Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Henry Grew: verschil tussen versies
(toevoegen, verschuiven) |
(correctie) |
||
Regel 56: | Regel 56: | ||
Hij schreef verscheidene boeken en brochures. Een ervan werd tijdens een treinreis gevonden door [[George Storrs]], die later Grews overtuiging deelde over de toestand van de doden. | Hij schreef verscheidene boeken en brochures. Een ervan werd tijdens een treinreis gevonden door [[George Storrs]], die later Grews overtuiging deelde over de toestand van de doden. | ||
In 1840 waren Henry en zijn | In 1840 waren Henry en zijn dochter Mary, die ook bekend werd in de anti-slavernijbeweging, onder de meer dan veertig Amerikaanse aanwezigen op het ''World's Anti-Slavery Convention'', in London, Engeland. Henry en Mary reisden vóór het congres een tiental dagen door Engeland, en bleven nog anderhalve maand. Ze bezochten Henry’s geboortestad Birmingham, Liverpool (waar John was overleden), en de universiteitsbibliotheek van Oxford. Henry zou eigendom in Engeland hebben gehad, want hij kreeg er ’rente’ van.<ref name=forum/> | ||
Hoewel hij slechts een bescheiden inkomen had, was hij in staat om de helft van zijn inkomen uit te geven aan liefdadige doelen, zoals ondersteuning voor het christelijke zendingswerk en voor de armen in de stad. Toch was hij niet alleen bekommerd om hun tijdelijke lichamelijke welzijn, maar vooral om hun geestelijke welzijn.<ref name=Crisis/> | Hoewel hij slechts een bescheiden inkomen had, was hij in staat om de helft van zijn inkomen uit te geven aan liefdadige doelen, zoals ondersteuning voor het christelijke zendingswerk en voor de armen in de stad. Toch was hij niet alleen bekommerd om hun tijdelijke lichamelijke welzijn, maar vooral om hun geestelijke welzijn.<ref name=Crisis/> |
Versie van 22 feb 2013 17:26
Henry Grew | ||
Algemene informatie | ||
Handtekening | ||
Geboren | 1781, Birmingham, Engeland | |
Overleden | 8 augustus 1862, Philadelphia, Verenigde Staten | |
Nationaliteit | Engels/Amerikaans | |
Overige informatie | ||
Partner(s) | 1802: x Susan Pitman (-? 1810: x Harriet Johnson (-1811) 1812: x Kate Merrow (-1845) na 1845: x Elizabeth Noble | |
Religie | presbyteriaans opgevoed wordt baptist geloofde niet in de Drie-eenheid, de onsterfelijke ziel en hellevuur | |
Politiek | abolitionist |
Henry Grew (Birmingham, Engeland, 1781 – Philadelphia, Verenigde Staten, 8 augustus 1862) was een baptistisch predikant en schrijver die zich inzette voor de afschaffing van de slavernij (abolitionisme).
Zijn studie van de Bijbel leidde hem tot conclusies die op gespannen voet stonden met de meeste grote kerken van zijn tijd. Zo verwierp hij de Drie-eenheid, onsterfelijkheid van de ziel en de hel als plaats van eeuwige pijniging.
Biografie
Henry Grew werd geboren in Birmingham in Engeland, als derde van zes kinderen van John Grew (1752-1800) en Mary Coltman Grew (1756-1834).[1] Zijn vader behoorde tot de kring van bekenden van de unitarische geestelijke en wetenschapper, dr. Joseph Priestly. Het Birmingham uit die tijd werd beschreven als een centrum van sociale, politieke en religieuze hervormingen.
John Grew verhuisde in juli 1795 naar Amerika, toen Henry dertien was. De familie ging in Providence, Rhode Island wonen.[1][2][3]
John Grew, een koopman en een congregationalist, hoopte dat zijn zoon ook een carrière in de handel zou opbouwen, maar Henry verkoos het om predikant te worden.[4]
John overleed op 23 januari 1800, terwijl hij op reis was in Liverpool, Engeland.
