Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Bob den Uyl

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

Jacob (Bob) den Uyl (Rotterdam, 27 maart 1930Rotterdam, 13 februari 1992[1]) was een Nederlands schrijver, vooral van korte verhalen, en jazztrompettist. Naar hem is de Bob den Uyl-prijs voor literaire of journalistieke reisboeken genoemd.

Levensloop

Jeugd, opleiding en jonge jaren

Den Uyl kwam uit een hervormd gezin. Zijn vader Jacob den Uyl (1894–1982) was politieagent. Zijn moeder Anna Josefine Rosenkranz (1896–1968) was geboren in Philadelphia (Verenigde Staten), maar zij was ten tijde van haar huwelijk Duits onderdaan. Bob den Uyl was een achter-achter-neef van de politicus Joop den Uyl, want zij hadden gemeenschappelijke betovergrootouders.

Na de mulo-b te hebben doorlopen, deed hij MO-A Frans en Engels. Hij had diverse kantoorbanen alvorens hij zich in 1968 geheel op het schrijven toelegde. Van 1948 tot 1957 trad hij ook als jazztrompettist met verscheidene jazzorkesten op.

Eind jaren 50 riep hij psychiatrische hulp in om van het stotteren af te komen. Het bood hem weliswaar enig soelaas maar hij kreeg er bepaalde fobieën (straatvrees en eetangst) voor terug.

Latere jaren en erkenning

In 1963 debuteerde Den Uyl met Vogels kijken, waarvoor hij in 1965 de Prozaprijs van de gemeente Amsterdam ontving. In 1968 ontving hij de Anna Blaman Prijs voor Een zachte fluittoon.[2] In 1975 verscheen Gods wegen zijn duister en zelden aangenaam, waarvoor hij in 1976 de Multatuliprijs ontving.

Bob den Uyl is driemaal te zien geweest op televisie. De eerste keer was in 1975 in een interview over zijn passie voor het fietsen op de Rotterdamse wielerbaan, voor het tv-programma Heilig Vuur (TROS/1975).[3]

De tweede keer in 1979 in de documentaire Op zoek naar literatuur 'Aan de Rand van Nederland' van Theo Uittenbogaard.[4] Aanleiding was zijn essay in NRC-Handelsblad over treinreizen, met als titel Visvliet bestaat namelijk niet, over het treinstation Visvliet op de grens van Friesland en Groningen. Vier jaar later, in 1983, werd het stationsgebouw onverhoeds afgebroken. De uitgever van Den Uyl's boek Het reizen vereist sterke zenuwen uit 2004 gebruikte een foto ervan als omslag-illustratie. Den Uyl vond het indertijd een 'schande' en 'een groot verlies voor de Nederlandse cultuur' dat het in zijn ogen prachtige stationsgebouw gesloopt was en vervangen door een bushokje.

Tenslotte maakte Peter Scholten in 2012 een 54 minuten durende documentaire over het leven van Bob den Uyl Tamelijk Gelukkig[5] met veel beeldmateriaal, verklaringen van collega's, uitgever en biograaf, aangevuld met citaten van en over hem, en met nagespeelde scenes uit zijn werk.

Overlijden

Vanwege veelvuldig gebruik van alcohol en kalmeringsmiddelen verslechterde eind jaren 1980 zijn gezondheid. Begin 1992 overleed Bob den Uyl op 61-jarige leeftijd aan longemfyseem.

Beschrijving van zijn werk

Zijn schrijfstijl is ironisch en observerend, met als belangrijkste thema de zinloosheid en absurditeit van het bestaan. Zijn vroege werk bestaat vooral uit absurde verhalen. Later verschuift het zwaartepunt van zijn werk naar autobiografische verhalen, met name over zijn reizen (vaak per fiets) door de Nederland omringende landen. In zijn verhaal 'De ontwikkeling van een woede' in de gelijknamige verhalenbundel formuleerde hij de 'Wet van Den Uyl': "Je vindt niet wat je zoekt, maar alleen dat wat je niet zoekt."

