Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Idealisme

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Idealisme is een benaming voor een aantal filosofische stromingen die met elkaar gemeen hebben dat ze alles tot een geestelijk beginsel willen herleiden. Het komt er dus op neer dat aan de uiterlijke objecten geen zelfstandigheid wordt toegeschreven, terwijl alleen wat in de geest is - de ideeën en grondbegrippen - werkelijkheidswaarde heeft.

Grofweg zijn er twee stromingen van idealisme te onderscheiden:

  1. het metafysisch idealisme, waaronder ook het Duits idealisme valt;
  2. het kennistheoretisch idealisme.

Metafysisch idealisme

De Griekse filosoof Plato wordt met zijn Ideeënleer wel eens de vader van het metafysisch idealisme genoemd. Bij Plato kregen de algemene begrippen, de Ideeën (of 'Vormen', een status van onafhankelijk bestaande, werkelijke dingen. De objecten die worden gezien zijn volgens Plato niet echt, maar slechts nabootsingen van de echte 'Ideeën' die zich in een transcendente wereld bevinden. In de allegorie van de grot (Staat (VII 514A–520A.) worden de dingen die normaal worden gezien in de wereld "schaduwen" van de echte, niet direct waarneembare dingen genoemd. In zijn dialoog Timaeus maakt Plato duidelijk dat de wereld door de 'demiurg' (een soort goddelijke ambachtsman) gemaakt werd met de eeuwige vormen als voorbeeld, zodat de wereld die wij via onze zintuigen kennen er (slechts) een onvolmaakte en vergankelijke afspiegeling van is.

Kennistheoretisch idealisme

Het was de Franse filosoof René Descartes die aan het begrip 'idee' een nieuwe betekenis gaf. Hij stelde dat ideeën in de eerste plaats elementen waren van het menselijk denken. Zo leidt hij onder meer af uit het feit dat wij ons een idee kunnen vormen van zoiets als een "hoger wezen", dat zo'n wezen noodzakelijk moest bestaan. Daarbij redeneerde hij dat het idee 'God' niet door eindige wezens kon zijn voortgebracht en dus wel van God zelf afkomstig moest zijn. Descartes legde ook een sterke nadruk op de coherentie, de samenhang van onze kennis en het was zijn streven om (via zijn 'methodische twijfel', uitgedrukt in het beroemde Cogito ergo sum) tot "onbetwijfelbare kennis" te komen.

De Engelse verlichtingsfilosoof John Locke beschouwde de eigenschappen van dingen waarover wij kennis opdoen als natuurlijke eigenschappen van iets, waarvan wij echter nooit (omdat het zelf geen eigenschap is) iets te weten kunnen komen. George Berkeley ging zelfs zo ver om te concluderen dat juist omdat we ons geen idee kunnen vormen maken van een substantie, deze substantie niet kan bestaan. Wat voor hem wel werkelijkheidswaarde behield, waren de waarnemers zelf, de mensen, en God. Vergelijkbaar is David Hume's opvatting, die de waarnemer liet 'opgaan' in "a bundle of perceptions", de begrippen.

Duits idealisme

"Duits idealisme" verwijst naar een groep Duitse filosofen die een bijzondere vorm van metafysisch idealisme voorstonden, respectievelijk bekend als subjectief idealisme (Fichte), objectief idealisme (Schelling) en absoluut idealisme (Hegel).