikkelen dat de kerken in staat zou stellen een officiële paasdatum vast te stellen. Zijn werk in verband met de datum van Pasen (zijn ’paastabel’), wekte zijn belangstelling voor kalenders in het algemeen. Hij kwam op het radicale idee om een nieuwe kalender te baseren op de geboorte (de ’incarnatie) van Christus in de plaats van heidense geschiedenis, vooral omdat de in Rome gebruikte kalender, de indictie, was vastgelegd door keizer Diocletianus (245–311), een hevig christenvervolger. Hij schreef hierover aan bisschop Petronius:
- „Wij hebben onze cycli niet met de herinnering aan een goddeloze en vervolger (d.i. Diocletianus) willen verbinden, maar wij hebben eerder gekozen de jaarperiodes te markeren vanaf de incarnatie van onze Heer Jezus Christus (ab incarnatione Domini nostri Jesu Christi), aangezien hieruit het begin van onze notie van onze hoop zou blijken, en de reden van het herstel van de mensheid, dit is, het lijden van onze Verlosser, duidelijk aan het licht zou komen.”[3]
Dionysius baseerde zich voornamelijk op het Oude Testament en Joodse, Griekse en Romeinse geschiedschrijvers om het jaar van Jezus’ geboorte te achterhalen. Aangezien het getal ’nul’ nog niet gebruikt werd (het zou pas bedacht worden door Indiase geleerden in de 9e eeuw), noemde Dionysius het jaar van de geboorte ’jaar 1’.[4] Volgens zijn berekeningen werd Jezus 754 jaar na de stichting van de stad Rome geboren. (Dit zou overeenkomen met 1 na Christus of ’Anno Domini’). Hij presenteerde de resultaten in of kort na het jaar 525 aan officiële vertegenwoordigers van paus Johannes I, zonder dat dit op dat moment tot het invoeren van een nieuwe jaartelling leidde.
Vergissing
De tijdrekening die als ’christelijke jaartelling’ bekend staat geeft niet exact aan hoeveel jaren er verstreken zijn sinds het moment dat Jezus werd geboren. Vele moderne historici situeren de geboorte van Jezus gewoonlijk een aantal jaren voor het jaar 1, gewoonlijk ergens „tussen 7 v.Chr en 2 v.Chr.”[5]
De paar jaren verschil tussen de geboorte van Jezus Christus en het begin van de jaartelling zijn te wijten aan een vergissing van enerzijds Dionysius Exiguus en anderzijds aan Beda Venerabilis, die weliswaar de chronologische berekening herzag, maar nog niet helemaal nauwkeurig was. Ook paus Benedictus XVI is zich hiervan bewust en vermeldde het in zijn boek Jesus of Nazareth: The Infancy Narratives, uitgegeven in november 2012.[5]
Beda Venerabilis
De Angelsaksische chronoloog en historicus Beda Venerabilis schreef in 731 zijn „Kerkgeschiedenis van het Engelse volk”, en gebruikte daarin een bewerking van Dionysius Exiguus’ chronologie. Door zijn toedoen verspreidde de ’Anno Domini’- of ’christelijke jaartelling’ zich daadwerkelijk over Engeland en van daaruit naar het vasteland als een volwaardig systeem voor het dateren van historische en van actuele gebeurtenissen. Rond het jaar 1060 werd de ’Anno Domini’-jaartelling door de kerk in Rome definitief in gebruik genomen. Naarmate men meer gebruik ging maken van de ’Anno Domini’-jaartelling raakte de ’ab urbe condita’-telling in onbruik.
Jaartelling en kalender
Er dient een onderscheid te worden gemaakt tussen de begrippen jaartelling en kalender. De in Rome gebruikte kalender werd sinds het concilie van Nicaea in het jaar 325 ook de officiële kalender van de kerk. Gedurende de hele tijd dat de christelijke jaartelling in gebruik is, namelijk vanaf de achtste eeuw tot op heden, werd er slechts één aanpassing gemaakt in deze kalender. Die aangepaste kalender, in gebruik genomen in het jaar 1582 onder paus Gregorius I, staat bekend als de gregoriaanse kalender en is tot op heden de laatste aanpassing van de in Rome gebruikelijke kalender. De herziene juliaanse kalender die in bepaalde orthodoxe kerken in gebruik is, volgt gelijkaardige aanpassingen.
