Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed
Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
(7 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1:
Regel 1:
Het '''Sodalicium Classicum Noviomagense''' (ook wel '''Soda''' genoemd) is een [[studievereniging]] voor studenten [[Grieks|Griekse]] en [[Latijn|Latijnse]] Taal en Cultuur aan de [[Radboud Universiteit Nijmegen]] te [[Nijmegen]].
{{Infobox studentenvereniging
| naam=Sodalicium Classicum Noviomagense
| type=Studievereniging
| logo=
| logobreedte=175px
| plaats={{NL-vlag|Nijmegen}}
| instelling=[[Radboud Universiteit Nijmegen]]
| studierichting=[[Griekse en Latijnse taal en cultuur]]
Het '''Sodalicium Classicum Noviomagense''' ([[Latijn]] voor: ''Nijmeegs Klassiek Broederschap'') is de [[studievereniging]] van Griekse en Latijnse Taal en Cultuur aan de [[Radboud Universiteit Nijmegen]]. De naam wordt meestal afgekort tot "Sodalicium" of "Soda". De leden van de vereniging worden "Sodales" genoemd. Na de oprichting van de (toen nog) Katholieke Universiteit Nijmegen in 1923, groeide de sectie Klassieke Talen binnen de Letterenfaculteit zeer snel in het aantal studenten. Op aanraden van professor [[Ferdinand de Waele|F.J. de Waele]] in 1928 werd er door de studenten besloten om een vereniging op te richten die hun belangen zou behartigen. De vereniging werd opgericht op 26 februari [[1929]] en is daarmee de oudste studievereniging van [[Nijmegen]].
(Op onderstaande tekst rusten geen auteursrechten. De auteur van dit artikel is momenteel de voorzitter van het Soda en weet dat er vrij om mag worden gesprongen met dergelijke teksten)
==Geschiedenis==
=== Oprichting ===
Kort na zijn komst naar de Katholieke Universiteit Nijmegen in 1928 begon [[Ferdinand de Waele|F.J. de Waele]] de studenten klassieken te polsen omtrent de oprichting van een eigen [[Studievereniging|vereniging]]. Pas in februari 1929 werd een dergelijke vereniging een feit: op 26 februari 1929 werd het Sodalicium Classicum opgericht. Op 4 maart werd dit bekend gemaakt in de vergadering van [[N.S.V. Carolus Magnus|Carolus Magnus]]. In deze vergadering werden W.H.L. Verhoeven, J. Brands en Mej. N. Peeters tot eerste bestuur van het Sodalicium Classicum gekozen. In dit oprichtingsjaar telde de sectie klassieken 72 studenten en waarschijnlijk heeft vrijwel iedereen zich bij deze vereniging aangesloten.
'''De oprichting van het Soda (1923)'''
De naam "Sodalicium Classicum" (Latijn voor: ''Klassiek Broederschap'') was een idee van lector De Waele; pas later werd "[[Noviomagus Regnorum|Noviomagense]]" (Latijn voor: ''Nijmegen'') toegevoegd, eerst alleen in correspondentie en wandelgangen, pas daarna ook in de [[statuten]].
In 1923 werd de Roomsch-Katholieke Universiteit Nijmegen opgericht. Een van de secties binnen de letterenfaculteit was die van Klassieke Talen. Deze sectie groeide zeer snel. Professor dhr F.J. De Waele begon al vrij snel na zijn aanstelling in 1928 de studenten klassieken te polsen over de oprichting van een eigen vereniging. In februari 1929 was deze vereniging een feit. Het eerste archiefstuk van 26 februari meldt de oprichting van het Sodalicium Classicum (‘Noviomagense’ werd pas later aan deze naam toegevoegd):
'Ondergeteekenden hebben den Eer Uw college mededeeling te doen, dat op 26 Febr. 1929 is opgericht een Sodalicium Classicum, als klassieke sectie van de Litterarische Studentenfaculteit, onderafdeeling der R.K. Studentenvereeniging. Dit Sodalicium stelt zich ten doel:
=== Tweede Wereldoorlog ===
De oorlogsjaren brachten niet alleen beperkingen voor de opleiding maar ook voor het Sodalicium Classicum. In het jaarverslag van 1939 lezen we dat alle activiteiten na [[10 mei]] zijn opgeschort en ook de [[Dies natalis|dies]]-viering geen doorgang zou vinden. De jaren hierna hebben de besturen ook een beperkter programma verzorgd dan in vredestijd het geval zou zijn geweest. De activiteiten bestonden uit niet meer dan een paar lezingen en in 1941 een fietstocht naar [[Arnhem]]. Van deze eerste oorlogsjaren is bekend dat het groenentoneel in 1941 nog is uitgevoerd.
1. het bevorderen der wetenschappelijke ontwikkeling der classici
Het vijftiende bestuur, dat in het najaar van 1942 werd ingesteld, kon nauwelijks meer functioneren. In die periode begon de bezetter met acties aan de universiteiten. In illegale sfeer werden colleges en andere activiteiten voortgezet na het sluiten van de universiteit op 11 april 1943. Pas in oktober kon er aan een heropening van de universiteit worden gedacht. Pas na de oorlog kon het Sodalicium Classicum weer van start gaan. Op 21 september 1945 vond de eerste vergadering plaats.
2. het behartigen hunner studiebelangen
3. het bevorderen van het persoonlijk contact der classici
Dit doel tracht het te bereiken:
=== Inauguratie ===
1. voornamelijk door het houden van bijeenkomsten, waar wetenschappelijke onderwerpen zullen worden behandeld, en gelegenheid tot gedachtewisseling zal worden gegeven
Al tijdens het eerste bestuur werden nieuwe leden op ceremoniële wijze ingewijd. Dit was een sobere aangelegenheid zonder dat er sprake was van een [[Ontgroening (studenten)|ontgroening]]. Tijdens de inauguratie sprak de praeses van het Sodalicium Classicum enkele Latijnse zinnen uit waarna de eerstejaars met een driedubbele hamerslag werden ingewijd. Deze ceremonie bleef tot 1934 bestaan. Hierbij werden vaste formules gebruikt die helaas niet zijn overgeleverd.
2. door het doen houden van lezingen over klassieke onderwerpen.’
In de [[notulen]] die we vanaf mei 1935 tot onze beschikking hebben lezen we dat er wel sprake was van een "groenentoneel". Waarschijnlijk werden hierbij door de nieuwe leden ironische sketches en liedjes met klassieke titels opgevoerd. Het zingen van het Sodaliciumlied werd ook onderdeel van de inauguratie. De onbekendheid van het Sodaliciumlied bij de aspiranten heeft in 1954 tot uitstel van de inauguratie geleid.
