Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Strafbaarheid van mensenhandel

Uit Wikisage
Versie door O (overleg | bijdragen) op 8 nov 2017 om 10:16 (https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Strafbaarheid_van_mensenhandel&oldid=24025656 17 jan 2011 Corriebert)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Strafbaarheid van handelingen die vallen onder Nederlandse definities van ‘vrouwenhandel’ of ‘mensenhandel’ tot 2000 verschilt per land. Vanaf het jaar 2000 lopen nieuw geïntroduceerde betekenissen van termen, verwant aan ‘mensenhandel’, internationaal sterk uiteen.

Alle werven of bemiddelen van prostituees/-és

Nederland

Volgens Wetboek van Strafrecht, artikel 273f[1], is – als men de tekst letterlijk neemt – ieder werven of bemiddelen voor werk als prostituee/-é strafbaar. Zie voor een andere interpretatie, en voor de historische ontwikkeling, Strafbaarheid van mensenhandel, chronologisch.

Overige landen

In Duitsland is werven of bemiddelen van prostituees/-és in zijn algemeenheid nu niet verboden. Zie verder ‘Mensenhandel’ in Duitsland. In Frankrijk is sinds 1946 een persoon werven of bemiddelen tot prostitutie strafbaar. Zie verder ‘Mensenhandel’ in Frankrijk.

In 1949 nam de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties een resolutie[2] aan die werven van prostituees/-és strafbaar stelt als Traffic in persons. In januari 2009 hadden 95 van de 192 lidstaten van de VN deze resolutie geratificieerd waaronder België, Frankrijk, Spanje, Italië, Denemarken, Noorwegen en Finland. Niet geratificeerd hebben onder andere Nederland, Duitsland, Groot-Brittannië, Oostenrijk, Zwitserland, Zweden en de VS.

In Oostenrijk is zeker sinds 1975 ‘iemand tot prostitutie brengen’ strafbaar. Zie verder ‘Mensenhandel’ in Oostenrijk. In Engeland en Wales was tussen 1885 en 2003 werven van een vrouw als prostituee strafbaar. Sinds 2003 is werven van een persoon tot prostitutie alleen strafbaar als dit gebeurt in de verwachting dat men zelf, of een derde, daaruit winst behaalt. Zie verder ‘Mensenhandel’ in het Verenigd Koninkrijk. In de VS lijkt werven voor prostitutie over het algemeen verboden; zie ‘Mensenhandel’ in de Verenigde Staten.

Werven minderjarige prostituees/-és

Nederland

Sinds 1911 is ieder werven van een minderjarige vrouw strafbaar (sinds 1811 als het ‘als gewoonte’ gebeurt), sinds 1927 ook van een minderjarige man. Zie voor details strafbaarheid ‘mensenhandel’ chronologisch.

Overige landen

In 1910 sluiten België, Brazilië, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Hongarije, Ierland, Italië, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Rusland, Spanje en Zweden een verdrag[3] om het aanwerven, africhten of ontvoeren van een minderjarige vrouw voor losbandigheid, strafbaar te stellen als ‘la traite des blanches’. De decennia daarna betuigt nog een groot aantal landen zijn bijval aan dit verdrag[4].

In Frankrijk is sinds 1946 werven van minderjarigen voor prostitutie verboden; sinds 1811 was dat al verboden als het ‘als gewoonte’ gebeurde. Zie voor details ‘Mensenhandel’ in Frankrijk. In Duitsland is sinds 1973 werven van minderjarigen verboden; sinds 1872 was dat al verboden als het ‘als gewoonte of uit eigenbelang’, of met misleiding, of door ouders, opvoeders etcetera gebeurde. Zie verder ‘Mensenhandel’ in Duitsland. In Engeland wás sinds 1885 ieder werven van een minderjarige vrouw strafbaar; sinds 2003 is echter alleen werven van een vrouw óf man in de verwachting daar zelf beter van te worden strafbaar. Zie verder ‘Mensenhandel’ in het Verenigd Koninkrijk.