Terugkerende elementen in zijn werk zijn:

Werken

Pseudoniem(en): Bob den Uyl gebruikte het pseudoniem Alex Vreugdenberg.

  • Vogels kijken (1963)
  • Een zachte fluittoon (1968)
  • Wat fietst daar? (1970)
  • Met een voet in het graf (1971)
  • De ontwikkeling van een woede (1972)
  • Groenland en erger (1974)
  • Gods wegen zijn duister en zelden aangenaam (1975)
  • De vliegende fiets (1976)
  • Een zwervend bestaan (1977)[6] (roman)
  • Vreemde verschijnselen (1978)
  • De bloedende trein (1980)
  • Quatro Primi (1980) (Omnibus van eerste vier verhalenbundels)
  • Opkomst & Ondergang van de Zwarte Trui (1981)
  • Volledig dichtwerk 1960-1980 (1981)
  • Hoe en waarom Edgar Allan Poe The Raven schreef (1983)
  • Het landschap der levenden (1984)
  • Een uitzinnige liefde (1986)
  • Schrijvers worden misbruikt en andere aanklachten (1987)
  • Het land is niet ondankbaar (1989)
  • De dwaalweg (1991)
  • Hier klopt iets niet (1996)
  • Het reizen vereist sterke zenuwen (2004)
  • Er kon niets verkeerd gaan (2005)
  • Onuitroeibare misverstanden (2006)
  • Het menselijk kunnen staat voor niets (2007)
  • Het graf van Bach (2008)

Literatuur en vernoemde prijs

  • Nico Keuning: Een zeker onbehagen. Een biografie van Bob den Uyl (2008).
  • Ivar Schute: Bob's Trompet (2008).
  • Mark van Leeuwen en Ivar Schute:Fraaie vergezichten die onze reis vergallen Een wandeling door Rotterdam aan de hand van Bob den Uyl (2010).
  • In 2004 heeft de redactie van de VPRO-gids de Bob den Uyl-prijs voor reisverhalen ingesteld.
  • Jaarlijks verschijnt ter ere van Bob den Uyl het Bobschrift met verhalen van en over Bob den Uyl.

Anekdote

door Theo Uittenbogaard

"Uiteraard wenste de reisverhalenschrijver Bob den Uyl in het geheel niet mee te werken aan een film voor de VPRO toen ik het hem in 1978 voorstelde. En zeker niet aan 'een reisverslag van een reisverhaal', zoals ik het hem omschreef. En helemaal niet als de bestemming en het doel van de reis ongewis was, want hij wilde Rotterdam niet verlaten en wenste geen avontuur meer in het leven. Maar hij ging vrijwel onmiddellijk om, toen ik hem -geheel tegen de VPRO-voorschriften in- 500 gulden beloofde voor zijn medewerking. Ik stelde voor, dat het uitgangspunt van de reis zijn -voor NRC geschreven- verhaal "Visvliet bestaat namelijk niet" zou kunnen zijn'. Visvliet, een plaatsje aan de spoorlijn van Leeuwarden naar Groningen, voorzien van een klassiek NS-stationsgebouw en verder niets. Verder zouden we wel zien. "Zouden daar schrijvers wonen ?", vroeg Den Uyl zich af in zijn gronderig Rotterdams accent, "daar in het hoge Noorden", en gaf daarmee spontaan richting en doel van het reisverhaal aan. Dat zouden we doen: op zoek naar literatuur aan de rand van Nederland.

