Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Tom Poes en de ijzige heinen: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(→‎Samenvatting: aanvulling.)
 
(2 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 22: Regel 22:
==Verhaal==
==Verhaal==
{{Leeswaarschuwing}}
{{Leeswaarschuwing}}
Het is prachtig lenteweer rondom Bommelstein. [[Olivier B. Bommel|Heer Bommel]] staat daardoor in een vrolijke bui voor het open raam, als er opeens sneeuw op hem valt. Buiten gekomen is alles besneeuwd, en is er een sneeuwman te zien, en zijn voetsporen! Niet begrijpend wat er aan de hand is gaan ze weer naar binnen, waar heer Bommel de haard aanmaakt. Maar even later ploft er een pak sneeuw op het vuur. Ze rennen daarop naar boven, en op het dak treffen ze ook een sneeuwman aan. En weer beneden gekomen zit er één in heer Bommels stoel. Het eten van Joost is ook bevroren, en later zien ze ook in de keuken een sneeuwpop.  
Het is prachtig lenteweer rondom Bommelstein. [[Olivier B. Bommel|Heer Bommel]] staat daardoor in een vrolijke bui voor het open raam, als er opeens sneeuw op hem valt. Buiten gekomen is alles besneeuwd, en is er een sneeuwman te zien, en zijn voetsporen! Niet begrijpend wat er aan de hand is gaan ze weer naar binnen, waar heer Bommel de haard aanmaakt. Maar even later ploft er een pak sneeuw op het vuur. Ze rennen daarop naar boven, en op het dak treffen ze ook een sneeuwman aan. En weer beneden gekomen zit er één in heer Bommels stoel. Het eten van Joost is ook bevroren, en later zien ze ook in de keuken een sneeuwpop, met de kleding van Joost aan.  


Daarop ontvluchten ze Bommelstein om hulp te zoeken. Maar in Rommeldam is ook de politiecommissaris een sneeuwpop, die dus niks kan. Iedereen is weg. Ook hier is alles wit, maar buiten de stad is alleen de weg besneeuwd. En overal staan sneeuwpoppen. Verderop blijkt een tentenkamp te zijn, waar alle inwoners tijdelijk verblijven. Een goede tent voor hen is er niet meer, en de politie zegt niks te kunnen doen omdat de sneeuwpoppen stil staan. Tom Poes besluit 's nachts te gaan kijken, want wellicht lopen de sneeuwmannen dan wel. En inderdaad. Daarop zoekt hij hulp bij de burgemeester, maar die heeft geen tijd, het is veel te gezellig bij het kampvuur! Heer Bommel wil ook niet, maar als hij hoort dat hij de redder van de stad kan worden, dan wil hij wel.  
Daarop ontvluchten ze Bommelstein om hulp te zoeken. Maar in Rommeldam is ook de politiecommissaris een sneeuwpop, die dus niks kan. Iedereen is weg. Ook hier is alles wit, maar buiten de stad is alleen de weg besneeuwd. En overal staan sneeuwpoppen. Verderop blijkt een tentenkamp te zijn, waar alle inwoners tijdelijk verblijven. Heer Bommel denkt wel even een  "koninklijke" tent zoals de markies heeft te kunnen regelen, maar de ambtenaar deelt hem mede dat de markies als 1e op de lijst stond, en Heer Bommel is als laatste gekomen, en zal het dus moeten doen met wat er nog over is. Dat blijkt een kleine versleten tent te zijn, verstrekt door Wammes Waggel. Die zet de tent ook op, waarbij Heer Bommel er in verstrikt raakt. Dat maakt hem nog kwader, waardoor de tent scheurt. Uiteindelijk gaan ze maar bij het kampvuur zitten, en Tom Poes vraagt commisaris Bulle Bas om op te treden. Maar hij zegt niks te kunnen doen omdat de sneeuwpoppen stil staan, en dus niets misdoen. En handboeien omdoen gaat al helemaal niet!


Samen ontdekken ze waar de sneeuwmannen vandaan komen. Ze gaan in het verlaten hutje, maar worden betrapt door Hocus Pas, de aanstichter van alle ellende. Hij bevriest hen, en laat ze meelopen naar Rommeldam met de sneeuwpoppen. Maar daar wordt per ongeluk een kacheltje ingeschakeld, waardoor zij ontvriezen. Ze zijn dus weer vrij. Maar Hocus Pas heeft dat ook gemerkt, en stuurt een leger sneeuwpoppen om de twee definitief koud te maken. Ze vluchten weer de stad uit, met alle sneeuwpoppen achter hen aan. Tom Poes bedenkt om naar Hocus Pas te vluchten. Die heeft de sneeuwpoppen bevolen niet te stoppen en kan ze daardoor niet tegenhouden.  En zo wordt uiteindelijk de hut met Hocus Pas er in geheel verwoest en bedolven door de sneeuwmannen. En daarop verdwijnt de sneeuw en is het weer prachtig lenteweer.  
Tom Poes besluit 's nachts te gaan kijken, want wellicht lopen de sneeuwmannen dan wel. En inderdaad is dat zo. Daarop zoekt hij hulp bij de burgemeester, maar die heeft geen tijd, want het is veel te gezellig bij het kampvuur! Ze vinden het allemaal wel best, zélfs de deftige markies. Heer Bommel wil eerst ook niet, máár als hij hoort dat hij de redder van de stad kan worden, dàn wil hij wel.  


