Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Hugo Wilmar
Hugo Alexander Wilmar (mei 1923 - Cuzco, 21 december 1957) was een Nederlandse wildbioloog, fotograaf en filmer. Hij was Engelandvaarder, oorlogsfotograaf en maakte fotoreportages over Indonesië, Nieuw-Guinea, Suriname, de Antillen, Egypte, Noord- en Zuid-Afrika, Ethiopië, het Midden-Oosten, Spanje en Portugal.
Oorlogsjaren
Huug Wilmar zat op het Rijnlands Lyceum in Wassenaar. Na zijn eindexamen deed Wilmar wat illegaal werk maar hij wilde meer doen. Hij vertrok naar het Zuiden.
In Pau nam hij contact op met de Maquis. Met een groep van tien mannen, w.o. drie Amerikaanse vliegers, trok hij met drie bewapende mannen van de Maquis vanuit Gavarnie door de besneeuwde Pyreneeën. Overdag schuilden ze in berghutten. Op de 7de dag bereikten ze de Spaanse grens. Toen ze zich omdraaiden om de overwonnen bergen nog eenmaal te bekijken, zagen ze in de verte een Duitse patrouille. Die was te laat om hen tegen te houden, ze hadden het vrije Spanje al bereikt.
In Jaca werden ze opgevangen door de Guardia Civil. Wat een teleurstelling. Ze kregen te eten en te drinken, maar werden de volgende dag afgevoerd naar concentratiekamp Miranda. In dat kamp bleken al veel Nederlandse, Belgische, Franse en zelfs Deense patriotten te zitten.
De Nederlandse consul in Madrid slaagde erin een paar Nederlandse gevangenen vrij te krijgen. Wilmar werd naar Gibraltar gebracht en kon daar met een schip mee naar Noord-Afrika. Via Schotland kwam hij in de Verenigde Staten terecht. Daar werd hij voor actieve dienst afgekeurd omdat hij een bril droeg. De enige manier om actief mee te kunnen doen was om oorlogscorrespondent en fotograaf te worden. Hij volgde een opleiding en werd ingedeeld bij een Marine-brigade. Zo maakte hij verschillende acties mee.
Fotograaf en filmer
In 1947 verliet Wilmar de militaire dienst. Hij kwam naar Nederland terug en werkte tot 1951 voor uitgeverij De Spaarnestad [1]. In die periode legde hij voor de Katholieke Illustratie en de Panorama de politionele acties tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog vast. Later maakte hij voor deze bladen fotoreportages in onder andere Afrika en op de Nederlandse Antillen.
Ook trok hij met twee Papoea's door Nieuw-Guinea, waar hij foto’s maakte van Amerikaanse vliegvelden en gedumpte vliegtuigen. [2].
Omdat Wilmar ook Amerikaans sprak, kreeg hij toestemming van de Commissie van Goede Diensten een rapportage over Djokja te maken, de toenmalige hoofdstad van de Republiek Indonesia. Hij moest zijn Nederlandse naam daar geheim houden en zijn verslag werd door “een Amerikaans bureau” ondertekend.
In 1948 fotografeerde hij in Afrika, eind 1948 ging hij naar de Antillen, en in 1949 bezocht hij ook Cuba, Haïti, Suriname en Florida. Daarna volgden Egypte en het Midden-Oosten. In Ethiopië had hij een interview met keizer Haile Selassie, in Jordanië met koning Abdoellah, die in 1951 vermoord werd.
Naar Spanje en Portugal maakte hij zijn laatste reportagereis voor De Spaarnestad. In 1951 ging hij weer naar Amerika om een cursus wildlife-management te doen aan de Universiteit van Wisconsin. De studie bestond uit een theoretisch deel en een praktijk gedeelte. Hij bracht enkele maanden door in een trappershut in Newfoundland. Hij maakte daar niet alleen foto’s maar ook filmen.
In Amerika ontmoette hij Mary Price, zij had ook een grote belangstelling voor dieren. Ze trouwden op 18 november 1954. Samen trokken ze met een caravan rond. In 1955 trokken ze met een ander echtpaar naar de poolcirkel. Ze sliepen in een iglo. In augustus keerden zij terug, op 19 september 1955 werd hun eerste kind geboren.
In opdracht van Walt Disney gingen ze daarna naar het Panamakanaal. Daarna zaten ze een jaar in het Amazonegebied in Brazilië.
In 1958 zaten ze in Peru. Mary ging naar hun huis in Hollywood om de geboorte van hun tweede baby af te wachten. In Peru raakte Wilmar gewond ten gevolge van een botsing met een trein. Hij overleed na vier dagen op 34-jarige leeftijd. Een week later werd zijn zoontje geboren.
Bronnen, noten en/of referenties
|