Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

O Fortuna

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Carmina Burana-wiel

O Fortuna is een gedicht uit de dichtbundel Carmina Burana uit de 13de eeuw, oorspronkelijk in het Latijn. Carl Orff selecteerde 24 gedichten uit deze bundel voor zijn Carmina Burana en zette ze op muziek tussen 1935 en 1936. Fortuna is de godin van het lot, die vaak wordt voorgesteld als een vrouw die aan het Rad van Fortuin (fortuna) draait. Dit gedicht is wellicht het meest bekende van de cyclus van Orff die ermee opent en afsluit.

Tekst

O Fortuna (Latijn) Nederlandse vertaling

O Fortuna velut luna statu variabilis, semper crescis aut decrescis; vita detestabilis nunc obdurat et tunc curat ludo mentis aciem, egestatem, potestatem, dissolvit ut glaciem.

Sors immanis et inanis, rota tu volubilis, status malus, vana salus semper dissolubilis, obumbrata et velata mihi quoque niteris; nunc per ludum dorsum nudum fero tui sceleris.

Sors salutis et virtutis mihi nunc contraria, est affectus et defectus semper in angaria. Hac in hora sine mora corde pulsum tangite; quod per sortem sternit fortem, mecum omnes plangite!

Oh Fortuna, zoals de maan in veranderlijke gestalten, neem jij altijd toe of neem jij af; een vervloekt leven nu eens is het hard en dan weer is het zorgzaam door het spel smelt geestelijke zekerheid, armoede, vermogen, weg als ijs.

Vreselijk en ijdel lot jij rondwentelend rad ongunstige toestand vergeefse redder altijd oplosbaar, beschaduwd en besluierd ook kwel jij mij; door het spel van jouw gedraai loop ik nu met een blote rug.

Het lot van welzijn en deugd, voor mij nu ongunstig, bestaat uit stemming en moedeloosheid altijd in drukkend zware dienst. Hier op dit uur onverwijld beroert de snaren met het hart; omdat het lot de sterke doet instorten, jammert allen luid met mij!