Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Hans Boland

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Vertaler en schrijver Hans Boland werd geboren in 1951 te Jakarta (Indonesië). Hij is vooral bekend om zijn schitterende vertalingen van Anna Achmatova en Alexandr Poesjkin. Boland is de eerste ter wereld die de volledige lyriek van Alexandr Poesjkin heeft vertaald.

Overzicht opleiding, talen en andere mijlpalen

1968 Eindexamen gymnasium A (Rijnlands Lyceum Oegstgeest).

1968 (september-december) Cursus Engels in Londen, resulterend in het ’Lower Certificate in English’ van de Universiteit van Cambridge.

1969 (september) Aanvang studie Slavistiek aan de Universiteit van Amsterdam.

1972 Kandidaatsexamen (bijvak Tsjechisch). Zomercursus voor leraren Russisch in Moskou. Aanstelling als student-assistent.

1974 Doctoraalexamen – met pedagogische aantekening – cum laude (bijvakken Georgisch en Deens).

1974-75 Werkzaam bij de Stichting Leerplan Ontwikkeling en het Centraal Instituut voor Toets Ontwikkeling. Studie Pools, Italiaans en Zweeds.

1975 Aanstelling als wetenschappelijk medewerker bij de Rijks Universiteit Groningen (volledige dagtaak).

1976 Studie Turks. Tolk-gids bij een reis van Groningse historici door de Sovjet-Unie.

1977 Verblijf van twee maanden in Oxford. Studie semiotiek.

1979-80 ’Sabbatical leave’ in Spanje. Verdieping in de ’Frankfurter Schule’ (met name Adorno). Studie Spaans.

1981 Eerste boekpublicatie (In andermans handen, gedichten van Anna Achmatova, Meulenhoff, Amsterdam, vierde druk 1985). Eerste radio-interview.

1983 Doctoraat in de Letteren (proefschrift: Poëzie en getal: een arithmologische analyse van Axmatova’s ’Poèma bezgeroja’).

1984-86 Woonachtig in Griekenland: studie Nieuwgrieks en vele reizen binnenslands. Krant- en tijdschriftpublicaties van essays over en vertalingen van Russische literatuur.

1986-92 ’Freelance literator’: publicaties en lezingen over Russische literatuur, vertalingen van Russische poëzie, redacteur van een mensenrechtentijdschrift, medewerking aan verscheidene literaire radioprogramma’s, vertalingen van films voor het Nederlands Film Instituut, privéles Russisch, tolk, reisleider.

1989 Publicatie n.a.v. Achmatova’s honderdste geboortedag, die in Vrij Nederland een van de belangrijkste literaire uitgaven van het jaar werd genoemd; NOS-literair besteedde er een dubbele radio-uitzending aan.

Op 21 november 1991 zond de VPRO-radio in het kader van de tweejaarlijkse NOS-hoorspelenweek De Bronzen Ruiter: hoorspel voor mannenstem en noodweer uit, waarvoor Hans Boland het script schreef en de acteursrol vervulde.

1992 Verblijf van acht maanden in Vologda (Noord-Rusland), waar hij een stoomcursus Nederlands gaf voor leerlingen en docenten van de plaatselijke Lerarenacademie.

In september 1992 kreeg Hans Boland een aanstelling bij de Universiteit van Sint-Petersburg als hoofddocent Nederlandse taal- en letterkunde.

1996 De Petersburgse literaire almanak Urbi publiceerde twee cycli met Russische gedichten van Bolands hand, waarmee hij naar eigen weten de eerste Nederlandse dichter werd met een Russische stem. In zijn Petersburgse jaren zette hij zich actief in voor de publicatie van Nicolaas Witsens Moskovische Reyse (gepubliceerd met financiële hulp van het CROSS). Uit zijn vertalingen droeg hij bij diverse gelegenheden – zoals de universitaire ’Nederlandse club’ en de Petersburgse jaarlijkse ’Poesjkin-dagen’ – voor. Verder nam hij actief deel aan diverse historische en linguïstische congressen in Sint-Petersburg en Moskou. In deze jaren verschenen er grote stukken over Bolands activiteiten in De Telegraaf en Het Parool, terwijl ook Rutger Kopland, ooit te gast bij een vakgroep Nederlands, in zijn bevindingen, gepubliceerd in de Volkskrant, zijn naam vijf keer vermeldde. Tenslotte heeft Hans Boland in Petersburg bij tal van gelegenheden gefungeerd als begeleider en consultant voor tal van Nederlandse ambtenaren, schrijvers en zakenlui. Het belangrijkste was de publicatie van zijn leergang Nederlands voor Russen (Goed zo!), in twee delen plus een lerarenhandwijzing en zes cd’s. De publicatie werd onderscheiden met de jaarlijkse prijs voor ’De beste wetenschappelijke publicatie van een medewerker van de Universiteit van Sint-Petersburg’. Eind 1996 remigreerde Boland naar Nederland; sindsdien is hij woonachtig in Amsterdam. Hij houdt zich als altijd bezig met het vertalen van Russische literatuur en een enkele film, hij houdt voordrachten, geeft privéles Russisch, leidt af en toe een (literaire) reis naar Rusland en dergelijke.

