Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
René Magritte: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 15: | Regel 15: | ||
== Leven == | == Leven == | ||
René Magritte was de eerstgeboren zoon van de kleermaker en textielhandelaar Léopold Magritte en Régina Bertinchamp, die voor haar huwelijk als hoedenmaakster had gewerkt. Hij had twee broers, Raymond, geboren in 1900, en Paul, geboren in 1902. Het gezin verhuisde in 1910 naar [[Châtelet (België)|Châtelet]]. Daar begon René Magritte op twaalfjarige leeftijd te tekenen en te schilderen. In 1912 beroofde zijn moeder zichzelf van het leven. Dit was niet haar eerste zelfmoordpoging. Naar verluidt was haar gezicht, toen zij na enkele dagen gevonden werd, bedekt door haar jurk. Voor de jonge Magritte was dit een traumatische gebeurtenis. Het thema van een vrouw wiens gezicht door textiel is bedekt, zou later vaak opduiken in zijn schilderijen. Later trok Léopold Magritte met de drie zonen naar de industriestad [[Charleroi]]. René bezocht er het [[gymnasium]] en vluchtte in de wereld van de [[Fantômas]]- | René Magritte was de eerstgeboren zoon van de kleermaker en textielhandelaar Léopold Magritte en Régina Bertinchamp, die voor haar huwelijk als hoedenmaakster had gewerkt. Hij had twee broers, Raymond, geboren in 1900, en Paul, geboren in 1902. Het gezin verhuisde in 1910 naar [[Châtelet (België)|Châtelet]]. Daar begon René Magritte op twaalfjarige leeftijd te tekenen en te schilderen. In 1912 beroofde zijn moeder zichzelf van het leven. Dit was niet haar eerste zelfmoordpoging. Naar verluidt was haar gezicht, toen zij na enkele dagen gevonden werd, bedekt door haar jurk. Voor de jonge Magritte was dit een traumatische gebeurtenis. Het thema van een vrouw wiens gezicht door textiel is bedekt, zou later vaak opduiken in zijn schilderijen. Later trok Léopold Magritte met de drie zonen naar de industriestad [[Charleroi]]. René bezocht er het [[gymnasium]] en vluchtte in de wereld van de [[Fantômas]]-romans en de literatuur van [[Robert Louis Stevenson]], [[Edgar Allan Poe]], [[Maurice Leblanc]] en [[Gaston Leroux]]. | ||
Zijn eerste schilderijen omstreeks | In 1913 ontmoette hij voor het eerst Georgette Berger, met wie hij later trouwde. | ||
In 1920 | Zijn eerste schilderijen omstreeks die tijd waren impressionistisch. | ||
Van 1916 tot 1918 studeerde hij aan de Academie voor Schone Kunsten in Brussel. | |||
In 1920 trof hij Georgette Berger toevallig opnieuw in de Brusselse Kruidentuin (de ''Jardin Botanique''). Zij verloofden zich datzelfde jaar. Hij vervulde zijn dienstplicht in een infanterieregiment in de kazernes van Beverlo en Antwerpen, en trouwde vervolgens met haar op 28 juni 1922 in Brussel. Ondertussen werkte Magritte als patroontekenaar in een fabriek van behangpapier, en vanaf 1923 als plakkaat- en relameschilder. | |||
Hij begon in 1925 mee te werken aan het tijdschrift ''Œsophage'. | |||
In 1926 schilderde hij zijn eerste surrealistische schilderij, ''Le jockey perdu''. Dit zorgde ervoor dat hij een contract kreeg bij gallerie ''Le Centaure'' in Brussel, waardoor hij voltijds kon gaan schilderen. In 1927 hield hij zijn eerste tentoonstelling. De kritiek erover was hard, en Magritte verhuisde naar Parijs. Daar werd hij bevriend met André Breton, en leidde hij de surrealistische groep schilders. | In 1926 schilderde hij zijn eerste surrealistische schilderij, ''Le jockey perdu''. Dit zorgde ervoor dat hij een contract kreeg bij gallerie ''Le Centaure'' in Brussel, waardoor hij voltijds kon gaan schilderen. In 1927 hield hij zijn eerste tentoonstelling. De kritiek erover was hard, en Magritte verhuisde naar Parijs. Daar werd hij bevriend met André Breton, en leidde hij de surrealistische groep schilders. | ||