In Oostenrijk is de situatie, door subtiele woordkeuzes, moeilijk in te schatten. Zie voor de details ‘Mensenhandel’ in Oostenrijk. Over de Verenigde Staten zijn gegevens moeilijk te vinden, maar vermoedelijk is ieder werven vrij algemeen verboden. Zie verder ‘Mensenhandel’ in de Verenigde Staten.

Werven prostituees/-és voor ander land

Nederland

Sinds 1911 is ieder aanwerven van een vrouw voor prostitutie in een ander land verboden, sinds 1927 ook minderjarige mannen, sinds 1995 ook meerderjarige mannen. Zie voor details strafbaarheid ‘mensenhandel’ chronologisch.

Overige landen

In Duitsland is werven voor prostitutie in een ander land in zijn algemeenheid niet verboden. Zie verder ‘Mensenhandel’ in Duitsland. In Engeland en Wales is sinds 2003 werven voor prostitutie in een ander land in zijn algemeenheid niet langer strafbaar. Zie voor details ‘Mensenhandel’ in het Verenigd Koninkrijk. In de V.S. is lijkt sinds 1910 werven voor prostitutie in een andere staat, dus ook in een andere deelstaat van de V.S., strafbaar. Zie voor details ‘Mensenhandel’ in de Verenigde Staten.

In 1933 sluiten Albanië, België, Bulgarije, Chili, Duitsland, Frankrijk, Gdansk, Griekenland, Hongarije, Joegoslavië, Letland, Litouwen, Monaco, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Panama, Polen, Portugal, Spanje, Taiwan, Tsjecho-Slowakije, het Verenigd Koninkrijk, Zweden en Zwitserland een verdrag[5] dat aanwerven, africhten of ontvoeren van een meerderjarige vrouw voor losbandigheid in een ander land strafbaar stelt als ’la traite des femmes majeures / traffic in women of full age’; dit als aanvulling op hun eerdere verdrag om zulk aanwerven van minderjarige vrouwen te verbieden (zie eerdere paragraaf in dit artikel).

In Frankrijk is sinds 1946 werven voor prostitutie in een ander land strafbaar. Zie verder ‘Mensenhandel’ in Frankrijk. In Oostenrijk is zeker sinds 1975 een persoon werven voor prostitutie in een land, waar die persoon zich gewoonlijk niet bevindt en waarvan die persoon ook niet de nationaliteit bezit, strafbaar. Zie verder ‘Mensenhandel’ in Oostenrijk.

Door misleiding of met dwang tot prostitutie brengen

Nederland

Sinds 1911 is vrouwen door misleiding of met dwang tot prostitutie brengen strafbaar, sinds 1927 minderjarige mannen, sinds 1995 meerderjarige mannen. Zie voor details strafbaarheid ‘mensenhandel’ chronologisch.

Overige landen

In Engeland en Wales is met misleiding of dwang tot prostitutie brengen alleen strafbaar als dit gebeurt in de verwachting dat men zelf, of een derde, daaruit winst behaalt. Zie verder ‘Mensenhandel’ in het Verenigd Koninkrijk. In Duitsland is al sinds 1872 met misleiding iemand tot prostitutie brengen strafbaar; sinds 1973 is met geweld of bedreiging iemand tot prostitutie brengen strafbaar – dit was sinds 1872 al strafbaar als het bovendien ‘als gewoonte of uit eigenbelang’ gebeurde. Zie voor details ‘Mensenhandel’ in Duitsland. In de VS lijkt met misleiding of dwang tot prostitutie brengen over het algemeen verboden; zie ‘Mensenhandel’ in de Verenigde Staten.

In 1910 sluiten België, Brazilië, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Hongarije, Ierland, Italië, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Rusland, Spanje en Zweden een verdrag[3] om het door bedrog of met dwang aanwerven, africhten of ontvoeren van een vrouw voor losbandigheid, strafbaar te stellen als ‘la traite des blanches’. De decennia daarna betuigt nog een groot aantal landen zijn bijval aan dit verdrag[4].

