Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Roes (geslacht)
Roes is een katholieke familie uit de Oude IJsselstreek waarvan de jongste tak grotendeels werd opgenomen in het genealogisch naslagwerk Nederlands Patriciaat. Een kleine naar Engeland geëmigreerde tak leeft daar voort onder de dubbele naam Roes Francken (ook: Roes-Francken).
Geschiedenis
Het geslacht Roes was tot aan de Franse tijd een boerengeslacht, afkomstig uit het Nederlands-Duitse grensgebied van de Gelderse Achterhoek en het Münsterland in Westfalen. Vanaf het midden van de negentiende eeuw trad weliswaar meer beroepsdifferentiatie op, maar een groot deel van de familie bleef tot in de twintigste eeuw werkzaam in de landbouw.
De stamreeks vangt aan met een Geryt Russen (ca. 1480-in of na 1552) die in 1550 ten overstaan van de richter van Wisch Rutger van Boetzelaer verklaarde 70 jaar oud te zijn. Geryt zal dus rond 1480 zijn geboren. Zijn broer Johan was toen 60 jaar oud.[1]
Kort voor 1530 stichtte Geryts zoon Luijcken Russen (ca. 1505-1581) in het toenmalige ontginningsgebied het Breedenbroek bij Gendringen de naar hem vernoemde Roessenstede (ook: het Roessengoed en De Roesse).[2] De Roessenstede werd na verloop van tijd een flink Berghs pachtgoed waarop de familie gedurende zeven generaties tot 1793 onafgebroken woonde. In 1754 had de Roessenstede inclusief bijbehorend leengoed een omvang van 47 ha.[3]
Eind 1549 verkocht Luijcken namens zijn echtgenote Naelken ten overstaan van de genoemde richter Rutger van Boetzelaer een achtste aandeel in het eigengeërfde goed Gielink te Westendorp in het kerspel Varsseveld in de hoge heerlijkheid Wisch. Luijcken verkocht dit aandeel aan zijn eigen pachtheer, de toen nog minderjarige graaf Willem IV van den Bergh.[4] Het laatste familielid dat op de Roessenstede in het Breedenbroek heeft gewoond, was sinds haar huwelijk in 1845 Dorothea Roes (1810-1887).
Het geslacht Roes van de Roessenstede in het Breedenbroek wordt onderscheiden in drie takken. Deze hebben het echtpaar Bernardus Roes (Berent, ca. 1660-1734) en Henrica ter Boeck (Hendersken, ca. 1663-1738) als stamouders met elkaar gemeen. Berent Roes trouwde (vermoedelijk vanuit de Roessenstede) in 1693 in, op het goed Ter Boeck in Gaanderen onder Ambt Doetinchem waar Hendersken vandaan kwam en waaraan zij haar naam ontleende. De familie Roes heeft vervolgens tot ca. 1770 op Ter Boeck gewoond.[5]
De oudste tak van het geslacht Roes wordt de Groot Immink-tak genoemd, naar de scholtenboerderij Groot Immink in de buurtschap Voorst (Oude IJsselstreek) onder Gendringen waarop de familie gedurende vijf generaties van 1750 tot 1921 heeft gewoond. In 1849 had Groot Immink inclusief grond in eigendom een omvang van 50 ha.[6] Deze tak is tot op heden vooral in de Gelderse Achterhoek woonachtig gebleven, sedert 1904 tevens in Groenlo en omstreken (gemeente Oost Gelre), o.a. in de buurtschap Zwolle (Gelderland).
De middelste tak staat binnen de familie bekend als de Holder-tak, vernoemd naar de Hollerstede (ook: Het Holder) in het Breedenbroek onder Gendringen. Op deze Berghse pachtboerderij heeft de familie Roes gedurende vijf generaties van 1734 tot 1919 gewoond. In 1875 werd pachter Antonius Hendrikus Roes (1831-1902) eigenaar van de boerderij.[7] De Holder-tak is sinds 1791 tot op heden, inmiddels zeven generaties, tevens woonachtig op de Gutshof Biesenstätte, juist over de Duitse grens in het Dwarsefeld onder Anholt in het Münsterland (Westfalen). Om deze reden bezitten de meeste telgen van de Holder-tak thans de Duitse nationaliteit. Andere telgen van deze tak wonen echter nog steeds vooral in de Gelderse Achterhoek (gemeenten Oude IJsselstreek en Doetinchem).
