Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Subjectiviteit (beelddenken)
Subjectiviteit houdt in het persoonlijk oordeel of de persoonlijke zienswijze van een individu, betrekking hebbend op of uitgaand van de persoonlijke voorkeur of smaak. Het tegenovergestelde is objectiviteit.
Zo wordt bijvoorbeeld iets wat men uit eigen ervaring heeft meegemaakt als subjectieve ervaring aangemerkt. Dit zal vooral zo zijn als er anderen zijn die onder dezelfde omstandigheden niet hetzelfde hebben ervaren.
Ook wanneer een aantal mensen iets heeft waargenomen of heeft ervaren dat niet door andere mensen kan worden waargenomen (bijvoorbeeld een UFO of het zien van een engel) wordt dit als een subjectieve ervaring beschouwd.
Wel dient de woordenboekbetekenis (waar het begrip "subjectief" enigszins een relativerend karakter heeft) goed onderscheiden te worden van de filosofische betekenis (zie subject) omdat men er in de filosofie i.h.a. naar het kennende ik mee verwijst (en zijn bewustzijn). Waarheid en subjectiviteit zijn dus niet per definitie tegenstrijdig aan elkaar. De uitspraak "De pestbacil is een gevaarlijk organisme" kan een voorbeeld zijn van zo'n subjectieve maar ware uitspraak.
Sommigen met het Aspergersyndroom, wat vaak ook beelddenken en hoogbegaafdheid omvat, kunnen 'het subjectieve' en 'het objectieve' combineren, doordat ze intuïtief tot conclusies komen. Het beelddenken maakt het dat Aspergers 'begrijpend denken' (anders dan hoe de meeste mensen denken, namelijk 'beredenerend in woorden'), oftewel begrijpen ze alles wat ze weten. Bij de bovengenoemde combinatie van het syndroom kan de bewuste persoon een perfectionistisch beoordelingsvermogen hebben, die zeer realistisch is. Er wordt van uit gegaan dat deze effectieve manier van denken bij kinderen aan te leren is door concequent éérst een zo breed mogelijke uitleg te geven over hetgeen het om gaat, en bij een redelijk groot begrip erover pas de woordelijke beredenering aan te leren. Het begrijpen van alles veroorzaakt dan zelfverzekerdheid en het begrijpen van waarnemingen (zonder te beredeneren). Vooral bij diegenen met het Aspergersyndroom is er dan sprake van een denken vanuit één geheel oftewel is alles volledig begrepen oftewel is alle nieuwe input aansluitend / passend / onderbouwd bij of door hetgeen reeds tot een geheel was begrepen. Al als kind is er dan een zeer grote doordrongenheid van elk begrip, vanwege dat niets dat niet eerst volledig begrepen is tot het denken is aangenomen. Simpelweg wordt onzekerheid niet toegelaten, wat zich resulteert in het absoluut zeker kunnen weten wat-wél en wat-níet waar is oftewel wat werkelijk is en wat niet. Vanwege dat dan veelal op een bepaalde manier ook sprake van het autismespectrum is, betreft dit in de meeste gevallen niet interpersoonlijke en intrapersoonlijke inzichten (wel de overige van de meervoudige intelligentie). In zeer enkele gevallen kan er juist wél een volledig begrip zijn van de emotionele intelligentie, waarbij eveneens níet wordt beredeneerd aangaande zichzelf en anderen, maar met zekerheid herkend. Dit betreft dan óók eigen gevoelens en empathie en de micro-expressie jegens / bij anderen. Het begrip aangaande het brein geeft aan dat men niet lineaire (eenduidige) beredeneringen (bewijzen, aantoonbaarheden) moet zoeken of hanteren om het bestaan te doorgronden, maar juist de juiste factoren of componenten te begrijpen (tezamen behorend dus), alvorens het enig-juiste bestaan te beseffen. Met andere woorden, zeker weten wat níet bestaat en wat gevolgelijk dan óók niet bestaat.