Al meteen had het Soda een vrij groot aantal leden; in het oprichtingsjaar stonden er 72 ingeschreven. De sectie klassieken vormde dan ook een van de grootste studierichtingen op de jonge universiteit.
De inauguratie voor nieuwe leden is mettertijd uit gebruik geraakt. Nieuwe leden maken kennis met het Soda tijdens de introductie van de studie Griekse en Latijnse taal en Cultuur. In 2015 is er opnieuw een inaugurele ceremonie voor de eerstejaars studenten ingevoerd die lid worden van het Soda.
==Lijfspreuk en lied==
De [[lijfspreuk]] van het Soda is afkomstig uit het [[Grieks]] van [[Plato]]: ''"ναρθηκοφόροι μὲν πολλοί, βάκχοι δέ τε παῦροι"'' ([[Phaedo]] 69c8). Dit betekent: "Velen dragen een Bacchusstaf, er zijn echter weinig Bacchussen." [[Bacchus (mythologie)|Bacchus]] is de god van de wijn, maar was niet elke dag straal bezopen. Dat is de kern van deze uitspraak: je kunt nog zo veel attributen met je meesjouwen of rare dingen eten en drinken, maar je bent gewoon wie je bent. Dit vindt het Soda een mooi uitgangspunt.
'''De eerste jaren'''
Daarnaast heeft de vereniging ook een lied, het zogenaamde ''Ubi flavas Rhenus undas''. Dit lied wordt gezongen op vergaderingen en andere officiële gelegenheden. Het Sodaliciumlied plaatst de speurders van de archieven voor grote problemen. Er is in de vroege jaren nauwelijks iets te vinden. In het jaarverslag van het vijfde bestuur lezen we dat op 8 maart 1933 de nieuwe compositie van het Sodaliciumlied werd ingestudeerd. <br />
(1929-1945)
Van de activiteiten in de eerste jaren hebben we een vrij redelijk beeld. Direct na de oprichting werden er een toneelclub en twee vertaalclubs opgericht. Daar horen we echter later niet veel meer van. In de vergaderingen liet men een aantal leden aan het woord om een lezing te houden of om een overzicht te geven van nieuwe publicaties en tijdschriftartikelen. De gewoonte om lezingen door leden te laten verzorgen raakt echter al snel in onbruik.
{{kolommen
| Kolom1=
:''''' 'Ubi flavas Rhenus undas' '''''
<br />
:''Ubi flavas Rhenus undas''
:''mare spectans dividit,''
:''Musarum sedes iucundas''
:''docta Pallas condidit.''
:''Huc iuventus Batavorum''
:''studiosa properat,''
:''ut Graecorum et Romanorum''
:''mores artes ediscat.''
<br />
:Refrein:
:''Pis fhefhaked eisei tribarakiuf? (bis)''
<br />
:''Sed non seria tractamus,''
:''sola: sumus iuvenes!''
:''Patrium potum probamus''
:''et cantamus alacres.''
:''Vinum quod pellit maerorem,''
:''generosum bibimus.''
:''Pila quaerimus sudorem''
:''nec choreas spernimus.''
<br />
:Refrein
<br />
:''Alma mater Carolina,''
:''vivas, crescas, floreas,''
:''pietate et doctrina''
:''alumnorum gaudeas.''
:''Lux clarorum magistrorum''
:''orbi toti fulgeat''
:''et serpentium errorum''
:''monstra victrix deleat.''
<br />
:Refrein
| Kolom2=
:''' 'Waar de Rijn zijn blonde stromen' '''
<br />
:Waar de Rijn zijn blonde stromen
:splitst, terwijl hij de zee ziet,
:heeft de geleerde Pallas
:de aangename residentie van de Muzen gesticht.
:Hierheen haast de leergierige
:jeugd van de Bataven zich,
:om de gewoonten, de kunsten
:van de Grieken en Romeinen grondig te leren kennen.
<br />
:Refrein:
:Wie heeft dit ?huis? gebouwd? (2x)
<br />
:Maar wij behandelen niet alleen
:ernstige zaken: wij zijn jongeren!
:Wij beoordelen de drank van de voorvaderen
:en wij zingen vrolijk.
:De edele wijn, die de somberheid
:verdrijft, drinken wij.
:Met de speelbal zoeken wij zweet op
:en wij verachten koordansen niet.
<br />
:Refrein
<br />
:Moge jij, Alma Mater Carolina,
:leven, groeien, bloeien,
:je verheugen in het plichtsgevoel
:en de geleerdheid van de leerlingen.
:Moge het licht van de roemvolle docenten
:schitteren over de hele wereld
:en als winnaar de verschrikkingen
:van de om zich heen grijpende fouten verdelgen.
<br />
:Refrein
}}
In 1931 werd er voor het eerst een grote excursie georganiseerd en wel naar Trier. Voor ongeveer 25 gulden kon een lid drie dagen naar Trier onder de leiding van prof. De Waele en het bestuur. Ook in de daaropvolgende jaren vonden excursies plaats, bijvoorbeeld naar Bonn, Keulen en Leiden.
== Bestuur ==
[[Bestand:88e Bestuur Sodalicium Classicum Noviomagense.jpg|thumb|300x300px|Het achtentachtigste bestuur van het Sodalicium Classcium Noviomagense.]]
Het Sodalicium Classicum wordt in beginsel bestuurd door een dagelijks bestuur. Dit bestuur fungeert als sieraad en motorolie van de vereniging. Het bestuur bestaat op z’n minst uit drie (een praeses, abactis en quaestor) en maximaal uit zes (een praeses, vice-praeses, abactis, quaestor, abactis II en algemeen bestuurslid) bestuursleden.
Ook hield het Soda zich bezig met het studieprogramma. Het bestuur ging bijvoorbeeld tot actie over toen er problemen rezen bij het voorstellen van een nieuwe examenregeling. In samenwerking met de hoogleraren konden ze het besluit ten gunste van de classici wijzigen.
