Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Het oneindige verhaal

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Dit artikel gaat over het boek. Voor de film die op dit boek gebaseerd is, zie The NeverEnding Story (film)
rel=nofollow

Het oneindige verhaal (Duitse origineel: Die unendliche Geschichte) is een boek geschreven door de Duitse schrijver Michael Ende. Het boek is voor het eerst uitgegeven in 1979, en sindsdien is het vertaald naar diverse talen. In 1983 won het boek een Zilveren Griffel.

Het belangrijkste thema van het boek is de helende kracht van Fantásië, gesymboliseerd door de manier waarop Fantásië en de reële wereld worden gerepresenteerd als wezenlijk voor elkaars overleven; zij kunnen niet zonder elkaar bestaan. De twee delen van het boek kunnen tevens worden gezien als een model van de "heldenreis". De tekst op de achterkant van het boek, "doe wat je wilt", betekent dat men moet doen wat men wezenlijk wil. Zoals Bastiaan, moet men zoeken naar het diepste verborgen verlangen, en dit uiteindelijk ook waarmaken. Bij Bastiaan bleek dit niet het verlangen sterk, dapper, of wijs te zijn, maar het verlangen om lief te hebben.

Verhaallijn

Leeswaarschuwing — Onderstaande tekst bevat details van de plot en/of de afloop van het verhaal

De hoofdpersoon van het boek is een jongen, Bastiaan Balthazar Boeckx. Bastiaan gaat gebukt onder het overlijden van zijn moeder en de als gevolg hiervan stroeve relatie met zijn vader. Hij vlucht weg in zijn fantasie en verzint verhalen. Op school wordt hij hierom gepest en hij is bovendien blijven zitten. Aan gymnastiek heeft Bastiaan wel de grootste hekel: hij is in geen enkele sport goed en wordt voortdurend uitgelachen.

Op een dag rent hij, op de vlucht voor een stel pestkoppen, een kleine antiekwinkel binnen. Hij heeft een kort gesprek met de chagrijnige antiquair, die een boek genaamd "Het oneindige verhaal" aan het lezen was. Bastiaan steelt het boek in een opwelling, en rent dan naar school. Omdat hij te laat is en bang is dat de antiquair inmiddels de politie heeft gebeld, verschuilt hij zich op zolder en begint "Het oneindige verhaal" te lezen.

Bastiaan wordt eerst geportretteerd als de lezer van het boek — een avonturenverhaal over het land Fantásia, een rijk waar zich alle menselijke fantasieën en verhalen afspelen.

De Kleine Keizerin is ziek, en Fantásia wordt langzaam opgeslokt door het "Niets". De Kleine Keizerin stuurt een jonge bode om een redmiddel voor zowel haar als Fantásia te vinden: de jonge Groenhuid Atréjoe. Atréjoe's zoektocht brengt hem naar de Moerassen van Droefheid en het Zuidelijk Orakel, waar hij hoort dat een mensenkind de Kleine Keizerin een nieuwe naam moet geven. Hij verliest zijn paard Artax, maar krijgt een nieuwe vriend erbij: de geluksdraak Foechoer.

In de Spookstad komt hij Gmork tegen, een weerwolf die naar Fantásia werd gestuurd om Atréjoe te doden. Hij is vastgeketend en machteloos en legt Atréjoe, niet wetend dat hij Atréjoe is, zijn missie uit. Door Fantásia in het Niets te storten worden namelijk de inwoners als leugens de mensenwereld ingestuurd, en met leugens kan men mensen sturen. "Met jullie", zo verklaart Gmork, "worden wereldrijken gesticht". Uiteindelijk ontsnapt Atréjoe tezamen met Foechoer zowel aan Gmork als aan het Niets, en weet de Kleine Keizerin te bereiken. Daar blijkt het ware doel van zijn odyssee: het beleven van een avontuur, dat een mensenkind zijn aandacht zou trekken waardoor dit naar Fantásia zou kunnen komen.