Sinds 1986 is Hans min of meer actief geweest als voordrager van door hem vertaalde poëzie.

Zijn optredens in 1996 en 1997 in het Groningse Oosterpoort-theater, met poëzie van Achmatova en Poesjkin, en in samenwerking met de bekende pianist Bernd Brackman, werden uitgezonden door de KRO-radio.

In maart 1996 vond er een door hemzelf georganiseerde tournee van een week met Jevgeni Rijn plaats: ze traden op in Maastricht, Rotterdam en Amsterdam.

In april 1996 deed Boland mee aan een door Poetry International georganiseerd tweedaags festival met vier jonge Petersburgse dichters.

In 1999 richtte hij een Poesjkintentoonstelling voor Poetry International in. Sinds 1999 verschijnt tweejaarlijks een nieuw deel van zijn vertaling van het volledige werk van Alexandr Poesjkin bij Papieren Tijger in Breda, dat in 9 delen dient te verschijnen.

2000 Boland begon Hongaars te leren.

In 2003 werd hem de tweejaarlijkse Aleida Schotprijs voor vertalingen uit een der Slavische talen toegekend voor het derde deel van zijn vertaling van het verzamelde werk van Poesjkin.

2007 met het verschijnen van ’Late Lyriek’ was Hans Boland de eerste die alle lyriek van Poesjkin vertaalde.

2009 Filter Vertaalprijs 2009 voor de vertaling van Dostojevski’s ’Duivels’.

2010 RusPrix Award 2010 voor zijn bijdrage aan de ontwikkeling van de Nederlands-Russische culturele betrekkingen op het gebied van de literatuur.

