Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Erwin Musper
Erwin Musper is gitarist, keyboardspeler, zanger, geluidstechnicus en producer van onder andere Anouk, Doe Maar, Toontje Lager, Normaal, Herman Brood, Solution, Chicago, Elton John, Jeff Beck, Paco de Lucia, Metallica, Vengeance, Van Halen, Bon Jovi, Def Leppard en Scorpions.
Geboren 11 december 1948 in Den Haag. Woonachtig in Maastricht, Limburg van 1949 tot 1984. Verhuisd naar de USA in 1991. Interesse in muziek sinds hij Radio Luxemburg ontdekte en kreeg kort daarna zijn eerste gitaar. Erwin's eerste band was Keem, een groep met Charles Bouwens, John Jacobs, Piet Volders en Martin Bouwens. Erwin was daarin gitarist/zanger. In 1970 speelt Keem op de eerste (onofficiële) Pinkpop op de Gulpenerberg. Erwin wordt daar gespot door The Sharons, een reeds bekende band uit Maastricht. In die band zaten Pierre Beckers, Jo Robeers en Harry Heltzel. Een paar weken later wordt hij daarbij ingelijfd en wordt daardoor ook beroepsmuzikant. De groep toert veel door Duitsland en zelfs het toenmalige Tsjecho-Slowakije maakt kennis met de band. Er worden een aantal singles uitgebracht, maar interne onenigheid leidde tot het einde van de band. Erwin gaat door met Pierre en Jo onder de naam Opus, met Chrit Mandigers als organist, die de bandnaam had overgenomen van een eerdere versie van de band. Opus toert veel door Duitsland en Scandinavië en komt in contact met Jean Innemee en Conny Peters van The Walkers. Onder hun leiding wordt een single opgenomen met de titel 'Ohio Sun'. Vlak na deze single komt Bert Bessems de groep versterken als sologitarist. Jean en Conny overtuigen Erwin en zijn groep dat er een betere boterham te verdienen is in het danszalen circuit in Limburg. De coverband Windmill is geboren waarbij Erwin verhuist van gitaar naar de toetsen. De groep wordt een groot succes in de regio. Volle zalen, veel fans die de groep overal volgen. Windmill neemt een viertal singles op: Angeline, Lelia, Amy, en For you to remember. Alleen de laatste wordt een bescheiden lokaal succes. Ab van Goor uit Heerlen vervangt in 1976 Jo Robeers op drums en zang. Ondanks een drukke agenda werkt de band in stilte aan eigen materiaal en wordt een demo opgestuurd naar Phonogram Records in Hilversum. Producer Dennis Kloeth hoort het materiaal en biedt meteen een platenkontrakt aan. Kayuta Hills wordt opgenomen en Dennis stelt een naamsverandering voor. Dit wordt Partner en het gaat daarna razendsnel: de single wordt een grote hit en de groep gaat in de splinternieuwe Wisseloord studio's hun eerste album opnemen. 'A man size job requires a man size meal' komt in 1978 uit en ook dat wordt een grote hit zodat Partner wordt uitgenodigd te spelen op het Pinkpop festival voor 55.000 mensen. Ook mag de band openen voor 10CC en worden er liveconcerten uitgezonden op radio en tv, zoals Vara's Popkaravaan en Veronica's Countdown. Er volgen nog twee albums: 'On second Thoughts' en 'The sky is the limit'. Die worden echter geen grote hits en in 1981 besluit de groep er een punt achter te zetten.
Vanaf het moment dat Erwin in 1972 een opnamestudio binnenstapte wa hij gefascineerd door de technische kant van de muziekindustrie.
Samen met Jean Innemee , Conny Peters, Pierre Beckers en Charly Prick bouwde hij een studio in het kasteel van Borgharen en tegelijkertijd startten ze een platenfirma onder de naam Marlstone. Deze vijf mensen hadden ieder een eigen idee over hun muziekprodukties, en Erwin wilde de pop en rock richting uit. Een van de eerste acts die zich kwam aanbieden was Frank Boeijen, en Erwin en Pierre haalden daarmee hun eerste hit als producers binnen. Een ander idee van Erwin en Pierre was een album met verschillende Limburgse bands. Dit werd het nu legendarische "Southern Harvest" in 1978. Ook werden er twee albums met de Nederlandstalige hardrock band Vandale in de Marlstone studio geproduceerd. Daarna besloot Pierre zich meer met de organisatorische kant van Marlstone bezig te houden. Erwin ging in het kasteel wonen en nam daar o.a. The Press, The Chaplin Band en Decennium op.
In 1984 verkoopt Erwin zijn aandeel in Marlstone.
Erwin's studio kunsten werden opgemerkt door de platenfirma Telstar in Weert. Hij krijgt een kontrakt aangeboden als technicus/producer en begint aan een hele rits succesvolle opnames. Zijn eerste gouden plaat wordt een productie met Toontje Lager en het gaat helemaal loos met het album 'Virus' van Doe Maar. Dit was ook de eerste digitale opname in Nederland en Erwin kreeg allerlei apparatuur in de studio om de eerste cd te maken. Bij de uitreiking van de platinum plaat voor Virus kreeg Erwin een cd en een prototype van de eerste cd-speler. Er volgden nog een aantal mooie jaren in Weert, met o.a. een album met Maastrichtenaar Leon Haines en twee albums met Herman Brood plus een album met de Roermondse Girls Walk By (met Gé Reinders in het Engels). Na een sollicitatie bij de Wisseloordstudio's werd hij aangenomen en verhuisde hij naar Hilversum. Erwin wordt ook tijdelijk een talentscout voor Phonogram en brengt de Maastrichtse zangeres Blanche Elliz binnen. Zijn eerste internationale act krijgt hij omdat hij de enige technicus in Wisseloord is met een beetje kennis van de Franse taal. Paco de Lucia neemt twee albums met Erwin op en zo begint zijn wereldreis. Op het Nederlandse vlak produceert Erwin twee hit albums met Zinatra, waar hij ook veel liedjes meeschrijft. Vervolgens een productie met Robby Valentine die doorbreekt in Japan. Erwin werkt aan het album 'Hysteria' van Def Leppard. Dit is een klus van bijna anderhalf jaar en verkoopt uiteindelijk 20 miljoen exemplaren. Tevens doet hij sessies met Elton John, Mick Jagger en Metallica.