Het achtentachtigste bestuur (verenigingsjaar 2016-2017), het bestuur De Graaf, bestaat uit:
:Ruben de Graaf (''[[Voorzitter|Praeses]]'')
:Corel van den Brink (''[[Vicevoorzitter|Vice-praeses]]'')
Er ontstonden weer nieuwe vertaalclubs en toneelgroepen. Zo stelde prof. Schrijnen in 1936 voor een vertaalclub Nederlans-Latijn op te richten, omdat hij vond dat de studenten niet meer over voldoende taalvaardigheid beschikten. En in 1938 werd ter gelegenheid van het eerste lustrum de wolken van Aristophanes opgevoerd en een jaar later volgde de Agnoia van Diphilos. Deze laatste voorstelling moest echter wel een maand uitgesteld worden wegens het overlijden van paus Pius XI.
== Commissies ==
Het Soda kent een tiental [[Commissie|commissies]] dat samen met het bestuur de organisatie van de vereniging vormt. Alleen leden van het Soda kunnen lid worden van één of meerdere commissies. Leden van de commissies worden ook wel "actieve leden" genoemd.
In het bestuursjaar 1939-1940 waren de gevolgen van de naderende oorlog duidelijk te merken. Door de mobilisatie waren veel mannelijke studenten en docenten van de collegebanken verdwenen. Alle activiteiten werden daarom opgeschort. Tijdens de oorlogsjaren organiseerde het Soda maar beperkt activiteiten. In 1941 was er nog wel een fietstocht naar Arnhem ter gelegenheid van de Dies, maar verder vonden er slechts een paar lezingen plaats.
Voor de leden van het Soda verzorgt de Activiteitencommissie (AcCo) allerhande formele en informele activiteiten.
Het bestuur droeg in 1930 voor het eerst de bekende sigilla: een uil, bevestigd aan een lint met de kleuren van Nijmegen. Deze lintjes zijn nu nog steeds in gebruik. Het Soda-lied werd voor het eerst gezongen op 17 mei 1933 ter gelegenheid van de vierde dies.
*De Commissie Externe Betrekken (CEB) brengt scholenprojecten tot stand en verbetert bestaande projecten om scholieren op een creatieve manier te leren en enthousiast te maken over de Klassieke Oudheid.
*De Kascommissie (KasCo) dient om de afrekening, de bankrekening en de kas met contant geld te controleren.
*Eens in de vijf jaar wordt de Lustrumcommissie (LustCo) ingesteld om het [[Lustrum]] goed te laten verlopen.
*Het studieblad van de vereniging, de Ob Sodam Iter (OSI) en de [[nieuwsbrief]], Qui Quae Quod (QQQ), worden verzorgt door de Publicatiecommissie (PubCo).
*De Reiscommissie (ReisCo) regelt alles rondom de Sodareis, variërend van een "grote reis" van rond de zeven tot een "kleine reis" van drie tot vier dagen.
*De Textielcommissie (TexCo) strijkt de originele, oude Sodavlag ten aanvang van Algemene Ledenvergaderingen en de hemden van de mannelijke bestuursleden.
*Verschillende toneel gerelateerde zaken worden door de Toneelcommissie (ToCo) georganiseerd.
*De Websitecommissie (WebCo) houdt zich bezig met de invulling van de website en het up-to-date houden van de website.
*Het Sodaweekend wordt georganiseerd door de Weekendcommissie (WeekCo).
== Moira ==
Moira is het theatergezelschap dat ondergebracht is bij de Toneelcommissie van het Sodalicium Classicum Noviomagense.
Classici komen dikwijls in aanraking met het klassieke toneelrepertoire. Bij theatergroep Moira krijgen studenten ieder jaar de kans om klassieke stukken op de planken te brengen.
'''De eerste jaren na de oorlog'''
In 2009 werd Moira heropgericht. In juni 2010 voerde het nieuwe Moira haar eerste toneelstuk op: [[Sophocles (tragicus)|Sophokles’]] ''[[Antigone (Sophocles)|Antigone]]''. In 2011 speelde Moira de ''[[Heroïdes (Ovidius)|Heroïdes]]'', gebaseerd op de heldinnenbrieven van dichter [[Ovidius]]. Poëzie en muziek waren een leidraad in dit stuk.
(1945-1960)
Pas na de oorlog kon het Soda weer van start gaan. De eerste grote klus was het organiseren van een Klassieke Studieconferentie in augustus 1947. Hiervoor werd een speciale commissie ingesteld. Ongeveer 100 mensen uit het hele land kwamen bijeen om aan de conferentie die als thema had Christendom en Oudheid, deel te nemen. Voor het eerst sinds jaren werd er in mei 1948 ook weer een dies-viering georganiseerd. Na een mis ging men samen ontbijten en ‘s avonds was er nog een feestdienst en een toneelstuk Hannibal.
Na twee ernstige stukken werd het in december 2013 tijd voor een [[komedie]], een bewerking van [[Aristophanes (blijspeldichter)|Aristophanes’]] ''[[Ploutos (Aristophanes)|Ploutos]]''. In hetzelfde collegejaar (2013-2014) werd [[Shakespeare|Shakespeare’s]] ''[[Antonius en Cleopatra|Antonius & Cleopatra]]'' opgevoerd. In mei 2014 speelde Moira ''Antonius & Cleopatra'', waarin de strijd tussen [[Marcus Antonius]] en [[Imperator Caesar Augustus|Octavianus]] en het liefdesdrama van [[Cleopatra VII|Cleopatra]] ten tonele werd gebracht.
In 1950 gingen de sodales voor het eerst op de sportieve toer. Er werden verschillende voetbalwedstrijden tegen andere studierichtingen georganiseerd met telkens glanzende overwinningen voor de classici. Ook de reizen naar het buitenland werden weer in ere hersteld. Zo werden bijvoorbeeld Brussel, Leuven, Trier, Gent, Brugge en Parijs bezocht.
Het jaar 2014-2015 was het eerste lustrumjaar voor Moira na de heroprichting. Moira zou ''OE-ID-PUS'' gaan spelen. Een mix van Sophokles’ ''[[Koning Oedipus|Oidipous Tyrannos]]'', ''[[Antigone (Sophocles)|Antigone]]'' en ''[[Oedipus te Colonus|Oidipous in Kolonos]]''.