Volledig overzicht publicaties

Boeken

  • Anna Achmatova. In andermans handen. Gedichten. Vertaling. Meulenhoff, 1981 (4e druk 1985).
  • Poëzie en Getal. Een analyse van Axmatova’s ’Poèma bez geroja’. Proefschrift ter verkrijging van het doctoraat in de Letteren aan de Rijksuniversiteit te Groningen (1983).
  • Anna Achmatova. Epos zonder held. Vertaald en ingeleid. Meulenhoff, 1983.
  • Nikolaj Goemiljov. De giraffe. Keuze, vertaling en inleiding. Meulenhoff, 1985.
  • Anna Achmatova. Vlucht van de tijd. Gedichten en herinneringen. Samenstelling en vertaling. Meulenhoff, 1989.
  • Alexandr Poesjkin. De Bronzen Ruiter. (Met geluidsband.) Vertaling. Papieren Tijger, 1992.
  • Gewoon op z’n Russisch. (Leergang Russisch.) Nederlandse bewerking dr. Hans Boland. Wolters-Noordhoff, 1993.
  • Michail Lermontov. De held van onze tijd. Vertaling. Historische Uitgeverij Groningen, 1994.
  • Jevgeni Rijn. Spiegelduister. (Met een voorwoord van Joseph Brodsky). Vertaling. Papieren Tijger, 1995.
  • Alexandr Poesjkin: Graaf Nullin. (Xans Boland.) Vertaling. Novi Gorod, Sint-Petersburg 1996.
  • Alexandr Poesjkin. Roeslan en Ljoedmila. (Met een voorwoord van Joeri Lotman.) Vertaling. Papieren Tijger, 1996.
  • Alexandr Poesjkin: Drie vrolijke vertellingen. Vertaling. Papieren Tijger, 1997.
  • Goed zo! I (Leergang Nederlands voor Russischtaligen), met 5 c.d.’s. Hans Boland & Irina Michajlova. Uitg. Symposium, Sint-Petersburg, 1998. Tweede druk bij uitg. Pegasus, 2005.
  • Anna Achmatova. Maar mijn liefde voor jou maakte me machteloos. De mooiste liefdesgedichten. Samenstelling en vertaling. Bert Bakker 1999.
  • Russische zon. (Over Poesjkin). Bas Lubberhuizen 1999 (2e druk 2005).
  • Alexandr Poesjkin. De novellen in verzen. Vertaling. Papieren Tijger, 1999.
  • Alexej Poerin. De goudvink. Gedichten. Vertaling. Wagner & Van Santen, Sliedrecht, 2001.
  • Alexandr Poesjkin. Vroege lyriek. Vertaling. Papieren Tijger, 2002.
  • Sint-Petersburg onderhuids. Een stadsgids. Athenaeum-Polak & Van Gennep, 2003 (2e druk 2005).
  • Goed zo! Prilozjenië. Pegasus, 2004.
  • Goed zo! II (Leergang Nederlands voor Russischtaligen). Hans Boland & Irina Michajlova. Pegasus, 2004.
  • Alexandr Poesjkin. Lyriek in ballingschap. Vertaling. Papieren Tijger, 2005.
  • Mijn Russische ziel. Athenaeum – Polak & Van Gennep, 2005.
  • Anna Achmatova. Data om nooit te vergeten. Samengesteld en vertaald. Meulenhoff, 2006.
  • Alexandr Poesjkin. Late lyriek. Vertaling. Papieren Tijger, 2007.
  • Alexandr Poesjkin. De Mozart van Poesjkin Vertaling. Papieren Tijger, 2007.
  • Anna Achmatova. Sneeuwstorm, noodlot, lied. Vertaald, samengesteld en geannoteerd door Hans Boland. Meulenhoff, 2007.
  • F.M. Dostojevski. Duivels. Vertaald, toegelicht en van een nawoord voorzien door Hans Boland. Athenaeum – Polak & van Gennep, 2008.
  • Zeer Russisch zeer. (Over Dostojevski’s Duivels.) Triade, 2008.
  • Alexandr Poesjkin. Jevgeni Onegin. Vertaling. Papieren Tijger, 2010.

Bijdragen in boeken

  • Als ik vrijkom... (Amnesty International, 1983).
  • De dag dat je brief kwam (voor Amnesty International, Rainbow pocket 1988), pp. 41 en 100.
  • De vrijheid verteld (voor Amnesty International, Meulenhoff, 1996), p. 83.
  • De façades van Sint-Petersburg (Bas Lubberhuizen 1997, 2e druk 2003), pp. 115-132 en 206-221.
  • Spiegel van de Russische poëzie (Meulenhoff 2000).
  • Rossija-Gollandija (Knizjnye svjazi XV-XX vv.) (Jevropejskij dom, Sankt-Peterburg, 2000), pp. 327-338.
  • Te gast in Rusland (uitg. Informatie Verre Reizen, red. Cees Willemsen).
  • Boris Godoenov (uitg. De Nederlandse Opera, 2001).
  • Liefdes werk (Lannoo, 2001).
  • Het laatste anker (Lannoo, 2003).
  • Hotel Parnassus (De Arbeiderspers 2003 en 2005).
  • 3000 jaar wereldpoëzie etc. (Lannoo, 2005).
  • A thing of beauty (Bert Bakker, 2005).
  • De mooiste gedichten van Aleksandr S. Poesjkin (Lannoo, 2005).

Kranten

  • Slordige kritiek (De Volkskrant, 6-6-1981).
  • Geduld, geduld, geduld (NRC Handelsblad, 18-6-1982).
  • Dodelijk pistoolschot (Trouw, 5-2-1987).
  • Een Nederlandse ambassadeur en de dood van Poesjkin (Nieuwsblad van het Noorden, 6-2-1987).
  • De laatste dagen van Anna Achmatova (Trouw, 22-6-1989).
  • Honderd jaar Pasternak (Provinciale Zeeuwse Courant, 10-2-1990).
  • 15 ’Reisbrieven’ (tussen februari en augustus ’92 verschenen in Roesski Sever, een Russische krant met een oplage van 80.000).
  • Wonen en werken in Vologda (Nieuwsblad van het Noorden, 4-9-1992).
  • Tsjechov wordt verkeerd begrepen (Trouw, 12-2-2005).
  • Ooit komt hier een gedenkbord voor mij (Trouw, 25-3-2006).
  • Maar het goede overwint toch (Trouw, 13-5-2006).
  • Hoe slecht schreef Dostojevski? (Trouw, 23-12-2006).