Als het verhaal zich ontwikkelt, wordt het echter duidelijk dat een aantal bewoners van Fantásia zich bewust worden van Bastiaan, en dat hij de sleutel is tot het avontuur dat hij aan het lezen is. Hij is degene op wie Fantásia wacht. Door de Kleine Keizerin een nieuwe naam te geven, betreedt hij (halverwege het boek) zelf het rijk Fantásia. Hij begint een actieve rol te spelen in de gebeurtenissen die zich daar afspelen.

Bastiaan draagt nu Auryn, het amulet van de Kleine Keizerin, en kan zich alles wensen wat hij wil. Hij wenst zichzelf mooi, sterk, dapper en wijs, hoewel hij ook een groot aantal verhalen bedenkt. Hij ontmoet Atréjoe die hem tracht te helpen, maar komt (mede als gevolg van zijn eigen wens indruk op Atréjoe te maken) onder de invloed van de heks Xayiede. Deze tracht hem ervan te overtuigen dat hij Kleine Keizer moet worden, omdat de Kleine Keizerin hem tot opvolger zou hebben gemaakt. Uiteraard hoopt Xayiede via Bastiaan Fantásië in haar macht te krijgen. Bastiaan wil nu niet meer terug naar zijn wereld, mede door het feit dat hij met iedere wens een herinnering kwijtraakt.

De stoet vertrekt naar de Ivoren Toren, waar Xayiede een breuk tussen Bastiaan en Atréjoe uitlokt. Atréjoe weet Bastiaans keizerskroning te verijdelen, waarna Bastiaan hem achterna gaat om wraak te nemen. Hij belandt echter in de Stad der Oude Keizers, waar hij zich realiseert dat hij door zich keizer te wensen al zijn herinneringen kwijtraakt, waardoor hij ook zijn tegenwoordigheid van geest kwijtraakt en als een verdoemde gek voor altijd in de stad zal moeten blijven. De stad zit vol met dergelijke 'gekken': allemaal stuk voor stuk menselijke bezoekers van Fantásia die de weg terug niet meer hebben kunnen vinden.

Bastiaan wil nu weg, maar kan pas Fantásië verlaten als hij kan doen wat hij wezenlijk wil. Dit blijkt de wens te zijn lief te hebben, maar zonder herinneringen weet hij niet wie. Met behulp van een droom weet Bastiaan met zijn laatste wens weer thuis te komen, met hulp van Atréjoe.

De eerste helft van het boek zou men kunnen beschrijven als een conventioneel avonturenverhaal. De tweede helft echter introduceert psychologisch rijke thema's. Bastiaan wordt geconfronteerd met zijn donkere zijde, wordt volwassen in een wereld gevormd door zijn wensen, en krijgt uiteindelijk vrede met zichzelf. Bovendien beseft hij dat de persoon die hij lief heeft zijn vader is, en dat hij en zijn vader elkaar nu na het overlijden van zijn moeder harder dan ooit nodig hebben.

De 2 helften van het boek worden in een bepaald aantal oplages onderscheiden door een kleurverschil in lettertype, ook zijn er simpelere zwart-witversies uitgegeven, vooral de zwart-witversies worden vaak als moeilijker beschouwd door de verwarring tussen de 2 werelden.

Bewerkingen

In 1984 werd er een film van het boek gemaakt, The NeverEnding Story. Toen de film uitkwam was Ende zeer teleurgesteld. De filmmakers hadden het boek volgens hem onvoldoende gevolgd, en alle psychologische thema's eruit gehaald. Via een rechtszaak trachtte hij de film te verhinderen of een naamswijziging af te dwingen, maar dit verloor hij. Wel werd zijn naam uit de aankondiging verwijderd (maar niet uit de aftiteling).

De film kreeg twee vervolgen: The NeverEnding Story II: The Next Chapter en The NeverEnding Story III. Aan beide films werkte Ende niet mee. De filmmakers gebruikten elementen en personages uit het tweede deel van Ende's boek, maar maakten er een compleet nieuw verhaal van.