De jongste tak van het geslacht Roes wordt wel de Heterense tak genoemd of de tak van Het Klein Slop, naar de Overbetuwse bouwhoeve van die naam in Andelst onder Heteren (gemeente Overbetuwe). De familie Roes bewoonde deze hoeve in het laatste kwart van de achttiende eeuw en had haar tot 1798 in eigendom. Het Klein Slop had ten tijde van de verkoop in augustus 1798 een omvang van 59 Rijnlandse morgen of 50 ha.[8] De genealogie van de hiervan afstammende takken te Wageningen, Arnhem, Winssen (Beuningen) en Delft is opgenomen in de serie Nederlands Patriciaat.[9] De Nijmeegse tak van deze Heterense tak bracht vooral smeden voort, maar ook een aantal transportondernemers.
De familie Roes staat bekend als een notarisfamilie. Zij bracht sinds 1851 negen notarissen voort, o.a. drie generaties te Arnhem (1865-1963) en vier generaties te Winssen/Beuningen (1861-1996).
De familie Roes speelde bovendien een zekere rol in de emancipatie van het katholieke volksdeel in Nederland en in het ontstaan van de katholieke zuil, o.a. de Arnhemse pastoor en aartspriester van Gelderland en Zutphen Bernardus Roes (ca. 1735-1809), de deken van Utrecht Mgr. Theodorus Stephanus Roes (1836-1913) en de pastoor van Deurne Hendrik Roes (1864-1941). Vanaf het midden der achttiende eeuw tot op heden vervulden in totaal twintig familieleden Roes de functie van kerkmeester van een rooms-katholieke statie (schuil- of schuurkerk) of parochie.
Wapens
Er worden in de familie Roes verschillende wapens gevoerd. Het bekendste familiewapen is het wapen waarvan de beschrijving luidt: in goud een gaande rode leeuw op grasgrond, staande ter linkerzijde van een rechts in het schild geplante groene geknotte boom. Helmteken: een uitkomende rode leeuw. Dekkleden: rood, gevoerd van goud. Een ander binnen de familie bekend familiewapen is het wapen waarvan de beschrijving luidt: in rood twee toegewende zilveren zwanen, staande op een verlaagde zilveren dwarsbalk. Helmteken: een zilveren zwaan met opgeheven vlucht. Dekkleden: rood, gevoerd van zilver.
Pastoor Bernardus Roes (ca. 1735-1809) te Arnhem voerde blijkens lakafdrukken uit de jaren 1796/97 een persoonlijk wapen waarvan de beschrijving luidt: op lage grond een Latijns kruis waarvan de dwarsarm sterk is verhoogd, voorzien van een sierkroon en dekkleden, waarvan de kleuren onbekend zijn. De Wageningse lederfabrikant Johannes Bernardus Roes (1818-1884) voerde blijkens een lakafdruk uit 1850 eveneens een persoonlijk wapen. Hiervan luidt de beschrijving: gevierendeeld, I: twee afgewende zwanen, staande op een verlaagde dwarsbalk, II: een naar links gewend klaverblad, III: in blauw drie zespuntige sterren (2:1), IV: een hart waaruit drie vijfbladige bloemen spruiten. Helmteken: een zwaan met opgeheven vlucht. Dekkleden: kleuren onbekend.
Enkele telgen
- Johannes Bernardus Roes (1720-1783), vanaf de zomer van 1750 de eerste bewoner uit de familie Roes van de scholtenboerderij Groot Immink (Scholte Immink) in Voorst (Oude IJsselstreek)
- Joannes Henricus Roes (1859-1914), de vierde en laatste scholtenboer Roes op Groot Immink (Scholte Immink) in Voorst (Oude IJsselstreek), oprichter en bestuurslid van de Coöperatieve Boerenleenbank voor Breedenbroek en Omstreken, oprichter en voorzitter van de Coöperatieve Boerenleenbank te Ulft, kerkmeester van de parochie H.H. Petrus en Paulus te Ulft
- Prof. dr. Johannes Heinrich Antonius Maria Roes (1939-2003), historicus, directeur Katholiek Documentatie Centrum (KDC) te Nijmegen, hoogleraar Geschiedenis van het Nederlands katholicisme aan de Katholieke Universiteit Nijmegen
- Dr. ir. Johannes Isodorus Roes (1943), gepromoveerd scheikundig ingenieur, kerkmeester van de parochie O.L. Vrouw Tenhemelopneming te Joppe (Gelderland)
- Drs. Josephus Johannes Richardus Roes (1947), fiscaal econoom, oud-partner PricewaterhouseCoopers (PwC) te Rotterdam en Eindhoven, bestuurder van diverse stichtingen en instellingen