In Frankrijk is sinds 1946 door misleiding of met dwang een persoon tot prostitutie brengen strafbaar. Zie verder ‘Mensenhandel’ in Frankrijk. In Oostenrijk is zeker sinds 1975 ‘iemand tot prostitutie brengen’ strafbaar; sinds 2004 is ook strafbaar een persoon intimideren om uit de prostitutie van die persoon een duurzaam inkomen te verkrijgen. Zie voor details ‘Mensenhandel’ in Oostenrijk.

‘Mensenhandel’ na 2000

Na het jaar 2000 ontstaan in diverse landen wetsartikelen onder titels die verwant zijn aan ‘mensenhandel’. Daarbij blijkt bijna ieder land aan die titel een andere betekenis te geven. Vanwege de uitgebreidheid van deze wetsartikelen, en de soms subtiele verschillen tussen de definities van de verschillende landen, zij verwezen naar de gedetailleerde artikelen ‘Mensenhandel’ in Duitsland, ‘Mensenhandel’ in Oostenrijk, ‘Mensenhandel’ in Frankrijk, ‘Mensenhandel’ in de Verenigde Staten, ‘Mensenhandel’ in het Verenigd Koninkrijk en onderstaande paragraaf betreffende Nederland.

Chronologisch (Nederland)

De strafbaarheid van 'mensenhandel' in Duitsland, Frankrijk, Oostenrijk, Engeland en de Verenigde Staten wordt chronologisch behandeld in de aparte artikelen. Hieronder volgt de chronologische ontwikkeling van die strafbaarheid in Nederland.

1811 tot 1910

1811, Code pénal artikel 334: strafbaar is om als gewoonte de losbandigheid of de prostitutie of de corruptie van jeugd onder de 21 jaar uit te lokken, te bevorderen of te faciliteren[6].

1886, Wetboek van Strafrecht (ter vervanging van Code pénal) artikel 250 [koppelarij]: strafbaar is om uit winstbejag of als gewoonte, of in de hoedanigheid van ouder of (toeziend) voogd, de ontucht van een minderjarige te bevorderen[7].

1911 tot 1994

1911, WvS artikel 250ter [vrouwenhandel]: werven of bemiddelen van een vrouw tot werk als prostituee, ongeacht de mate van vrijwilligheid of onvrijwilligheid van die vrouw, is strafbaar - met maximaal vijf jaar cel[8]. Artikel 250 wordt aangescherpt: het bevorderen van ontucht van een minderjarige is nu sowieso strafbaar[9].

1927: WvS art. 250ter wordt zodanig gewijzigd dat ook werven/bemiddelen van mannen onder de 21 jaar voor prostitutie strafbaar is[10].

1995

WvS art 250ter wordt herschreven en nu getiteld [mensenhandel]. Gaat men uit van de strekking van de parlementaire debatten voorafgaande aan deze wijziging (zie Wetswijziging werving en bemiddeling prostituees 1995) dan lijkt het nieuwe wetsartikel te bedoelen om drie zaken strafbaar te stellen - met maximaal 6 à 10 jaar cel: (a) door geweld of misleiding iemand tot prostitutie brengen[11]; (b) iemand jonger dan achttien jaar tot prostitutie brengen[12]; (c) iemand aanwerven voor prostitutie in een ander land[13]. Neemt men echter de wetstekst letterlijk, dan stelt hij alle werven of bemiddelen tot prostitutie strafbaar[11].

2000

Per 1 oktober 2000 wordt WvS art. 250ter vervangen door art. 250a, getiteld [mensenhandel en strafbare exploitatie van prostitutie]. Strafbaar is: (a) door dwang of misleiding (etc.) iemand tot prostitutie brengen[14]; (b) iemand jonger dan achttien jaar tot prostitutie brengen[15]; (c) iemand aanwerven voor prostitutie in een ander land[16].

