Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Verjaring
Verjaring betekent dat door verloop van de tijd een bepaalde vordering niet langer in rechte afdwingbaar is.
Daarnaast kan door verjaring een erfdienstbaarheid ontstaan: iets dat lang geduld is moet men blijven dulden.
Verjaring in België
Burgerlijk recht
In het burgerlijk recht of het handelsrecht houdt bevrijdende verjaring in dat de schuldenaar geen afdwingbare schuld of geen afdwingbare verbintenis meer heeft; de schuldeiser heeft dan geen vordering meer. De verbintenis zelf blijft overigens wel bestaan en wordt aangeduid als een natuurlijke verbintenis. Dat impliceert dat als de schuldenaar de verbintenis nakomt, omdat hij zich er niet van bewust is dat de vordering is verjaard, hij zijn prestatie uit onverschuldigde betaling niet kan terugvorderen.
In het fiscaal recht betekent dit dat men niet meer kan belast worden; de termijn waarbinnen de belasting kan geheven of ingevorderd worden, is verstreken.
Het burgerlijk recht kent ook de verkrijgende verjaring. De bezitter van een zaak die geen eigenaar is kan na verloop van een bepaalde tijd (10 jaar, 30 jaar) volledig en rechtmatig eigenaar worden. Het onderscheid tussen bevrijdend en verkrijgend is enigszins misleidend. De bezitter "verkrijgt" door verjaring maar wordt "bevrijd" van de teruggaveplicht aan de eigenaar. Bezit voor rekening van een ander, zoals in geval van huur, zaakwaarneming of vruchtgebruik doet echter de termijn voor deze verjaring niet lopen. Anderzijds komt zelfs aan de mogelijkheid om van de dief of zijn erfgenamen een zaak terug te vorderen ooit een einde.
Ten slotte kent men ook nog de kwijtende verjaringen. Deze laatste berusten op een vermoeden van betaling, en zijn enkel toepasbaar op de bijzondere gevallen die zich bevinden in de afdeling van het B.W. die gewijd is aan “enige bijzondere verjaringen”. Hij die beweert betaald te hebben draagt hiervan de bewijslast. Nochtans zou het onredelijk zijn om onbeperkt de bewijsstukken van een betaling bij te houden. De schuldenaar kan in die situaties louter door het inroepen van het verstrijken van de aangegeven korte verjaringstermijn, aan een concrete veroordeling tot betaling ontkomen. Hierin schuilt het kwijtend karakter van de verjaring). De kwijtende verjaring impliceert evenwel niet meer dan een louter vermoeden van betaling. Dit vermoeden kan in sommige omstandigheden buiten spel worden gezet (art. 2274 B.W.) of kan in de loop van een procedure door andere bewijsmiddelen worden overtroefd (art. 2275 B.W.).
Strafrecht
Men moet het onderscheid maken tussen de verjaring van de strafvordering (is de strafvordering verjaard, dan kan men niet meer vervolgd worden/voor de rechtbank worden gebracht) en de verjaring van de straf (is er wel een straf uitgesproken door de rechter, maar is deze verjaard, dan kan deze straf niet meer worden uitgevoerd).
Verjaringstermijnen
Burgerlijk recht
- Zakelijke aanspraken: (blijft) 30 jaar (ook na de wijzigingswet van 1998)
- Schuldvorderingen: in beginsel 10 jaar, behalve in bepaalde gevallen
Strafrecht
Soort misdrijf | Verjaring strafvordering | Verjaring straf |
---|---|---|
Overtreding | 6 maanden | 1 jaar |
Verkeersovertreding | 1 jaar (uitzonderingen: rijden onder invloed van alcohol of drugs, zonder rijbewijs, vluchtmisdrijf: 3 jaar; aanrijding met gewonden of doden, zonder verzekering: 5 jaar[1]) | 1 jaar |
Gecontraventionaliseerd wanbedrijf | 1 jaar | 5 jaar |
Wanbedrijf (< 3 jaar) | 5 jaar | 5 jaar |
Wanbedrijf (+ 3 jaar) | 5 jaar | 10 jaar |
Gecorrectionaliseerde misdaden | 5 jaar (uitzondering: zedenmisdrijven 10 jaar) | 20 jaar |
Misdaden | 10 jaar | 20 jaar |
Niet-correctionaliseerbare misdaden | 15 jaar | 20 jaar |
Uitzonderingen (bijvoorbeeld genocidewet) | onverjaarbaar |
Stuiting en schorsing
Verjaring kan gestuit of geschorst worden. Stuiten betekent dat de verjaringstermijn helemaal van nul af aan opnieuw begint te lopen; schorsen betekent dat de termijn voor een zekere tijd onderbroken wordt en na de schorsing verder loopt voor het resterende gedeelte.
Verjaring in Nederland
Vervolgingsverjaring
In het strafrecht betekent dit dat men voor een daad niet meer kan gestraft worden; de termijn waarbinnen de strafvordering kan gesteld worden, of waarbinnen de straf kan uitgevoerd worden, is verstreken.
De verjaringstermijn bedraagt:
Straf | Verjaring Europees Nederland art. 70 Sr |
Verjaring Caribisch Nederland art. 72 Sr BES |
---|---|---|
Overtredingen | 3 jaar | 2 jaar |
Geldboete, hechtenis of gevangenisstraf van drie jaar of minder | 6 jaar | 6 jaar |
Tijdelijke gevangenisstraf van meer dan drie jaar | 12 jaar | 12 jaar |
Tijdelijke gevangenisstraf van meer dan acht jaar | 20 jaar | |
Twaalf jaar of meer gevangenisstraf | geen verjaring* | 18 jaar |
- *De regeling geldt voor nieuwe misdrijven en voor zaken waarvan op 1 januari 2006 de verjaringstermijn nog niet was verlopen.
Aanhangig is een verlenging van enkele verjaringstermijnen.
De termijn van verjaring begint op de dag nadat het strafbare feit is gepleegd, of in sommige gevallen later. Zo begint bijvoorbeeld de termijn bij een zedendelict met een minderjarig slachtoffer bij het meerderjarig worden van het slachtoffer.
Bij wetswijzigingen waarbij de verjaringstermijn verlengd wordt is steeds bepaald dat deze ook geldt voor zaken die al hebben plaatsgevonden, behalve zaken die al verjaard waren.
Verjaring in het vermogensrecht
Verjaring in het vermogensrecht is geregeld in Burgerlijk Wetboek Boek 3, art. 99 - 106 en art. 306 - 326.
Artikel 3:310 Bw bepaalt dat een rechtsvordering tot vergoeding van schade of tot betaling van een bedongen boete verjaart 5 jaar nadat de benadeelde zowel met de schade of de opeisbaarheid van de boete als met de daarvoor aansprakelijke persoon bekend is geworden, en in ieder geval 20 jaar na de gebeurtenis waardoor de schade is veroorzaakt of de boete opeisbaar is geworden.
Zie ook
Externe links
- Nieuwe regels inzake verjaring, België, Storme's Legal Pages