Ter ere van het vijfde lustrum in 1954 werd door een aantal sodales de Antigone van Sophocles opgevoerd in het Grieks! De koorliederen werden overigens wel opgevoerd in vertaling. Dit stuk werd niet alleen gespeeld in de Vereeniging in Nijmegen, maar ook in de stadsschouwburg in Arnhem en in het Kurhaus in Scheveningen. Reeds vanaf haar ontstaan was het de traditie dat de eerstejaars geïnaugureerd werden. Voorwaarde voor deze inauguratie was de opvoering van een toneelstuk. Zo gebeurde het ook in 1954, maar het spel werd maar matig gewaardeerd. Daarom besloot de praeses over te gaan tot de tweede inauguratie-eis: het zingen van het Soda-lied. Ook dit bleken de aspirant-leden niet te kunnen. De inauguratie werd uitgesteld. De eerstejaars moesten eerst een nieuw toneelstuk opvoeren dat minstens 20 minuten zou duren en daarnaast het 1e en het 3e couplet van het Soda-lied goed reproduceren. Nadat dit gebeurd was, konden ze alsnog geïnaugureerd worden.
== Externe links ==
* [http://www.sodalicium.nl/ Website van het Sodalicium Classicum Noviomagense]
In de daaropvolgende jaren werden er volop reizen naar het buitenland georganiseerd. Ook waren er uitwisselingen bijvoorbeeld met SCALIGAR, een zustervereniging uit Amsterdam en KLIO uit Leuven. Een bezoek aan deze laatste vereniging in 1956 kreeg nog een staartje. Er verdwenen namelijk twee suikerpotten uit het hotel waar de Nijmeegse classici verbleven. KLIO en ook een Leuvense professor stuurden felle brieven naar het Soda. Er werd een onderzoek ingesteld, maar de suikerpotten kwamen niet boven tafel. Uiteindelijk werden de kosten door beide verenigingen gedeeld.
* [http://www.sodalicium.nl/toneel/ Website van Moira]
* [http://www.ru.nl/gltc/ Website van Griekse en Latijnse taal en cultuur]
Ook op muzikaal gebied vonden er activiteiten plaats. Zo werden in 1958 de Carmina Burana gedraaid tijdens de vergadering en later ook de Carmina Catulli. Tevens vond er een kamermuziek-concert plaats door enkele sodales.
In 1959 werd er voor het eerst een galabal georganiseerd. De avond op zich verliep zeer geslaagd, maar de afloop was toch iets minder leuk. De bus, waarin de sodales terug naar Nijmegen gingen, liep namelijk vast en dreigde te kantelen in een ravijn. Tevergeefs werd er aan de bus gesjord en uiteindelijk gingen enkelen te voet terug naar Nijmegen. Vier personen vonden onderdak bij de familie Verdenius en de rest ging met de taxi terug.
'''Hoe het verder ging…'''
(1960-1985)
De Sodales bleven in de komende jaren op vele gebieden actief: zo werden er een 1960 een ontbijt- en feestcommissie voor de dies en een reiscommissie ingesteld. Er werd daarnaast gewerkt aan een toneel-, sport- en interacademiale commissie. Ook deden ze mee aan een universitaire sportdag in 1961, waarbij het Soda-voetbalteam de eerste prijs behaalde en een paar maanden later werden ze bij dezelfde sportdag in de halve finales via penalty’s uitgeschakeld. Vele excursies werden weer ondernomen, bijvoorbeeld naar Keulen en naar een toneelopvoering in Tilburg.
In mei 1962 startte de actie 'de heilige daad'. Doel van deze actie was geld in te zamelen voor de financiering van de inventaris van de Nijmeegse Studenten Parochiekerk. Alle studenten, dus ook de Sodales, werden geacht 25 gulden op te brengen.
Van 21 oktober 1962 dateert een brief van Anne-Marijke Janssen, die hierin haar lidmaatschap opzegt. Volgens haar heeft in de laatste vergadering een van de meisjes de vergadering erop gewezen dat het onverantwoordelijk was dat de meisjes ‘s avonds laat alleen naar huis moesten. Toch gebeurde dat ook die avond weer. Ze vond het ‘een grote blijk van onhoffelijkheid’ en ze wenste niet langer lid te zijn van het Sodalicium Classicum.
In 1965 nam er voor het eerst geen geestelijke plaats achter de bestuurstafel. Ook werd er dit jaar voor het eerst een liederenavond georganiseerd. In hetzelfde jaar verschenen echter ook de eerste ‘wolken aan de Soda-hemel’. Na een motie van een van de leden tijdens de vergadering moest de abactis zijn plaats verlaten achter de bestuurstafel omdat hij geen Soda-lint droeg. Ook was er onenigheid over de convocaten van de vergadering. De geestelijken op hun beurt stoorden zich aan het ontbreken van een christelijke groet. Na het weggaan en de hernieuwde binnenkomst van een aantal leden, kon de vergadering uiteindelijk doorgaan.
Het bestuur Van Hooff hield zich in 1965/1966 nadrukkelijk met de studie bezig. De praeses richtte de zogenaamde
‘klassieke braintrust’ op. Hierbinnen werden werkgroepen geformeerd. Van de drie werkgroepen hield een zich bezig met de kansen van classici buiten het onderwijs, een tweede met de Mammoetwet (een wet over het voortgezet onderwijs van de toenmalige minister Cals) en de laatste met de Sovjet Unie. Men kwam te weten dat er vanaf 1952 82 mannelijke classici niet in het onderwijs waren gegaan en dat er in het onderwijs de komende 10 jaar nog 210 plaatsen vrij zouden komen. Men excerpeerde de mammoetwet en formuleerde daarover een aantal vragen. Tenslotte werden universiteiten aangeschreven in de SU. (Interessant was volgens Van Hooff de vraag, of het doen van klassieken in een sociale maatschappij gerechtvaardigd was.
Met deze lokale activiteiten als achtergrond kwam vanuit Nijmegen ook het initiatief tot het oprichten van een landelijke Klassieke Interacademiale, met als doel contact op geïnstitutionaliseerde basis. Een opmerkelijke activiteit binnen het Soda zelf uit hetzelfde jaar was een Latijnse scrabble-avond.
In 1967 besloot het Sodalicium de contacten met andere zusterverenigingen weer eens aan te halen. Na veel overleg met Pnyx, Aristarchos en Scaliger werd er in 1968 een weekend georganiseerd met als thema ‘het contact tussen Perzië en de Klassieke Wereld’. Voor een bedrag van fl. 15,- konden de leden van de verschillende verenigingen aan het weekend deelnemen.
Het bestuur van het jaar 1969/1970 vond de toekomst van de classici erg belangrijk. In februari werd er dan ook door het Sodalicium onder alle directeuren en rectoren van VWO-scholen een enquête gehouden over de classici en over het Grieks en Latijn aan deze scholen. De praeses besprak vervolgens de naar zijn mening onheilspellende uitslag in zijn diesrede.