2005, uitgebreidere definitie mensenhandel

Per 1 januari 2005 is WvS art. 250a vervangen door art. 273a [mensenhandel] in Titel XVIII. Misdrijven tegen de persoonlijke vrijheid. Per 1 september 2006 is dit wetsartikel hernummerd tot WvS art. 273f[17].

Neemt men de wetstekst letterlijk dan wordt hiermee ten aanzien van prostitutie ongeveer de situatie hersteld die bestond tussen 1995 en 2000:

  • (sub 1-4º in het wetsartikel) ieder werven of bemiddelen tot prostitutie is weer strafbaar[18];
  • (9º) ieder voordeel trekken uit prostitutie van een ander is strafbaar[19].

Zelfs ieder werven tot arbeid zou, als men de wetstekst letterlijk neemt, sinds januari 2005 strafbaar zijn[18].

Gaat men echter uit van de parlementaire debatten voorafgaande aan de wetswijziging van 1995 (zie Wijziging strafbaarheid werving en bemiddeling prostituees/-és (1995)) dan lijkt de wet bedoeld om strafbaar te stellen - met maximumstraffen tussen 6 en 15 jaar cel:

  • (4º) door dwang of misleiding, etcetera, iemand tot prostitutie brengen[18];
  • (5º) iemand jonger dan achttien jaar tot prostitutie brengen[20];
  • (3º) iemand aanwerven of medenemen voor prostitutie in een ander land[21];
  • (1º,2º) iemand door dwang of misleiding etc., of iemand jonger dan achttien jaar, werven of vervoeren of huisvesten etcetera met het doel die persoon uit te buiten[22];
  • (4º) iemand door dwang of misleiding etc. bewegen tot arbeid of tot het beschikbaar stellen van zijn organen[18];
  • (5º) iemand jonger dan achttien jaar tot verkoop van zijn organen brengen[20];
  • (6º,7º) voordeel trekken uit de uitbuiting van een ander[23].

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen en noten

Literatuur:

Noten:

  1. º Zie Wetboek van Strafrecht artikel 273f zoals geldend op 22-03-2010; geraadpleegd 23 maart 2010.
  2. º Zie www.un.org → Welcome → documents → General Assembly, Resolutions → 1949 → 317 (IV) Convention for the Suppression of the Traffic in Persons and of the Exploitation of Prostitution of Others; en VN-verdrag 1949 tegen prostitutie, Franse tekst (fragment). Beide geraadpleegd 3-1-2009.
  3. 3,0 3,1 In 1910 sluiten afgevaardigden van die vijftien landen het Verdrag van Parijs betreffende “la répression de la traite des blanches”. Artikel 1 van het verdrag stelt strafbaar degene die “pour satisfaire les passions d’autrui, a embauché, entrainé ou détourné, même avec son consentement, une femme ou fille mineure, en vue de la débauche” ; artikel 2 degene die “pour satisfaire les passions d’autrui, a, par fraude ou à l’aide de violences, menaces, abus d’autorité, ou tout autre moyen de contrainte, embauché, entrainé ou détourné une femme ou fille majeure en vue de la débauche”. (Bron: Staatsblad 1912, nº. 355.)
  4. 4,0 4,1 Zie Staatsblad der Nederlanden 1923 no. 526, en 1935 no. 598.
  5. º Verdrag van Genève van 11 oktober 1933 “for the suppression of the traffic in women of full age / relative à la répression de la traite des femmes majeures” . Artikel 1: “… embauché, entrainé ou détourné, même avec son consentement, une femme ou fille majeure en vue de la débauche dans un autre pays …” . (Bron: Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden 1935, no. 598.)
  6. º Het Franse bezettingsregime voert in 1811 in het gebied dat later ‘Nederland’ zal worden de Franse strafwet, code pénal, in (bron: De Vries, pag. 142-143). Artikel 334 daarin zegt: ”Quiconque aura attenté aux meurs, en excitant, favorisant ou facilitant habituellement la débauche ou la corruption de la jeunesse de l'un ou de l'autre sexe au-dessous de l'âge de vingt-un ans, sera puni d'un emprisonnement de six mois à deux ans, et d'une amende de cinquante francs à cinq cents francs. Si la prostitution ou la corruption a été excitée, favorisée ou facilitée par leurs père, mère, tuteurs ou autres personnes chargées de leur surveillance, la peine sera de deux ans à cinq ans d'emprisonnement, et de trois cents francs à mille francs d'amende.” (Bron: Code pénal (Franse strafwet) van 1810; geraadpleegd 13 december 2008.)
  7. º WvS artikel 250 (in 1886): “1º (…) de vader, moeder, voogd of toeziende voogd die opzettelijk het plegen van ontucht door zijn minderjarig kind (…) met een derde teweegbrengt of bevordert; 2º (…) ieder ander die uit winstbejag opzettelijk het plegen van ontucht door een minderjarige met een derde teweegbrengt of bevordert, of die van het opzettelijk teweegbrengen of bevorderen van ontucht door een minderjarige met een derde eene gewoonte maakt”. (Bron: Het Wetboek van Strafrecht .. (etc.). (Bewerkt door J.C. van Schermbeek.) 's-Gravenhage, Gebr. Belinfante, 1886.)
  8. º WvS art. 250ter (1911): “Vrouwenhandel wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vijf jaren”. (Bron: [Noyon 1914] (zie literatuur).) Kort daarvoor was de regering met woordvoerders in de Tweede Kamer overeengekomen om onder ‘vrouwenhandel’ te verstaan: ieder werven of bemiddelen van een vrouw tot werk als prostituee, ongeacht de mate van vrijwilligheid of onvrijwilligheid van die vrouw. (Bron: Verslag der handelingen van de Staten-Generaal 1910-1911. Bijlagen 2e Kamer. Bijlage 28-5 (Bestrijding van zedeloosheid), Nota van wijziging, 20 Februari 1911; en Verslag der handelingen van de Staten-Generaal 1910-1911. Handelingen II. Betreffende “vrouwenhandel” (WvS artikel 250ter): pagina’s 1569-1581 (1 en 2 maart 1911) en 1775-1781 (16 maart 1911).)
  9. º In WvS art. 250 blijft 1º gelijk. 2º wordt in 1911 gewijzigd tot: “(…) ieder ander die het plegen van ontucht door een minderjarige, wiens minderjarigheid hij kent of redelijkerwijs moet vermoeden, met een derde opzettelijk teweegbrengt of bevordert (…)”. (Bron: [Noyon 1912].)
  10. º Art. 250ter in 1927: “Vrouwenhandel en handel in minderjarigen van het mannelijk geslacht wordt gestraft met (…)”. (Bron: [Kluwer 1997].)
  11. 11,0 11,1 Art. 250ter (1995) lid 1.-1º: “degene die een ander door geweld of een andere feitelijkheid of door bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid dan wel door misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht of door misleiding tot prostitutie brengt, (…)”.(Bron: [Kluwer 1997].)
  12. º Art. 250ter (1995) lid 1.-3º: “degene die een ander tot prostitutie brengt, dan wel ten aanzien van een ander enige handeling onderneemt waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat die ander daardoor in de prostitutie belandt, indien die ander minderjarig is”. (Bron: [Kluwer 1997].)