Behalve de films zijn er ook een animatieserie, The Neverending Story, en een televisieserie, Tales from the Neverending Story, gemaakt van het boek. Verder werd er een avonturenspel uitgebracht voor de homecomputer ZX Spectrum+.

Achtergrond

Het Niets heeft in zowel de film als in het boek ongeveer dezelfde oorzaak. Het start bij het volwassen worden van een kind waardoor het zijn fantasie en imaginaire leefwereld/imaginaire vriendjes/... stilaan verliest. De hersenen van een mens hebben diverse functies. In een deel van de hersens zit een soort "fictieve leefwereld" waarmee de mens een oneindige fantasie kan opbouwen. Een ander deel van de hersens houdt zich bezig met de "reële leefwereld" waarin hij zich werkelijk bevindt. Kinderen hebben een grote fantasie, maar door het ouder worden wordt deze verdrongen door de "reële leefwereld". Fantasiën en bijhorende herinneringen gaan door het ouder worden verloren en gaan op in het niets en worden afgedaan als een soort van menselijke leugen.

Door herinneringen, fantasiën opnieuw te beleven, nieuwe fantasiën te maken, ... blijft het oneindige rijk van Fantásia bestaan. Dat heeft wel een keerzijde: want iemand die steeds in een fantasiewereld leeft, heeft geen gevoel meer met de realiteit. Dit is wat het tweede deel van het boek beschrijft waarin Bastiaan het rijk van Fantásia letterlijk binnendringt en zo zijn eigen werkelijke identiteit (en gevoel met de werkelijke leefwereld) verliest. Het uiteindelijke resultaat zijn de bewoners van de Stad der Oude Keizers: zij zijn alle herinneringen aan de realiteit kwijtgeraakt en zijn gedoemd voor eeuwig in deze stad het bestaan van een krankzinnige te lijden. Slechts iemand die de terugweg naar de realiteit kan vinden zorgt voor een wederzijdse verbinding tussen fantasie en werkelijkheid, en maakt hierdoor beide werelden gezond. Dit tweede deel is dus niet aanwezig in de film.

Het Niets is niet in staat om alles te vernietigen: een fantasie kan overslaan in een uitvinding, en sommige uitvindingen worden daadwerkelijk uitgevoerd in de echte wereld. Over zaken uit de echte wereld kan men dan ook weer verder fantaseren. Op die manier is het Niets dan ook een soort van toegangspoort. Het wezen Gmork is één van de weinigen die zonder problemen kan reizen tussen de twee werelden. In de film kan Gmork worden aanzien als de vader van Bastiaan die wil dat zijn zoon niet meer langer dagdroomt. In het boek is het minder duidelijk hoe Gmork er in realiteit uitziet en wordt gesuggereerd dat zijn broodheren in de echte wereld een complot beramen om fantasie in leugen om te zetten en zo mensen te beïnvloeden. Het is in ieder geval een wezen dat tracht om mensen te doen stoppen met fantaseren, dromen, ...

Atrejoe kan daarentegen gezien worden als een uiting van Bastiaans dromen en verlangen. Dit wordt nog eens onderstreept wanneer hij Bastiaan ziet in een toverspiegel die laat zien wie men werkelijk is. In werkelijkheid is hij dus (deel van) Bastiaan. Ook Xayiede kan men als zodanig zien, want haar verschijnen was een gevolg van Bastiaans wens indruk op Atrejoe te maken. Xayiede staat echter voor Bastiaans duistere kant, zijn verlangen naar macht, grootheid en gemak. Wanneer Bastiaan zich realiseert dat de weg die Xayiede hem voorspiegelde de verkeerde is, verliest Xayiede de macht over haar magische leger en wordt ze door haar eigen soldaten vertrapt.

