Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Zekerheid (overtuiging)

Uit Wikisage
(Doorverwezen vanaf Stelligheid)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
1+1= (zeker)2

Men spreekt van zekerheid bij iemand, als diegene zeker is over een bepaalde gedachtengang die ie heeft (veelal meerdere conclusies bij elkaar), over zaken, voorwerpen, gebeurtenissen, andere mensen, danwel groepen van mensen. De zekerheid die diegene dan heeft, is dan gebaseerd op gedegen, objectieve en realistische gronden (redenen), waar niet (meer) aan getwijfeld wordt. Dit houdt dus in dat diegene ook geen minime reden (meer) heeft, die ogenschijnlijk voor niet-relevant beschouwd werd, maar toch terdege relevant is, en mogelijk van invloed, wat het betreffende "onzeker" maakt.

Het tegenovergestelde van zekerheid is dus onzekerheid en twijfel. Hierbij zijn er dus gedachtengangen (beredeneringen, gevoelens, ervaringen en conclusies) die naast de eventuele juiste gedachtengangen over het betreffende, twijfel zaaien en dus de zekerheid ontnemen. Sommige mensen (veelal jongeren) zijn als 'onzeker persoon' aan te merken, wat met name bij werkzaamheden een nadelige invloed kan hebben. Weliswaar dat mensen door toch de activiteiten aan te gaan, werkervaring opbouwen en veelal zelfs routine krijgen, wat een positieve invloed heeft en zeker maakt over hetgeen ie gedaan heeft. Meerdere van deze positieve ervaringen maken mensen zeker van aard (ook al was dat voorheen niet zo).

Echter 'zeggen' veel mensen : "Ik weet het zeker", terwijl ze slechts iets 'vermoeden'. De beredeneringen en bijbehorende gevoelens over die vermoedens, nemen dan de overhand, en worden als zekerheid beschouwt. Veelal onderdrukken dan bepaalde emoties de andere aanwijzingen, die ook mee zouden moeten oordelen (beïnvloeden) over de aangaande kwestie. Het merendeel van de mensen is in-meer-of-mindere-mate egocentrisch, wat ze sterk van hun eigen mening (eigen beoordelingsvermogen) laat af hangen, en waar weinig suggestie's aangenomen worden van anderen. Dit maakt het dat sommigen zeker denken te zijn, maar in weze in een bepaalde waan zijn, van hun eigen conclusies. Bijvoorbeeld kan er zo wantrouwen geschapen worden binnen een echtelijke relatie, welke niet reëel is. Bij veel mensen kan dan ook gesteld worden, dat zekerheid "relatief" is.

Valse zekerheid

Zoals zekerheid en onzekerheid menselijke eigenschappen zijn, kan dat ook in verband staan met bepaalde psychische aandoeningen, waarbij iemand bepaalde overtuigingen, danwel wanen heeft, die voor diegene zelf als zeker worden ervaren. Zo kunnen ook angsten en fobieën ontstaan, die niet reëel zijn. Gevoelens zijn sowieso van invloed op het denken, en kunnen dan ook in extreme mate het beredenerende denken beïnvloeden, en onjuiste conclusies en keuzes laten maken (waarbij de betreffende persoon zelf volledig overtuigd kan zijn van z'n gedachtengangen). Voorbeelden van psychische aandoeningen zijn : borderline, schizofrenie en schizotypische persoonlijkheidsstoornis.

Sterke zekerheid

Evenals er een gedegradeerde vorm van zekerheid is, kunnen mensen ook pedant zijn in hun uitlatingen, en letterlijk 'alles' als zekerheid beschouwen. Hier kunnen factoren als opleiding en intelligentie aan meegewerkt hebben, maar ook kan iemand beelddenker zijn. Dit komt, zo luidt de theorie, door de totaal andere manier van denken (begrijpend denken). Die 'begrijpende manier van denken' komt bijvoorbeeld voor bij sommigen met het Aspergersyndroom. Zuiver begrijpend 'of' redenerend denken komt echter niet voor: de meeste mensen maken gebruik van beide. Niet alleen dichters, musici en beeldende kunstenaars werken heel intuïtief. Zo beginnen wetenschappelijke doorbraken vaak met een intuïtie van de wetenschapper, een plots inzicht, een begrijpen dat voorafgaat aan het eigenlijke bewijs van de theorie. De mensen die vooral op een beredenerende manier denken, trachten meer zekerheid te verkrijgen door de aanwezige (afzonderlijke) begrippen samenhang te geven met andere begrippen, al-of-niet reeds aanwezig.

Zie ook

  • Zekerheid (doorverwijzing).
  • Overtuiging (doorverwijzing).
  • Aanname, het aannemen als zekerheid oftewel het doen (voorkomen) alsof iets zeker is.