Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Arvo Pärt: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Regel 81: Regel 81:
Verder in de jaren zestig verschoof zijn productie voor een groot deel naar de gregoriaanse en oude muziek, en wijdde hij zich voornamelijk aan sacrale muziek. Hij creëerde hierin zijn eigen stijl, gebaseerd op oude componeerwerkwijzen om een nieuwe muziektrant te bereiken, waarbij de stem de hoofdrol speelt. Verwijzend naar het geluid van klokken, definieert hij zelf zijn stijl met de term "Tintinnabuli". '''Für Alina''' (1976) en '''Spiegel im Spiegel''' (1978) zijn duidelijke voorbeelden van deze nieuwe stijl, die uiterst eenvoudig aandoet, maar niet eenvoudig is om op de juiste manier te spelen..
Verder in de jaren zestig verschoof zijn productie voor een groot deel naar de gregoriaanse en oude muziek, en wijdde hij zich voornamelijk aan sacrale muziek. Hij creëerde hierin zijn eigen stijl, gebaseerd op oude componeerwerkwijzen om een nieuwe muziektrant te bereiken, waarbij de stem de hoofdrol speelt. Verwijzend naar het geluid van klokken, definieert hij zelf zijn stijl met de term "Tintinnabuli". '''Für Alina''' (1976) en '''Spiegel im Spiegel''' (1978) zijn duidelijke voorbeelden van deze nieuwe stijl, die uiterst eenvoudig aandoet, maar niet eenvoudig is om op de juiste manier te spelen..
[[Afbeelding:Arvo Pärt.jpg|400px|thumb|centre|Beginmaten van '''Für Alina''']]
[[Afbeelding:Arvo Pärt.jpg|400px|thumb|centre|Beginmaten van '''Für Alina''']]
Na enkele ''aanvaringen'' met de Sovjetautoriteiten verliet Arvo Pärt in 1980 zijn geliefde Estland en emigreerde hij naar Wenen. Een jaar later trok hij naar West-Berlijn, waar hij nog steeds woont.
Na enkele ''aanvaringen'' met de Sovjetautoriteiten verliet Arvo Pärt in 1980 zijn geliefde Estland en emigreerde hij naar Wenen. Een jaar later trok hij naar West-Berlijn, waar hij lang woonde.
<br/>Nadat Estland in 1991 zijn onafhankelijkheid herwon, werden de banden tussen de familie Pärt en Estland en de muziekscène hersteld en woont Arvo Pärt weer in zijn geboorteland.


==Composities==
==Composities==

Versie van 2 jan 2019 18:05

Dit artikel valt onder beheer van Dorp:Luisterrijk.
rel=nofollow

Arvo Pärt (Paide (Estland), 11 september 1935) is een Estse componist. Hij is een van de belangrijkste hedendaagse componisten van sacrale muziek, wiens werk ons begrip van muziek sterk heeft veranderd. Hij wordt geroemd om zijn originele tintinnabulistijl 1). Deze nieuwe techniek paste hij voor het eerst toe in de werken Für Alina (1976) en Spiegel im Spiegel (1978).
Zijn moderne werken uit de eerdere periode van de schepping zijn minder bekend bij het grote publiek, maar hebben toch de reikwijdte van het begrip muziek verbreed.
Arvo Pärt is - ondanks de kritiek van zijn tegenstanders - een indrukwekkende en moderne componist, ook al blijven er mensen over die menen, dat zijn muziek te simpel is.
In 2015 kwam ArvoPärt naar ons land, toen hij eregast was bij een concert van zijn muziek, bij gelegenheid van zijn 80ste verjaardag.
Arvo Pärt werd aanvankelijk sterk geïnspireerd door Béla Bartók, Sergej Prokofjev en Dmitri Sjostakovitsj.

Jeugd

Arvo Pärt werd geboren in Paide, een stad ongeveer 90 km ten zuidoosten van de hoofdstad Tallinn. Zijn ouders scheidden toen hij nog maar drie jaar oud was. Zijn moeder nam hem mee naar haar nieuwe partner in Rakvere, in het noordoosten van Estland. Daar - in de leeftijd van zeven tot acht jaar - volgde hij na schooltijd de eerste muzieklessen en leerde hij pianospelen en de beginselen van de muziektheorie.
Thuis stond alleen een oude piano, waarvan alleen de buitenste registers nog te bespelen waren. Dat dreef hem ertoe, om te gaan experimenteren en zijn eigen werken te verzinnen.