Zo reisden we, begin december 1978, opzettelijk zonder enige productionele voorbereiding, met de trein naar het hoge Noorden,. Gelukkig begon het nabij Steenwijk hevig te sneeuwen. In Leeuwarden stapten we over op de trein naar Groningen. De filmploeg en ik het eerst. Bob een trein later, opdat we de aankomst van zijn trein in Visvliet zouden kunnen vastleggen. Tot onze ontsteltenis vertelde de stationschef van Visvliet ons na aankomst, dat de volgende een dóórgaande trein naar Groningen was. Ook Den Uyl had dat inmiddels vernomen van zijn treinconducteur en was van plan ons minzaam toewuivend te passeren. Tot zijn verbazing stopte zijn trein in Visvliet, en stapte hij als enige uit. Met dank aan de stationschef.

Afijn. We filmden de volgende dag, de in zichzelf verdwalende dominee/dichter P.J. van Leeuwen te Loppersum (en Den Uyl's verveloze éénpersoonskamertje onder het schuine dak van Hotel Spoorzicht), en de volgende dag Wil Vening, een giechelige streekroman-schrijfster te Groningen, en de volgende morgen de nog enigszins brakke stadsdichter Kees van der Hoef. En we haalden zelfs nog -nadat we langs het lagereschoolrijtje Hoogezand-Sappemeer-Scheemda-Zuidbroek hadden geschommeld- de grens met Duitsland te Nieuweschans. En toen was het Bob teveel. Hij vluchtte terug naar Rotterdam en liet wekenlang op zich wachten met het 'reisverhaal', dat hij had beloofd over deze tocht te zullen schrijven en dat ik onder de film zou monteren. Het verhaal kwam nooit. "Writers block", vreesde hij. Als alternatief stelde ik Den Uyl voor fragmenten uit bestaand werk van hem door hem te laten voorlezen en die te gebruiken onder de film. Opgelucht stemde hij daarmee in.

Nadat de film was uitgezonden belde de hoteleigenaar van Spoorzicht uit Loppersum huilend op, dat wij zijn zaak te gronde hadden gericht met onze beelden van het verveloze kamertje en het vreugdeloze commentaar van Den Uyl daarbij. Cherry Duyns vroeg zich in VPRO's programmamakers-vergadering af, waar de film eigenlijk over ging. Terwijl het laatste in de film door Bob den Uyl gelezen citaat toch luidde: "Jarenlang ben ik gebukt gegaan onder de heersende mening, dat er in een verhaal iets wezenlijks dient te gebeuren. Op niet nader te omschrijven wijze is me geopenbaard, dat dit een misvatting is. Er gebeurt al genoeg. Dus ook weer niets. "

Enkele jaren later werd het klassieke stationsgebouw van Visvliet, ongevraagd, en tot veler verontwaardiging, van de ene dag op de andere, afgebroken en vervangen door een bushokje."

Externe links

  • Bob den Uyl, Schrijversinfo
  • [6] I.s.m. StudioRev/Jeroen Rozendaal werd voor RTV Rijnmond de documentaire Tamelijk gelukkig[7] Peter Scholten) gerealiseerd. Tamelijk gelukkig ging in premiere op het Geen Daden Maar Woorden festival 2012. De uitzending was op zaterdag 2 februari 2013, en ze werd geselecteerd en vertoond op het IFFR 2013.

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  1. 1,0 1,1 Familiebericht, NRC Handelsblad, 18 februari 1992. Geraadpleegd op Delpher op 1 november 2018.
  2. º Redactie, "Prijzen van Anjerfonds". "Het vrije volk: democratisch-socialistisch dagblad". Rotterdam, 22-05-1968. Geraadpleegd op Delpher op 24-06-2019.
  3. º Heilig Vuur (TROS) [1]
  4. º Aan de rand van Nederland (VPRO-tv, 1979) [2]
  5. º documentaire Tamelijk Gelukkig (RTV-Rijnmond, 2012) [3]
  6. º Boek over Hans Verweij. Zie Hans Verweij op ram-art.nl, 2017.
  7. º Tamelijk Gelukkig [4]
rel=nofollow
rel=nofollow
rel=nofollow