Tijdschriften

  • Bijdragen aan vrijwel elk (kwartaal)nummer van het Groninger slavistenblad De Reiter, van 1979 tot 1983; aan de almanak van de Leidse slavisten Lira (1978 en 1982); en aan de bulletins van de Stichting Mensenrechten Noord-Nederland uit 1988.
  • Nikolaj Goemiljov, dichter en conquistador, het Oog in ’t Zeil (jaargang I, nr. 3).
  • ’Sprookjes’gedichten van Nikolaj Goemiljov, het Oog in ’t Zeil (jaargang II, nr. 1).
  • Nikolaj Goemiljov, de gildedichter, het Oog in ’t Zeil (jaargang II, nr. 2).
  • Nikolaj Goemiljov, essayist van het akmeïsme, het Oog in ’t Zeil (jaargang II, nr. 3).
  • De hondsroos bloeit, het Oog in ’t Zeil (jaargang IV, nr. 1-2).
  • Rode moraal en zwarte laster, het Oog in ’t Zeil (jaargang IV, nr. 3).
  • Anna Achmatova, Herinneringen aan Amedeo Modigliani, het Oog in ’t Zeil (jaargang IV, nr. 4).
  • Anna Achmatova, Over Mandelstam (dagboekbladen), het Oog in ’t Zeil (jaargang V, nr. 2).
  • Anna Achmatova, Herinneringen aan Alexander Blok, het Oog in ’t Zeil (jaargang V, nr. 3).
  • Boris Anrep, Over de zwarte ring, het Oog in ’t Zeil (jaargang VII, nr. 2-3).
  • Geboortegrond, van Anna Achmatova, Hollands Maandblad (nov.1982).
  • Literatuur over het Russische Hoge Noorden, Internationale Spectator (okt.1990) (boekrecensie).
  • Jevgeni Rijn, De noordwester, De tweede ronde (Winter 1990).
  • Poesjkin, Graaf Nullin, Maatstaf (februari 1993).
  • Poesjkin, Herinneringen in het Tsarendorp, Maatstaf (augustus 1993).
  • Poesjkin, Veldheer, Maatstaf (juni 1994).
  • Ter opheldering van enige misverstanden aangaande het vertalen van poëzie, bijdrage Taal en Cultuur (conferentie: Rusland en de Nederlanden). Moskou 1995.
  • Poesjkins stamboom, Tijdschrift voor Slavische Literatuur (september 1996).
  • Stixotvorenija (Russische liefdespoëzie), Urbi (Sint-Petersburg, januari 1996).
  • Stixi uroda (Russische satirische poëzie), Urbi (Sint-Petersburg, september 1996).
  • Aleksander Poesjkin, Gabriëlade, De tweede ronde (Herfst 1997).
  • De musea van Poesjkin en Multatuli, Multatuli Nieuwsbrief (jaargang 2 nr. 4), en De Tweede Ronde (Herfst 1997).
  • Timoer Kibirov, Twee gedichten, De tweede ronde (Herfst 1997).
  • Alexandr Poesjkin, Twee gedichten, De tweede ronde (Winter 1997).
  • Anna Achmatova, Vijf gedichten, De tweede ronde (Zomer 1998).
  • Russischtalige literatuur uit Israël (Igor Goeberman, Dina Roebina, Jefrem Bauch), De tweede ronde (Herfst 1998).
  • Nabokov, Lillith, De tweede ronde (Winter 1998/99).
  • Konstandinos Kavafis, De stad, De tweede ronde (Winter 1999).
  • Alexandr Poesjkin, Mozart en Salieri, De tweede ronde (Lente 2000).
  • Anna Achmatova, Twee gedichten, De tweede ronde (Zomer 2000).
  • Osip Mandelstam, Twee gedichten, De tweede ronde (Zomer 2000).
  • Boris Ryzji, Vier gedichten, Passionate (juli/augustus 2000).
  • Anna Achmatova, Dante, De tweede ronde, herfst 2000.
  • Jevgeni Rijn, De Gids, november 2000.
  • Ivan Krylov, Damiaans vissoep, De tweede ronde, lente 2001.
  • Varlam Sjalamov, Voor de dichter, De tweede ronde, zomer 2001.
  • De steentijd en de Zilveren Eeuw (Achmatova en het vrije Russische woord), Spiegel Historiael, november/december 2001.
  • De poëzie van Sjalamovs proza, Tijdschrift voor Slavische Letterkunde 30 (november-december 2001).
  • Anna Achmatova, Twee gedichten, De tweede ronde (Zomer 2002).
  • György Faludy, Cleopatra spreekt, De tweede ronde (Lente 2003).
  • Konstantinos Kavafis, Alexandrijnse koningen, De tweede ronde (Lente 2003).
  • Sint-Petersburg: het Amsterdam van het noorden, Rijksmuseum Kunstkrant (september-oktober 2003).
  • Sint-Petersburg: product van de muze, Tijdschrift voor Slavische Literatuur (december 2003).
  • Igor Guberman: Zeven gorrekes, De tweede ronde (Lente 2004).
  • Venedikt Jerofeëv, Aantekeningen van een psychopaat (fragment), De tweede ronde (Lente 2004).
  • Alexandr Poesjkin, Jevgeni Onegin (fragmenten uit het eerste hoofdstuk), De tweede ronde (Zomer 2004).
  • Sándor Petöfi, Waar zal ik een naam voor je vinden, De tweede ronde (Herfst 2004).
  • De Russen: een bezield of een zielig volk? Muziek & Woord / Klara, nr.374.
  • Vertalingen in brochures van Poetry International.