.....maar hij was toch vooral geïnteresseerd in symfonische muziek

Als tiener luisterde hij op de radio naar allerlei soorten muziek, maar hij was toch vooral geïnteresseerd in symfonische muziek.
Hoewel de piano zijn favoriete instrument was en hij soms als begeleider optrad, speelde hij ook hobo in het schoolorkest, percussie in een dansgroep en zong hij in het schoolkoor.
Gaandeweg zette hij zijn improvisaties op de piano over het naar meer formele composities die hij begon te noteren rond zijn veertiende of vijftiende jaar.
Toen hij 17 was, presenteerde hij Meloodia, een stuk voor piano dat hij componeerde voor een wedstrijd van jonge kunstenaars. Zijn spel viel op, maar won geen prijs. Waarschijnlijk doordat het Estse karakter erin ontbrak. Het was volgens de jury meer in de stijl van Serge Rachmaninov geschreven, en was nog niet erg persoonlijk.

Opleiding


In 1954 ging Arvo Pärt naar de Tallinna Muusikakeskkool ( Tallinn High School of Music ), waar hij muziektheorie, compositie, piano, muziekliteratuur studeerde en populaire muziek. Deze studie moest hij na korte tijd onderbreken wegens de verplichte militaire dienst, waarin hij in de fanfare klarinet en hobo speelde. Deze twee jaar werden door hem als lijden ervaren, waarbij hij ook nog een nierziekte opliep die zijn gezondheid gedurende meer dan tien jaar in gevaar bracht.

Hij toonde al snel een voor de hand liggend en natuurlijk talent voor het componeren.

Hij keerde terug naar de Tallinna Muusikakeskkool voor het afstudeerjaar 1956-1957 en nam gemakkelijk alles op, met inbegrip van het serialisme. Hij toonde al snel een voor de hand liggend en natuurlijk talent voor het componeren.
Pärt ging in het najaar van 1957 naar het conservatorium van Tallinn: het Eesti Muusikaakadeemia ( Estonian Academy of Music and Theatre ), waar hij bij Heino Eller studeerde. Tot de verplichte programma's behoorden ook de politieke economie, de geschiedenis van de Communistische Partij en de wetenschap van het atheïsme.
Tussendoor vond hij ook nog een baan als geluidstechnicus bij de Estse radio: een positie die hij bekleedde van 1958 tot 1967.
In 1962 maakte één van zijn composities geschreven voor kinderkoor en orkest: Onze tuin, hem bekend in de hele Sovjet-Unie, waardoor hij de gelegenheid kreeg mee te dingen naar de eerste prijs voor jonge componisten. In die periode was hij ook enige tijd muzikaal leider van het Tallinn Pioneer Theatre en componeerde hij muziek voor dat theater, met name toneelstukken voor kinderen en marionetten.( Four Easy Piano Dances ).
In die tijd ontving hij ook veel opdrachten voor filmmuziek.
Toen hij in 1963 afstudeerde aan het Conservatorium van Tallinn, was zijn professionele carrière als componist al aardig op gang gekomen.
Zijn muziek is geïnspireerd door de polyfonie 2) en wordt sterk gekenmerkt door eenvoudige harmonieën. Vanaf de jaren 1960 is zijn werk sterk minimalistisch.

Verdere ontwikkelingen

Toen Arvo Pärt begon, gebruikte hij moderne technieken als dodecafonie en collage ook wel sampling 3) genoemd.
In de vroege jaren zestig begon hij seriële compositie te bestuderen en toe te passen, waaronder zijn eerste twee symfonieën. Dit leverde hem meteen kritiek op van de overheid. De seriële muziek werd door de overheid beschouwd als een avatar 4) van de Westerse bourgeois-decadentie! De Sovjetrepubliek Estland herkreeg pas in 1991 zijn onafhankelijkheid als soevereine democratische republiek.
Kort na dit incident raakte hij in een spirituele en professionele crisis. Hij ging op zoek naar andere muziek en bestudeerde de gregoriaanse muziek, als de opkomst van de polyfonie in de Renaissance.
In die tijd werd hij ook lid van de Russisch-orthodoxe Kerk.