- Johannes Bernardus Antonius Roes (1906-1977), oprichter en directeur van het Eerste Groenlosche Assuratiekantoor, later Makelaars- en Assurantiekantoor Roes te Groenlo
- Andreas Antonius Johannes Roes RT (1947), oprichter en directeur van Roes Makelaars o.g. te Groenlo, register-makelaar en register-taxateur, onteigeningsdeskundige register DOBS (Deskundigen Onteigening en Bestuursrechtelijke Schadevergoeding)
- Prof. mr. drs. Johannes Sebastiaan Lodewijk Andreas Wilhelmus Bernardus Roes (1971), jurist en historicus, bijzonder hoogleraar Deontologie en de geschiedenis van het notariaat Centrum voor Notarieel Recht (CNR) Radboud Universiteit Nijmegen, kerkmeester van de parochie H. Maria Geboorte te Nijmegen, noviet Orde van het Heilig Graf, gehuwd met de sopraanzangeres Clara Lammers Lisnet
- Andreas Antonius Johannes Roes RT (1947), oprichter en directeur van Roes Makelaars o.g. te Groenlo, register-makelaar en register-taxateur, onteigeningsdeskundige register DOBS (Deskundigen Onteigening en Bestuursrechtelijke Schadevergoeding)
- Frans Roes (1902-1974), horlogemaker, Achterhoeks dialectschrijver onder het pseudoniem Herman van Velzen
- Ir. Theodorus Johannes Franciscus Roes (1934), brigade-generaal b.d. Koninklijke Landmacht, Officier in de Orde van Oranje-Nassau (met de zwaarden)
- Dr. Michael Roes (Rhede (Borken) 1960), Duits schrijver, romancier, dichter, essayist, antropoloog en filmmaker, gasthoogleraar Central European University (CEU) te Boedapest (Hongarije), research fellow Freie Universität Berlin
- Bernardus Roes (ca. 1735-1809), pastoor van Heteren, daarna pastoor te Arnhem, aartspriester van Gelderland en Zutphen, oprichter en eerste provisor van het groot seminarie op Huis Bergh te ’s-Heerenberg, lid commissie voor de rooms-katholieken in het Koninkrijk Holland
- Gerardus Roes (1742-1817), heemraad, buurmeester, tweede schepen en rentmeester te Heteren, lid Provisionele Representanten van het Volk van Gelderland, gecommitteerde ad causas van het Kwartier van Nijmegen
- Mr. Stephanus Roes (1788-1864), juris doctor (doctor in de rechtsgeleerdheid) te Harderwijk (1810), advocaat, plaatsvervangend kantonrechter te Elst, schout (burgemeester) en secretaris van Heteren, heemraad en rentmeester te Heteren, lid Provinciale Staten van Gelderland
- Johannes Bernardus Roes (1818-1864), lederfabrikant, oprichter en directeur van J.B. Roes & Zonen te Wageningen (vanaf 1916 N.V. Wageningsche Lederfabriek), oprichter en vennoot der N.V. Wageningsche Gasverlichting-Maatschappij (1856), lid gemeenteraad van Wageningen
- Johanna Aleida Roes (1856-1924), oprichtster en firmante der Doesburgsche IJzer- en Metaalgieterij (later Gieterij Ubbink) te Doesburg, gehuwd met de Zwolse ijzerfabrikant Alexander Petrus Antonius Ignatius Schaepman (1855-1898)
- Paul Roes (1887-1955), concertpianist en componist te Parijs, auteur van muziektheoretische essays
- Beatrijs Roes (1915-1998), concertpianiste te New York, gehuwd geweest met prof. dr. Bartholomeus Landheer (1904-1989), Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw
- Gerardus Wilhelmus Roes (1820-1894), steenfabrikant te Randwijk, de eerste notaris uit de familie Roes, eerst vanaf 1851 te Heteren, daarna vanaf 1865 te Arnhem, kerkmeester van de parochie H. Walburgis te Arnhem
- Mr. Stephanus Theodorus Johannes Roes (1854-1939), advocaat en notaris te Arnhem, kerkmeester van de parochie H. Martinus te Arnhem, Officier in de Orde van Oranje-Nassau
- Mr. Louis Emile Roes (1887-1963), advocaat te Rotterdam, president-commissaris van de distilleerderij Hulstkamp en Zoon & Molijn N.V. (voorheen Hulstkamp & Hoogeweegen) te Rotterdam, president-commissaris van de tricotagefabriek Reinier Muller N.V. te Groningen, Officier in de Orde van Oranje-Nassau
