Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Knoop (touw)
Een knoop in een lijn (touw) is de situatie waarbij die lijn of dat (touw) om zichzelf of om een andere lijn of touw is gedraaid. Dat komt het meeste voor aan het eind van een touw of als twee touwen met elkaar worden verbonden. Als het gecontroleerd gebeurt heeft zo'n knoop meestal een naam, afhankelijk van het gebruik. Als een lijn of touw rond een voorwerp wordt genomen spreekt men meer van een steek.
De termen knoop en steek worden vaak door elkaar gebruikt, de bewerking heet dan ook 'knopen'. Het verbinden van voorwerpen - zoals palen - tot constructies door middel van touwwerk noemt men daarentegen 'sjorren'. Elke knoop of steek heeft andere eigenschappen en welke knoop of steek er gebruikt wordt, is dan ook vooral afhankelijk van het doel dat men voor ogen heeft.
Knopen en steken zijn bedoeld om weer losgemaakt te kunnen worden. Een goed gelegde knoop of steek kan altijd weer met gemak worden losgemaakt door een lus van de knoop weg te drukken of - in het geval dat er een slipsteek op is toegepast - door aan het losse eind van de lijn te trekken.
Toepassing
De keuze van de knoop of steek wordt mede bepaald door de kracht die er op uitgeoefend kan worden voordat de lijn breekt. De plaats waar de lijnen elkaar (of zichzelf) kruisen is in principe een zwak punt: de lijnen kunnen elkaar afknellen en zo op dat punt beschadigen. Als je de keuze hebt tussen één lange lijn of twee (of meer) aan elkaar geknoopte lijnen verdient de lange lijn over het algemeen de voorkeur. Kenmerkend van steken is, dat zij meestal het best blijven zitten als zij onder spanning staan, in tegenstelling tot knopen, waar de spanning bij het vastzetten belangrijk is, maar daarna feitelijk bijzaak. Knopen zonder slipsteek, waarbij de lijn zichzelf afknelt, zullen moeilijker weer los te maken zijn. Deze zijn daarom voor veel doelen minder geschikt.
Knopen en steken worden veel gebruikt in de transportsector, zoals de scheepvaart en het vrachtwagentransport. Daarnaast spelen knopen en steken een belangrijke rol in de klimsport. De kwaliteit van de verbindingen van lijnen is hier letterlijk van levensbelang.
Ook bij het naaien, breien en haken spelen knopen en steken een belangrijke rol. Het gaat bij het naaien en breien meestal om steken. Er bestaan diverse verschillende (sier)steken voor het naaien en het breien van textiel en het breien van netten. Onder vissers zijn eveneens vakeigen knopen en steken bekend, steken die er om bekend staan dat ze geschikt zijn om in nat en glad touwwerk te worden gelegd. Men noemt dit visserssteken. Chirurgen zijn weer bekwaam in het leggen van knopen en steken in zeer gladde nylonlijnen.
Alternatief
Als er een permanente situatie wordt beoogt past men beter geen knoop of steek maar een splits toe. Splitsen in touw, bijvoorbeeld om het uiteinde netjes af te werken (eindsplits), er een oog in te maken (oogsplits) of twee touwen in elkaars verlengde vast te maken (hier bestaan verschillende splitsen voor). Een belangrijk verschil tussen een splits en een knoop is dat bij een knoop een touw als geheel gezien wordt (er wordt dan ook van lijn gesproken; touw gaat in principe over het materiaal), en bij een splits worden de afzonderlijke strengen van het touw gebruikt. Deze strengen worden op een nieuwe manier door elkaar gehaald en vervolgens weer strak getrokken. Een goede splits hoeft in principe niet meer losgemaakt te kunnen worden.
Soorten knopen
De kennisoverdracht van het leggen van knopen, steken, sjorringen en splitsen vindt voornamelijk plaats binnen de branches waar ze worden toegepast. Maar daarbuiten staat ook Scouting bekend als zijnde een prima bron van kennis om iemand de kunst van het edele schiemanswerk bij te brengen.
Stoppen
- halve steek: alleen bruikbaar als onderdeel van een knoop of soms als borg
- achtknoop: als goed losmaakbare stopper aan het eind van een touw (bijvoorbeeld op een fokkeschoot)
- valreepsknoop: in feite een sierknoop, aan het eind van een touw
- eindsplits: in plaats van een betakeling aan het eind van een touw om rafelen te voorkomen
Verbinden van twee lijnen
- platte knoop: twee lijnen van gelijke dikte aan elkaar verbinden, deze knoop dient niet onder spanning te staan
- dievenknoop: twee lijnen van gelijke dikte aan elkaar verbinden op een wijze die op de platte knoop lijkt
- oudewijvenknoop: foutieve platte knoop
- dubbele hielingsteek: twee lijnen van gelijke dikte aan elkaar verbinden
- schootsteek: twee lijnen van gelijke dikte en onder spanning, of een lijn en een lus aan elkaar verbinden. Voor lijnen van ongelijke dikte wordt vaak de dubbele schootsteek gebruikt
- seizingsteek: twee lijnen van ongelijke dikte aan elkaar verbinden
- vissersknoop: een visserssteek om twee lijnen van gelijke dikte aan elkaar te verbinden
Vastmaken aan een vast punt
- mastworp: een lijn aan een (staande of liggende) paal vast maken
- wurgsteek: een lijn aan een (staande of liggende) paal vast maken
- paalsteek: een niet schuivende lus in het eind van een lijn maken
- slag met twee halve steken: een lijn om een dikke paal bevestigen
- dubbele paalsteek: een niet schuivende lus midden in een lijn maken
- kikkersteek: een lijn op een kikker beleggen
- paardenknoop: een knoop om een paard met het halstertouw vast te zetten
- treksteek: een steek waarbij een touw dubbel genomen aan een object wordt bevestigd, zodanig dat één lijn kan worden belast en de andere dient om de steek los te trekken zonder dat het andere touw over het object hoeft te schuiven
Vastmaken van objecten
- ankersteek: een lijn vast aan een oog bevestigen
- halve steek met bindsel: een niet vaste lus in het eind van een lijn maken
Niet-schuivende lus in het midden van een touw
- gareelsteek: deze steek wordt ook gebruikt als eerste steek om breiwerk op te zetten
- dubbele paalsteek
- middenmansknoop
Bijeen houden van zaken
- slipsteek: vastmaken en eenvoudig weer los kunnen trekken
- veterknoop: platte knoop met dubbele slipsteek om eenvoudig los te kunnen maken
- chirurgenknoop (ookwel waterknoop [1])
Inkorten van lijnen
Sierknopen
Schiemanswerk
Het geheel van het leggen van knopen, splitsen, zeilnaaien etc. noemt men schiemanswerk.
Symboliek
De knoop is het symbool van eenheid.
Christendom
Een Franciscaner monnik is te herkennen aan de drie knopen aan het touw van zijn habijt.[2]
Mythologie
Uit de mythologie kent men de Gordiaanse knoop, een schier onontwarbare knoop. Volgens het verhaal zou de man die deze knoop kon ontwarren de heerschappij over de hele wereld verkrijgen. Na vele mislukte pogingen vóór hem loste Alexander de Grote het probleem uiteindelijk op met zijn zwaard. Daarvan komt de uitdrukking "de knoop doorhakken".
De knoop van Amor symboliseert de liefde. Venus en Mars worden zo afgebeeld.
Bronnen, noten en/of referenties
|
Zie ook de categorie met mediabestanden in verband met Knots op Wikimedia Commons.