Op sportief gebied werd er voor de dies een zogeheten ‘sodale wedkamp’ gehouden (volleybal en tafeltennis). Voor de avond zelf had het bestuur tevens een bijzondere verrassing in petto: men zou gaan klootschieten!
In 1971 kwam het Sodalicium voor het eerst in de problemen door een tekort aan leden en een niet bijster goede financiële situatie. Op de vergadering hield de praeses dan ook een krachtige rede, waarin hij betoogde dat het al dan niet floreren van het Soda in eerste instantie afhing van de mensen die kwamen naar een vergadering en naar de georganiseerde activiteiten. Het Sodalicium is er voor de leden! Vervolgens werden er verschillende brieven gestuurd naar oud-leden om geld bij hen los te peuteren om te financiële situatie op te lossen.
Het lukte dit bestuur om het Soda weer uit het slop te trekken. Dit was echter niet voor lang, want in 1974 ging het weer bijna fout. Het bestuur uit dit jaar organiseerde praktisch geen activiteiten en er werd slechts één vergadering gehouden. Het volgende bestuur slaagde er echter weer in het Sodalicium over deze crisis heen te helpen.
In 1977 werd de Soda-stempel vervaardigd. Het ontwerp hiervan was een uil. In datzelfde jaar werd ook het bestuursjaar veranderd: dat zou voortaan lopen van 1 juni tot en met 31 mei. Een ander belangrijk feit was de oprichting van een eigen Soda-blad. Er werd een prijsvraag uitgeschreven voor het bedenken van een passende titel. Winnaar werd de heer Verdenius met zijn suggestie: OB SODAM ITER
Op 1 juni 1978 werd er voor het eerst een vrouwelijke praeses geïnstalleerd. Zelfs de officiële overdrachtsformules voorzagen niet in deze mogelijkheid, maar omdat deze al jaren niet meer in gebruik waren geweest, werd dit niet als een bezwaar gevoeld.
Het bestuur van 1979 wilde het karakter van het Sodalicium ingrijpend veranderen. Vooral de manier waarop de vergaderingen werden gehouden was dit bestuur een doorn in het oog: er werd te lang gepraat over onbelangrijke zaken. Bovendien was de wijze van discussiëren te formeel en te retorisch. Dit plan stuitte echter op de nodige bezwaren van de leden met een retorische voorliefde. Ook had het bestuur moeite met het uiterlijke decorum en zag er daarom vanaf om tijdens de Soda-activiteiten het bestuurslint te dragen. Een andere activiteit van dit bestuur was het grondig herzien, vervangen en toevoegen van artikelen van Statuten en Huishoudelijk Reglement.
In het jaar 1982 werd er een opmerkelijke, nieuwe sportactiviteit georganiseerd: de ‘classicross’. Het ging hier om een hardloopwedstrijd over een afstand van 5 kilometer in de bossen. De prijzen (vooral eetbare dingen zoals een appeltaart en een cake) werden door de deelnemers zelf ter beschikking gesteld.
In november 1983 vond er een inventarisatie plaats van de bezittingen van het Soda. De daarbij opgestelde lijst meldt dat de vereniging in het bezit is van enkele curiosa zoals een “Prismaboek’ Balsporten” en niet nader verklaarde “Blauwe repen”. Verder doken er nog een pruik op en twee elpees, een van de Kreuners (een geschenk van de Leuvenaren bij hun bezoek aan Nijmegen twee jaar eerder) en een andere van Jackson Browne met een kras erop.
'''De teruggang'''
(1986-2001)
De afgelopen jaren vonden er al heel wat uitwisselingen plaats met klassieke studieverenigingen uit andere steden (o.a. Leuven, Groningen en Utrecht), maar in 1986 werkte het Soda voor het eerst samen met andere studieverenigingen uit Nijmegen. Samen met O.S.K. (kunstgeschiedenis), G.S.V. (geschiedenis) en S.V.P. (politicologie) werd een bootfeest georganiseerd op de Waal.
Het ledenaantal begon een terug te lopen. Ondanks maatregelen van het Sodabestuur in 1986 (‘ieder vijftigste lid krijgt zijn geld terug’) kon niet verhinderd worden dat het ledenaantal terugliep van 52 (‘84-’85) tot 38 (‘85-’86). In november 1986 werd er een stijldansavond georganiseerd. Ondanks de wervelende poster, viel de opkomst toch tegen, omdat de activiteit samenviel met de uitzending van een voetbalinterland op de televisie.
Een opmerkelijke commissie uit het bestuursjaar ‘87-’88 was de ‘smeercommissie’. Deze commissie moest ervoor zorgen dat de Sodakast niet meer piepte, als hij werd geopend. De enige persoon die in de commissie zat, moest echter al snel ter verantwoording geroepen worden omdat ze haar taak niet goed volbracht.
Bij het organiseren van de activiteiten werd grote vindingrijkheid getoond: zo werd er in 1988 een herdenking van de moord op Caesar georganiseerd. Op de Iden van maart stonden de Sodales stil bij deze brute daad door middel van een competitie dartsgooien op het portret van de beroemde veldheer.
In de jaren die volgen, blijft er grote bezorgdheid over het ledenaantal. In januari 1991 word er een enquête gehouden onder de studenten Klassieken, zowel leden als niet-leden als reünisten. Er werden onder andere vragen gesteld over de tevredenheid van de leden over het Soda en hun mening over de activiteiten. De niet-leden werd gevraagd waarom ze geen lid (meer) waren en of ze als niet-lid toch nog wel eens Soda-activiteiten bezochten. Of het bestuur van het Sodalicium meteen iets gedaan met de uitslagen, is niet bekend.
In 1994 zag een speciaal Soda-T-shirt het licht. De voordelen van een dergelijk kledingstuk waren al eerder bedacht: eindelijk zou het Soda zich bij excursies, sportwedstrijden, introductie, enz… als herkenbare eenheid kunnen presenteren. Gezien de moeilijke tijd waarin het Soda verkeerde, was zo’n eenheid-bevorderende maatregel een uiterst tactische zet. De Soda-T-shirts vonden dan ook gretig aftrek onder de leden. In hetzelfde jaar kwam er ook een nieuwe versie van het Soda-lied. De fraaie Latijnse tekst bleef ongewijzigd, maar de muziek werd veranderd. Ook beschikte het Soda voor het eerst over een eigen kamer in het Erasmusgebouw. De kamer moest wel gedeeld worden met andere studievereningen. Overigens is het Soda niet lang in het bezit van deze kamer gebleven.