Voor men de christelijke jaartelling begon te gebruiken, waren er al een aantal kalenderhervormingen gebeurd sinds de Romeinse kalender na de stichting van Rome in de achtste eeuw v. Chr. in gebruik werd genomen. De laatste wijziging voor die onder Gregorius I, was de kalenderhervorming onder Julius Caesar, bekend als de juliaanse kalender. Deze werd gebruikt van 46/45 voor Christus tot 1582.
De kalender die gewoonlijk samen met de ’christelijke jaartelling’ wordt gebruikt, was dus van 325 tot 1582 (in Rome) de juliaanse, en daarna de gregoriaanse kalender.
Men kan niet zomaar spreken van een Romeinse jaartelling. Enerzijds zou men de ab urbe condita-jaartelling de Romeinse jaartelling kunnen noemen, maar toen deze in gebruik genomen werd, was er reeds meer dan een millennium Romeinse geschiedenis voorbij. Dat men daarentegen wel van de christelijke jaartelling spreekt, rechtvaardigt men door het feit dat het Dionysius Exiguus’ bedoeling was om deze jaartelling met Jezus’ „incarnatie” te laten beginnen. Dat Jezus in werkelijkheid reeds een aantal jaren voor het jaar 1 werd geboren verandert daar niet zo veel aan.
Andere christelijke jaartellingen
- In de chronologie van Sextus Iulius Africanus (ca. 160–240) werd het jaar 5501 v. Chr. berekend als jaar van de schepping der wereld. Er werd dikwijls naar dit werk verwezen.
- Het Oostromeinse rijk gebruikte een jaartelling vanaf de schepping van de wereld, op basis van de getallen uit de Griekse bijbelvertaling, de Septuaginta. Zo rekenden ze met het jaar 5501 v. Chr. of 5508 v. Chr. Deze jaartelling bleef in de geschiedenis van Rusland in gebruik tot in 1699, toen Peter de Grote in december verordende, dat vanaf 1 januari van het volgende jaar (het jaar 7208 volgens hun oude rekenmethode) men het jaartal 1700 n. Chr. diende te gebruiken.
- Paus Gregorius XIII gaf de protestantse humanist Joseph Justus Scaliger (1540–1609) de opdracht om een samenhangende chronologie van historische gebeurtenissen op te stellen. Volgens Scaligers berekening uit het jaar 1583, dateerde hij de schepping in het jaar 3950 v. Chr.
- De anglicaanse theoloog James Ussher (1581–1656) uit Ierland dateerde in het jaar 1650 de schepping van de wereld op het jaar 4004 v. Chr. Zijn chronologische berekeningen verschenen in de kantlijn van heel wat uitgaven van de King James-vertaling.
- De Joodse jaartelling is per definitie niet ’christelijk’ maar had een invloed op een aantal christelijke chronologen. De joodse jaartelling neemt 7 oktober 3761 v. Chr. als datum van de schepping van de wereld.
- De Koptische kalender van de Koptische kerk rekent nog met de intronisatie van Diocletianus op 29 augustus 284 (juliaanse datum) als beginpunt (Tijdperk van Diocletianus, eveneens afgekort als A. D.).
- De Ethiopische kalender baseert zich ook op de geboorte van Jezus Christus, maar volgens oorspronkelijke berekeningen van Dionysius Exiguus. De afwijking met de telling volgens Beda Venerabilis in de gregoriaanse kalender bedraagt ongeveer 7 jaar en negen maanden.
Zie ook
Noten
- º BBC, Frequently Asked Questions: Why does bbc.co.uk/religion use BCE and CE instead of BC and AD?
- º Duits: v. u. Z.: ’vor unsere Zeit[rechnung]’
- º Dionysius Exiguus, Liber de Paschate II.
- º Joseph F. Kelly, The Origins of Christmas, p. 43
- ↑ Omhoog naar: 5,0 5,1 Nick Squires, Jesus was born years earlier than thought, claims Pope, in: The Telegraph, 21 november 2012