Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Neoplatonisme
Met neoplatonisme wordt verwezen naar de periode van platonisme die volgde op de nieuwe impuls die de filosofische speculaties van Plotinus (204-269) eraan hadden gegeven. De neoplatonisten zelf beschouwden zichzelf gewoon als platonisten; het moderne onderscheid is gebaseerd op het oordeel dat hun filosofie genoeg unieke interpretaties van Plato bevatte om te spreken over een wezenlijk andere filosofie dan die waarover Plato schreef. De moderne betekenis van de term is die van een school voor religieuze en mystieke filosofie die vorm kreeg in de 3e eeuw na Christus, gesticht door Plotinus en gebaseerd op de leer van Plato.
Minimum en maximum interpretatie van de term
De periode van het neoplatonisme loopt minstens door tot aan tot het sluiten van de Platoonse school in Athene door de Byzantijnse keizer Justinianus I in 529. Maximaal omvat ze echter het tijdperk van Byzantium, figuren als Michael Psellus (1018-1078) en Gemistus Pletho (1360-1452), de renaissance (met Marsilio Ficino, Giovanni Pico della Mirandola en de Florentijnse academie) en de vroegmoderne periode (de 17e eeuwse 'Cambridge platonists' en de 18e/19e-eeuwse Britse neoplatonist Thomas Taylor), tot aan de komst van de 'wetenschappelijke' studie van de werken van Plato door Friedrich Schleiermacher (1768-1834) aan het begin van de 19e eeuw.
De term werd vanouds ook gebruikt om er binnen de oude academie van Plato de hele periode mee aan te duiden volgend op Plato's leiderschap, dus vanaf Plato's onmiddellijke opvolgers Speusippus en Xenocrates, doorheen de periode van het midden-platonisme (ca. 80 v.Chr.- 220) tot aan Plotinus. Deze opvatting is dus gelijk aan de 'minimum' interpretatie'.
Neoplatonisme kan verder ingedeeld worden in drie periodes:
- de periode van Plotinus en zijn onmiddellijke opvolgers (3e eeuw)
- de periode van de "Syrische school" van Iamblichus en zijn volgelingen (4e eeuw)
- de periode van de "Atheense school" begonnen door Plutarchus van Athene. Tot deze school behoren Syrianus, Proclus en hun opvolgers tot aan Damascius (5e en 6e eeuw), de laatste scholarch van de School van Athene.