Heer Bommel gaat in het tentenkamp enthousiast vertellen over "zijn' reddingsactie, maar komt van een koude kermis thuis. Ze zijn niet dankbaar en "ze gaan nog niet naar huis". Woedend gaat heer Bommel met Tom Poes naar Bommelstein. De dankbare woorden van Joost doen hem echter goed. En daarna besluiten ze samen het verhaal met een diner.
Samen ontdekken ze waar de sneeuwmannen vandaan komen. Ze gaan in het verlaten hutje, ontdekken een miniatuur Rommeldam, maar worden betrapt door Hocus Pas, de aanstichter van alle ellende. Hij bevriest hen, en laat ze meelopen naar Rommeldam met de sneeuwpoppen. Maar daar wordt per ongeluk een kacheltje ingeschakeld, waardoor Tom Poes ontvriest. Hij ontvriest daarop zijn vriend. Ze zijn dus weer vrij. Máár Hocus Pas heeft dat ook gemerkt, en stuurt een leger sneeuwpoppen om de twee definitief koud te maken! Ze vluchten weer de stad uit, met alle sneeuwpoppen achter hen aan. Tom Poes bedenkt om naar Hocus Pas te vluchten. Die heeft de sneeuwpoppen bevolen niet te stoppen, en kan ze daardoor niet tegenhouden. En zo wordt uiteindelijk de hut met Hocus Pas er in geheel verwoest en bedolven door de sneeuwmannen. En daarop verdwijnt de sneeuw en is het weer prachtig lenteweer.
 
Heer Bommel gaat in het tentenkamp triomfantelijk vertellen over "zijn' reddingsactie, maar komt van een koude kermis thuis. Ze zijn totaal niet dankbaar, en "ze gaan nog niet naar huis", want het is nog steeds veel te gezellig. Woedend gaat Heer Bommel met Tom Poes naar Bommelstein. Joost is echter wel blij dat de sneeuw weg is, en  die dankbare woorden doen Heer Bommel goed. Daarna besluiten ze samen het verhaal met een diner voor twee.  


=== Achtergrond ===  
=== Achtergrond ===  
Zoals vaker is de titel een soort woordspeling. In dit geval een variatie op ijzeren hein; een onverstoorbaar iemand. Want de sneeuwpoppen zijn ook onverstoorbaar. Ze worden "bestuurd" door Hocus Pas, maar ze leven niet.
* Zoals vaker is de titel een soort woordspeling. In dit geval een variatie op ijzeren hein; een onverstoorbaar iemand. Want de sneeuwpoppen zijn ook onverstoorbaar. Ze worden "bestuurd" door Hocus Pas, maar ze leven niet.
* Het miniatuur-Rommmeldam kan een verwijzing zijn naar de attractie die er geweest is in Oisterwijk, tussen 1955 en 1960.  


{{Appendix|2=
{{Appendix|2=

Huidige versie van 17 jul 2024 om 18:54

rel=nofollow

Tom Poes en de ijzige heinen is een ballonstripverhaal in de Tom Poes-reeks, en verscheen voor het eerst in 1958 in de nummers 13 tot 22 van de Donald Duck. In 1981 volgde stripboekvorm bij uitgeverij Oberon. In 1996 verscheen een heruitgave.

Samenvatting

Magister Hocus Pas heeft het weer eens voorzien op de macht in Rommeldam, en laat het daarom vriezen en sneeuwen in de lente. Lopende sneeuwpoppen helpen hem daarbij. De bevolking wordt geëvacueerd in een tentenkamp. Als Heer Bommel daar uiteindelijk komt, blijken de beste tenten al vergeven te zijn, tot zijn grote woede. Uiteindelijk slagen Tom Poes en Heer Bommel er in om de tovenaar met zijn eigen "wapens"te verslaan. Hierna verdwijnt alle koude. De inwoners zijn echter helemaal niet dankbaar, en blijven voorlopig gezellig in het tentenkamp. Heer Bommel is zwaar teleurgesteld.[1]