De droom die Bastiaan uit de diepten van Fantásia opgraaft, toont een man die is ingevroren in een blok ijs. Deze man is natuurlijk Bastiaans vader, en het ijs staat voor de afstand die er is ontstaan tussen hen na zijn moeders overlijden. De droom leidt hem naar Atrejoe, en daarmee naar het Water des Levens en zijn vader.

De Ivoren Toren en AURYN

De Ivoren Toren is het hart van Fantásia waar de kleine keizerin woont. Zij is ziek en haar rijk brokkelt af omwille van het Niets. Krijger Atreyu wordt op pad gestuurd om een remedie te zoeken: uiteindelijk blijkt dat hij in contact moet komen met een mensenkind dewelke de keizerin een nieuwe naam moet geven. Daardoor zullen er door dat mensenkind terug fantasiën worden ontwikkeld en zal Fantásia terug uitbreiden. (Hieruit mag men afleiden dat "de Ivoren Toren" dat deel in de hersenen is dat instaat voor het aanmaken van een fantasie.)

AURYN is een talisman. Het is een amulet bestaande uit twee slangen die elkanders staart opeten, een variant op de ouroboros. Het is een magische hanger en degene die het draagt, spreekt in naam van de keizerin. Dit betekent dat deze persoon door ieder wezen, mooi of lelijk, goed of slecht, zal worden gerespecteerd. Anderzijds mag de drager zich in principe niet bemoeien met anderen en tellen zijn eigen wensen niet mee. Dit betekent voor Atreyu dat hij bijvoorbeeld machteloos moet toezien hoe de Moerassen der Droefheid zijn paardje Artax claimen, en mag hij ook niet tussenbeide komen wanneer Ygramoel de Vele de geluksdraak Foechoer wil opeten.

Voor mensen, zoals Bastiaan, werkt AURYN echter anders dan voor Fantastische wezens. Ze kunnen met het teken wensen wat ze willen, maar verliezen hierbij telkens een herinnering. AURYN heeft het opschrift: "Wens wat je wil". Door van wens naar wens te gaan, dient men erachter te komen wat men werkelijk of wezenlijk wil. Hoewel dit al snel wordt uitgelegd, doet Bastiaan hierover een verkeerde interpretatie en denkt hij dat hij eerder alles mag wensen wat in hem opkomt. Omdat hij onzeker en gefrustreerd is over zijn lichaam en ook slachtoffer is van pesterijen, wenst hij aanvankelijk een mooi en sterk uiterlijk om zo bewondering af te dwingen. Vervolgens meent hij dat wijsheid datgene is wat hij wezenlijk wil. Tenslotte laat hij zich door Xayiede wijsmaken dat hij met AURYN en zijn wensen is benoemd als opvolger van de Kleine Keizerin en dat hij als een soort godheid Fantasie naar believen dient te besturen, zowel scheppend als vernietigend. Hierdoor zakt hij verder weg in zijn fantasie en vergeet hij wie hij werkelijk is. Pas tegen het einde van het boek begrijpt hij wat hij werkelijk wil, en dat is onder andere een goede relatie met zijn vader.

In de film wordt de kracht van AURYN goed duidelijk omdat Atreyu het gebruikt om de Ivoren Toren terug te vinden nadat Fantásia werd vernietigd. Het boek vermeldt dat de Ivoren Toren het centrum is van Fantásia, maar gezien Fantásia geen grenzen heeft, is het centrum (en de Ivoren Toren) dus overal en kan AURYN je er meteen naar toe leiden.

Verschillen met de film

Omdat de film maar de helft van het boek beslaat, zijn enkele plotwendingen en personages aangepast of weggelaten uit het verhaal. Ook zijn enkele personages weggelaten omdat het met de filmtechnieken van destijds nog niet mogelijk was hen goed neer te zetten. Hun rollen zijn aan andere personages gegeven.