  13. º Art. 250ter (1995) lid 1.-2º: “degene die een persoon aanwerft, medeneemt of ontvoert met het oogmerk die persoon in een ander land in de prostitutie te brengen”. (Bron: [Kluwer 1997].) Motivatie: Kamerstukken Tweede Kamer 1990-‘91, 21027 nr. 5, Memorie van antwoord minister Hirsch Ballin, 11 december 1990, pag. 2: “Het aanwerven van vrouwen in het buitenland met het oogmerk hen hier in de prostitutie te brengen acht ik onaanvaardbaar”.
  14. º WvS art. 250a (2000) lid 1.-1º: “degene die een ander door geweld of een andere feitelijkheid of door bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid dwingt dan wel door misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht of door misleiding beweegt zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een derde tegen betaling, (…)”. (Bronnen: (via Parlando) Kamerstukken Eerste Kamer: (voor de wetstekst:) 25437 nr. 189, Gewijzigd voorstel van wet, 2 februari 1999; en (voor de ingangsdatum:) 25437 nr. 14c, brief van minister A.H. Korthals, 23 december 1999. )
  15. º WvS art. 250a (2000) lid 1.-3º: “degene die een ander ertoe brengt zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een derde tegen betaling, dan wel ten aanzien van een ander enige handeling onderneemt waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat die ander zich daardoor tot het verrichten van die handelingen beschikbaar stelt, terwijl die ander minderjarig is”. (Bron: zie vorige noot.)
  16. º WvS art. 250a (2000) lid 1.-2º: “degene die een persoon aanwerft, medeneemt of ontvoert met het oogmerk die persoon in een ander land ertoe te brengen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een derde tegen betaling”. (Bron: zie vorige noot.)
  17. º Wetboek van Strafrecht artikel 273f zoals geldend op 22-03-2010 : op die website, op informatieblad ‘informatie over dit regelingselement’, te vinden achter het knopje i direct naast de titel ‘Artikel 273f’, wordt melding gemaakt van de hernummering in september 2006.
  18. 18,0 18,1 18,2 18,3 WvS art. 273a (2005) lid 1-4º: “degene die een ander met een van de onder 1º genoemde middelen [ dwang, geweld of een andere feitelijkheid, dreiging met geweld of een andere feitelijkheid, afpersing, fraude, misleiding, misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht, misbruik van een kwetsbare positie, het geven of ontvangen van betalingen of voordelen om de instemming van een persoon te verkrijgen die zeggenschap over die ander heeft ] dwingt of beweegt zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of diensten of zijn organen beschikbaar te stellen (…)”. (Bron: [Kluwer 2006]. Zie echter ook het gelijkluidende Wetboek van Strafrecht artikel 273f zoals geldend op 22-03-2010 dat ontstond na hernummering in september 2006. Deze hernummering wordt op de zojuist genoemde website vermeld op informatieblad ‘informatie over dit regelingselement’, te vinden achter het knopje i direct naast de titel ‘Artikel 273f’.)
  19. º WvS art. 273a (2005) lid 1-9º: “degene die een ander met een van de onder 1º genoemde middelen dwingt dan wel beweegt hem te bevoordelen uit de opbrengst van diens seksuele handelingen met of voor een derde of van de verwijdering van diens organen.” (Bron: zie vorige noot.)
  20. 20,0 20,1 WvS art. 273a (2005) lid 1-5º: “… een ander ertoe brengt zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling of zijn organen ter beschikking te stellen (…) terwijl die ander de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt”. (Bron: zie vorige noot.)
  21. º WvS art. 273a (2005) lid 1-3º: “… aanwerft, medeneemt of ontvoert met het oogmerk die ander in een ander land ertoe te brengen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling”. (Bron: zie vorige noot.)
  22. º WvS art. 273a (2005) lid 1-1º en 1-2º samengevoegd: ‘degene die een ander door dwang, geweld of een andere feitelijkheid, dreiging met geweld of een andere feitelijkheid, door afpersing, fraude, misleiding dan wel door misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht, door misbruik van een kwetsbare positie of door het geven of ontvangen van betalingen of voordelen om de instemming van een persoon te verkrijgen die zeggenschap over die ander heeft – of een ander jonger dan achttien jaar sowieso – werft, vervoert, overbrengt, huisvest of opneemt, met het oogmerk van uitbuiting van die ander of de verwijdering van diens organen.’ (Bron: zie vorige noot.)
  23. º WvS art. 273a (2005) lid 1-6º en -7º samengevoegd: ‘degene die opzettelijk voordeel trekt uit de uitbuiting van een ander, of uit de verwijdering van diens organen terwijl hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat diens organen onder de onder 1º bedoelde omstandigheden zijn verwijderd’. (Bron: zie vorige noot.)
rel=nofollow
rel=nofollow