Verhaal

Leeswaarschuwing — Onderstaande tekst bevat details van de plot en/of de afloop van het verhaal
rel=nofollow

Het is prachtig lenteweer rondom Bommelstein. Heer Bommel staat daardoor in een vrolijke bui voor het open raam, als er opeens sneeuw op hem valt. Buiten gekomen is alles besneeuwd, en is er een sneeuwman te zien, en zijn voetsporen! Niet begrijpend wat er aan de hand is gaan ze weer naar binnen, waar heer Bommel de haard aanmaakt. Maar even later ploft er een pak sneeuw op het vuur. Ze rennen daarop naar boven, en op het dak treffen ze ook een sneeuwman aan. En weer beneden gekomen zit er één in heer Bommels stoel. Het eten van Joost is ook bevroren, en later zien ze ook in de keuken een sneeuwpop, met de kleding van Joost aan.

Daarop ontvluchten ze Bommelstein om hulp te zoeken. Maar in Rommeldam is ook de politiecommissaris een sneeuwpop, die dus niks kan. Iedereen is weg. Ook hier is alles wit, maar buiten de stad is alleen de weg besneeuwd. En overal staan sneeuwpoppen. Verderop blijkt een tentenkamp te zijn, waar alle inwoners tijdelijk verblijven. Heer Bommel denkt wel even een "koninklijke" tent zoals de markies heeft te kunnen regelen, maar de ambtenaar deelt hem mede dat de markies als 1e op de lijst stond, en Heer Bommel is als laatste gekomen, en zal het dus moeten doen met wat er nog over is. Dat blijkt een kleine versleten tent te zijn, verstrekt door Wammes Waggel. Die zet de tent ook op, waarbij Heer Bommel er in verstrikt raakt. Dat maakt hem nog kwader, waardoor de tent scheurt. Uiteindelijk gaan ze maar bij het kampvuur zitten, en Tom Poes vraagt commisaris Bulle Bas om op te treden. Maar hij zegt niks te kunnen doen omdat de sneeuwpoppen stil staan, en dus niets misdoen. En handboeien omdoen gaat al helemaal niet!

Tom Poes besluit 's nachts te gaan kijken, want wellicht lopen de sneeuwmannen dan wel. En inderdaad is dat zo. Daarop zoekt hij hulp bij de burgemeester, maar die heeft geen tijd, want het is veel te gezellig bij het kampvuur! Ze vinden het allemaal wel best, zélfs de deftige markies. Heer Bommel wil eerst ook niet, máár als hij hoort dat hij de redder van de stad kan worden, dàn wil hij wel.

Samen ontdekken ze waar de sneeuwmannen vandaan komen. Ze gaan in het verlaten hutje, ontdekken een miniatuur Rommeldam, maar worden betrapt door Hocus Pas, de aanstichter van alle ellende. Hij bevriest hen, en laat ze meelopen naar Rommeldam met de sneeuwpoppen. Maar daar wordt per ongeluk een kacheltje ingeschakeld, waardoor Tom Poes ontvriest. Hij ontvriest daarop zijn vriend. Ze zijn dus weer vrij. Máár Hocus Pas heeft dat ook gemerkt, en stuurt een leger sneeuwpoppen om de twee definitief koud te maken! Ze vluchten weer de stad uit, met alle sneeuwpoppen achter hen aan. Tom Poes bedenkt om naar Hocus Pas te vluchten. Die heeft de sneeuwpoppen bevolen niet te stoppen, en kan ze daardoor niet tegenhouden. En zo wordt uiteindelijk de hut met Hocus Pas er in geheel verwoest en bedolven door de sneeuwmannen. En daarop verdwijnt de sneeuw en is het weer prachtig lenteweer.

Heer Bommel gaat in het tentenkamp triomfantelijk vertellen over "zijn' reddingsactie, maar komt van een koude kermis thuis. Ze zijn totaal niet dankbaar, en "ze gaan nog niet naar huis", want het is nog steeds veel te gezellig. Woedend gaat Heer Bommel met Tom Poes naar Bommelstein. Joost is echter wel blij dat de sneeuw weg is, en die dankbare woorden doen Heer Bommel goed. Daarna besluiten ze samen het verhaal met een diner voor twee.

Achtergrond

  • Zoals vaker is de titel een soort woordspeling. In dit geval een variatie op ijzeren hein; een onverstoorbaar iemand. Want de sneeuwpoppen zijn ook onverstoorbaar. Ze worden "bestuurd" door Hocus Pas, maar ze leven niet.
  • Het miniatuur-Rommmeldam kan een verwijzing zijn naar de attractie die er geweest is in Oisterwijk, tussen 1955 en 1960.

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  1. º Stripverhaal digitaal op issuu.com
rel=nofollow
rel=nofollow
rel=nofollow