De OSI vierde in 1997 haar 20e jaargang. De redactie spande zich enorm in voor een superdik jubileumnummer. Docenten en leden werden aangespoord om voor deze speciale editie wat te schrijven. Voor de jubileumprijsvraag wist de redactie sponsors te vinden in enkele antiquariaten. Maar helaas reageerde er niemand op de prijsvraag, zodat de prijzen voor de redactie zelf waren. Tot slot werden er naast de vele schrijfsels van studenten en docenten in deze OSI ook een aantal fragmenten uit oude OSI’s opgenomen. In 1997 vond tevens een uitgebreide restauratie plaats van de Soda-vlag en de lintjes. Ook werd er een zoektocht gestart naar 2 verdwenen lintjes en de verdwenen Soda-kastsleutels. De sleutels zijn inmiddels allemaal weer in gebruik, maar van de lintjes ontbreekt nog steeds ieder spoor.
Na een enorme opbloei van het Soda in het lustrumjaar 1998-1999, stortte het toch weer in. Het bestuur van 2000-2001 heeft er dan ook alles aan gedaan om de belangstelling van de leden te blijven trekken. Het Soda is er immers voor de leden. Het bestuur vond dat er weer meer nadruk moest komen liggen op activiteiten die met klassieken te maken hadden, omdat die eigenlijk praktisch niet meer georganiseerd werden. De vereniging moest wel iets kunnen toevoegen aan de studie. De activiteitencommissie werd daarom opgesplitst in twee delen: een voor de gezelligheidsactiviteiten en een voor de met de studie verbonden activiteiten. Ook werd de opzet van de OSI veranderd. Besloten werd tot de uitgave van een tweejaarlijks themanummer en verder tot een informatiebrief om de twee maanden, waarvoor de medewerking van de faculteit werd gevraagd. De komende jaren zal moeten blijken of deze veranderingen aan zullen slaan en het Soda kan blijven bestaan!
'''De laatste jaren'''
(2001-2004)
Aan het eind van het bestuursjaar 2000-2001 ging het bijna fout met het Sodalicium. Alle leden kregen tegen het einde van dat jaar een brief in de bus, waarin stond dat er geen bestuurskandidaten waren voor het volgende jaar en het Soda zou ophouden te bestaan als niemand zich kandidaat zou stellen. Deze oproep miste zijn effect niet en er kwam een vierkoppig bestuur, de praeses was Leontine Aul. Er werden wat vernieuwingen ingevoerd; er werd een websitecommissie in het leven geroepen (ook het oude Soda moet immers met de tijd meegaan) en sinds lange tijd zaten drie van de vier bestuursleden in één van de commissies. De nadruk kwam dus wat meer te liggen op het onderlinge contact, zodat alle zaken binnen het Soda vlekkeloos zouden verlopen. De Ob Sodam Iter ging dit jaar al 25 jaargangen mee, wat natuurlijk gevierd moest worden met een jubileumnummer! Het thema was, heel toepasselijk, ‘Feest’; deze OSI telde meer dan 100 bladzijden. De activiteitencommissie was zeer actief en deed daarmee haar naam eer aan. Naast de gebruikelijke activiteiten (een Sinterklaasavond, een gala, een muziekavond en een eindfeest) bracht het Soda-uitje ons naar Trier! Er was gedurende het hele jaar veel belangstelling onder de leden. Het ledenaantal was 47.
In 2002-2003 bestond het bestuur volledig uit derdejaars studenten, de praeses was Marieke Remmers. In dit jaar liep het ledenaantal terug naar 39. Wel waren dit actieve en enthousiaste leden! Ook dit jaar organiseerde de activiteitencommissie weer een flink aantal leuke bezigheden, waaronder een heus symposium (in samenwerking met de opleiding) en een uitje naar Amsterdam. Met de OSI en de QQQ ging het heel goed, en ook deze website kwam tot bloei. Het bestuur organiseerde samen met Trees Hesen een boekverkoop, een groot succes, dat het jaar erop herhaald werd. In het vorig bestuursjaar was het contact met zustervereniging M.F. uit Leiden herwonnen, en dit jaar wilden we dit contact graag houden en ook uitbreiden. Er werd een interklassieke borrel georganiseerd, waar ook de Sodales goed vertegenwoordigd waren. In juni van 2004 resulteerde de contacten in een Interklassiek Voetbaltoernooi; de deelnemers waren Laverna en Koinon uit Amsterdam, Boreas uit Groningen, M.F. uit Leiden en natuurlijk het Sodalicium Classicum Noviomagense!
Het bestuur van 2003-2004 ging een feestelijk jaar tegemoet: de 75e verjaardag van het Soda! 75 jaar is een bijzondere leeftijd, en deze heuglijke gebeurtenis vroeg om bijpassende activiteiten. De lustrumcommissie ging daarom meteen aan het begin van het collegejaar aan de slag met voorbereidingen voor een feestweek én voor een reünie.
De lustrumweek begon op maandag 16 februari actief met een sportmiddag in het gloednieuwe Gymnasion. In het Sodalied staat natuurlijk niet voor niets pila quaerimus sudorem! Er werd gevoetbald en gevolleybald. Dinsdagavond was er eerst een diner in het Gallisch Eetcafé, waarna de gezelligheid werd voortgezet in café de Fiets. Daar werd een grote quiz gehouden met écht niet alleen klassieke vragen. Op woensdag kwam de heer Hein van Dolen voor ons uit Amsterdam om te spreken over Betaalde liefde in de Oudheid. Een zeer leuke en goedbezochte lezing, georganiseerd in samenwerking met het Nederlands Klassiek Verbond, afdeling Nijmegen. Donderdagavond bezocht een groot aantal Sodales de toneelvoorstelling Binnen de Muren van theatergroep Moira, waar verschillende Nijmeegse classici deel van uitmaken. De week werd afgesloten met een gezellig feest op de vrijdagavond in Diogenes.
De opleiding gaf het Soda een wel heel bijzonder cadeau: ergens in de afgelopen 25 jaar is namelijk één van de vier ambtsketens van het Sodalicium kwijtgeraakt. Op een foto uit 1979, genomen tijdens een festiviteit rondom het 50-jarig bestaan, zijn er nog vier lintjes te bemerken. Wanneer het vierde lintje is kwijtgeraakt, weet niemand, maar de heren van der Poel en Lardinois vonden dat het zo niet langer kon: zij gaven het Soda, namens de opleiding, een nieuwe ambtsketen cadeau.