Pärt ging op zoek naar andere muziek en bestudeerde de gregoriaanse muziek

Verder in de jaren zestig verschoof zijn productie voor een groot deel naar de gregoriaanse en oude muziek, en wijdde hij zich voornamelijk aan sacrale muziek. Hij creëerde hierin zijn eigen stijl, gebaseerd op oude componeerwerkwijzen om een nieuwe muziektrant te bereiken, waarbij de stem de hoofdrol speelt. Verwijzend naar het geluid van klokken, definieert hij zelf zijn stijl met de term "Tintinnabuli". Für Alina (1976) en Spiegel im Spiegel (1978) zijn duidelijke voorbeelden van deze nieuwe stijl, die uiterst eenvoudig aandoet, maar niet eenvoudig is om op de juiste manier te spelen..

Beginmaten van Für Alina

Na enkele aanvaringen met de Sovjetautoriteiten verliet Arvo Pärt in 1980 zijn geliefde Estland en emigreerde hij naar Wenen. Een jaar later trok hij naar West-Berlijn, waar hij lang woonde.
Nadat Estland in 1991 zijn onafhankelijkheid herwon, werden de banden tussen de familie Pärt en Estland en de muziekscène hersteld en woont Arvo Pärt weer in zijn geboorteland.

Composities


Per Alina, Tabula rasa, Fratres en Cantus in memoriam Benjamin Britten leverde hem internationaal succes op aan het einde van de jaren zeventig. Verder componeerde hij in die tijd voornamelijk sacrale muziek, zoals:

  • Passio Domini nostri Jesu Christi secundum Joannem (1981-82)
  • Magnificat (1989)
  • Berliner Messe (1991)
  • Litanie: gebeden van St. Jan Chrysostom (1994)
  • Como anhela una cierva (1998) ( Zoals een hinde hunkert )
  • Orient & Occident (voor strijkorkest, (2000)
  • La Sindone (voor orkest en percussie, (2006)( De lijkwade )

Eredoctoraat

Arvo Pärt ontving het eredoctoraat (Doctoratus honoris causa) van het Pauselijk Instituut voor Sacrale Muziek, en nam in 2011 deel aan de tentoonstelling "Lo splendore della verità - La bellezza della carità", ( De pracht van de waarheid - De schoonheid van de nastenliefde ).
Speciaal voor deze gelegenheid componeerde en speelde hij Padre Nostro ( Onze Vader ), in aanwezigheid van de paus.
Arvo Pärt is raadgever voor de Pauselijke Raad voor de Cultuur.

Ratzingerprijs

Oorkonde van Arvo Pärt, behorende bij de Ratzingerprijs

Paus Franciscus reikte op 18 november 2017 in het Vaticaan de Ratzingerprijs uit aan enkele theologen en ook aan Arvo Pärt. Deze Nobelprijs voor theologie is bedoeld om personen te eren voor hun bijzondere verdiensten en onderzoek in de theologie en aanverwante gebieden, als religieuze kunstwerken.
Arvo Pärt is de eerste componist die de Ratzingerprijs heeft ontvangen. De vorige Paus - Benedictus XVI - heeft deze stichting opgericht, waaraan behalve de eer ook nog aan iedere genomineerde € 50.000 euro wordt overhandigd.
Op de bijbehorende oorkonde ( zie afbeelding ) staat de volgende latijnse aanhef 5):


Vaticaanse Stichting
Joseph Ratzinger - Benedictus XVI
- Bevorderaars van de Waarheid -

  • (De V in de tekst wordt in het kerklatijn als U uitgesproken)

Bronvermelding

Bronnen, noten en/of referenties:

  • 1)Tintinnabuli (meervoudsvorm van het Latijnse woord tintinnabulum, dat 'bel' of 'klokje' betekent) is een muzikale componeertechniek of stijl die Arvo Pärt heeft geïntroduceerd.
  • 2)Bij polyfone muziek klinken enkele noten tegelijkertijd.
  • 3)In de context van digitale muziekinstrumenten betekent het woord "sample" een fragment gedigitaliseerde muziek.
  • 4)Avatar: een begrip uit het Hindoeïsme. Het betekent letterlijk De Neerdalende, ofwel De Wedergeborene, De incarnatie.
  • 5)Cooperatores Veritatis was de spreuk die Paus Benedictus XVI ( Joseph Ratzinger ) als motto voerde.
  • Het Arvo Pärdi Keskus ( Arvo Pärt Centre ) in Laulasmaa, beschikt over uitgebreide informatie over Arvo Pärt: http://www.arvopart.ee/en/
  • Arvo Pärt:Cantus in memoriam Benjamin Britten op YouTube
rel=nofollow