Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Hemelvaartsklederen: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(zie)
(+)
Regel 2: Regel 2:


Het idee kan afgeleid zijn van {{Bijbel|Openbaring|7|9}} en {{Bijbel|Openbaring|7|13}}.
Het idee kan afgeleid zijn van {{Bijbel|Openbaring|7|9}} en {{Bijbel|Openbaring|7|13}}.
<!---
De kerk van de [[Zevendedagsadventisten|Zevende-dags Adventisten]] schreef jarenlang een beloning uit aan wie zou bewijzen dat er inderdaad iemand van de vroege adventisten hemelvaartsklederen aanhad op de dag dat de adventisten veronderstelden in de hemel te worden opgenomen.    ---- vervangen door J. V. Himes: eigen brief door Himes: zie onder --->


De kerk van de [[Zevendedagsadventisten|Zevende-dags Adventisten]] schreef jarenlang een beloning uit aan wie zou bewijzen dat er inderdaad iemand van de vroege adventisten hemelvaartsklederen aanhad op de dag dat de adventisten veronderstelden in de hemel te worden opgenomen.
Volgens een boek van de Zevende-Dags Adventisten was niemand „die de verschijning van Christus liefhad ... zó onwetend om te veronderstellen dat er speciale kleren voor die gelegenheid moesten worden gemaakt. Het enige kleed dat de heiligen nodig zullen hebben om de Here te ontmoeten is de gerechtigheid van Christus (zie {{Bijbel|Jesaja|61|10|NBG}}, {{Bijbel|Openbaring|19|8}}).”<ref>{{Aut|Ellen G. White}}, ''De Grote Strijd'', Nederlandse vertaling: K. E. Boumann. Uitgeverij Veritas. Bosch en Duin. 1985. Aanhangsel, p. 651.</ref>


Volgens een boek van de Zevende-Dags Adventisten was niemand „die de verschijning van Christus liefhad ... zó onwetend om te veronderstellen dat er speciale kleren voor die gelegenheid moesten worden gemaakt. Het enige kleed dat de heiligen nodig zullen hebben om de Here te ontmoeten is de gerechtigheid van Christus (zie {{Bijbel|Jesaja|61|10|NBG}}, {{Bijbel|Openbaring|19|8}}).<ref>{{Aut|Ellen G. White}}, ''De Grote Strijd'', Nederlandse vertaling: K. E. Boumann. Uitgeverij Veritas. Bosch en Duin. 1985. Aanhangsel, p. 651.</ref>
[[Joshua Vaughan Himes|Joshua V. Himes]], die de adventistische beweging in 1843-1844 uit de eerste hand had beleefd, schreef later, toen hij rector was van de episcopaalse St. Andrew’s Church in Elk Point, op negentigjarige leeftijd nog een lezerbrief aan ''The Outlook'', waarin de discussie over hemelvaartsklederen van de adventisten was opgekomen. Hij beschreef hoe hij lang in de door hem uitgegeven tijdschriften een grote beloning uitschreef aan wie een enkel geval zou aantonen dat de adventisten die Jezus’ wederkomst verwachtten, hemelvaartsklederen hadden gedragen, en dat niemand ooit met zo’n bewijs was gekomen.<ref>{{Aut|Albert C. Johnson}}, ''Advent Christian History'', Advent Christian Publication Society, Boston, Massachusets, 1918. p. 204-205.</ref>


Het verhaal werd zelfs opgenomen in de [[Encyclopædia Britannica]], elfde uitgave van 1910–1911: „Velen van hen verlieten hun zaak en wachtten, met witte [[mousseline]] kleding, op daken en heuvels op de [[epifanie]].”<ref>„Many of them [the Millerites] left their business, and in white muslin robes, on housetops and hills, awaited the epiphany.” Zie [http://www.1911encyclopedia.org/William_Miller_(Leader) William Miller (Leader)] op 1911encyclopedia.org</ref>
Het verhaal van de hemelvaartsklederen van de Millerieten werd zelfs opgenomen in de [[Encyclopædia Britannica]], elfde uitgave van 1910–1911: „Velen van hen verlieten hun zaak en wachtten, met witte [[mousseline]] kleding, op daken en heuvels op de [[epifanie]].”<ref>„Many of them [the Millerites] left their business, and in white muslin robes, on housetops and hills, awaited the epiphany.” Zie [http://www.1911encyclopedia.org/William_Miller_(Leader) William Miller (Leader)] op 1911encyclopedia.org</ref>
In de 14e editie van de Encyclopædia Britannica, wordt het verhaal van de hemelvaartsklederen als volgt rechtgezet: „Er is geen historisch fundament voor de verhalen dat de Millerieten deelnamen aan fanatieke excessen zoals het beklimmen van heuvels, daken en bomen in hemelvaartsklederen.”<ref>„There is no historical foundation for the stories that the Millerites engaged in such fanatical excesses as ascending hills, housetops and trees in ascension robes.”</ref>
In de 14e editie van de Encyclopædia Britannica, wordt het verhaal van de hemelvaartsklederen als volgt rechtgezet: „Er is geen historisch fundament voor de verhalen dat de Millerieten deelnamen aan fanatieke excessen zoals het beklimmen van heuvels, daken en bomen in hemelvaartsklederen.”<ref>„There is no historical foundation for the stories that the Millerites engaged in such fanatical excesses as ascending hills, housetops and trees in ascension robes.”</ref>