De laatste activiteit die in naam van het lustrum werd gehouden was de reünie van Nijmeegse classici op 15 mei 2004. Zo ongeveer 70 classici, waaronder veel oud-Sodales, brachten deze dag door in Hotel Belvoir in Nijmegen. Gedurende de dag werden zij vermaakt met verschillende activiteiten; een lezing over ‘Drie generaties Soda’ (gehouden door de heer Jozef Crousen, prof. Marc van der Poel en praeses Marieke Remmers), een vertaalworkshop, een rondleiding door het Valkhof of het Museum Kam, en een discussie over de spektakelfilm. Het was een zeer geslaagde dag, waarop met veel plezier teruggekeken kan worden. Hoewel dit jaar in het teken stond van het 75-jarig bestaan, konden de 50 leden natuurlijk ook rekenen op twee OSI’s, verschillende QQQ’s, een actuele website en verschillende door de activiteitencommissie georganiseerde uitjes en feesten.
In 2004-2005 bereikte het Soda eindelijk weer de grens van de 50 leden en overschreed deze zelfs, mede dankzij een zeer actief eerste jaar. Naast activiteiten als feesten, een bowlingavond, een excursie naar het RMO te Leiden en een lezingenmiddag in samenwerking met de opleiding GLTC werd de allereerste Soda-indago georganiseerd. Daarnaast had het Soda dit jaar voor het eerst weer een maandelijkse borrel. De website was altijd up-to-date en de OSI’s en QQQ’s goed gevuld. Alhoewel we een schandalig laatste plaats bereikten bij het Interklassiek Voetbaltoernooi, hebben we als troostprijs toch de mogelijkheid kregen dat wij deze festiviteit in 2005-2006 mogen organiseren. Café De Fiets, waar de maandelijkse borrel wordt gehouden, is sinds dit jaar ook sponsor van het Soda. De terugloop in animo voor het bestuur was dit jaar ver te zoeken, want er waren zelfs twee volledige kandidaatsbesturen voor het verenigingsjaar 2005-2006! Door dit enorm goede jaar heeft het Soda het geregeld dat het volgende bestuur zijn werk nog beter kan doen, doordat de besturen vanaf 2005-2006 bestuurscompensatie krijgen van de universiteit.
De veranderingen die binnen het Soda hebben plaatsgevonden hebben hun vruchten zeker afgeworpen. De afgelopen jaren was het Soda een bron van plezier voor studenten én docenten. Wel is het zo dat het enthousiasme en de inzet van de leden nogal fluctueren; het verschilt per jaar. De vereniging staat of valt natuurlijk met de leden. Op het moment gaat het goed met het Soda, hopelijk blijft dat nog vele jaren zo. Op naar de 100 jaar!
==Externe link==
*[http://www.ru.nl/soda www.ru.nl/soda]
{{Wikidata|}}
{{DEFAULTSORT:Sodalicium Classicum Noviomagense}}
[[Categorie:Studievereniging]]
[[Categorie:Studievereniging]]
[[Categorie:Nijmegen]]
[[Categorie:Studievereniging aan de Radboud Universiteit Nijmegen]]
Het Sodalicium Classicum Noviomagense (Latijn voor: Nijmeegs Klassiek Broederschap) is de studievereniging van Griekse en Latijnse Taal en Cultuur aan de Radboud Universiteit Nijmegen. De naam wordt meestal afgekort tot "Sodalicium" of "Soda". De leden van de vereniging worden "Sodales" genoemd. Na de oprichting van de (toen nog) Katholieke Universiteit Nijmegen in 1923, groeide de sectie Klassieke Talen binnen de Letterenfaculteit zeer snel in het aantal studenten. Op aanraden van professor F.J. de Waele in 1928 werd er door de studenten besloten om een vereniging op te richten die hun belangen zou behartigen. De vereniging werd opgericht op 26 februari 1929 en is daarmee de oudste studievereniging van Nijmegen.
Kort na zijn komst naar de Katholieke Universiteit Nijmegen in 1928 begon F.J. de Waele de studenten klassieken te polsen omtrent de oprichting van een eigen vereniging. Pas in februari 1929 werd een dergelijke vereniging een feit: op 26 februari 1929 werd het Sodalicium Classicum opgericht. Op 4 maart werd dit bekend gemaakt in de vergadering van Carolus Magnus. In deze vergadering werden W.H.L. Verhoeven, J. Brands en Mej. N. Peeters tot eerste bestuur van het Sodalicium Classicum gekozen. In dit oprichtingsjaar telde de sectie klassieken 72 studenten en waarschijnlijk heeft vrijwel iedereen zich bij deze vereniging aangesloten.
De naam "Sodalicium Classicum" (Latijn voor: Klassiek Broederschap) was een idee van lector De Waele; pas later werd "Noviomagense" (Latijn voor: Nijmegen) toegevoegd, eerst alleen in correspondentie en wandelgangen, pas daarna ook in de statuten.
Tweede Wereldoorlog
De oorlogsjaren brachten niet alleen beperkingen voor de opleiding maar ook voor het Sodalicium Classicum. In het jaarverslag van 1939 lezen we dat alle activiteiten na 10 mei zijn opgeschort en ook de dies-viering geen doorgang zou vinden. De jaren hierna hebben de besturen ook een beperkter programma verzorgd dan in vredestijd het geval zou zijn geweest. De activiteiten bestonden uit niet meer dan een paar lezingen en in 1941 een fietstocht naar Arnhem. Van deze eerste oorlogsjaren is bekend dat het groenentoneel in 1941 nog is uitgevoerd.
Het vijftiende bestuur, dat in het najaar van 1942 werd ingesteld, kon nauwelijks meer functioneren. In die periode begon de bezetter met acties aan de universiteiten. In illegale sfeer werden colleges en andere activiteiten voortgezet na het sluiten van de universiteit op 11 april 1943. Pas in oktober kon er aan een heropening van de universiteit worden gedacht. Pas na de oorlog kon het Sodalicium Classicum weer van start gaan. Op 21 september 1945 vond de eerste vergadering plaats.
Inauguratie
Al tijdens het eerste bestuur werden nieuwe leden op ceremoniële wijze ingewijd. Dit was een sobere aangelegenheid zonder dat er sprake was van een ontgroening. Tijdens de inauguratie sprak de praeses van het Sodalicium Classicum enkele Latijnse zinnen uit waarna de eerstejaars met een driedubbele hamerslag werden ingewijd. Deze ceremonie bleef tot 1934 bestaan. Hierbij werden vaste formules gebruikt die helaas niet zijn overgeleverd.