Henry kwam tijdens zijn studies tot de overtuiging dat de doop volgens de Bijbel door onderdompeling in water dient te gebeuren. Hij sloot zich aan bij de First Baptist church in Providence, in Providence. Daar werd hij op 23-jarige leeftijd tot diaken (’dean’) verkozen. Nadat hij vier jaar ’pastor’ was geweest in die kerk, ging hij in 1811 dienen in de First Baptist Church in Hartford. Hij werd uit zijn ambt gezet toen de baptistische kerk besloot dat zijn zienswijzen ketters waren. Hij predikte tegen de slavernij, wat toen niet het officiële standpunt van de baptistische kerk was, maar besloot ook aan de hand van de Bijbel dat de onsterfelijke ziel, het hellevuur en de Drie-eenheid on-Bijbels zijn.
Gedurende de rest van zijn leven predikte hij tot een kleine groep mensen die zijn religieuze ideeën deelden. Hij bleef enkele jaren in Hartford, verhuisde dan eind 1833 of begin 1834 naar Boston, waar andere familieleden woonden. Mogelijk was dit wegens de gezondheid van zijn moeder, die in Boston overleed op 25 juli 1834. In Boston hield Henry op 10 maart 1834 een openbare toespraak in the Vrijmetselaarsloge voor het Anti-Slavernij-Genootschap van New England. Maar Henry vond het klimaat in Boston ongunstig, en verhuisde hetzelfde jaar nog naar Philadelphia, waar hij de rest van zijn leven verbleef.[1]
Hij schreef verscheidene boeken en brochures. Een ervan werd tijdens een treinreis gevonden door George Storrs, die later Grews overtuiging deelde over de toestand van de doden.
In 1840 waren Henry en zijn dochter Mary, die ook bekend werd in de anti-slavernijbeweging, onder de meer dan veertig Amerikaanse aanwezigen op het World's Anti-Slavery Convention, in London, Engeland. Henry en Mary reisden vóór het congres een tiental dagen door Engeland, en bleven nog anderhalve maand. Ze bezochten Henry’s geboortestad Birmingham, Liverpool (waar John was overleden), en de universiteitsbibliotheek van Oxford. Henry zou eigendom in Engeland hebben gehad, want hij kreeg er ’rente’ van.[1]
Hoewel hij slechts een bescheiden inkomen had, was hij in staat om de helft van zijn inkomen uit te geven aan liefdadige doelen, zoals ondersteuning voor het christelijke zendingswerk en voor de armen in de stad. Toch was hij niet alleen bekommerd om hun tijdelijke lichamelijke welzijn, maar vooral om hun geestelijke welzijn.[3]
Gedurende zijn laatste jaren verslechterde Henry’s gezondheidstoestand geleidelijk. Toen zijn vriend William Lloyd Garrison in mei 1857 op bezoek was in Philadelphia, was Henry te ziek om hem te ontmoeten.
In april 1860 wered hij ernstig ziek, maar herstelde. Hij schreef een lange brief die werd voorgelezen op de jaarvergadering van het Anti-Slavernij-Genootschap van Pennsylvania te West Chester, in oktober 1861.
In juni 1862 kwam William Lloyd Garrison nog eens op bezoek en stelde vast dat Grew blij was om hem te zien, en dat hij in zijn zwakke toestand nog steeds geconcentreerd in zijn Bijbel zat te lezen. Henry Grew overleed op 8 augustus 1862 op 80-jarige leeftijd.[1]
Een abolitionistische krant meldde dat Henry de anti-slavernijbeweging had ondersteund vanaf het begin tot aan zijn dood, en dat de „anti-slavernij-beweging nooit een onzelfzuchtigere en toegewijdere vriend kende dan Father Grew.”[5]
Zijn geschriften werden gebundeld en beïnvloedden enkele religieuze leiders binnen de adventistische stroming, zoals George Stetson en George Storrs en later Charles Taze Russell.[6]
Externe links
Bronvermelding
Bronnen, noten en/of referenties:
- ↑ 1,0 1,1 1,2 1,3 1,4 http://amazingforums.com/forum/GSTORRS/2.html
- º Zijn kleinzoon vertelde dat de familie naar Boston ging wonen.
- ↑ 3,0 3,1 Howard M. Jones (kleinzoon van H. Grew), Obituary Notices, in: The World's Crisis, 1863 Vol. XVII, No. 1.
- º Leroy Froom, Conditionalist Faith of our Fathers
- º National Anti-Slavery Standard, 16 augustus 1862.
- º De Wachttoren, 15 augustus 2006, Wachttoren-, Bijbel- en Traktaatgenootschap, New York, blz. 12, 13