In de pers werd soms verwezen naar een zekere Mr. John H. Shortridge uit New Hampshire, die, gekleed in een wit gewaad, uit een boom viel en zijn hals zou hebben gebroken. Volgens adventisten was er geen verband tussen Shortridge’s persoonlijke actie en het adventisme. Mr. Shortridge zou tien jaar voor het adventisme in de streek bekend werd reeds psychische moeilijkheden hebben gehad. Toen zijn verhaal in de krant stond, schreef Mr. Shortridge bovendien aan de kranten om te ontkennen dat hij dood was, en eiste een rechtzetting.
In de pers werd soms verwezen naar een zekere Mr. John H. Shortridge uit New Hampshire, die, gekleed in een wit gewaad, uit een boom viel en zijn hals zou hebben gebroken. Volgens adventisten was er geen verband tussen Shortridge’s persoonlijke actie en het adventisme. Mr. Shortridge, een voormalig succesvol zakenman, had, sinds zijn zaken slechter gingen, zowat tien jaar ''voor'' het adventisme in de streek bekend werd, psychische moeilijkheden. Toen zijn verhaal in de krant stond, schreef Mr. Shortridge bovendien aan de kranten om te ontkennen dat hij dood was, en eiste een rechtzetting.
 
''The New York Daily Tribune'' (24 maart 1843) en ''The New York Observer'' (1 april 1843) publiceerden een rechtzetting.<ref>Geciteerd in http://docs.adventistarchives.org/docs/ST/ST19450710-V72-27__B.pdf?q=docs/ST/ST19450710-V72-27__B.pdf
 
Na de lente van 1843 verdwenen de krantenmeldingen over hemelvaartsklederen, en bij de latere datum van 22 oktober 1844 waarnaar de adventisten uitkeken, waren geen meldingen van hemelvaartsklederen in de pers.


==Zie ook==
==Zie ook==
Regel 18: Regel 24:
;Literatuur
;Literatuur
*{{Aut|Francis D. Nichol}}; [http://files.bibelschule.info/files/Francis%252520D.%252520Nichol%252520-%252520The%252520Midnight%252520Cry_23611.pdf ''Midnight Cry: A Defense of the Character and Conduct of William Miller''], Washington, D.C., Review and Herald Publishing Association, 1945, hoofdstukken 25–27 en appendices H–J.
*{{Aut|Francis D. Nichol}}; [http://files.bibelschule.info/files/Francis%252520D.%252520Nichol%252520-%252520The%252520Midnight%252520Cry_23611.pdf ''Midnight Cry: A Defense of the Character and Conduct of William Miller''], Washington, D.C., Review and Herald Publishing Association, 1945, hoofdstukken 25–27 en appendices H–J.
 
*{{Aut|Francis D. Nichol}} 10 juli 1945, [http://docs.adventistarchives.org/docs/ST/ST19450710-V72-27__B.pdf?q=docs/ST/ST19450710-V72-27__B.pdf Signs of the Times}}
*{{Aut|LeRoy Edwin Froom}}; ''Prophetic Faith of Our Fathers'', Washington, D.C., Review and Herald Publishing Association, 1954, deel 4, p. 822–826.
*{{Aut|LeRoy Edwin Froom}}; ''Prophetic Faith of Our Fathers'', Washington, D.C., Review and Herald Publishing Association, 1954, deel 4, p. 822–826.
* {{Aut|Albert C. Johnson}}, ''Advent Christian History'', Advent Christian Publication Society, Boston, Massachusets, 1918. p. 204-205.
;Weblinks
;Weblinks
{{EB|661710|Adventist}}
{{EB|661710|Adventist}}

Versie van 27 feb 2013 23:13

Hemelvaartsklederen (Engels: ascension robes) zijn speciale kleren waarmee men hoopt op te varen in de hemel en „weggevoerd [te] worden, de Here tegemoet in de lucht.” (1 Thessalonicenzen 4:14 (NBG))

Het idee kan afgeleid zijn van Openbaring 7:9 en Openbaring 7:13.