Door de crisis van 1929 was hij genoodzaakt in 1930 terug te keren naar België, omdat een aantal contracten stopgezet werd. Na de Bevrijding in 1945 werd hij lid van de [[Kommunistische Partij België|Belgische Communistische Partij]]. | Door de crisis van 1929 was hij genoodzaakt in 1930 terug te keren naar België, omdat een aantal contracten stopgezet werd. Na de Bevrijding in 1945 werd hij lid van de [[Kommunistische Partij België|Belgische Communistische Partij]]. |
Versie van 4 jul 2016 16:16
René Magritte | ||
Afbeelding gewenst | ||
Persoonsgegevens | ||
Volledige naam | René François Ghislain Magritte | |
Geboren | 21 november 1898 | |
Overleden | 15 augustus 1967 | |
Geboorteland | België | |
Beroep(en) | kunstschilder | |
Oriënterende gegevens | ||
Stijl(en) | surrealisme |
René Magritte (Lessen (provincie Henegouwen), 21 november 1898 – Schaarbeek (Brussel), 15 augustus 1967) was een Belgisch surrealistisch kunstschilder.
Leven
René Magritte was de eerstgeboren zoon van de kleermaker en textielhandelaar Léopold Magritte en Régina Bertinchamp, die voor haar huwelijk als hoedenmaakster had gewerkt. Hij had twee broers, Raymond, geboren in 1900, en Paul, geboren in 1902. Het gezin verhuisde in 1910 naar Châtelet. Daar begon René Magritte op twaalfjarige leeftijd te tekenen en te schilderen. In 1912 beroofde zijn moeder zichzelf van het leven. Dit was niet haar eerste zelfmoordpoging. Naar verluidt was haar gezicht, toen zij na enkele dagen gevonden werd, bedekt door haar jurk. Voor de jonge Magritte was dit een traumatische gebeurtenis. Het thema van een vrouw wiens gezicht door textiel is bedekt, zou later vaak opduiken in zijn schilderijen. Later trok Léopold Magritte met de drie zonen naar de industriestad Charleroi. René bezocht er het gymnasium en vluchtte in de wereld van de Fantômas-romans en de literatuur van Robert Louis Stevenson, Edgar Allan Poe, Maurice Leblanc en Gaston Leroux.
In 1913 ontmoette hij voor het eerst Georgette Berger, met wie hij later trouwde. Zijn eerste schilderijen omstreeks die tijd waren impressionistisch.
Van 1916 tot 1918 studeerde hij aan de Academie voor Schone Kunsten in Brussel. In 1920 trof hij Georgette Berger toevallig opnieuw in de Brusselse Kruidentuin (de Jardin Botanique). Zij verloofden zich datzelfde jaar. Hij vervulde zijn dienstplicht in een infanterieregiment in de kazernes van Beverlo en Antwerpen, en trouwde vervolgens met haar op 28 juni 1922 in Brussel. Ondertussen werkte Magritte als patroontekenaar in een fabriek van behangpapier, en vanaf 1923 als plakkaat- en relameschilder.
Hij begon in 1925 mee te werken aan het tijdschrift Œsophage'.
In 1926 schilderde hij zijn eerste surrealistische schilderij, Le jockey perdu. Dit zorgde ervoor dat hij een contract kreeg bij gallerie Le Centaure in Brussel, waardoor hij voltijds kon gaan schilderen. In 1927 hield hij zijn eerste tentoonstelling. De kritiek erover was hard, en Magritte verhuisde naar Parijs. Daar werd hij bevriend met André Breton, en leidde hij de surrealistische groep schilders.
Door de crisis van 1929 was hij genoodzaakt in 1930 terug te keren naar België, omdat een aantal contracten stopgezet werd. Na de Bevrijding in 1945 werd hij lid van de Belgische Communistische Partij.