Leon Großvogel

Leon Großvogel (Łódź, 27 november 1904 – Brussel, 16 december 1942)^[1] was een Pools-Belgisch lid van de Russische spionageorganisatie Die Rote Kapelle tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Levensloop

Großvogel was electricien. In 1925 leerde hij in het Mandaatgebied Palestina Leopold Trepper kennen.

In 1926 kwam Großvogel met zijn zus naar België. Großvogel werd in 1929 lid van de Kommunistische Partij van België.

Van 1929 tot 1938 werkte hij bij het regenjassenbedrijf Le Roi du Caoutchouc. In december 1938 werd hij algemeen directeur van de Foreign Excellent Trench-Coat Company, een bedrijf dat door Leopold Trepper was opgericht als dekmantel voor hun spionageactiviteiten. Hij reisde als vertegenwoordiger van de firma onder meer naar Noorwegen, Zwitserland, Denemarken en Finland. Op bevel van Trepper werd Michail Makarov als uitvoerend directeur aangesteld. In 1939 deed Großvogel in opdracht van Trepper een beroep op de diensten van Abraham Raichman, een specialist in het vervaardigen van valse documenten, en organiseerde een bijeenkomst met Trepper en Makarov.

Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog weigerde Großvogel het bedrijf internationaal uit te breiden. Trepper en Großvogel trokken in 1940 naar Frankrijk waar ze in Parijs het bedrijf Simex oprichtten, dat in handen werd gegeven van Alfred Corbin. Großvogel verbleef in Parijs in het huis van acteur Georges Milton.

Hij organiseerde voor Trepper een groep die zorgde voor het transport en de connecties. Al deze activiteiten pasten binnen de plannen van het Russische spionagenetwerk Die Rote Kapelle.

Großvogel huwde Jeanne Pesant in de vroege jaren 1940 en het paar kreeg in 1942 een dochter. In december 1942 werd Großvogel gearresteerd tijdens een vergadering met Abraham Raichman. Zijn echtgenote Jeanne was al gearresteerd in Brussel op 25 november 1942.