Volgens een boek van de Zevende-Dags Adventisten was niemand „die de verschijning van Christus liefhad ... zó onwetend om te veronderstellen dat er speciale kleren voor die gelegenheid moesten worden gemaakt. Het enige kleed dat de heiligen nodig zullen hebben om de Here te ontmoeten is de gerechtigheid van Christus (zie Jesaja 61:10 (NBG), Openbaring 19:8).”[1]

Joshua V. Himes, die de adventistische beweging in 1843-1844 uit de eerste hand had beleefd, schreef later, toen hij rector was van de episcopaalse St. Andrew’s Church in Elk Point, op negentigjarige leeftijd nog een lezerbrief aan The Outlook, waarin de discussie over hemelvaartsklederen van de adventisten was opgekomen. Hij beschreef hoe hij lang in de door hem uitgegeven tijdschriften een grote beloning uitschreef aan wie een enkel geval zou aantonen dat de adventisten die Jezus’ wederkomst verwachtten, hemelvaartsklederen hadden gedragen, en dat niemand ooit met zo’n bewijs was gekomen.[2]

Het verhaal van de hemelvaartsklederen van de Millerieten werd zelfs opgenomen in de Encyclopædia Britannica, elfde uitgave van 1910–1911: „Velen van hen verlieten hun zaak en wachtten, met witte mousseline kleding, op daken en heuvels op de epifanie.”[3] In de 14e editie van de Encyclopædia Britannica, wordt het verhaal van de hemelvaartsklederen als volgt rechtgezet: „Er is geen historisch fundament voor de verhalen dat de Millerieten deelnamen aan fanatieke excessen zoals het beklimmen van heuvels, daken en bomen in hemelvaartsklederen.”[4]

In de pers werd soms verwezen naar een zekere Mr. John H. Shortridge uit New Hampshire, die, gekleed in een wit gewaad, uit een boom viel en zijn hals zou hebben gebroken. Volgens adventisten was er geen verband tussen Shortridge’s persoonlijke actie en het adventisme. Mr. Shortridge, een voormalig succesvol zakenman, had, sinds zijn zaken slechter gingen, zowat tien jaar voor het adventisme in de streek bekend werd, psychische moeilijkheden. Toen zijn verhaal in de krant stond, schreef Mr. Shortridge bovendien aan de kranten om te ontkennen dat hij dood was, en eiste een rechtzetting.

The New York Daily Tribune (24 maart 1843) en The New York Observer (1 april 1843) publiceerden een rechtzetting.<ref>Geciteerd in http://docs.adventistarchives.org/docs/ST/ST19450710-V72-27__B.pdf?q=docs/ST/ST19450710-V72-27__B.pdf

Na de lente van 1843 verdwenen de krantenmeldingen over hemelvaartsklederen, en bij de latere datum van 22 oktober 1844 waarnaar de adventisten uitkeken, waren geen meldingen van hemelvaartsklederen in de pers.

Zie ook

Opname van de gemeente

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  1. º Ellen G. White, De Grote Strijd, Nederlandse vertaling: K. E. Boumann. Uitgeverij Veritas. Bosch en Duin. 1985. Aanhangsel, p. 651.
  2. º Albert C. Johnson, Advent Christian History, Advent Christian Publication Society, Boston, Massachusets, 1918. p. 204-205.
  3. º „Many of them [the Millerites] left their business, and in white muslin robes, on housetops and hills, awaited the epiphany.” Zie William Miller (Leader) op 1911encyclopedia.org
  4. º „There is no historical foundation for the stories that the Millerites engaged in such fanatical excesses as ascending hills, housetops and trees in ascension robes.”
rel=nofollow
rel=nofollow
  • LeRoy Edwin Froom; Prophetic Faith of Our Fathers, Washington, D.C., Review and Herald Publishing Association, 1954, deel 4, p. 822–826.
  • Albert C. Johnson, Advent Christian History, Advent Christian Publication Society, Boston, Massachusets, 1918. p. 204-205.
Weblinks

Encyclopædia Britannica online  (en) Adventist, in: Encyclopædia Britannica, 2024. (vertaal via: Vertaal via Google translate)

Noten en verwijzingen

}}