Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Zwavel

Uit Wikisage
(Doorverwezen vanaf Sulfur)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Zwavel in kristal-vorm.
rel=nofollow

Zwavel oftewel solfer oftewel sulfur is een scheikundig element met symbool S en atoomnummer 16. Het is een geel niet-metaal.

Ontdekking

Al in de 9e eeuw v.Chr. was bekend dat een mengsel van zwavel, kool en teer uiterst brandbaar was en daarom werd het regelmatig toegepast bij oorlogshandelingen. In de 12de eeuw werd in China buskruit uitgevonden dat een mengsel was van kaliumnitraat, houtskool en zwavel. In de mythologie werd zwavel vaak in verband gebracht met de hel. Vroegere alchemisten gebruikten voor zwavel een symbool dat bestond uit een driehoek met daarop een kruis. Proefondervindelijk was bekend geworden dat zwavel makkelijk reageerde met kwik. Rond 1774 was het de wetenschapper Antoine Lavoisier die ontdekte dat zwavel een chemisch element was en geen verbinding.

De naam zwavel is vermoedelijk afgeleid van het indoeuropees *suel- „doen opzwellen“, "koken".

Toepassingen

In de chemische industrie wordt zwavel veelvuldig gebruikt als grondstof voor velerlei verbindingen. Belangrijke afnemers van zwavel zijn de productie van zwavelzuur en de rubberindustrie waar het wordt gebruikt voor het vulkaniseren. Andere toepassingen van zwavel zijn:

Opmerkelijke eigenschappen

Zwavel is een niet-metaal met een helder gele kleur. Als zelfstandig element is het geurloos. Bij verbranding straalt het een blauw licht uit en vormt daarbij het stekende zwaveldioxide. In water is het onoplosbaar, maar in koolstofdisulfide lost het wel goed op. De zwavelchemie is een belangrijke tak van de chemie, mineralogie, milieukunde en technologie.

Het element zelf vormt een gele kristallijne vaste stof met een rhombische kristalstructuur, die bestaat uit een opstapeling van ringvormige S8 moleculen. gepoederd lijkt de stof (behalve de kleur) wel op tarwebloem (ook wel zwavelbloem genoemd). Het is een isolator. Bij 112,8 °C gaat zwavel over in een monokliene fase, die vervolgens bij 119,0 °C smelt. De vloeistof bestaat eerst uit S8 moleculen en is dan weinig stroperig. Bij hogere temperaturen neemt de viscositeit enorm toe omdat er ringopening en polymerisatie plaats vindt. Bij afschrikken in koud water van de polymere smelt vormt zich plastische zwavel, een amorfe vorm die echter geleidelijk uitkristalliseert. Zwavel kookt bij 444,674 °C.

Verschijning

Op aarde komt zwavel als verbinding in grote hoeveelheden voor in mineralen zoals pyriet, galena, sfaleriet, gips en bariet. In vulkanische gebieden wordt het in kleine hoeveelheden in zijn elementaire vorm aangetroffen, vaak bij solfataren. Op andere planeten met actief vulkanisme wordt zwavel veelvuldig aangetroffen. De maan Io van Jupiter is daarvan een duidelijk voorbeeld. De belangrijkste bron van zwavel is echter de petrochemische industrie waar zwavelhoudende componenten uit gas en olie verwijderd worden om een schonere brandstof te krijgen. Zo wordt waterstofsulfide uit gas verwijderd door middel van aminegasbehandeling om vervolgens in het clausproces om te zetten naar elementaire zwavel. In alle levende wezens komt zwavel voor omdat de aminozuren methionine en cysteïne zwavelverbindingen bevatten. Dat wil zeggen dat de meeste eiwitten zonder zwavel niet kunnen bestaan. Aangezien aardolie ontstaan is uit organismen is het voorkomen van niet elementair zwavel daarin niet vreemd.

Isotopen

Meest stabiele isotopen
Iso RA (%) Halveringstijd VV VE (MeV) VP
32S 95,02 stabiel met 16 neutronen
33S 0,75 stabiel met 17 neutronen
34S 4,21 stabiel met 18 neutronen
35S syn 87,51 d β 0,167 35Cl
36S 0,02 stabiel met 20 neutronen

Van zwavel zijn 18 isotopen bekend waarvan er vier stabiel zijn. 32S is daarvan met een fractie van ongeveer 95% de meest voorkomende zwavelisotoop op aarde. Van de radioactieve zwavelisotopen heeft alleen 35S een redelijk lange halfwaardetijd van ruim 87 dagen. De overige radioisotopen vervallen opmerkelijk veel sneller.

Toxicologie en veiligheid

Elementair zwavel is een sterke reductor. Sommige zwavelverbindingen zoals diwaterstofsulfide (H2S(g)) of zwaveldioxide (SO2(g)) zijn uiterst giftig. Veel organische zwavelverbindingen hebben een onaangename geur van rotte eieren.

Voorkomen in het menselijk lichaam

S is een bestanddeel van de voornaamste structurele moleculen in het lichaam, nl. eiwitten (S-houdende aminozuren) en mucines (als gesulfateerd N-acetylglucosamine en galactose). Vrij sulfaat komt voor in bloedplasma.

Zwavelverbindingen

Zie Zwavelchemie voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Zie ook

Externe links

rel=nofollow

Wikimedia Commons  Zie ook de categorie met mediabestanden in verband met Sulfur op Wikimedia Commons.

rel=nofollow