- Mr. Maarten Lodewijk Roes (1918-1991), advocaat te Rotterdam, raadadviseur van Staat en hoofd stafafdeling geschillen van bestuur Raad van State, Officier in de Orde van Oranje-Nassau
- Mr. Frank Willem Maarten Roes (1957), notaris te Leiden, kerkmeester van de parochie H. Willibrord te Oegstgeest, Grafridder (lid Orde van het Heilig Graf)
- Mr. Maarten Lodewijk Roes (1918-1991), advocaat te Rotterdam, raadadviseur van Staat en hoofd stafafdeling geschillen van bestuur Raad van State, Officier in de Orde van Oranje-Nassau
- Mr. Louis Emile Roes (1887-1963), advocaat te Rotterdam, president-commissaris van de distilleerderij Hulstkamp en Zoon & Molijn N.V. (voorheen Hulstkamp & Hoogeweegen) te Rotterdam, president-commissaris van de tricotagefabriek Reinier Muller N.V. te Groningen, Officier in de Orde van Oranje-Nassau
- Mr. Stephanus Theodorus Johannes Roes (1854-1939), advocaat en notaris te Arnhem, kerkmeester van de parochie H. Martinus te Arnhem, Officier in de Orde van Oranje-Nassau
- Tom Roes (1980), programmamaker en televisiepresentator, in het seizoen 2014/2015 winnaar van het KRO-NCRV-tv-programma De Slimste Mens
- Bernardus Antonius Roes (1822-1904), burgemeester en secretaris van Beuningen, daarna notaris te Winssen, in de jaren 1886-1892 de eerste genealoog van de familie Roes
- Hendrik Roes (1864-1941), pastoor van Kessel, daarna pastoor te Deurne, emancipator van de katholieke boerenbevolking in de Peel, Ridder in de Orde van Oranje-Nassau
- Mr. Jan Bernard Marie Roes (1939-2014), notaris te Beuningen, wetenschappelijk hoofdmedewerker Katholieke Universiteit Nijmegen
- Henricus Hermanus Roes (1830-1900), lederfabrikant, oprichter en directeur van H.H. Roes & Zonen's Zoolleerlooierij te Delft (vanaf 1920 N.V. Delftsche Lederfabriek), wethouder van Delft, oprichter en kapitein van het weerbaarheidskorps Frederik Hendrik
- Theodorus Stephanus Roes, lederfabrikant, directeur N.V. Delftsche Lederfabriek, voorzitter van de Federatie van Vereenigingen van Nederlandsche Lederfabrikanten en voorzitter van de Bond van Nederlandsche Lederfabrikanten, Ridder in de Orde van Oranje-Nassau
- Mgr. Theodorus Stephanus Roes (1836-1913), deken van Utrecht, huisprelaat van paus Pius X, Ridder in de Orde van de Eikenkroon
- Johannes Bernardus Roes (1818-1864), lederfabrikant, oprichter en directeur van J.B. Roes & Zonen te Wageningen (vanaf 1916 N.V. Wageningsche Lederfabriek), oprichter en vennoot der N.V. Wageningsche Gasverlichting-Maatschappij (1856), lid gemeenteraad van Wageningen
- Dr. Gerardus Franciscus Roes (1793-1854), corpsstudent te Göttingen (Corps Hannovera Göttingen) en Berlijn, lid van de Urburschenschaft te Jena, medicinae doctor (doctor in de geneeskunde) te Bonn (1821) en Leiden (1822), geneesheer te Doesburg, Arnhem en Nijmegen
- Albertus Antonius Roes (1863-1945), smid en transportwagenfabrikant, oprichter en directeur der Stoom-Transportwagenfabriek en Hoefsmederij A.A. Roes te Nijmegen
- Albertus Theodorus Wilhelmus Roes (1945), majoor b.d. Koninklijke Luchtmacht
- Prof. dr. Christian Bernardo (Kit) Roes (1961), wiskundige en biostatisticus, hoogleraar biostatistiek Julius Centrum UMC te Utrecht
- Mr. Stephanus Roes (1788-1864), juris doctor (doctor in de rechtsgeleerdheid) te Harderwijk (1810), advocaat, plaatsvervangend kantonrechter te Elst, schout (burgemeester) en secretaris van Heteren, heemraad en rentmeester te Heteren, lid Provinciale Staten van Gelderland
Literatuur
- W.P. Thijsen, Het Geslacht Roes (Rotterdam 1950)
- A.Th.M. Duffhues, Generaties en patronen. De katholieke beweging te Arnhem in de 19de en 20ste eeuw. KDC bronnen & studies 23 (Baarn 1991)
- Ton Duffhues, O. Moorman van Kappen, Jan Roes, … verleden in het Land van Maas en Waal. Bijdragen over 125 jaar notariaat Roes (Zwolle 1993)
- Nederland’s Patriciaat 92 (2013), p. 311-402 (genealogie Roes)
Bronnen, noten en/of referenties
|