In de notulen die we vanaf mei 1935 tot onze beschikking hebben lezen we dat er wel sprake was van een "groenentoneel". Waarschijnlijk werden hierbij door de nieuwe leden ironische sketches en liedjes met klassieke titels opgevoerd. Het zingen van het Sodaliciumlied werd ook onderdeel van de inauguratie. De onbekendheid van het Sodaliciumlied bij de aspiranten heeft in 1954 tot uitstel van de inauguratie geleid.
De inauguratie voor nieuwe leden is mettertijd uit gebruik geraakt. Nieuwe leden maken kennis met het Soda tijdens de introductie van de studie Griekse en Latijnse taal en Cultuur. In 2015 is er opnieuw een inaugurele ceremonie voor de eerstejaars studenten ingevoerd die lid worden van het Soda.
Lijfspreuk en lied
De lijfspreuk van het Soda is afkomstig uit het Grieks van Plato: "ναρθηκοφόροι μὲν πολλοί, βάκχοι δέ τε παῦροι" (Phaedo 69c8). Dit betekent: "Velen dragen een Bacchusstaf, er zijn echter weinig Bacchussen." Bacchus is de god van de wijn, maar was niet elke dag straal bezopen. Dat is de kern van deze uitspraak: je kunt nog zo veel attributen met je meesjouwen of rare dingen eten en drinken, maar je bent gewoon wie je bent. Dit vindt het Soda een mooi uitgangspunt.
Daarnaast heeft de vereniging ook een lied, het zogenaamde Ubi flavas Rhenus undas. Dit lied wordt gezongen op vergaderingen en andere officiële gelegenheden. Het Sodaliciumlied plaatst de speurders van de archieven voor grote problemen. Er is in de vroege jaren nauwelijks iets te vinden. In het jaarverslag van het vijfde bestuur lezen we dat op 8 maart 1933 de nieuwe compositie van het Sodaliciumlied werd ingestudeerd.
'Ubi flavas Rhenus undas'
Ubi flavas Rhenus undas
mare spectans dividit,
Musarum sedes iucundas
docta Pallas condidit.
Huc iuventus Batavorum
studiosa properat,
ut Graecorum et Romanorum
mores artes ediscat.
Refrein:
Pis fhefhaked eisei tribarakiuf? (bis)
Sed non seria tractamus,
sola: sumus iuvenes!
Patrium potum probamus
et cantamus alacres.
Vinum quod pellit maerorem,
generosum bibimus.
Pila quaerimus sudorem
nec choreas spernimus.
Refrein
Alma mater Carolina,
vivas, crescas, floreas,
pietate et doctrina
alumnorum gaudeas.
Lux clarorum magistrorum
orbi toti fulgeat
et serpentium errorum
monstra victrix deleat.
Refrein
'Waar de Rijn zijn blonde stromen'
Waar de Rijn zijn blonde stromen
splitst, terwijl hij de zee ziet,
heeft de geleerde Pallas
de aangename residentie van de Muzen gesticht.
Hierheen haast de leergierige
jeugd van de Bataven zich,
om de gewoonten, de kunsten
van de Grieken en Romeinen grondig te leren kennen.
Het Sodalicium Classicum wordt in beginsel bestuurd door een dagelijks bestuur. Dit bestuur fungeert als sieraad en motorolie van de vereniging. Het bestuur bestaat op z’n minst uit drie (een praeses, abactis en quaestor) en maximaal uit zes (een praeses, vice-praeses, abactis, quaestor, abactis II en algemeen bestuurslid) bestuursleden.
Het achtentachtigste bestuur (verenigingsjaar 2016-2017), het bestuur De Graaf, bestaat uit:
Het Soda kent een tiental commissies dat samen met het bestuur de organisatie van de vereniging vormt. Alleen leden van het Soda kunnen lid worden van één of meerdere commissies. Leden van de commissies worden ook wel "actieve leden" genoemd.
Voor de leden van het Soda verzorgt de Activiteitencommissie (AcCo) allerhande formele en informele activiteiten.
De Commissie Externe Betrekken (CEB) brengt scholenprojecten tot stand en verbetert bestaande projecten om scholieren op een creatieve manier te leren en enthousiast te maken over de Klassieke Oudheid.
De Kascommissie (KasCo) dient om de afrekening, de bankrekening en de kas met contant geld te controleren.
Eens in de vijf jaar wordt de Lustrumcommissie (LustCo) ingesteld om het Lustrum goed te laten verlopen.
Het studieblad van de vereniging, de Ob Sodam Iter (OSI) en de nieuwsbrief, Qui Quae Quod (QQQ), worden verzorgt door de Publicatiecommissie (PubCo).
De Reiscommissie (ReisCo) regelt alles rondom de Sodareis, variërend van een "grote reis" van rond de zeven tot een "kleine reis" van drie tot vier dagen.
De Textielcommissie (TexCo) strijkt de originele, oude Sodavlag ten aanvang van Algemene Ledenvergaderingen en de hemden van de mannelijke bestuursleden.
Verschillende toneel gerelateerde zaken worden door de Toneelcommissie (ToCo) georganiseerd.
De Websitecommissie (WebCo) houdt zich bezig met de invulling van de website en het up-to-date houden van de website.
Het Sodaweekend wordt georganiseerd door de Weekendcommissie (WeekCo).
Moira
Moira is het theatergezelschap dat ondergebracht is bij de Toneelcommissie van het Sodalicium Classicum Noviomagense.
Classici komen dikwijls in aanraking met het klassieke toneelrepertoire. Bij theatergroep Moira krijgen studenten ieder jaar de kans om klassieke stukken op de planken te brengen.
In 2009 werd Moira heropgericht. In juni 2010 voerde het nieuwe Moira haar eerste toneelstuk op: Sophokles’Antigone. In 2011 speelde Moira de Heroïdes, gebaseerd op de heldinnenbrieven van dichter Ovidius. Poëzie en muziek waren een leidraad in dit stuk.
Het jaar 2014-2015 was het eerste lustrumjaar voor Moira na de heroprichting. Moira zou OE-ID-PUS gaan spelen. Een mix van Sophokles’ Oidipous Tyrannos, Antigone en Oidipous in Kolonos.
Nijmegen
