Anton van Wilderode

Cyriel Paul Coupé (Moerbeke-Waas, 28 juni 1918 - Sint-Niklaas, 15 juni 1998) was een Vlaams schrijver, dichter en vertaler, bekend onder het pseudoniem Anton van Wilderode.

Anton Van Wilderode is vooral bekend om zijn vertalingen van Romeinse schrijvers, in de eerste plaats Vergilius. Vele van zijn geschriften vertonen een Vlaamsgezinde inspiratie.

Leven

Cyriel Coupé’s vader was huisschilder, gelegenheidsdichter en amateurtoneelspeler; en moeder was huisvrouw. Cyriel groeide op met zijn tweelingbroer Filemon Piet en zijn acht jaar oudere broer Jozef (die eveneens priester werd).

Hij werd op 21 mei 1944 tot priester gewijd in de Sint-Baafskatedraal te Gent. Daarna studeerde hij nog twee jaar klassieke filologie aan de universiteit van Leuven.

In 1946 werd hij leraar aan het Sint Jozef-Klein-Seminarie in Sint-Niklaas. waar hij zelf het middelbaar onderwijs had gevolgd. Hij zou hier leraar blijven tot zijn pensionering in 1983. In de loop der jaren werden een aantal van zijn voormalige leerlingen ook schrijver; onder anderen Paul Snoek, Tom Lanoye, Dirk Van Bastelaere en Erik Spinoy.

Literaire loopbaan

Zijn eerste gedicht waarbij hij het pseudoniem ’Anton van Wilderode’ gebruikte, was getiteld Wake, en verscheen in 1939 in Dietsche Warande en Belfort. Zijn debuutnovelle Dis al verscheen datzelfe jaar in het tijdschrift Nederland, onder het pseudoniem Maurits Wille. Een eerste dichtbundel van zijn hand verscheen in 1943: De moerbeitoppen ruischten en werd reeds als manuscript bekroond moet de Poëzieprijs voor Oost-Vlaanderen.

Varia

Op een reeks gedichten van zijn hand werd in 2011 de Cantate Wilde Roos voor orgel, hoorn in F, koor, klavier (orkest), percussie en solisten gecomponeerd door de componist-pianist Peter Ritzen.