  • De film toont Bastians relatie met zijn vader en zijn problemen met drie pestkoppen, terwijl hij in het boek al direct aan het begin de boekhandel van Mr. Koreander in komt rennen.
  • De voorstelling van het Niets is anders
In de film verschijnt het als een formatie zware onweerswolken met sterke windvlagen/orkanen die worden gecreëerd door mensen zonder dromen of fantasie (In het begin van de film zegt de vader onrechtstreeks tegen Bastiaan dat het hoog tijd wordt dat deze laatste uit zijn fantasiewereldje moet stappen en zich gereed moet maken voor het echte leven.) De wind is zo krachtig dat het alles meesleurt wat het tegenkomt (inclusief aardlagen). Hierdoor brokkelt Fantasia af. Tegen het einde van de film is alles verwoest en blijft er nog 1 zandkorrel over van het rijk.
In het boek bestaat het Niets eerder uit een soort van "zwarte gaten" die groter worden. Iedereen die geen geloof of hoop meer heeft, voelt zich aangetrokken tot de "zwarte gaten" en springt er in. De "zwarte gaten" zijn een soort van doorgang naar de echte wereld, maar zo goed als niets uit Fantasia is resident tegen de transformatie. Daarom belanden ze in de echte wereld als een menselijke leugen en worden ze vergeten.
  • In het boek kan het paard van Atreyu, Artax genaamd, spreken. In de film niet.
  • In het boek heet de geluksdraak Foechoer en ziet hij er op de illustraties uit als een Chinese draak. In de film heet de draak Falkor en heeft hij een hondenkop.
  • In de film wordt Atreyu ontvangen door Cain (een mensachtige) in de Ivoren Toren. In het boek loopt Cain (een centaur) naar de stam van Atreyu.
  • In het boek heet de stam van Atreyu "Groenhuiden" omwille van hun groene huid. In de film worden ze aangeduid als "praire mensen" en hebben ze een blanke, ietwat getaande huid.
  • In de film wordt Atreyu door geluksdraak Falkor gered uit het "Moeras der Droefheid". In het boek geraakt Atreyu op eigen kracht uit het moeras. Hij vindt Falkor in het web van "Ygramul De Vele". Ygramul blijkt te bestaan uit een enorme zwerm giftige horzels. De zwerm spant een web (vergelijkbaar met een spinnenweb). Iedereen die door Ygramul wordt gestoken, sterft binnen het uur, tenzij het slachtoffer er zichzelf van kan overtuigen om te transporteren naar een andere plaats. Atreyu slaagt hierin door te denken aan het Zuidelijk Orakel. Falkor zit ook gevangen in het web, maar komt dankzij Atreyu te weten hoe hij kan ontsnappen. Daarom denkt hij ook aan het Zuidelijk Orakel en worden beiden getransporteerd.
  • In het boek heeft weerwolf Gmork Atreyu bijna te pakken in het "Moeras der Droefheid". In het boek is Gmork Atreyu wel op het spoor in dat moeras, maar vindt hem niet. Omdat Atreyu wordt getransporteerd, houdt het spoor dan ook op.
  • In de film geraken Atreyu en Falkor gescheiden wanneer ze te dicht bij de onweerswolken van het Niets komen. Hierdoor valt Atreyu van de rug van Falkor. In het boek worden ze gescheiden door de onweerswolken die worden veroorzaakt door de eeuwige ruzie tussen de vier windgoden.
  • In de film hebben de Sfinksen van de eerste toegangspoort naar het Zuidelijk Orakel gesloten ogen. Zij openen zodra iemand hen nadert. Wanneer de passant te weinig zelfvertrouwen heeft, zullen de Sfinksen hem met een soort van laserstraal doden. In het boek zijn de ogen reeds geopend. De Sfinksen sturen via telepathie "alle vragen van de wereld" naar de passant. De passant zal verstijven en voor eeuwig stil blijven staan om de antwoorden in zijn gedachten te zoeken. Enkel voor iemand die voldoende kennis heeft, zullen de Sfinksen hun ogen sluiten, wat zij voor Atreyu doen (hoewel het eerder aannemelijker is dat zij dit doen omwille van AURYN). Bovendien zijn er in het boek drie poorten en in de film slechts twee.