Anderen over Hans Boland

Gerrit Komrij

„Bij een dichter van Poesjkins formaat – zo keizerlijk en satirisch tegelijk – valt of staat alles met de vertaling. Toen ik enkele jaren gelden Roeslan en Ljoedmila in de vertaling van Hans Boland las, begreep ik voor het eerst dat Poesjkin ook in het Nederlands zijn kracht niet hoefde kwijt te raken. Hier leek alles even vanzelfsprekend, even aanstekelijk. Ik zou vooraan graag alle poëzie van Poesjkin in de vertaling van Hans Boland willen lezen.”

Willem Jens

„Andermaal mijn grote bewondering voor wat ik te lezen heb gekregen! Ik kan helaas niet nagaan wat van Poesjkin is; gelukkig wel wat Boland heeft geschapen. Als we er van uitgaan dat Poesjkin, net zoals Homerus, Shakespeare en Dante, niet bestaan heeft, dan mogen we concluderen dat Boland een groot dichter is. (En dan schrijven we die enkele flutversjes – die helaas in Verzameld Werk niet mogen ontbreken – maar aan Poesjkin toe.) Hulde!

René Puthaar

„Dankzij Hans Boland klinkt de stem van Poesjkin steeds helderder en vertrouwder. Nu verbaast het ook niet meer dat deze gedichten zo lang hebben gewacht op hun Nederlandse vertaler. Poesjkins altijd jeugdige zwier, brutaliteit en hartstocht vragen van een vertaler precies de bravoure die de dichter zo dierbaar maakt. En de verstechniek. Dat in de hoogtijdagen van de Europese Romantiek een jonge Russische aristocraat zó lichtvoetig en ongedwongen was, in zulke ontwapenend directe gedichten; het is een verrijking waar ook de Nederlandse literatuur – nu, eindelijk – Hans Boland dankbaar voor kan en moet zijn.”

Genna Sosonko

„Bij vertalingen van Poesjkin moest ik altijd denken aan een verhaal uit de Griekse oudheid: een man wordt uitgenodigd om te komen luisteren naar iemand die de zang van een nachtegaal precies kan imiteren. De man antwoordt: ’Waarom zou ik met je meegaan? Ik heb meer dan eens een echte nachtegaal gehoord.’ Dat standpunt deelde ik, mutatis mutandis, ten aanzien van de poëzie van Poesjkin – waarmee ik sinds mijn kinderjaren vertrouwd ben – tot ik de Nederlandse vertalingen van Hans Boland onder ogen kreeg. Als met een toverstaf weet hij niet alleen het ritme van Poesjkins puntige en gepolijste verzen te vangen maar ook diens weemoed en glimlach. De Nederlandse poëzieliefhebber beschikt over een prachtige verzameling gedichten van de beroemdste dichter van Rusland.”

rel=nofollow