Omdat een andere technicus ziek werd, wordt Erwin gevraagd om in Engeland Bon Jovi live op te nemen. De producer van de band, Bruce Fairbairn, lijkt tevreden over de opnamen en vraagt Erwin's telefoonnummer. Drie weken later krijgt Erwin een telefoontje uit Amerika. Bruce gaat een sessie produceren met David Bowie en vraagt Erwin of hij de opnametechnicus wil zijn. Dit is het begin van een langdurige samenwerking. Tussen 1988 en 1996 werkt Erwin aan albums met Van Halen (3) , Chicago en Scorpions (5). Met die laatste band werkt hij in 1990 in Los Angeles aan hun album 'Crazy World'. Met de monsterhit 'Wind of Change' wordt dit een album dat 8 miljoen keer over de toonbank gaat. Door deze successen staat de telefoon niet stil; albums met Danger Danger, Warrant, David Lee Roth zijn een paar van de hitalbums die volgen. Erwin verhuist in 1991 naar de USA en strijkt neer in Florida. Hij werkt voornamelijk in de beroemde Criteria studio's in Miami en New River studio's in Fort Lauderdale. Een van de bands die hij naar de USA haalt is Normaal, met wie hij hun hitalbum 'Gas d'r biej' aldaar opneemt. En naderhand volgen er nog vier albums. Erwin reist terug naar Duitsland en Oostenrijk om een album met een andere Opus op te nemen (die van 'Live is life') Ook een album met het Engelse Laos wordt in die tijd geproduceerd. Met de Amerikaan Tony Carey neemt hij een jaar later een album op in München. In de tussentijd werkt Erwin ook aan een aantal soundtracks voor films, waarvan Twister en Gladiator de bekendste zijn. Ondanks dat Erwin in de USA woont, vergeet hij toch zijn thuisland niet. Hij blijft de Nederlandse scene volgen en werkt o.a. met Van Dik Hout, Racoon, de Poema's, BLØF, Mennen en Hennie Vrienten.
Daarvoor vliegt hij over en zit weer in de Wisseloordstudio's. Erwin heeft in 2000 ook een huis in Hollywood gekocht en ontvangt daar een beroemde gast: Anouk laat haar album 'Urban Solitude' door Erwin mixen.
The Scorpions vragen Erwin weer als producer en engineer voor hun album Unbreakable. Opgenomen in Hannover en gemixt in de Wisseloord studio’s in Hilversum. Het levert Erwin een nominatie op als producer van het jaar in een internationaal vooraanstaand hardrock magazine. Tijdens deze opnamen besluit Erwin om toch weer zelf een studio te bouwen. Hij vind een gigantisch huis op een heuvel in Cincinnati, Ohio en bouwt zijn studio in een gedeelte van de woning. Studio the Bamboo Room wordt de naam - voornamelijk omdat er bamboe op de vloer ligt. Eerste klant is Anouk, die met Dan Hill liedjes schrijft voor haar album 'Who's your momma'. Een lokale band die bij Erwin binnenstapt heeft de naam Oval Opus. Ook de Scorpions laten in 2008 weer een album door Erwin mixen. Erwin duikt ook in de lokale scene en start een eigen label: YEAYEAYEAH Records. Vanaf het begin van de studio tot op heden hebben meer dan vijftig Amerikaanse artiesten hun album in The Bamboo Room opgenomen. Ook heeft Erwin een mobiele studio waar hij video- en audioconcertregistraties meemaakt. Meerdere Nederlandse bands hebben de oversteek gemaakt, onder andere Rigby, The New Shining, the Dudettes, Ward Palmen, Mennen, Vanderlinde, Mooi Wark, Maladjusted, EXIT 31 , Touching Tongues, Wasted, Rory Mi en de LSB Experience.
Erwin hoort een highschoolbandje tijdens een talentenjacht in Cincinnati. Hij neemt ze onder zijn vleugels en geeft ze de opdracht om een nieuwe naam te verzinnen. Hun eerste album komt terecht bij RCA. Het label geeft ze een groot budget en een andere producer, en op dit moment zijn ze de best verkopende act van dat label. Meerdere toptienhits en wereldwijd uitverkochte zalen zijn het resultaat van Walk the Moon.
In 2014 besluit Erwin dat het mooi geweest is. De studio gaat in de verkoop en hijzelf zoekt een compleet ander plekje in de wereld uit om te gaan genieten van zijn pensioen. Het wordt een huis aan de Pacifische Oceaan in Ecuador. Erwin ontdekt dat er een weeshuis is vlakbij zijn woning en besluit actief hulp te bieden. Ondanks dat Erwin officieel 'met pensioen' is, krijgt hij een idee hij om sporadisch een producers/engineers/mix-klus aan te nemen. De helft van die inkomsten gaat namelijk direct naar het weeshuis.
Van 1993 tot 2015 schrijft Erwin een maandelijkse column voor het muziekblad Music Maker.[1]
Bronnen, noten en/of referenties
|