Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Participatiesamenleving
Een participatiesamenleving of doe-democratie [1] is een samenleving waarin iedereen die dat kan verantwoordelijkheid neemt voor zijn of haar eigen leven en omgeving, waarbij de (landelijke) overheid geen of slechts een faciliterende rol speelt. Omdat het woord recent werd geïntroduceerd kent het nog geen vaste definitie en nog nauwelijks een connotatie.
Oorsprong en betekenis
In de troonrede van 17 september 2013 werd gesteld dat de klassieke verzorgingsstaat langzaam maar zeker verandert in een participatiesamenleving. "Wanneer mensen zelf vorm geven aan hun toekomst, voegen zij niet alleen waarde toe aan hun eigen leven, maar ook aan de samenleving als geheel", werd er als uitleg aan toegevoegd.[2]
Toch was dit niet de eerste keer dat het woord werd gebruikt. Van Dale schrijft bij Woord van de Dag 17 september 2013 dat al in 1991 de toenmalige PvdA-leider Wim Kok het PvdA-congres toesprak en zei: "Wij zitten nu in een overgangsfase: van een verzorgingsstaat naar een werkzame, naar een participatiesamenleving". (NRC, 30 september 1991)[3] In de uitzending van Pauw en Witteman van 17 september 2013 werd gesteld dat ook toenmalig premier Balkenende het begrip participatiesamenleving al gebruikte in 2005.[4]
Kritiek
Meteen na de troonrede ontstond op internet en in de media discussie over het begrip participatiesamenleving. Er werd bijvoorbeeld gesteld dat het begrip eigenlijk betekent: zoek het zelf maar uit.[5] Ook werd geopperd dat het een verhullende term is "voor verschraling van de voorzieningen en herintroductie van de klassenmaatschappij. Een samenleving waarin je voor een fatsoenlijke oude dag afhankelijk bent van centen of familie, die dan ‘participanten’ moeten gaan heten."[6]
Ontwikkeling
In november 2013 werd 'participatiesamenleving' op het congres van het Genootschap Onze Taal verkozen tot woord van het jaar 2013.[7]