Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Anosmie
Anosmie is een aandoening aan de reukzin, of de afwezigheid van de mogelijkheid te kunnen ruiken. De aandoening kan zowel van tijdelijke aard zijn als permanent. Anosmie betekent niet altijd dat men in zijn geheel niet meer kan ruiken. Het is ook mogelijk anosmie te ontwikkelen voor enkele specifieke geuren.
Symptomen
Niet of slechts (zeer) beperkt kunnen ruiken.
Diagnose
Anosmie kan worden vastgesteld middels een geurtest met een aantal basisgeuren zoals koffie, citroen, vanille, kaneel, alcohol en ammoniak. Indien de geurtest negatief uitvalt, zal in de meeste gevallen verder onderzoek gedaan worden. In de vorm van een MRI- of CT-scan worden deze onderzoeken uitgevoerd. Dit vervolgonderzoek is noodzakelijk om vast te stellen of de anosmie van tijdelijke of blijvende aard is, en of er behandelmethodes beschikbaar zijn voor de oorzaak.
Oorzaken
Een tijdelijke vorm van anosmie kan het gevolg zijn van een verstopte neus (bijvoorbeeld door een verkoudheid) of door een (allergische) ontsteking van de slijmvliezen in mond- en keel- en neusholten. Permanente anosmie treedt op na het afsterven van zenuwen in het reuksysteem of door hersenbeschadiging. Anosmie kan aangeboren zijn als gevolg van een genetische afwijking.
Andere oorzaken van anosmie kunnen zijn:
- Roken
- Ouderdom
- Polyposis nasi (Poliepen)
- Verkeerd medicijngebruik
- Ziekte van Alzheimer
- Ziekte van Parkinson
- Inademen van gifstoffen
- Syndroom van Kallmann
- Ongevallen (met zware hersenschudding, hersenkneuzing of schedelbasisfractuur tot gevolg)
Gevolgen
Mensen bij wie anosmie plotseling optreedt, kunnen vaak nog maar (heel) weinig proeven, enkel en alleen wat de tong waar kan nemen: bitter, zoet, zout en zuur. Mensen waarbij anosmie aangeboren is, hebben vaak wel een soort smaak ontwikkeld.
Heel vaak ontwikkelen mensen met anosmie andere zintuigen verder om het verlies van de reuk op te vangen. Dit kan bijvoorbeeld de tastzin, het gehoor of de tong zijn.
Er is nog maar heel weinig zuiver wetenschappelijk onderzoek verricht naar de psychische effecten die anosmie heeft op mensen die tijdens hun leven, meestal na de middelbare leeftijd, door deze aandoening getroffen worden. Ook ontbreken er concrete cijfers over het aantal mensen dat aan deze aandoening lijdt. Het is een verborgen kwaal, waarop niet altijd adequaat gereageerd wordt door huisartsen, omdat de anosmie geweten wordt aan een allergische aandoening waartegen weinig of niets te doen is. Zoveel is zeker dat het gemis van reuk en smaak door alle betrokkenen als een zintuigelijke ramp wordt ervaren. Anosmie is niet alleen deprimerend voor de lijders zelf, maar ook voor hun directe omgeving. Koken voor en eten met iemand die daar geen enkel plezier aan beleeft is niet echt inspirerend of gezellig.
Anosmie is ook allesbehalve ongevaarlijk, omdat de reukzin de mens beschermt tegen bedorven voedsel, brand(lucht), oververhitting, aanbranden van voedsel, een lekkend gasfornuis, benzine(lucht) en andere brandbare gassen.
Trivia
Gedurende de Middeleeuwen werd er vaak een relatie gelegd tussen een ziekte en een heilige, die dan als patroonheilige functioneerde. Tegen tandpijn bijvoorbeeld riep men de heilige Apollonia van Alexandrië aan. Voor lijders aan anosmie is geen beschermheilige bekend, maar in aanmerking zou kunnen komen de heilige Bernard van Clairvaux, in wiens biografie in de Legenda aurea wij lezen dat hij door het vele vasten zijn smaak verloren had: "Hi hadde sijnre kelen begheerte so ghetamt dat hi in uele manieren sinen smaec uerloren hadde." (Hs. KB Brussel 15140, fol. 257ra.) en daarom niet wist wat hij at.