Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Energietransitie in Duitsland
De energietransitie in Duitsland (Duits: Energiewende) is de overgang in Duitsland van fossiele brandstoffen naar voornamelijk duurzame energie.[1]
Politiek besluit
Het overheidsrapport Energiekonzept für eine umweltschonende, zuverlässige und bezahlbare Energieversorgung waarin de Energiewende werd geschetst kwam uit in september 2010, vijf maanden voor de ramp van Fukushima.[2]. De wetgeving kwam tot stand in 2011. Belangrijkste aspecten zijn:
- reductie van broeikasgassen: 80–95% reductie in 2050
- doelstellingen duurzame energie: aandeel van 60% in 2050 (water, zon en wind)
- energie-efficiëntie: electriciteitsefficientie meer dan 50% in 2050
- R&D
Kosten
Volgens de Duitse regering zijn er tot het midden van de eeuw investeringen nodig tot ca. € 550 miljard. Hierbij gaat het om een jaarlijkse investering tot € 15 miljard of 0,5% van het bruto nationaal product. Na dezelfde berekeningen werd besloten dat tot 2050 bijna 90% van al het bewoonde gebied op het vlak van energie verbeterd moet zijn. De kosten hiervoor tussen 2008 en 2050 worden geschat op ca. € 300 miljard.[3]
Werkgelegenheid
Het gaat bij de energietransitie niet alleen om het opwekken en opslaan van duurzame energie, maar ook om energiegebruik. Zo moeten huizen op zo'n manier verbeterd worden dat ze bijvoorbeeld meer warmte binnenhouden, zodat er op koudere dagen minder gebruik van de kachel gemaakt hoeft te worden. Het verbeteren van deze huizen draagt bij aan de werkgelegenheid. Uit de bouwsector profiteren in dit geval vooral de plaatselijke bouwbedrijven uit de middenstand. Hierdoor zijn velen ervan verzekerd dat ze hun baan kunnen behouden of een baan kunnen gaan krijgen door de extra arbeidsplaatsen die beschikbaar komen.[3]
Intertaalkoppelingen via Wikidata (via reasonator)
Bronnen, noten en/of referenties
|